Regeling vervallen per 13-11-2014

Verordening op de commissie voor ontwikkelingssamenwerking

Geldend van 28-08-1997 t/m 12-11-2014

Intitulé

Verordening op de commissie voor ontwikkelingssamenwerking

GEMEENTE GIESSENLANDEN

De raad der gemeente Giessenlanden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 mei 1987;

gelet op artikelen 82, 83 en 91 van de Gemeentewet;

b e s l u i t;

  • 1.

    in te stellen een commissie voor ontwikkelingssamenwerking;

  • 2.

    vast te stellen de volgende verordening op de commissie voor ontwikkelingssamenwerking.

Instelling

Artikel 1

Ter behartiging van de voorlichting en bewustwording van de inwoners van de gemeente Giessenlanden alsmede de steunverlening aan projecten in de ontwikkelingslanden wordt een commissie ontwikkelingssamenwerking ingesteld.

Bovengenoemde commissie wordt in deze verordening verder aangeduid als "de commissie".

Taak

Artikel 2

De commissie heeft tot taak:

  • 1.

    het bevorderen van de voorlichting en bewustwording van de inwoners van Giessenlanden t.a.v. de problemen van de ontwikkelingslanden;

  • 2.

    het bestuderen van vraagstukken, die verband houden met de ontwikkelingen ten aanzien van gemeenten en ontwikkelingssamenwerking;

  • 3.

    uitvoering geven aan het door de gemeenteraad ingezette beleid t.a.v. ontwikkelingssamenwerking;

  • 4.

    het adviseren van het college van burgemeester en wethouders, gevraagd en ongevraagd.

  • 5.

    het beheer over de door de gemeenteraad beschikbaar gestelde gelden t.a.v. ontwikkelingssamenwerking.

Bevoegdheden

Artikel 3

Aan de commissie worden de volgende bevoegdheden toegekend:

  • a.

    het indienen van een ontwerpbegroting bij burgemeester en wethouders voor de uitgaven verbonden aan de taakuitvoering;

  • b.

    het toekennen van subsidie aan projecten voor ontwikkelingssamenwerking uit de door de gemeenteraad beschikbaar gestelde gelden.

Samenstelling

Artikel 4

  • l. De commissie bestaat uit 9 leden, waarvan:

  • a. een lid, door burgemeester en wethouders uit hun midden aan te wijzen;

  • b. 8 leden, door burgemeester en wethouders te benoemen, bestaande uit personen, die kunnen worden aangemerkt als deskundigen c.q. geïnteresseerden op het gebied van ontwikkelingssamenwerking.

    • 2.

      De commissie is bevoegd deskundigen tot het bijwonen van hun vergadering uit te nodigen.

      Zij hebben een adviserende stem.

Artikel 5

Als voorzitter van de commissie treedt op het door burgemeester en wethouders uit hun midden aangewezen lid als bedoeld in artikel 4 onder a.

Een plaatsvervangend voorzitter wordt door de commissie uit haar midden aangewezen.

Artikel 6

Leden van de commissie kunnen alleen zijn degenen, die voldoen aan de

vereisten, zoals vermeld in artikel 10 en 13 van de Gemeentewet ten aanzien van het raadslidmaatschap, met dien verstande dat zij geen ingezetenen van de gemeente behoeven te zijn.

Zittingsduur

Artikel 7

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag, waarop de leden van de gemeenteraad aftreden. Zij kunnen terstond worden herbenoemd.

  • 2.

    De voorzitter of de leden die aftreden of ontslag nemen, blijven hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien. Het vorenstaande vindt geen toepassing indien ontslag wordt verleend op grond van het bepaalde in artikel 8, 2e lid.

Einde lidmaatschap

Artikel 8

  • l.

    Het lidmaatschap van de voorzitter eindigt wanneer hij ophoudt lid van het college van burgemeester en wethouders te zijn.

    • 2.

      Burgemeester en wethouders kunnen een lid ontslaan, wanneer betrokkene zonder opgaaf van deugdelijke redenen - dit ter beoordeling van de raad - drie of meer achtereenvolgende vergaderingen verzuimt bij te wonen.

    • 3.

      Het in het 2e lid genoemde ontslag gaat eerst in nadat het lid in de gelegenheid is gesteld zich in een vergadering van het college te verdedigen.

