Verordening Burgerinitiatief 2015

Geldend van 01-10-2015 t/m heden

Intitulé

Verordening Burgerinitiatief 2015

Verordening

Verordening Burgerinitiatief 2015

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • ·

    raad: de gemeenteraad van Geldrop- Mierlo;

  • ·

    burgerinitiatief: een voorstel van een initiatiefgerechtigde om een onderwerp op de agenda van het Raadsplein te plaatsen.

  • ·

    college: het College van Burgemeester en Wethouders van Geldrop- Mierlo.

Artikel 2 Initiatiefgerechtigden

  • 1.

    Initiatiefgerechtigd zijn degenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad alsmede ingezetenen van de gemeente van zestien jaar en ouder die met uitzondering van hun leeftijd voldoen aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de gemeenteraad.

  • 2.

    Voor de beoordeling of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigheid is voldaan, is de toestand op de dag van indiening van het voorstel bepalend.

Artikel 3 Uitgesloten onderwerpen

Een burgerinitiatiefvoorstel kan niet worden ingediend over de volgende aangelegenheden:

  • a.

    de uitvoering van besluiten van hogere bestuursorganen waaromtrent de raad geen beleidsvrijheid heeft;

  • b.

    gemeentelijke belastingen en tarieven;

  • c.

    vaststelling en wijziging van de gemeentelijke begroting, de jaarrekening en de goedkeuring van de begroting;

  • d.

    een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad;

  • e.

    benoeming en functioneren van personen;

  • f.

    handelingen en gedragingen van collegeleden, raadsleden of ambtenaren waartegen een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;

  • g.

    onderwerpen waartegen een bezwaar- of beroepsprocedure in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht openstaat of heeft opengestaan of onderwerpen waarover de burgerlijke rechter is gevraagd een oordeel uit te spreken of heeft uitgesproken;

  • h.

    een onderwerp waarover de raad korter dan 2 jaren voor indiening van het burgerinitiatief een besluit heeft genomen;

  • i.

    een onderwerp dat overwegend het privébelang van de indiener dient.

Artikel 4 Het voorstel

  • 1.

    Het burgerinitiatief wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de raad.

  • 2.

    Het voorstel bevat een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatief, voorzien van een motivering en de achternaam, de voornamen, adres, geboortedatum en de handtekening van de initiatiefnemer(s).

  • 3.

    Het burgerinitiatief dient te worden ondersteund door tenminste 15 initiatiefgerechtigden die ingeschreven staan in het BRP. Deelname blijkt uit ondertekening door de ondersteuner van een aan het burgerinitiatief gehechte, door de gemeente verstrekte lijst, waarop naast de handtekening ook de naam, adres en geboortedatum zijn opgenomen.

  • 4.

    Voor de indiening van het verzoek wordt gebruik gemaakt van het in bijlage 1 van deze verordening opgenomen model.

Artikel 5 Beoordeling voorstel

  • 1.

    De voorzitter van de raad bericht de raad binnen twee weken na ontvangst van een burgerinitiatief of het initiatief voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 4 en of sprake is van eventuele uitsluitingsgronden als bedoeld in artikel 3.

  • 2.

    Indien een burgerinitiatief niet voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 4 geeft de voorzitter van de raad de initiatiefnemers maximaal vier weken om de vastgestelde gebreken te herstellen.

  • 3.

    De voorzitter van de raad doet van een besluit als bedoeld in het vorige lid schriftelijk mededeling aan de initiatiefnemers en aan de raad.

Artikel 6 Behandeling in de raad

  • 1.

    In de eerstvolgende vergadering van het presidium na ontvangst van het advies van de voorzitter als bedoeld in artikel 5 eerste lid, wordt over behandeling van het initiatief beslist, met dien verstande dat hoogstens 4 weken zijn gelegen tussen de dag waarop het advies van de voorzitter is ontvangen en de dag waarop het presidium beslist.

  • 2.

    Indien het presidium het verzoek afwijst wegens strijd met artikel 3, onder d, kan het voorstel worden doorgezonden aan burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Indien het presidium besluit tot behandeling, stelt zij voor op welk Raadsplein het burgerinitiatief zal worden behandeld, met dien verstande dat tussen het besluit en de behandeling maximaal 8 weken liggen.

  • 4.

    De raad kan in een raadsronde besluiten om een burgerinitiatief voor advies voor te leggen aan het college. Hij stelt daarbij een termijn vast waarbinnen dit advies moet zijn uitgebracht.

  • 5.

    Behandeling en besluitvorming vindt plaats conform de in de Notitie Raadsplein v1.2 vastgestelde procedures.

  • 6.

    Een burgerinitiatief dat ingediend wordt in de maanden juli of augustus wordt geacht te zijn binnengekomen op de eerste werkdag na het einde van het reces van de raad.

