Regeling vervallen per 21-12-2011

Beleidsregel subsidiëring kunstzinnige vorming en kunstbeoefening door amateurs 2009

Geldend van 01-02-2009 t/m 20-12-2011

Intitulé

Beleidsregel subsidiëring kunstzinnige vorming en kunstbeoefening door amateurs 2009

<vet>Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grave;</vet>Overwegende dat het noodzakelijk is een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot subsidiëring ten behoeve van activiteiten op het terrein van Kunstzinnige Vorming en Kunstbeoefening door amateurs;Gelet op titel 4:2 en 4:3 van de Algemene wet bestuursrecht;Gelet op de Algemene Subsidie Verordening Grave 2007;Gelet op het Beleidskader Maatschappelijke Ondersteuning;Gelet op de Beleidsregel Uitvoering Subsidiesystematiek Maatschappelijke Ondersteuning 2009.<vet>b e s l u i t</vet>vast te stellen de navolgende beleidsregel:<vet>Beleidsregel Subsidiëring Kunstzinnige vorming en Kunstbeoefening door amateurs 2009</vet>

Artikel 1 Begripbepaling

  • 1. In deze beleidsregel wordt onder Kunstzinnige vorming en Kunstbeoefening verstaan de voorzieningen en activiteiten die in het vigerend beleidskader zijn vastgelegd.

  • 2. Onder activiteiten wordt verstaan die activiteiten als zodanig in het beleidsterrein genoemd; en voorts die activiteiten die niet als zodanig zijn benoemd, maar redelijkerwijs hierin passen en bijdragen aan de uitvoering van doelstelling en beleidsdoelen van het gemeentelijk MO-beleid.

Artikel 2 Doel van deze beleidsregel

Het doel van deze beleidsregel is de subsidieverstrekking van het gemeentelijk beleid kunstzinnige vorming en kunstbeoefening vast te leggen en subsidiegrondslagen te formuleren.

Artikel 3 Subsidie aanvragen, verlenen en vaststellen gewenste voorzieningen / activiteiten

  • 1. De subsidieaanvraag dient voor 1 mei in het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar (=kalenderjaar waarin de activiteiten worden uitgevoerd) te zijn ingediend.

  • 2. Activiteiten die geen wettelijk verplicht karakter hebben zijn aangemerkt als wenselijke voorziening. Derhalve vindt de subsidieverstrekking plaats via de zogenaamde korte procedure; dit houdt in, dat op basis van de subsidieverlening, direct een beschikking tot subsidievaststelling wordt afgegeven. Deze be-schikking geeft aanspraak op uitbetaling. Aan deze procedure is een beperkende werking verbonden. De in de beschikking vastgelegde subsidie-som mag het bedrag van € 5000,- niet overstijgen.

  • 3. Ongeacht de beschikking tot subsidievaststelling is de subsidie ontvanger verplicht een overzicht van de uitgaven in te dienen, en wel voor

    • a.

      1 april van het jaar volgend op het betreffende subsidiejaar of subsidieperiode (lange procedure).

    • b.

      1 mei van het jaar volgend op het betreffende subsidiejaar of subsidieperiode (korte procedure). Een overzicht van inkomsten en uitgaven volstaat.

  • 4. Het college kan met de voor subsidie in aanmerking komende organisaties een budgetovereenkomst afsluiten voor 1 – tot maximaal 4 jaar; tenzij het college beslist dat voorwaarden in de beschikking worden opgenomen.

  • 5. Het college kan indien met dezelfde opdrachtnemer ook een producten en prestatieovereenkomst voor de uitvoering van basisvoorzieningen/activiteiten, besluiten ook de gewenste voorzieningen/activiteiten in de producten en prestatieovereenkomst op te nemen (zie artikel 4, tweede lid). Hiermee vervalt de mogelijk-heid voorwaarden in de beschikking op te nemen.

Artikel 4 Subsidie aanvragen, verlenen en vaststellen Basisvoorzieningen / activiteiten

  • 1. De subsidieaanvraag dient voor 1 mei in het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar (kalenderjaar waarin de activiteiten worden uitgevoerd) te zijn ingediend.

  • 2. Het college sluit met de voor subsidie in aanmerking komende instellingen een producten– en prestatie-overeenkomst af voor een periode van 1 tot maximaal 4 jaar. In deze overeenkomst worden de produc-ten/activiteiten vastgelegd en de prestaties die ter zake door de gemeente worden verlangd.

