GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BEDRIJVENPARK RENGERS

1. Bedrijvenpark Rengers heeft tot taak het ontwikkelen, uitvoeren en bewaken van een zodanige exploitatie van het bedrijventerrein, dat wordt voldaan aan de in artikel 4 omschreven doelstelling.

Naast het gebruikelijk dient hiertoe eveneens te worden gerekend het in samenwerking met de Stichting Groninger Bedrijfslocaties ontwikkelen van een slagvaardig promotie- en acquisitiebeleid met betrekking tot de uitgifte van bouwkavels en de daarmee verband houdende vestiging van bedrijven, alsmede de uitgifte van bouwkavels ten behoeve van de vestiging van bedrijven.

2. Tot de realisatie van de in artikel 4 genoemde doelstelling kan tevens worden gerekend het betrekken van een der deelnemende gemeenten bij de uitvoering van een of meerdere in het eerste lid genoemde deeltaken.

3. Onder de taken van Bedrijvenpark Rengers is niet begrepen:

• a.

  de algemene openbare taak, die bij de gemeente Slochteren berust, zoals de inzameling van huis- en bedrijfsafval, het inzamelen van regen- en afvalwater, het beheer en onderhoud van wegen, riolering en andere voorzieningen van openbaar nut, de handhaving van de openbare orde, de uitvoering van brandweertaken alsmede het daadwerkelijk uitoefenen van het bouw- en milieutoezicht.

• b.

  het op bedrijfsmatige basis (mede-)ontwikkelen en/of (mede-)exploiteren van gebouwen, bouwwerken en andere opstallen binnen het bedrijventerrein.

1. Bedrijvenpark Rengers heeft ten aanzien van de opgedragen taken alle aan de besturen deelnemende gemeenten toekomende bevoegdheden, met uitzondering van de bevoegdheid tot het vaststellen van een bestemmingsplan en tot de afgifte van bouw- en milieuvergunningen.

2. Tot de in het eerste lid genoemde bevoegdheden behoort, indien dit ter uitvoering van de in artikel 5, eerste lid genoemde taken bijzonder aangewezen wordt geacht, de bevoegdheid tot het oprichten van

of deelnemen in stichtingen, maatschappen, vennootschappen en coöperatieve of andere verenigingen, dan wel het ontbinden daarvan of het beëindigen van de deelneming, zulks met inachtneming van hetgeen in deze regeling is bepaald.

3. Voorzover een door het algemeen bestuur vastgestelde verordening voorziet in hetzelfde onderwerp als een verordening van een deelnemende gemeente, regelt eerstbedoelde verordening de onderlinge verhouding. Het bepaalde in artikel 3O, derde lid, tweede volzin van de Wet gemeenschappelijke regelingen is van overeenkomstige toepassing. Het algemeen bestuur is bevoegd, indien een onteigening in het belang van de ruimtelijke ordening en van de volkshuisvesting hiertoe aanleiding geeft, aan de raad van de gemeente Slochteren te verzoeken tot onteigening over te gaan ten name van Bedrijvenpark Rengers. In een zodanig geval verplicht de raad van Slochteren zich binnen de in artikel 87, eerste lid van de Onteigeningswet genoemde termijn tot onteigening te besluiten.

1. Het algemeen bestuur bestaat uit 9 leden als volgt aan te wijzen: de raden van de deelnemende gemeenten wijzen uit hun midden, de voorzitter van de gemeenteraad inbegrepen, elk 3 leden en 3 plaatsvervangende leden aan. Bepalingen van de regeling, geldende voor de leden van het algemeen bestuur, zijn mede van toepassing op de plaatsvervangend leden.

2. Een lid van het algemeen bestuur kan bij afwezigheid worden vervangen door een daartoe aangewezen plaatsvervangend lid. Van de plaatsvervanging wordt mededeling gedaan aan de voorzitter.

3. Elk lid van het algemeen bestuur heeft in de vergadering een stem.

1. Het lidmaatschap van het algemeen bestuur is onverenigbaar met de betrekking van ambtenaar door of vanwege een deelnemende gemeente of Bedrijvenpark Rengers aangesteld of daaraan ondergeschikt.

2. Artikel 13, tweede lid van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

1. Het lidmaatschap eindigt als de raad van een deelnemende gemeente zijn aanwijzing intrekt en in ieder geval op de dag, waarop de zittingsperiode van de raad afloopt.

2. De raad van elke deelnemende gemeente beslist in de eerste vergadering van elke zittingsperiode over de aanwijzing van nieuwe leden van het algemeen bestuur.