Voorzitter

Artikel 9

  • l. De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering van de commissie en is bevoegd wanneer die orde op enigerlei wijze door de toehoorders wordt verstoord, hen die dit doen of alle toehoorders te doen vertrekken.

    • 2.

      Hij kan de commissie voorstellen aan een lid, dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, voor de eerste maal voor de dag, waarop het besluit genomen wordt en bij herhaling voor een bepaalde tijd, maar niet langer dan voor drie vergaderingen, de toegang tot de vergadering te ontzeggen. Over dit voorstel wordt niet beraadslaagd. Bij aanneming moet het lid de vergadering onmiddellijk verlaten. Bij weigerachtigheid doet de voorzitter hem verwijderen.

    • 3.

      Indien aan een lid de toegang tot de vergaderingen is ontzegd, wordt hij van de presentielijst afgevoerd.

Artikel 10

De voorzitter tekent alle stukken, die van de commissie uitgaan.

Secretaris

Artikel 11

  • l. Als secretaris van de commissie treedt op de door burgemeester en wethouders aan te wijzen ambtenaar ter secretarie.

    • 2.

      Bij ziekte, afwezigheid of ontstentenis van de secretaris wordt hij vervangen door een door burgemeester en wethouders aan te wijzen ambtenaar.

Artikel 12

De secretaris staat de commissie in alles wat de haar opgedragen taak

aangaat ter zijde. Hij heeft een adviserende stem.

Artikel 13

Door hem worden alle stukken, die van de commissie uitgaan, mede-ondertekend.

Vergaderingen van de commissie

Artikel 14

  • 1. De commissie vergadert ten minste vier maal per jaar en zo voorts zo dikwijls de voorzitter het nodig oordeelt.

  • 2. Indien ten minste 3 leden een vergadering nodig oordelen, dienen zij dit schriftelijk en met redenen omkleed aan de voorzitter te verzoeken. De voorzitter is verplicht bedoelde vergadering binnen veertien dagen te houden.

  • 3. De voorzitter nodigt de leden schriftelijk uit tot het bijwonen van de vergadering en draagt er zorg voor dat plaats, dag en uur van de vergadering ter openbare kennis worden gebracht.

  • 4. De uitnodigingen worden, spoedeisende gevallen uitgezonderd, ten minste vier maal vierentwintig uur voor het houden van de vergadering aan de leden toegezonden. Zij vermelden zoveel mogelijk de te behandelen zaken.

Artikel 15

  • 1.

    De vergaderingen van de commissie vinden in het openbaar plaats.

  • 2.

    De deuren van de vergaderzaal worden evenwel gesloten, wanneer een vijfde gedeelte der aanwezige leden het vordert of de voorzitter het nodig acht. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd. Het besluit daartoe behoeft de toestemming van tweederde der aanwezige leden.

  • 3.

    Over de punten, in besloten vergadering behandeld, kan daarin ook een besluit worden genomen.

  • 4.

    De commissie kan omtrent het in besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van stukken, welke aan de commissie worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Zij wordt zowel door de leden, die bij de behandeling tegenwoordig waren, als door de leden, die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft.

  • 5.

    De voorzitter kan omtrent de inhoud van stukken, als bedoeld in het vorige lid, voorlopige geheimhouding opleggen. Hij geeft hiervan terstond kennis aan de commissie. De voorlopige oplegging van geheimhouding vervalt, zo zij niet aan de commissie in haar eerstvolgende vergadering, waarin meer dan de helft van het getal zitting hebbende leden tegenwoordig is, ter bekrachtiging wordt aangeboden. In geval van niet-bekrachtiging vervalt de voorlopige geheimhouding eveneens.

Artikel 16

  • 1.

    De vergadering van de commissie wordt niet gehouden indien blijkens de presentielijst niet meer dan de helft van het getal der zitting hebbende leden is opgekomen.

    • 2.

      Wanneer het vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt een nieuwe vergadering belegd op de in artikel 14 voorgeschreven wijze, met aanhaling in de oproepingsbriefjes van de bepalingen van dit artikel. Evenwel behoeven er slechts vierentwintig uren tussen de rondzending van de oproepingsbriefjes en het uur der vergadering te verlopen.

    • 3.

      Deze laatste vergadering wordt gehouden, ongeacht het getal der leden, dat is opgekomen.

Artikel 17

  • 1. Over alle zaken wordt mondeling bij hoofdelijke oproeping gestemd.

    • 2.

      Bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen wordt schriftelijk, bij gesloten en ongetekende briefjes gestemd.

    • 3.

      Indien bij het nemen van een besluit over een zaak door geen der leden een stemming wordt verlangd, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

Artikel 18

  • l. Een stemming is nietig, indien niet meer dan de helft van het getal der leden dat zitting heeft, aan de stemming heeft deelgenomen. Bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen, worden leden, die blanco briefjes ingeleverd hebben, voor de toepassing van dit artikel geacht aan de stemming te hebben deelgenomen.

    • 2.

      Een stemming is geldig, ongeacht het aantal leden, dat daaraan heeft deelgenomen, ingeval er opnieuw wordt gestemd over een voorstel of over een benoeming, voordracht of aanbeveling van een of meer personen, ten aanzien waarvan in een vroegere vergadering een stemming op grond van het bepaalde in het eerste lid nietig was. Hetzelfde geldt in een vergadering, zoals bedoeld in het laatste lid van artikel 16.

Artikel 19

  • 1. Voor het tot stand komen van een besluit bij stemming wordt de volstrekte meerderheid geëist van de leden, die aan de stemming hebben deelgenomen.

  • 2. Bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen worden leden, die blanco briefjes ingeleverd hebben, voor de toepassing van dit artikel geacht niet aan de stemming te hebben deelgenomen.

Artikel 20

  • 1.

    Bij staking van stemmen wordt het nemen van het besluit tot een volgende vergadering uitgesteld, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend.

  • 2.

    In deze en evenzo in een voltallige vergadering wordt bij staken van stemmen het voorstel geacht niet te zijn aangenomen.

  • 3.

    Ingeval omtrent het benoemen, voordragen of aanbevelen van personen de stemmen bij herstemming staken, beslist terstond het lot.

Artikel 21

In een besloten vergadering kan niet beraadslaagd, noch een besluit genomen worden over:

  • a.

    voorstellen waaruit financiële verplichtingen voortvloeien met de daarbij behorende ontwerpen tot wijziging van de begroting, zoals bedoeld in artikel 24.;

  • b.

    het toekennen van subsidie als bedoeld in artikel 3, onder b.

Rechten en verplichtingen

Artikel 22

(vervallen)

Artikel 23

  • 1.

    Aan het college van burgemeester en wethouders en aan de gemeenteraad wordt mededeling gedaan van de werkwijze van de commissie en de opgestelde criteria ten aanzien van subsidieverlening welke door de commissie worden vastgesteld.

  • 2.

    De notulen van devergaderingen van de commissie worden ter kennisneming aangeboden aan de gemeenteraad en aan burgemeester en wethouders.

Artikel 24

Artikel 24

  • 1.

    De commissie verstrekt de gemeenteraad en burgemeester en wethouders de door hen gevraagde gegevens en inlichtingen omtrent de haar opgedragen taak.

  • 2.

    Jaarlijks voor 1 juli verstrekt de commissie aan burgemeester en wethouders de nodige gegevens voor het opstellen van de gemeentebegroting voor het volgende dienstjaar.

Verslag en rekening

Artikel 25

Binnen drie maanden na afloop van elk kalenderjaar doet de commissie aan de gemeenteraad verslag van haar werkzaamheden over dat jaar en legt zij verantwoording af van het gevoerde beheer, onder overlegging van een rekening.

Openbaarmaking besluiten

Artikel 26

Indien krachtens enige wettelijke bepaling besluiten van de commissie openbaar gemaakt moeten worden, geschiedt dit door de zorg van de voorzitter op de wijze, die in de gemeente gebruikelijk is.

Vergoeding

Artikel 27

De leden van de commissie ontvangen voor het bijwonen van de vergadering geen vergoeding.

Verantwoording

Artikel 28

De leden van de commissie zijn aan de gemeenteraad verantwoording verschuldigd over de uitoefening van de in artikel 3 toegekende bevoegdheden; zij geven te dien aanzien alle door de gemeenteraad verlangde inlichtingen.

Wijzigingen

Artikel 29

Omtrent wijzigingen van deze verordening wordt de commissie gehoord.

Slotbepalingen

Artikel 30

In gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders, de commissie gehoord.

Artikel 31

Deze verordening treedt in werking op de derde dag nadat zij is afgekondigd.

Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad d.d. 28 augustus 1997.

De secretaris, De voorzitter,

Mr. G.C. Peters. C.Bakker.