Artikel 7 Beraadslaging en besluitvorming

  • 1.

    De griffier nodigt de initiatiefnemers schriftelijk uit voor de raadsronde waarin het burgerinitiatiefvoorstel is geagendeerd. De initiatiefnemers hebben in deze raadsronde de gelegenheid om het burgerinitiatief mondeling toe te lichten en eventuele vragen uit de raad te beantwoorden.

  • 2.

    De voorzitter van de raadsronde kan een of meer initiatiefnemers of de vertegenwoordiger toestemming geven om deel te nemen aan de beraadslaging over het burgerinitiatief.

  • 3.

    De raad stelt de initiatiefnemers binnen twee weken na de datum van de raadsvergadering waarin besluitvorming over het burgerinitiatief heeft plaatsgevonden schriftelijk in kennis van zijn besluit. Indien de raad geheel of gedeeltelijk afwijkt van het burgerinitiatief geeft hij de redenen daarvoor.

  • 4.

    Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatiefvoorstel een besluit heeft genomen wordt dit besluit bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit of van de zakelijke inhoud ervan in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad, dan wel op een andere geschikte wijze.

  • 5.

    Indien de raad geheel of gedeeltelijk overeenkomstig het burgerinitiatief besluit, deelt het college de initiatiefnemers binnen twee weken na de raadsvergadering, waarin de besluitvorming over het burgerinitiatief heeft plaatsgevonden, mee, wanneer de uitvoering van het raadsbesluit zal worden gestart en bij welke medewerker van de gemeente de initiatiefnemers nadere inlichtingen kunnen inwinnen.

Artikel 8 Slotbepaling

  • 1.

    De verordening treedt in werking op 1 oktober 2015

  • 2.

    De verordening kan worden aangehaald als Verordening Burgerinitiatief 2015.

Toelichting

Artikel 1

Gekozen is voor een korte definiëring van begrippen. De Verordening Burgerinitiatief biedt het formele kader om initiatieven van burgers op de raadsagenda te krijgen. Er zijn twee soorten burgerinitiatieven mogelijk. Ten eerste het alleen maar aandragen van een onderwerp aan de raad ter agendering, zonder nadere omschrijving. Een voorbeeld is om te discussiëren over de veiligheid in een bepaalde wijk. Ten tweede is er het gemotiveerde verzoek met omschrijving van het besluit dat de raad wordt gevraagd. Het gaat om een concreet voorstel. Een voorbeeld is om betaald parkeren in een bepaalde wijk in te voeren. Het begrip ‘onderwerp’ is ruimer. Dat biedt de mogelijkheid aan burgers een onderwerp aan de gemeenteraad aan te dragen, zonder dat hierbij een concreet voorstel is gevoegd. Overigens laat de agendering van een onderwerp wel de mogelijkheid voor de initiatiefnemers om met een concreet voorstel te komen.

Artikel 2 Initiatiefgerechtigden

Het ligt voor de hand het initiatiefrecht toe te kennen aan kiesgerechtigden voor de gemeenteraadsverkiezingen, vanuit de gedachte dat het burgerinitiatief een instrument is om burgers bij de besluitvorming van de raad te betrekken en die te beïnvloeden. Wie kiesgerechtigd is, is vastgelegd in artikel B3 van de Kieswet. Om ook jongeren meer te betrekken is de leeftijd waarop initiatiefvoorstellen kunnen worden ingediend verlaagd naar 16 jaar. Jongeren kunnen op deze wijze (vroegtijdig) betrokken worden bij de gemeentelijke politiek ook al omdat deze leeftijdsgroep een eigen problematiek heeft. Voor de toetsing of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigdheid is voldaan, lijkt het moment van indiening van het verzoek aangewezen. Het verzoek vindt immers formeel op dit moment plaats. Om te kunnen onderzoeken of op dat moment wordt voldaan aan de vereisten, zijn verschillende gegevens nodig. Welke dat zijn wordt geregeld in artikel 4 van deze verordening.