3. Indien de raad van een deelnemende gemeente niet kan voldoen aan het bepaalde in het tweede lid, blijven de door hem aangewezen leden van het algemeen bestuur, die hadden moeten aftreden, als zodanig fungeren, totdat die gemeenteraad nieuwe leden heeft aangewezen.

4. Hij die ophoudt raadslid onderscheidenlijk burgemeester te zijn van de gemeente, waarvan de raad hem als lid van het algemeen bestuur heeft aangewezen, houdt daarmee tevens op lid van het algemeen bestuur te zijn.

5. Indien tussentijds een plaats van een door een raad aangewezen lid van het algemeen bestuur vacant of beschikbaar komt, wijst de gemeenteraad, die het aangaat, in zijn eerstvolgende vergadering, of zo dat niet mogelijk zou zijn ten spoedigste daarna, een nieuw lid aan.

6. Van elke aanwijzing tot lid van het algemeen bestuur geven burgemeester en wethouders van de desbetreffende gemeente binnen 8 dagen kennis aan de voorzitter van het algemeen bestuur.

1. Het algemeen bestuur vergadert tenminste 2 maal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of het dagelijks bestuur dit nodig oordeelt, of tenminste twee leden dit, onder opgaaf van redenen, schriftelijk verzoeken.

2. Het algemeen bestuur vergadert in het openbaar. De deuren worden gesloten wanneer twee leden dit verzoeken of de voorzitter het nodig oordeelt. Het algemeen bestuur beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.

3. In een besloten vergadering kan geen besluit genomen worden over:

• a.

  het vaststellen of wijzigen van het beleidsplan;

• b.

  het vaststellen van de begroting en de daarop betrekking hebbende wijzigingen;

• c.

  het voorlopig vaststellen van de rekening;

• d.

  het wijzigen of opheffen van deze gemeenschappelijke regeling;

• e.

  het oprichten van of het deelnemen in stichtingen, vennootschappen, coöperatieve en andere verenigingen, dan wel het ontbinden daarvan of het beëindigen van de deelneming;

• f.

  het aangaan van geldleningen, het uitlenen van gelden, het waarborgen van geldelijke verplichtingen door anderen aan te gaan en het aangaan van rekening-courantovereenkomsten;

• g.

  het vervreemden, bezwaren, onderhands verhuren, verpachten of in gebruik geven van eigendommen van Bedrijvenpark Rengers;

• h.

  het onderhands aanbesteden van werken en/of leverantiën;

• i.

  het doen van een uitgaaf, voordat de begroting of de begrotingswijziging waarbij deze uitgaaf is geraamd, is goedgekeurd;

• j.

  het liquidatieplan.

1. Het dagelijks bestuur bestaat uit drie leden, van elk der deelnemende gemeenten één, onder wie in elk geval de voorzitter.

2. Het algemeen bestuur kiest in de eerste vergadering van elke zittingsperiode de door hem aan te wijzen leden van het dagelijks bestuur. De artikelen 40, 41, 45, 46 en 47 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing.

3. Het algemeen bestuur kiest in dezelfde vergadering uit zijn midden een secretaris, die tevens secretaris is van het dagelijks bestuur.

4. De door het algemeen bestuur aangewezen leden van het dagelijks bestuur treden als lid van dat bestuur af op de dag, waarop de zittingsperiode van de leden van het algemeen bestuur afloopt.

5. Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur openvalt, wijst het algemeen bestuur een nieuw lid aan. Gaat het openvallen van een plaats in het dagelijks bestuur gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan zal het algemeen bestuur het kiezen van een nieuw lid van het dagelijks bestuur uitstellen, totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur wederom is bezet.

6. Hij die als lid van het dagelijks bestuur ontslag neemt of overeenkomstig het bepaalde in het derde lid moet aftreden, blijft zijn functie waarnemen, totdat zijn opvolger zijn functie heeft aanvaard.

7. Hij die tussentijds ophoudt lid van het algemeen bestuur te zijn, houdt tevens op lid van het dagelijks bestuur te zijn.

1. Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter of tenminste twee leden van het dagelijks bestuur dit schriftelijk, onder opgaaf van redenen, verzoeken.

