Regeling vervallen per 21-12-2011

Algemene Subsidie Verordening gemeente Grave 2007

Geldend van 01-01-2007 t/m 20-12-2011

Intitulé

Algemene Subsidie Verordening gemeente Grave 2007

Onderwerp: ALGEMENE SUBSIDIE VERORDENING GRAVE 2007DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRAVE;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.: 8 februari 2006BESLUIT:Gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en de bepalingen van Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;Overwegende dat het wenselijk is nadere bepalingen en regels te stellen voor de subsidieverstrekking;Voor zover een andere wettelijke regeling hierin niet voorziet;• tot vaststelling van de Algemene Subsidie Verordening gemeente Grave 2007, onder gelijktijdige intrekking van de Algemene Subsidie Verordening gemeente Grave 1998 en de additionele Deelverordeningen.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Gemeente

:

de gemeente Grave

De raad

:

de gemeenteraad van de gemeente Grave

Het college

:

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grave

De wet

:

de Algemene wet bestuursrecht

 

Artikel 2 Reikwijdte

  • 1. Deze verordening is van toepassing op de subsidiëring van activiteiten op het gebied van Welzijn, Zorg en Sport en Maatschappelijke Ondersteuning, dan wel in het maatschappelijk belang van de gemeente.

  • 2. Behoudens en voor zover sprake is van een op een specifieke doelgroep gerichte activiteit, dienen de activiteiten van de subsidieaanvrager open te staan voor alle groeperingen of personen, zonder onderscheid naar ras, godsdienst, levensovertuiging, sekse of seksuele geaardheid.

  • 3. Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere beleidsregels vaststellen.

  • 4. Het college is belast met de uitvoering van deze verordening binnen de door de raad vastgestelde beleids- en financiële kaders van de begroting.

Artikel 3 Subsidieontvanger

  • 1. In het algemeen worden slechts activiteiten gesubsidieerd die georganiseerd worden door rechtspersonen.

  • 2. In bijzondere gevallen kan eenmaal subsidie worden verleend ten behoeve van door een groep van natuurlijke personen georganiseerde activiteiten.

Artikel 4 Weigeringsgronden

De subsidieverlening kan naast de in artikel 4:25 en 4:35 van de wet genoemde gronden geweigerd worden indien gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat:

  • a.

    de activiteiten van de aanvrager niet gericht zijn op de gemeente, of niet aanwijsbaar grotendeels ten goede komen van de ingezetenen van de gemeente, dan wel niet passen binnen het beleid van de gemeente.

  • b.

    de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld.

  • c.

    de activiteiten reeds plaatsvinden of hebben gevonden alvorens een subsidieaanvraag is ingediend.

  • d.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met wet – en regelgeving, het algemeen belang of de openbare orde, internationale verdragen en algemeen erkende rechten van de mens.

  • e.

    de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende middelen kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden.

Artikel 5 Subsidieplafond

  • 1. Indien in de door de raad vastgestelde begroting of in een daarvan deel uitmakende bijlage een post is opgenomen die blijkens de daarbij horende omschrijving uitsluitend bestemd is als subsidie ten behoeve van een afzonderlijk programma binnen de begroting of een onder dit programma vallend product, geldt deze begrotingspost als subsidieplafond.

  • 2. Indien uit de omschrijving van het programma binnen de begroting of onder dit programma vallend product niet zonder meer blijkt dat de raad voor dit programma of product een subsidieplafond heeft vastgesteld is het college bevoegd binnen de kaders van de gemeentebegroting een subsidieplafond voor dit programma of product vast te stellen.

  • 3. Indien een subsidieplafond is vastgesteld zoals omschreven in art. 4:22 Awb en zoals bedoeld in dit artikel, worden aanvragen om subsidie in behandeling genomen in de volgorde van ontvangst daarvan, tenzij het college vooraf criteria bekend heeft gemaakt aan de hand waarvan aanvragen zullen worden behandeld.