Artikel 3 Uitgesloten onderwerpen

De beperkingen die dit artikel stelt aan de inhoud van een burgerinitiatiefvoorstel vloeien vooral voort uit doelmatigheidsoverwegingen. Het is bijvoorbeeld weinig efficiënt om de raad te belasten met de beraadslaging over een onderwerp waarover de raad uiteindelijk geen beslissende bevoegdheid heeft. Een ander argument voor deze uitzondering is, dat de afstand tussen burger en bestuur alleen maar zou worden vergroot als de burger na het doorlopen van de burgerinitiatiefprocedure te horen krijgt dat de raad niets met het burgerinitiatiefvoorstel kan doen, omdat hij er niet over gaat. Hoofdstuk XIII van de Gemeentewet richt zich op het stimuleren van een goed financieel beheer. Dit door in strikte bepalingen het vaststellen van de begroting, de jaarrekening en de goedkeuring van de begroting vast te leggen. Hier worden onder andere eisen aan de te nemen besluiten gesteld en termijnen waarbinnen een en ander moet plaatsvinden neergelegd. Het is niet de bedoeling dat een burgerinitiatief deze wettelijke procedures doorkruist. Op grond van artikel 132 lid 6 van de Grondwet is het de formele wetgever die bepaalt welke belastingen door het gemeentebestuur kunnen worden geheven. Derhalve kunnen gemeentelijke belastingen geen onderwerp zijn van een burgerinitiatief. Een vraag over gemeentelijk beleid kan ook geen onderwerp van een burgerinitiatief zijn. Voor dit soort vragen staan de burger andere wegen open, zoals het vragenhalfuur, het spreekrecht op het raadsplein of een spreekuur van een wethouder. Ook moet voorkomen worden dat het burgerinitiatief andere procedures zoals de bezwaar- of de klachtprocedure doorkruist. Met het oog hierop kan worden bepaald dat het burgerinitiatiefvoorstel geen bezwaar tegen een genomen besluit of een klacht over een gedraging van het gemeentebestuur kan inhouden. Hiervoor heeft de burger andere wegen. Ten slotte is het evenmin de bedoeling dat zaken die recent nog in de raad aan de orde zijn geweest opnieuw onderwerp van bespreking worden als gevolg van een burgerinitiatief. Dit zou de besluitvorming in de raad te zeer kunnen frustreren.

Artikel 4 Voorstel

Omdat de burgemeester de voorzitter van de raad is, ligt het voor de hand om het burgerinitiatiefvoorstel bij hem te laten indienen. Aan het verzoek zal een aantal minimumvereisten gesteld moeten worden. Om praktische overwegingen zoals uniformiteit, overzichtelijkheid en duidelijkheid is er voor gekozen om de indiening van een burgerinitiatiefvoorstel plaats te laten vinden door middel van een standaardformulier voor burgerinitiatieven, zoals opgenomen in de bijlage.

Om fraude met namen te voorkomen kan naar personalia gevraagd worden als adressen en geboortedata. In de verordening is gekozen voor een handtekeningendrempel van 15 mede-ondertekenaars. Voor deze - lage- drempel is gekozen om het makkelijk te maken om een burgerinitiatief in te dienen.

Artikel 5 Beoordeling

De voorzitter beoordeelt of het initiatiefvoorstel aan de gestelde vereisten voldoet, zoals de uitsluitingsgronden, voldoende handtekeningen, een gemotiveerd verzoek ed. Het is niet zinvol om dit door de gehele raad te laten doen. De voorzitter rapporteert aan de raad. Er wordt een termijn van twee weken genoemd, om er voor te zorgen dat er voorgang blijft zitten in de procedure.

Artikel 6 Behandeling

Na beoordeling door de voorzitter wordt het burgerinitiatief doorgeleid naar het presidium en beslist deze over het al of niet agenderen en de termijn van behandeling in een raadsronde, met dien verstande tot als besloten wordt tot behandeling dit binnen een termijn van 8 weken (2 Raadspleinen) dient te gebeuren.

De voorzitter geleidt het burgerinitiatiefvoorstel in ieder geval door naar het presidium indien er sprake is van een geldig verzoek, ingediend door een initiatiefgerechtigde. Van een geldig verzoek is sprake als (a) het verzoek door ten minste 15 initiatiefgerechtigden wordt ondersteund, (b) het onderwerp van het burgerinitiatiefvoorstel niet is uitgezonderd en (c) aan de in artikel 5 gestelde procedurele voorwaarden wordt voldaan.

Verzoeken waarover de raad niet bevoegd is, kan de voorzitter doorzenden naar het college. Hierover wordt het presidium geïnformeerd. Dat zal met name gebeuren als het college wel bevoegd is.

Behandeling van het voorstel en besluitvorming vindt plaats conform de daarover in de Notitie Raasplein vastgestelde procedures.

Artikel 7 Beraadslaging en besluitvorming

Dit artikel geeft aan dat in de raadsronde de inhoudelijke beraadslaging over het burgerinitiatiefvoorstel plaatsvindt. De indieners van het burgerinitiatief worden hierbij uitgenodigd en mogen het voorstel toelichten. Het staat de raad vrij om het college om advies te vragen over het voorstel. Zij kan ook besluiten een ander om advies te vragen, bijvoorbeeld een onderzoeksbureau, een organisatie die werkzaam is op het gebied waar het burgerinitiatief over handelt of een extern deskundige.