2. De artikelen 28, 56, 58 en 59 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing.

3. Elke lid van het dagelijks bestuur heeft in de vergadering een stem.

1. Aan het dagelijks bestuur is opgedragen:

• a.

  het voorbereiden van al hetgeen het algemeen bestuur ter beraadslaging en besluitvorming wordt voorgelegd;

• b.

  het uitvoeren van de besluiten van het algemeen bestuur;

• c.

  het voorstaan van de belangen van Bedrijvenpark Rengers bij andere overheden, instellingen, diensten of personen, waarmee contact voor Bedrijvenpark Rengers van belang is;

• d.

  het beheer van activa en passiva van Bedrijvenpark Rengers;

• e.

  de zorg, voorzover deze niet aan anderen toekomt, voor de controle op het geldelijk beheer en de boekhouding;

• f.

  het nemen van alle conservatoire maatregelen, zowel in als buiten rechte en het doen van alles wat nodig is, ter voorkoming van verjaring en verlies van recht en bezit;

• g.

  het aangaan van detacheringsovereenkomsten met betrekking tot personeel in dienst van een der deelnemende gemeenten alsmede het aangaan van dienstverleningsovereenkomsten met een der deelnemende gemeenten, een en ander voorzover de regeling niet anders bepaalt en met inachtneming van door het algemeen bestuur te stellen regelen;

• h.

  het houden van een voortdurend toezicht op al hetgeen Bedrijvenpark Rengers aangaat.

2. Het dagelijks bestuur oefent, indien het algemeen bestuur daartoe besluit en naar de door hem te stellen regelen, de aan het algemeen bestuur toekomende bevoegdheden uit met uitzondering van:

• a.

  het vaststellen en wijzigen van de begroting;

• b.

  het voorlopig vaststellen van de rekening;

• c.

  het vaststellen van verordeningen;

• d.

  het nemen van besluiten met betrekking tot het wijzigen of opheffen van de gemeenschappelijke regeling;

• e.

  het oprichten van of deelnemen in stichtingen, vennootschappen en coöperatieve en andere verenigingen, dan wel het ontbinden daarvan of beëindigen van de deelneming.

1. De voorzitter wordt door en uit het algemeen bestuur aangewezen in de eerste vergadering van elke zittingsperiode. De artikelen 40 en 41 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing.

2. Bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter wordt deze vervangen door een lid van het dagelijks bestuur, door dat bestuur aan te wijzen.

3. De voorzitter treedt af op de dag, waarop de zittingsperiode van de leden van het algemeen bestuur afloopt. Hij blijft echter zijn functie waarnemen, totdat zijn opvolger zijn functie heeft aanvaard.

1. De voorzitter is tevens voorzitter van het algemeen bestuur en van het dagelijks bestuur.

2. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het algemeen bestuur en van het dagelijks bestuur.

3. Hij tekent de stukken, die van het algemeen bestuur en van het dagelijks bestuur uitgaan.

Artikel 75, tweede lid van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

4. De voorzitter vertegenwoordigt Bedrijvenpark Rengers in en buiten rechte. Het bepaalde in artikel 171, tweede lid van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing. Indien de gemeente, waarvoor de voorzitter algemeen bestuurslid is, partij is in een geding, waarbij Bedrijvenpark Rengers betrokken is, oefent een ander door het dagelijks bestuur aan te wijzen lid van dit college deze bevoegdheden uit.

1. Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter kunnen commissies van advies instellen, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 24 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

2. Het algemeen bestuur kan commissies instellen met het oog op de behartiging van bepaalde belangen, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 25 van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Het algemeen bestuur regelt de bevoegdheid en samenstelling.

1. Indien dit ter realisatie van de in artikel 4 en 5 gestelde doelen en taken bijzonder aangewezen is, is het algemeen bestuur bevoegd de ontwikkeling van het bedrijventerrein voor te bereiden en uit te voeren in samenwerking met private partijen.

2. De samenwerking met private partijen, zoals bedoeld in het eerste lid, geschiedt onder de volgende voorwaarden:

• a.

  De samenwerking met private partijen kan alleen worden vormgegeven door gebruikmaking van de in artikel 6, tweede lid opgenomen bevoegdheid tot het oprichten van of deelnemen in een stichting, vennootschap, coöperatieve of andere vereniging. Het bepaalde in artikel 155 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

• b.

