Beleidsregels Tegemoetkoming Sociaal Medische Indicatie Kinderopvang (SMI) Gemeente Gemert-Bakel 2020

1. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

• a.

  het college: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Gemert-Bakel.

• b.

  Kinderopvang: gastouderopvang en opvang in een kindercentrum, bestaande uit dagopvang en buitenschoolse opvang, zoals vermeld in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, op grond van een sociaal-medische indicatie.

• c.

  Eigen bijdrage: eigen bijdrage in de kosten van kinderopvang conform de Adviestabel ouderbijdrage peuteropvang van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

• d.

  Eigen kracht en eigen netwerk: De mogelijkheid om de kinderen binnen het gezin zelf op te vangen of kinderopvang met hulp van het sociale netwerk van de ouder(s).

2. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet Kinderopvang en de Algemene wet bestuursrecht.

1. Voor kinderopvang komen in aanmerking ouder(s) van een kind/kinderen tot 13 jaar, woonachtig in de gemeente Gemert-Bakel, die geen of beperkt recht hebben op kinderopvangtoeslag van de belastingdienst én die op basis van sociaal-medische gronden niet in staat zijn om zelf voor hun kind/kinderen te zorgen.

2. In de leeftijd van 12 tot 16 jaar kunnen kinderen in principe enkele uren zonder opvang. Voor kwetsbare kinderen in deze leeftijdscategorie kan op grond van een individuele afweging kinderopvang worden ingezet.

1. Een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang wordt in beginsel voor de periode van maximaal 3 maanden toegekend.

2. Binnen een periode van 3 maanden moeten de ouder(s) een oplossing zoeken met inzet van de eigen kracht en/of het eigen netwerk.

3. Indien nodig wordt het gezin ondersteund in het zoeken naar deze oplossing.

4. Wanneer na 3 maanden geen oplossing is gevonden, kan de vergoeding worden verlengd.

5. Een verlenging van de voorziening is een maatwerkbeslissing.

1. Aan tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang moet een indicatie ten grondslag liggen.

2. De meest passende en goedkoopste oplossing is leidend.

3. De indicatie wordt afgegeven door de aanvraagbehandelaar (consulent) uit het gebiedsteam. Bij twijfel kan deze een advies opvragen bij een onafhankelijk deskundige.

4. De indicatie heeft een geldigheidsduur van maximaal 3 maanden.

5. Van het bepaalde in lid 4 kan worden afgeweken wanneer bij de aanvraag al duidelijk is dat een oplossing op grond van eigen kracht en/of eigen netwerk binnen 3 maanden niet haalbaar is.

6. Bij het vaststellen van het aantal uren kinderopvang wordt - indien van toepassing - rekening gehouden met lopende kinderopvang op het moment van de aanvraag. De SMI- indicatie wordt afgegeven voor het aantal uren kinderopvang dat bovenop de lopende kinderopvang noodzakelijk is.

1. De hoogte van de tegemoetkoming wordt vastgesteld aan de hand van het aantal uren dat naar oordeel van het college als noodzakelijk kan worden aangemerkt.

2. Voor de bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming wordt aangesloten de tarieven van de kinderopvang met een maximum uurprijs voor kinderopvang zoals deze is opgenomen in het Besluit kinderopvangtoeslag en wordt gehanteerd door de Belastingdienst.

1. De ouder(s) zijn een inkomensafhankelijk bijdrage verschuldigd. De berekening van de eigen bijdrage wordt gebaseerd op de Adviestabel ouderbijdrage peuteropvang van de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten.

2. De eigen bijdrage wordt verrekend met de eerste betaling.

3. Geen eigen bijdrage is verschuldigd wanneer:

• a.

  In een gezin al een bijdrage kinderopvang wordt betaald op basis van andere vormen van kinderopvang dan op grond van een SMI-indicatie.

  Er is per gezin slechts eenmaal een bijdrage verschuldigd;

• b.

  De ouder(s) een netto inkomen hebben dat lager is dan de 110 % van de geldende bijstandsnorm op grond van de Participatiewet;

• c.

  De ouder(s) gebruik maken van een aantoonbare minnelijke of wettelijke schuldregeling.

1. De tegemoetkoming wordt in principe rechtstreeks betaald aan de kinderopvang op basis van een (eind)factuur.

2. Het college kan een andere betaalwijze toestaan, wanneer dat beter aansluit op de bestaande situatie.

1. Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang dienen de ouder(s) een schriftelijke aanvraag in te dienen bij de gemeente.

2. De ouder(s) zijn verplicht aan het college, daarnaar gevraagd, medewerking te verlenen aan de uitvoering van deze beleidsregels en de benodigde bewijsstukken te overleggen.

1. Het college kan het recht op tegemoetkoming herzien of intrekken:

• a.

  Als het niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenverplichting als bedoeld in artikel 10 geleid heeft tot een onterechte of een te hoog verstrekte tegemoetkoming.

• b.

  Als anderszins een tegemoetkoming ten onrechte of tot een te hoog bedrag verstrekt is.

2. Als het college een besluit tot herziening of intrekking als bedoeld in het eerste lid genomen heeft, kan het een ten onrechte of te hoog verstrekte tegemoetkoming terugvorderen.

1. Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van het bepaalde in de beleidsregels.

2. In alle gevallen waarin de beleidsregels niet voorziet of onduidelijk is, besluit het college.

1. Op aanvragen die voor de inwerkingtreding van deze beleidsregels zijn ontvangen, maar nog niet beslist, zijn deze beleidsregels onverkort van toepassing.

2. De verlenging van SMI indicaties kinderopvang, waarvan de einddatum na de inwerkingtreding van deze beleidsregels ligt, wordt beoordeeld en vastgesteld op grond van deze beleidsregels.