Met dit artikel worden ook waarborgen gecreëerd voor transparantie bij de afhandeling van een burgerinitiatiefvoorstel door de raad. Op grond van het tweede en vierde lid wordt de verzoeker altijd schriftelijk meegedeeld wat er met het ingediende voorstel gebeurt. Dat kan dus een mededeling zijn dat het verzoek wordt afgewezen of een inhoudelijk besluit zijn. Besluit de raad het burgerinitiatiefvoorstel te agenderen, dan is er sprake van een voorbereidingsbeslissing die niet vatbaar is voor bezwaar of beroep (artikel 6:3 Awb).

Bijlage 1: Verzoek burgerinitiatiefvoorstel

Ondergetekende verzoekt hierbij het volgende voorstel/onderwerp op de agenda van de gemeenteraad te plaatsen:

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Toelichting op voorstel/onderwerp:

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Naam:…………………………………………………………………………………………

Eerste voornaam en verdere voorletters:……….………………………………………

Geboortedatum:..……………………………………………………………………………

Adres:…………………………………………………………………………………………

Postcode:……………………………………………………………………………………

Woonplaats:………………………………………………………………………………….

Handtekening:

Plaatsvervanger:

Naam:…………………………………………………………………………………………

Eerste voornaam en verdere voorletters:……………………………………………………………………….

Geboortedatum:………………………………………………………………………………

Adres:……………………………………………………………………………………………

Postcode:………………………………………………………………………………………

Woonplaats:……………………………………………………………………………………

Handtekening:

Het verzoek gaat vergezeld van een lijst met de namen, adressen, geboortedata, woonplaatsen en handtekeningen van………… initiatiefgerechtigden die het verzoek ondersteunen.

Toelichting voor de verzoeker

Iedereen die mag stemmen voor de gemeenteraadsverkiezingen en inwoner is van de gemeente Geldrop - Mierlo kan een verzoek doen om een voorstel/onderwerp op de agenda van de raadsvergadering te plaatsen.

Ook zestien- en zeventienjarigen die vanaf hun achttiende jaar aan de gemeenteraadsverkiezingen zullen mogen deelnemen en in de gemeente Geldrop- Mierlo woonachtig zijn, kunnen een verzoek doen om een voorstel/onderwerp op de agenda van de raadsvergadering te plaatsen.

Zij zijn initiatiefgerechtigd.

Het zogenaamde burgerinitiatiefvoorstel moet worden ondersteund door tenminste 15 initiatiefgerechtigden. Hiervoor is een formulier vastgesteld. De titel van het voorstel moet in dezelfde bewoordingen opgenomen worden boven aan het formulier met ondersteuningsverklaringen.

Het burgerinitiatiefvoorstel mag niet inhouden:

  • a.

    de uitvoering van besluiten van hogere bestuursorganen waaromtrent de raad geen beleidsvrijheid heeft;

  • b.

    gemeentelijke belastingen en tarieven;

  • c.

    vaststelling en wijziging van de gemeentelijke begroting, de jaarrekening en de goedkeuring van de begroting;

  • d.

    een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad;

  • e.

    benoeming en functioneren van personen;

  • f.

    handelingen en gedragingen van collegeleden, raadsleden of ambtenaren waartegen een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;

  • g.

    onderwerpen waartegen een bezwaar- of beroepsprocedure in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht openstaat of heeft opengestaan of onderwerpen waarover de burgerlijke rechter is gevraagd een oordeel uit te spreken of heeft uitgesproken;

  • h.

    een onderwerp waarover de raad korter dan 2 jaren voor indiening van het burgerinitiatief een besluit heeft genomen;

  • i.

    een onderwerp dat overwegend het privé-belang van de indiener dient.

Bijlage 2: Ondersteuningsverklaringen burgerinitiatiefvoorstel

Ondergetekenden verklaren hierbij het verzoek tot het plaatsen van het volgende onderwerp/voorstel op de agenda van de gemeenteraad te ondersteunen:

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Naam, eerste voornaam en voorletters

Adres

Woonplaats

Geboortedatum

Handtekening

Toelichting

Bovenaan de lijst dient het voorstel/onderwerp van het burgerinitiatief dat wordt ondersteund te worden opgenomen in dezelfde bewoordingen als op het verzoek tot indiening van een initiatiefvoorstel.

Indien meer dan één vel nodig is voor gegevens van ondersteuners van het burgerinitiatief dient boven aan elk vel het voorstel/onderwerp te worden herhaald in dezelfde bewoordingen.

Bevoegd tot ondersteuning van een burgerinitiatief zijn degenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de gemeenteraad en inwoners van de gemeente van zestien en zeventien jaar die vanaf hun achttiende jaar aan de gemeenteraadsverkiezingen zullen mogen deelnemen als zij dan nog in de gemeente wonen.