  In de op te stellen statuten/akte inzake oprichting van of deelneming in een onder a. genoemde samenwerkingsvorm worden nadere regels opgenomen omtrent:

  • 1.

    de over te dragen taken en bevoegdheden van Bedrijvenpark Rengers;

  • 2.

    de door Bedrijvenpark Rengers en/of de deelnemende gemeenten met betrekking tot de ontwikkeling van Bedrijvenpark Rengers of anderszins getroffen en te treffen maatregelen, waartoe zij krachtens publiekrecht in redelijkheid genoodzaakt is of wordt;

  • 3.

    de inbreng van (financiële) middelen van Bedrijvenpark Rengers en private partijen en de daarmee verband houdende risicoverdeling;

  • 4.

    de vertegenwoordiging en het stemrecht van Bedrijvenpark Rengers en private partijen. Met betrekking tot de door Bedrijvenpark Rengers te benoemen leden van het op te richten bestuur en, indien daartoe aanleiding bestaat, van de raad van commissarissen wordt in de statuten bepaald dat deze worden aangewezen door en uit het dagelijks bestuur alsmede dat deze kunnen worden ontslagen door het dagelijks bestuur;

  • 5.

    de inzet van personeel, dat een arbeidsverhouding heeft met Bedrijvenpark Rengers, in de met private parijen te ontwikkelen samenwerkingsvorm;

  • 6.

    het toezicht en controle op de te ontwikkelen samenwerkingsvorm;

  • 7.

    het door de deelnemende gemeenten te voeren beheer met betrekking tot de kwalitatieve instandhouding van het bedrijventerrein.

3. Alvorens het algemeen bestuur besluit tot de in het eerste lid bedoelde samenwerking met private partijen, worden de raden van de deelnemende gemeenten gehoord.

1. De leden van het dagelijks bestuur zijn, tezamen en ieder afzonderlijk, aan het algemeen bestuur verantwoording verschuldigd voor het door het dagelijks bestuur gevoerde bestuur.

2. Zij geven het algemeen bestuur mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen waarvan het verstrekken niet in strijd is met het openbaar belang.

3. Het algemeen bestuur is bevoegd aan een lid van het dagelijks bestuur tussentijds ontslag te verlenen, ingeval deze heeft opgehouden het vertrouwen van het algemeen bestuur te bezitten. Het bepaalde in de artikelen 49 en 50 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

4. Het bepaalde in de voorgaande leden is van overeenkomstige toepassing op de voorzitter voor het door hem gevoerde bestuur.

1. Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter geven aan de raden van de deelnemende gemeenten, gevraagd en ongevraagd, alle inlichtingen die voor een juiste beoordeling van het door het bestuur gevoerde en te voeren beleid nodig is indien het verstrekken daarvan niet in strijd is met het openbaar belang.

2. Een verzoek om inlichtingen door een of meer leden van de raad van een deelnemende gemeente dient schriftelijk te worden ingediend bij het dagelijks bestuur.

3. Het dagelijks bestuur verstrekt de gevraagde inlichtingen schriftelijk binnen 1 maand na ontvangst van het verzoek.

1. Een lid van het algemeen bestuur geeft de gemeenteraad die hem als lid heeft aangewezen, mondeling of schriftelijk de door een of meerdere leden overeenkomstig het reglement van orde van die raad verlangde inlichtingen, waarvan het verstrekken niet in strijd is met het openbaar belang.

2. Alvorens de gevraagde inlichtingen, als bedoeld in het eerste lid, te verstrekken kan hij zich daarover laten adviseren door het dagelijks bestuur.

3. Een lid van het algemeen bestuur is aan de gemeenteraad, die hem als lid heeft aangewezen, verantwoording schuldig voor het door hem in het algemeen bestuur gevoerde beleid. Het afleggen van verantwoording vindt plaats op de wijze, geregeld in het reglement van orde van de desbetreffende raad met dien verstande, dat daarbij een termijn in acht wordt genomen, die het lid de gelegenheid biedt om zich desgewenst door het dagelijks bestuur te laten informeren.

4. De gemeenteraad is bevoegd een door hem aangewezen lid van het algemeen bestuur ontslag te verlenen, indien dit lid het vertrouwen van de raad niet meer bezit overeenkomstig het bepaalde in het reglement van orde van de desbetreffende raad. Het bepaalde in de artikel 49 en 50 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

1. Ten behoeve van de uitvoering van de in artikel 5, eerste lid genoemde deeltaken is het dagelijks bestuur, met inachtneming van door het algemeen bestuur te stellen regels, bevoegd tot het aangaan van een overeenkomst met een der deelnemende gemeenten, waarbij personeel in dienst van de deelnemende gemeenten wordt gedetacheerd bij Bedrijvenpark Rengers. In deze overeenkomst worden bepalingen opgenomen inzake het functionele werkgeverschap, rechtspositie en kosten.

