Regeling vervallen per 01-01-2020

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda houdende regels omtrent woon-werkverkeer Regeling woon–werkverkeer Gouda

Geldend van 19-04-2017 t/m 31-12-2019

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda houdende regels omtrent woon-werkverkeer Regeling woon–werkverkeer Gouda

Deze regeling is eerder al op gebruikelijke wijze bekend gemaakt op 18 april 2017, Gemeenteblad 2017, 62815. Door deze publicatie wordt het nu ook bekend gemaakt via het elektronisch en algemeen toegankelijke Gemeenteblad.

burgemeester en wethouders van Gouda

Gelezen het advies d.d. 22 oktober 2008

overwegende dat het gewenst is om duurzame mobiliteit te bevorderen waarbij de zorg voor de gezondheid, de zorg voor het milieu en de zorg voor een goed werkgeverschap met elkaar zijn verbonden, tot uiting komend in de Regeling woon-werkverkeer;

gelet op artikel 4a:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling;

gelet op hoofdstuk 18 van de Goudse Uitwerkingsovereenkomst (GUWO);

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg d.d. 17 december 2008

besluiten:

vast te stellen de volgende Regeling woon–werkverkeer

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

a.

CAR-GUWO:

Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten-Goudse Uitwerkingsovereenkomst;

b.

fiets:

hieronder wordt tevens begrepen alle vervoersmiddelen, niet zijnde openbaar vervoer, auto/motor;

c.

fiscale voorziening:

een deel van de bruto eindejaarsuitkering of een deel tegen het bruto maand-salaris dat uitgeruild wordt tegen een onbelaste kilometervergoeding;

d.

kilometervergoeding:

het door de minister van Financiën vastgestelde maximale belastingvrije bedrag voor zakelijke kilometers inclusief de woon-werkkilometers;

e.

medewerker:

de ambtenaar in de zin van artikel 1:1, lid 1, sub a van de CAR-GUWO;

f.

meldingsformulier:

het meldingsformulier woon-werkverkeer dat integraal deel uitmaakt van deze regeling;

g.

regeling:

Regeling woon–werkverkeer;

h.

reisafstand:

afstand van de postcode van het woonadres van de medewerker enkele reis naar de postcode van zijn werkplek, bepaald met behulp van de routeplanner Routenet, onder vermelding van de optimale route en het vervoermiddel;

i.

reisdag:

dag waarop de medewerker in Gouda arbeid verricht;

j.

vervoermiddel:

dat vervoermiddel waar meer dan 50% van de reisafstand gebruik van wordt gemaakt;

k.

vervoersvergoeding:

vaste onbelaste maandelijkse vergoeding van maximaal één vervoermiddel voor het reizen tussen woonadres en werkplek, conform de tabel in artikel 2;

l.

werkplek:

adres waar de werkzaamheden daadwerkelijk worden uitgeoefend;

m.

woonadres:

adres waar de medewerker woont;

n.

woon–werkverkeer:

het regelmatig reizen van de medewerker van het woonadres naar de werkplek en terug.

Artikel 2 Vaste vervoersvergoeding

  • 1. Aan de medewerker wordt maandelijks een vervoersvergoeding toegekend voor de kosten woon-werkverkeer.

  • 2. De hoogte van de vervoersvergoeding is afhankelijk van de wijze van vervoer, de reisafstand en het aantal reisdagen per week.

  • 3. Voor de maandbedragen van de vervoersvergoeding woon-werkverkeer geldt de volgende tabel:

    vervoer-

    middel

    enkele

    reisafstand

    5

    reisdagen

     

    4

    reisdagen

    3

    reisdagen

    2

    reisdagen

    1

    reisdag

    fiets

     

     

     

    00 – 05 km

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    05 – 10 km

    20,00

    16,00

    12,00

    08,00

    04,00

    10 – 15 km

    44,00

    35,20

    26,40

    17,60

    08,80

    15 – 20 km

    44,00

    35,20

    26,40

    17,60

    08,80

    20 km of meer

    44,00

    35,20

    26,40

    17,60

    08,80

    openbaar vervoer 

     

     

    00 – 05 km

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    05 – 10 km

    20,00

    16,00

    12,00

    08,00

    04,00

    10 – 15 km

    44,00

    35,20

    26,40

    17,60

    08,80

    15 – 20 km

    66,00

    52,80

    39,60

    26,40

    13,20

    20 km of meer

    88,00

    70,40

    52,80

    35,20

    17,60

    auto / motor 

     

     

    00 – 05 km

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    05 – 10 km

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    00,00

    10 – 15 km

    25,00

    20,00

    15,00

    10,00

    05,00

    15 – 20 km

    25,00

    20,00

    15,00

    10,00

    05,00

    20 km of meer

    25,00

    20,00

    15,00

    10,00

    05,00

  • 4. Met de in de tabel genoemde bedragen is rekening gehouden met kortdurende ziekte, vakantie en verlof.