  • 3. De subsidieverstrekking vindt plaats via de zogenaamde lange procedure; dit houdt in, dat op basis van de beschikking subsidieverlening, voorschotten kunnen worden verleend.

  • 4. De subsidieontvanger dient zelf voor 1 april in het jaar volgens op het subsidiejaar een aanvraag tot subsi-dievaststelling in. Indien het college de verleende subsidie vaststelt, wordt een beschikking subsidievast-stelling afgegeven. Deze beschikking geeft aanspraak op uitbetaling. Bij de aanvraag tot vaststellen van de verleende subsidie worden tenminste de volgende bescheiden meegezonden: de jaarrekening en een jaarverslag van het betreffende subsidiejaar. Het college kan nader voorwaarden stellen die het proces subsidie vaststellen dienen.

Artikel 5 Subsidiegrondslagen

  • a.

    <cursief>Gewenste voorzieningen/activiteiten</cursief>De berekening van de subsidiesom is opgebouwd op grond van een of meerdere objectieve normen:1. Een bedrag per contributiebetalend lid van een vereniging/organisatie met rechtspersoonlijkheid, met die restrictie, dat deze grondslag alleen van toepassing is op de in de gemeente Grave woonachtige leden.2. Een bijdrage in de huurkosten van een gemeenschapsaccommodatie, waarbij voor een gemeenschaps-accommodatie de definitie van toepassing is zoals opgenomen in de Beleidsregel Gemeenschaps-accommodaties 2009.3 Openbaar optreden zang-, toneel- en muziekorganisaties (gemaximeerd en tegoeden worden buiten beschouwing gelaten)4. Een bedrag per muziekinstrument voor leden van een vereniging/organisatie met rechtspersoonlijkheid, met die restrictie, dat deze grondslag alleen van toepassing is op de in de gemeente Grave woonachtige leden. Hierbij geldt dat het maximum aantal muziekinstrumenten waarvoor subsidie kan worden verkregen niet hoger kan zijn dan het aantal actieve muziekinstrument bespelende leden.5. Het college kan een of meer grondslagen niet van toepassing verklaren, en/of op basis van redelijkheid en billijkheid grondslagen toevoegen (zie artikel 6).6. Een of meer grondslagen tezamen vormen de subsidiesom.Het gemeentelijk financieel beleid in het algemeen en de door de raad jaarlijks vast te stellen begroting in het bijzonder is in berekening en toekenning van normbedragen bepalend. De raad stelt jaarlijks de gemeentebegroting vast, al of niet met een of meer subsidieplafonds. Het college verleent en/of verstrekt de subsidie en bepaalt het maximum van de subsidiesommen. De door de gemeenteraad vastgestelde gemeentebegroting is bepalend.

  • b.

    <cursief>Basisvoorzieningen/activiteiten</cursief>1. De gemeente als opdrachtgever stelt op basis van hetgeen wettelijk verplicht is een voorzieningen/activiteitenpakket samen en komt met de opdrachtnemer een maximale subsidiesom overeen voor de uitvoering van deze activiteiten (kwantiteit en kwaliteit). Hetgeen is overeengekomen wordt zoals in artikel 4 tweede lid is neergelegd, vastgelegd in een producten&#x2013; en prestatieovereenkomst.2. Indien de gemeente bij dezelfde opdrachtnemer een of meerdere activiteiten afneemt die tot de gewenste voorzieningen/activiteiten behoren, is lid 1 onverkort van toepassing.3. Voor gemeenschappelijke regelingen, bovenlokale regelingen en doeluitkeringen is artikel 5 niet van toepassing.

Artikel 6 Bevoegdheid

Naast de bevoegdheid conform het duaal stelsel het subsidiebeleid uit te voeren, is het college van burgemeester en wethouders bevoegd in incidentele gevallen van deze beleidsregel af te wijken als het belang van de subsidieverstrekking hiermee is gediend en de reden naar behoren wordt gemotiveerd.

Artikel 7 Hardheidsclausule

In gevallen waarin deze beleidsregel niet voorziet beslist het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grave.

Artikel 8 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als <vet>Beleidsregel Subsidiëring Kunstzinnige vorming en Kunstbeoefening door amateurs 2009.</vet>

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op 1 februari 2009.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders op 27 januari 2009.Hoogachtend,BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GRAVE;De secretaris,                                      De burgemeester,G.J.A.F. Hubers                                   W.J.G. Delissen-van Tongerlo