2. Ten behoeve van de uitvoering van de in artikel 5, eerste lid genoemde deeltaken is het dagelijks bestuur, met inachtneming van door het algemeen bestuur te stellen regels, bevoegd tot het aangaan van een dienstverleningsovereenkomst met een der deelnemende gemeenten. In deze overeenkomst worden bepalingen opgenomen omtrent de met de uitvoering gepaard gaande kosten.

3. In de hierboven onder 2 genoemde dienstverleningsovereenkomst kan tevens begrepen worden het voeren van de financiële administratie en van het financiële beheer. Bevoegdheden van comptabele aard kunnen uitdrukkelijk worden opgedragen.

1. Ten behoeve van een adequate voorbereiding van de besluitvorming binnen de bestuursorganen wordt een ambtelijk, technisch adviesorgaan geformeerd, waarin zitting hebben de ambtelijke adviseurs van de leden van het dagelijks bestuur. Dit orgaan onder voorzitterschap van de ambtelijk secretaris heeft als voornaamste taak de bevordering van de onderlinge afstemming.

2. Dit adviesorgaan is tevens beschikbaar als aanspreekpunt, klankbord voor de gemeentelijke dienst, waarmee het in artikel 23 lid 2 bedoelde managementcontract gesloten wordt.

1. Het algemeen bestuur stelt voorschriften vast terzake van de organisatie van de financiële administratie en van het kasbeheer. De voorschriften behoeven de goedkeuring van gedeputeerde staten.

2. Ten aanzien van de controle op het geldelijk beheer van de boekhouding zijn de artikelen 213 en 215 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

1. Het dagelijks bestuur zendt jaarlijks voor 1 april een ontwerp-begroting van Bedrijvenpark Rengers voor het komende kalenderjaar, vergezeld van een deugdelijke toelichting, toe aan de raden van de deelnemende gemeenten.

2. De ontwerp-begroting wordt door de zorg van de besturen van de deelnemende gemeenten voor een ieder ter inzage gelegd en tegen betaling van de kosten algemeen verkrijgbaar gesteld. Artikel 190 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

3. De raden van de deelnemende gemeenten kunnen binnen twee maanden na toezending van de ontwerp-begroting het dagelijks bestuur van hun gevoelen doen blijken. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren, waarin dit gevoelen is vervat bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.

4. Het algemeen bestuur stelt de begroting vast voor 1 juli van het jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor de begroting moet dienen.

5. Terstond na de vaststelling zendt het algemeen bestuur de begroting aan de raden van de deelnemende gemeenten.

6. Het dagelijks bestuur zendt de begroting terstond na de vaststelling aan gedeputeerde staten ter goedkeuring in. Van de beslissing van gedeputeerde staten doet het dagelijks bestuur mededeling aan de raden van de deelnemende gemeenten.

7. In de begroting wordt aangegeven het naar raming bepaalde batig of nadelig saldo. Het bepaalde in artikel 29 is van overeenkomstige toepassing.

8. Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing op besluiten tot wijziging van de begroting.

1. De gemeente/organisatie waarmee een dienstverleningsovereenkomst gesloten is als bedoeld in artikel 23 lid 2 en waaraan de comptabele werkzaamheden van het Bedrijvenpark Rengers zijn opgedragen dient de rekening over het afgelopen jaar voor 1 april in bij het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur biedt deze rekening, na toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening, ingesteld door de overeenkomstig artikel 213 van de Gemeentewet aangewezen deskundigen en van hetgeen het dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden voor 1 juni ter voorlopige vaststelling aan het algemeen bestuur aan.

2. Het algemeen bestuur onderzoekt de rekening zonder uitstel en stelt haar vast voor 1 juli.

3. Het algemeen bestuur zendt haar binnen 1 maand met alle bijbehorende stukken aan gedeputeerde staten toe. Van de vaststelling doet het dagelijks bestuur mededeling aan de raden van de deelnemende gemeenten.

4. De vaststelling van de rekening strekt het dagelijks bestuur en zijn partner in het managementcontract tot décharge, behoudens later in rechte gebleken valsheid in geschrifte of andere onregelmatigheden.

5. In de rekening wordt het werkelijke batig of nadelige saldo opgenomen. Het bepaalde in artikel 29 is van overeenkomstige toepassing.

1. Het algemeen bestuur beslist, onverminderd het bepaalde in artikel 33, of een batig saldo van de begroting of rekening van baten en lasten:

• a.

  geheel of gedeeltelijk zal worden toegevoegd aan (bestaande) reserve, en/of;

• b.

  geheel of gedeeltelijk aan de deelnemende gemeenten zal worden uitgekeerd.