  • 5. Indien in geval van een reisonderbreking van een aaneengesloten periode van de lopende kalender-maand en de daarop volgende kalendermaand niet is gereisd tussen werkplek en woonadres, wordt met ingang van de 1ste dag van de kalendermaand na deze periode geen vervoersvergoeding toege-kend. De vervoersvergoeding wordt weer hervat de 1ste van de maand volgende op die waarin de medewerker is hersteld.

  • 6. De vervoersvergoedingen zullen éénmaal per kalenderjaar worden aangepast met hetzelfde percentage waarmee de prijs van een OV-jaarkaart 2de klasse van de NS wordt aangepast.

Artikel 3 Fiscale voorziening 1

  • 1. De medewerker kan op zijn verzoek, naast het bepaalde in artikel 2, een fiscale voorziening ontvangen voor het woon-werkverkeer.

  • 2. De in lid 1 bedoelde voorziening bestaat uit het uitwisselen van arbeidsvoorwaarden, zoals bedoeld in artikel 4a:3 van de CAR-GUWO.

  • 3. De in lid 1 bedoelde fiscale voorziening wordt netto uitbetaald, terwijl van eenzelfde brutobedrag wordt afgezien op de bruto eindejaarsuitkering dan wel het bruto maandsalaris.

  • 4. De medewerker die een fiscale voorziening wil ontvangen, dient een meldingsformulier in te leveren bij de afdeling PenO.

  • 5. Reisonderbrekingen dan wel hervattingen, zoals bedoeld in artikel 2, lid 5, worden in mindering gebracht dan wel hersteld.

Artikel 4 Berekening van de fiscale voorziening 2

  • 1. De hoogte van de fiscale voorziening wordt bepaald door de volgende rekenkundige formule:

    A x 2 x (214 x B/5) x C

  • 2. A is het rekenkundig getal op één decimaal achter de komma van de reisafstand. De factor 2 staat voor de reisafstand heen en terug, op één decimaal achter de komma. De factor 214 staat voor het aantal reisdagen per jaar, waarbij rekening is gehouden met kortdurende ziekte, vakantie en verlof. B is het aantal reisdagen per week en C is de maximale belastingvrije kilometervergoeding.

  • 3. Om het netto voordeel te bepalen, wordt de uitkomst vermenigvuldigd met het voor de medewerker van toepassing zijnde belastingtarief.

  • 4. De kilometervergoeding, als bedoeld in lid 1, bedraagt het maximaal toegestane belastingvrije bedrag van € 0,19.

  • 5. Op de fiscale voorziening wordt in mindering gebracht het bedrag dat is toegekend als vervoersver-goeding in het betreffend kalenderjaar.

  • 6. De uitruil mag niet meer bedragen dan 30% van de pensioengrondslag.

Artikel 5 Fiscale randvoorwaarden 3

  • 1. Uitvoering van deze regeling vindt plaats binnen de wettelijke voorschriften en tot de maximumbedra-gen zoals die door de minister van Financiën zijn vastgesteld.

  • 2. Indien de in lid 1 bedoelde voorschriften van de minister van Financiën wijzigen, dan zijn de gewijzigde voorschriften vanaf het moment van ingang van overeenkomstige toepassing op deze regeling.

Artikel 6 Slotbepalingen 4

  • 1. De medewerker heeft 1 x per kalenderjaar de keuze om het moment van de toekenning van de fiscale voorziening te wijzigen dan wel deze te beëindigen. Dit dient uiterlijk vóór 1 november van elk kalen-derjaar via een meldingsformulier ingevuld en ondertekend bij de afdeling PenO te worden ingeleverd. De wijziging heeft betrekking op het daarop volgende kalenderjaar.

  • 2. De medewerker is verplicht schriftelijk mededeling te doen aan de afdeling PenO van elke wijziging in zijn omstandigheden en van alle gegevens die van belang kunnen zijn voor de aanspraak op het bedrag van de vervoersvergoeding. Dit dient te geschieden uiterlijk binnen 14 kalenderdagen na de ingangs-datum via invulling van een meldingsformulier woon-werkverkeer.

  • 3. De in lid 1 bedoelde wijziging dient een structureel karakter te dragen van minimaal één maand of meer. De fiscale voorziening, genoemd in artikel 3, lid 1, wordt dienovereenkomstig aangepast.

  • 4. Wanneer de medewerker onjuiste gegevens verstrekt en/of onrechtmatig gebruik maakt van deze regeling, wordt de eventuele aan de gemeente opgelegde naheffingsaanslag (inclusief de boete en heffingsrente) van de belastingdienst met terugwerkende kracht op de medewerker verhaald.

  • 5. De werkgever aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor de mogelijk in andere (wettelijke) regelingen opkomende gevolgen van de verlaging van de eindejaarsuitkering en dan wel het bruto maandsalaris als gevolg van het gebruikmaken van de fiscale voorziening.

  • 6. In die gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, zal het college een beslissing nemen in de geest van deze regeling.