Artikel 6 Subsidievormen

  • 1. Subsidie zoals bedoeld in artikel 4:21 van de wet worden onderscheiden in de vormen:

    • a.

      de prestatiesubsidie: in de subsidiesystematiek wordt aan basisvoorzieningen de prestatiesubsidie gekoppeld. De prestatiesubsidie heeft de intentie om een relatie te leggen tussen de door de gemeente essentieel geachte activiteiten/resultaten (om gestelde beleidsdoelen te realiseren) en de subsidie. De prestatiesubsidie is gekoppeld aan professionele organisaties waar beroepskrachten worden ingezet. Met deze organisaties worden prestatieovereenkomsten afgesloten.

    • b.

      de integratiesubsidie: in de subsidiesystematiek wordt aan wenselijke voorzieningen de integratiesubsidie gekoppeld. De integratiesubsidie beoogt de instemming van de gemeente uit te drukken voor bepaalde activiteiten waar niet, of in mindere mate, resultaatgerichte activiteiten worden geëist. De integratiesubsidie is gekoppeld aan niet-professionele organisaties, instellingen en verenigingen die met name dan wel in hoofdzaak gedragen worden door vrijwilligers.

    • c.

      incidentele subsidie: in de subsidiesystematiek wordt incidentele subsidie toegekend bij nieuwe en/of éénmalige activiteiten en evenementen die bijdragen aan de gemeentelijke beleidsdoelen. Het betreffen activiteiten van organisaties waar de gemeente al of niet een subsidierelatie mee heeft. Ook projecten, manifestaties en recreatie vallen hier onder. Incidentele subsidie kan eenmalig worden verleend aan natuurlijke personen.

  • 2. Voor subsidies die per boekjaar worden verstrekt is afdeling 4.2.8 van de wet van toepassing.

  • 3. Voor incidentele subsidies zijn de artikelen 4:75, 4:76, 4:78, en 4:79 en 4:80 van de wet van toepassing.

Artikel 7 Tijdstip indiening aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor een prestatiesubsidie, respectievelijk een integratiesubsidie, dient voor 1 mei voorafgaand aan het kalenderjaar waarin de activiteiten worden uitgevoerd te zijn ingediend.

  • 2. Een aanvraag voor een incidentele subsidie dient ten minste 8 weken voordat met de activiteiten wordt aangevangen te zijn ingediend.

  • 3. Het college kan indien zij daarvan nut en redelijkheid inzien van de onder lid 1 en lid 2 genoemde termijnen afwijken.

Artikel 8 Aanvraagformulier

De aanvrager dient zijn aanvraag in op het daartoe door het college vastgestelde formulier, volledig ingevuld en samen met alle gevraagde bescheiden.

Artikel 9 Eerste aanvraag

  • 1. Bij een eerste subsidieaanvraag overlegt de rechtspersoon een exemplaar van de statuten, een exemplaar van het huishoudelijk reglement en een opgave van de bestuurssamenstelling.

  • 2. Het college kan binnen een daartoe gestelde termijn de overlegging van andere stukken of nadere informatie verlangen als dat voor de beoordeling van de subsidieaanvraag nodig wordt geacht.

Artikel 10 Aanvraag tot subsidievaststelling

De termijn zoals bedoeld in artikel 4:44, lid 2 van de wet wordt in de beschikking tot subsidieverlening vastgesteld.

Artikel 11 Hardheidsclausule

In gevallen waarin deze verordening niet dan wel in onvoldoende mate voorziet, beslist het college.

Artikel 12 Intrekking en Inwerkingtreding

Onder intrekking van de Algemene Subsidie Verordening 1998 en additionele deelverordeningen treedt deze verordening in werking op 1 januari 2007.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Algemene Subsidie Verordening gemeente Grave 2007.

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 14 maart 2006.De raad voornoemd,de griffier,                            de voorzitter, J.A.M. Roelofs                     W.J.G. Delissen-van Tongerlo