Reglement WMO-raad gemeente Geldermalsen

1. De WMO-raad geeft het college gevraagd en ongevraagd adviezen over de beleidsvoorbereiding, de beleidsvaststelling, de beleidsuitvoering en de beleidsevaluatie van het gemeentelijke beleid op het brede terrein van de WMO.

2. De WMO-raad fungeert als klankbord voor het college en de gemeenteraad op het terrein van de WMO.

3. De WMO-raad houdt zich niet bezig met:

• a.

  belangenbehartiging van individuele cliënten (individuele voorzieningen, klachten, bezwaarschriften, etc.);

• b.

  de bedrijfsvoering van de gemeente;

• c.

  de uitvoering van wettelijke voorschriften en regeling van hogere overheden, waarbij van eigen beleidsvrijheid geen sprake is.

1. De WMO-raad bestaat uit maximaal 9 leden en een technisch voorzitter.

2. Het college streeft bij de samenstelling naar een zo breed mogelijke samengestelde vertegenwoordiging, zodat vanuit alle prestatievelden in de WMO-raad kan worden geparticipeerd.

3. De prestatievelden 5 en 6 worden in ieder geval vertegenwoordigd door een WMO-cliënt van de gemeente Geldermalsen.

4. Leden van de WMO-raad zitten op persoonlijke titel in de WMO-raad en vertegenwoordigen een participatieveld zonder last of ruggespraak.

5. Een lid of voorzitter van de WMO-raad kan niet zijn: lid van het college, lid van de raad of raadscommissie, of medewerker van de gemeente Geldermalsen.

1. Het college benoemt een technisch voorzitter, die geen stemrecht heeft.   De technisch voorzitter heeft kennis over of ervaring met verschillende participatievelden van de WMO, heeft gevoel voor bestuurlijke verhoudingen en is goed op de hoogte van gemeentelijke besluitvormingsprocessen.

2. De voorzitter wordt benoemd voor de periode van vier jaar

3. Herbenoeming kan maximaal voor één periode plaatsvinden.

4. Bij ontstentenis van de voorzitter wijst de WMO-raad een plaatsvervangend voorzitter uit zijn midden aan.

5. Bij een tussentijdse vacature geschiedt de benoeming voor de duur van de resterende zittingsperiode van de voorzitter die tussentijds is teruggetreden.

6. Het voorzitterschap eindigt:

• 1.

  door het aflopen van de zittingsperiode;

• 2.

  door overlijden;

• 3.

  door te bedanken als voorzitter;

• 4.

  bij vertrek uit de gemeente;

• 5.

  verlies van de hoedanigheid, waaraan de voorzitter zijn benoeming ontleent.

1. De WMO-raad  kiest uit zijn midden een secretaris.

2. De secretaris wordt belast met de dagelijkse werkzaamheden die uit de taak van de WMO-raad voortvloeien.

1. De WMO-raad vergadert minimaal viermaal (4) per jaar en voorts zo dikwijls als de voorzitter of een meerderheid van de leden dit nodig achten.

2. De voorzitter belegt in ieder geval een vergadering telkens als dat voor de behandeling van één of meer adviesaanvragen noodzakelijk is.

3. De vergaderingen zijn openbaar tenzij de WMO-raad besluit een (deel van een) vergadering besloten te houden.

4. De oproepingen worden, spoedeisende gevallen uitgezonderd, tenminste 4 werkdagen voor de aanvang van de vergaderingen aan de leden verstuurd.

1. De WMO-raad en de portefeuillehouder WMO stellen aan het begin van elke zittingsperiode van 4 jaar gezamenlijk een werkplan op, waarin op hoofdlijnen wordt vastgelegd:

• .

  wat de verwachtingen van partijen over en weer zijn;

• .

  welke ontwikkelingen spelen;

• .

  over welke onderwerpen een advies wordt gevraagd, voor zover dat op dat moment bekend is;

• .

  wanneer dit advies wordt gevraagd.

  Dit werkplan wordt jaarlijks geactualiseerd.

2. Het college zorgt voor een goede en tijdige informatievoorziening.

3. Het college zorgt ervoor dat de WMO raad tijdig wordt betrokken vanaf de beleidsvoorbereiding, waarbij de WMO-raad zo veel mogelijk in de voorfase wordt gebruikt als klankbord. Het klankborden gebeurt mondeling en niet schriftelijk. Het gaat nadrukkelijk om heen en weer denken, zonder dat betrokkenen vastgepind worden op hun standpunt. De raad krijgt tijdig een verzoek van het college om advies uit te brengen, maar tenminste twee weken, voordat het advies gereed moet zijn.

4. De portefeuillehouder WMO en de WMO-raad wisselen tenminste 2 x per jaar van gedachte over de ontwikkelingen op het brede terrein van de Wet Maatschappelijke Ondersteuningen. Voor deze gedachtewisseling wordt van te voren een agenda opgesteld. Beide partijen kunnen voor dit overleg gespreksonderwerpen aandragen. Het overleg heeft een informatief karakter.

5. Het college laat uit de motivering van een besluit of een raadsvoorstel blijken wat het heeft gedaan met het advies van de WMO-raad.

6. Het college informeert de raad apart wat het met de gevraagde en ongevraagde adviezen heeft gedaan.

7. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht zal de Wmo-raad informatie met een vertrouwelijk karakter niet aan derden kenbaar maken.

1. De WMO-raad besluit over het uitbrengen van een advies bij gewone meerderheid van stemmen.

2. Bij het staken van de stemmen wordt een verdeeld advies uitgebracht.  

3. Minderheidsstandpunten worden op verzoek van de desbetreffende leden toegevoegd aan het uit te brengen advies.

4. Leden die niet aanwezig kunnen zijn bij een vergadering kunnen andere leden een volmacht geven.

1. Dit reglement treedt in werking de dag volgend op die van de bekendmaking.

2. Met ingang van die datum wordt het Reglement Adviesorgaan individuele voorzieningen Wet Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Geldermalsen van 11-09-2007 ingetrokken.