  • 7. De regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2009, terwijl met ingang van dezelfde datum de Regeling verplaatsingskostenvergoeding gemeente Gouda 2004, komt te vervallen.

Artikel 7 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als Regeling woon-werkverkeer.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 18 december 2008

Burgemeester en wethouders voornoemd,

getekend door de burgemeester, W.M. Cornelis

getekend door de secretaris, mw. L.A.M. Bakker

Toelichting op de Regeling woon – werkverkeer

Artikel 1Begripsbepalingen

lid f., meldingsformulier: bij het meldingsformulier voegt de medewerker een printuitdraai toe waarop de berekende reisafstand via Routenet is aangegeven.

lid h., reisafstand: Routenet als reisplanner is te vinden op TERA. Bij de bepaling van het aantal km’s moet de optimale route worden aangegeven met vermelding van het juiste vervoermiddel. Wordt gebruik gemaakt van het openbaar vervoer, dan mag de auto als vervoermiddel worden aangegeven ter bepaling van de reisafstand.

lid i., reisdag: Hieronder wordt verstaan de dagen waarop daadwerkelijk in Gouda wordt gewerkt. De dag waarop structureel thuis wordt gewerkt, wordt niet als een reisdag aangemerkt. Onder structureel wordt verstaan een periode van minimaal één maand of meer.

Artikel 3Fiscale voorziening

lid 2.: Het principe van het cafetariamodel houdt in dat een bruto salariscomponent wordt ingeruild tegen een netto bedrag. Op die manier wordt geen belasting betaald over het bedrag dat wordt ingezet en wordt gemiddeld 42% belastingvoordeel behaald, het meest voorkomende belasting-tarief. De randvoorwaarden hiervoor worden bepaald door de fiscale regelgeving en/of instructie van de inspecteur van de Belastingdienst. Hierdoor kunnen de voorwaarden van het cafetaria-model door de tijd heen wijzigen.

Spreiding van de fiscale voorziening over 12 maanden heeft als nadeel dat de berekenings-grondslag wordt aangepast en de medewerker hierdoor minder vakantietoelage, eindejaarsuit-kering en de levensloopbijdrage ontvangt.

lid 3.: De staatssecretaris van Financiën heeft (bij besluit van 08-09-2008, nr. CPP2008 / 1727M) goed-gekeurd dat onder bepaalde voorwaarden uitruil van beloningsbestanddelen mag plaatsvinden, zonder dat de verlaging van het fiscale loon leidt tot een verlaging van het pensioengevend salaris. Hiertoe wordt ook gerekend de vergoeding voor het woon-werkverkeer

Voorbeeld

  • Een medewerkster legt haar reisafstand van 13,6 km met de fiets als vervoermiddel af.

  • Het aantal reisdagen per week bedraagt vijf.

  • Zij heeft aangegeven dat zij in aanmerking wil komen voor de fiscale voorziening.

Op grond van de in artikel 4 genoemde rekenformule is het bedrag dat uitgeruild wordt op jaarbasis € 1.105,95 minus de vervoersvergoeding van € 528,-- (€ 44,-- per maand) op jaarbasis, hetgeen resulteert in een fiscale voorziening van € 577,95 per jaar. Bij een heffingspercentage van 42% is het netto voordeel daarvan € 242,74. Betrokken medewerkster ontvangt dus maan-delijks voor haar reisafstand € 44,-- en het netto bedrag van € 242,74 dat is uitgeruild via de eindejaarsuitkering.

lid 4.: Om in aanmerking te komen voor een vervoersvergoeding en/of fiscale voorziening is het verplicht om het in het Handboek PenO opgenomen meldingsformulier woon–werkverkeer naar waarheid in te vullen en te ondertekenen. Dit formulier wordt aangemerkt als een eigen ver-klaring, zoals bedoeld in de belastingvoorschriften. Bij deze verklaring wordt door de medewerker tevens een printuitdraai van de door Routenet berekende reisafstand gevoegd.

Vervoersbewijzen behoeven niet te worden overlegd, aangezien het om de toekenning gaat van een vervoersvergoeding. De medewerker draagt zelf de verantwoordelijkheid voor de bewijslast indien de belastingdienst hierom vraagt.

Artikel 4Berekening van de fiscale voorziening

lid 1.: Het aantal reisdagen is voor de medewerker met:

  • a.

    5 reisdagen vastgesteld op 214 per jaar;

  • b.

    4 reisdagen vastgesteld op 171 per jaar;

  • c.

    3 reisdagen vastgesteld op 128 per jaar;

  • d.

    2 reisdagen vastgesteld op 086 per jaar;

  • e.

    1 reisdag vastgesteld op 43 per jaar.


Noot
1

Vervallen per 01-01-2017 door de Regeling individueel keuzebudget

Noot
2

Idem

Noot
3

Idem

Noot
4

Vervallen per 01-01-2017 door de Regeling individueel keuzebudget de artikelleden 1, 3, tweede volzin, 4 en 5