2. Het algemeen bestuur beslist, onverminderd het bepaalde in artikel 33, of een nadelig saldo van de begroting of rekening van baten en lasten:

• a.

  geheel of gedeeltelijk ten laste van de volgende dienst zal worden gebracht, en/of;

• b.

  geheel of gedeeltelijk ten laste van de bestaande reserves zal worden gebracht, en/of;

• c.

  geheel of gedeeltelijk ten laste van de deelnemende gemeenten zal worden gebracht.

3. Indien sprake is van een verdeling van enig batig saldo dan wel van enig nadelig saldo geschiedt de verdeling ponds-ponds gewijs, zodat elk der deelnemende gemeenten voor een derde gecrediteerd dan wel gedebiteerd wordt.

4. Het uiteindelijke saldo van de exploitatie van Bedrijvenpark Rengers wordt bepaald met inachtneming van de financiële resultaten van het in voorkomende gevallen door Bedrijvenpark Rengers te voeren privaatrechtelijk kostenverhaalsbeleid.

5. De gemeente Slochteren zal tijdig maatregelen treffen om te komen tot een adequate inzet van een baat- en/of bouwgrondbelasting.

1. Toetreding tot de regeling door andere gemeenten is alleen mogelijk door wijziging van deze regeling.

2. Uittreding van een deelnemende gemeente uit de regeling kan alleen plaatsvinden bij wijziging van deze regeling. Aan een uittreding is de voorwaarde verbonden dat het aantal deelnemende gemeenten, dat resteert na effectuering van de met een uittreding van een gemeente verband houdende wijziging van de regeling, minimaal twee bedraagt.

3. Het algemeen bestuur is, de raden der deelnemende gemeenten gehoord, bevoegd te besluiten tot overdracht van de bevoegdheden van de bestuursorganen van Bedrijvenpark Rengers aan de overeenkomstige bestuursorganen van het intergemeentelijk samenwerkingsverband Regio Centraal Groningen.

1. Zowel het dagelijks bestuur als de raad van een deelnemende gemeente kan aan het algemeen bestuur voorstellen doen inzake wijziging van de regeling.

2. Indien het algemeen bestuur wijziging van de regeling wenselijk acht, doet het dagelijks bestuur het door het algemeen bestuur vastgestelde voorstel toekomen aan de besturen van de deelnemende gemeenten.

3. Een wijziging is tot stand gekomen, wanneer de bestuursorganen van de deelnemende gemeenten met het voorstel van het algemeen bestuur hebben ingestemd.

4. De wijziging treedt in werking terstond nadat de daartoe strekkende besluiten van de onderscheiden bestuursorganen van een gemeente zijn ingeschreven in de registers als bedoeld in artikel 26 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, tenzij het besluit een latere datum aangeeft.

1. De regeling wordt opgeheven wanneer de raden van de deelnemende gemeenten daartoe besluiten.

2. Het bepaalde in artikel 31, vierde lid is van overeenkomstige toepassing.

3. Ingeval van opheffing van de regeling besluit het algemeen bestuur tot liquidatie en stelt daarvoor de nodige regelen. Hierbij kan van de bepalingen van de regeling worden afgeweken.

4. Het liquidatieplan wordt door het algemeen bestuur, de raden van de

deelnemende gemeenten gehoord, vastgesteld. Het behoeft de goedkeuring van gedeputeerde staten.

5. Zonodig blijven de organen van Bedrijvenpark Rengers ook na het tijdstip van de opheffing in functie, totdat de liquidatie is beëindigd.

1. De regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgende op de maand waarin is voldaan aan de vereisten genoemd in artikel 27, eerste en tweede lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

2. Het bestuur van de gemeente Slochteren draagt zorg voor de in artikel 26 van de Wet gemeenschappelijke regelingen gedoelde toezending.

1. De begroting wordt voor de eerste maal vastgesteld voor de periode, aanvangende op de dag waarop de regeling in werking treedt, tot het einde van het kalenderjaar, dan wel, indien het algemeen bestuur daartoe besluit, tot het einde van het volgende kalenderjaar.

2. Het beleidsplan wordt voor de eerste maal vastgesteld voor de periode, aanvangende op de dag waarop de regeling in werking treedt. Het einde van de eerste planperiode wordt, met inachtneming van het bepaalde in het eerste lid, door het algemeen bestuur bepaald.

3. De eerste rekening heeft betrekking op de periode waarvoor de eerste begroting geldt.