Lesgeldverordening Stedelijke Muziekschool

1. De ingezetene van de gemeente Groningen, die onderwijs wil volgen aan de school moet zich daarvoor laten inschrijven.

2. niet-ingezetenen van de gemeente Groningen kunnen in bijzondere gevallen en onder bepaalde voorwaarden zich laten inschrijven.

1. De leerling die geen onderwijs meer aan de school wil volgen moet zich daarvoor minimaal een maandvoor de uitschrijvingsdatumschriftelijk laten uitschrijven.

2. De uitschrijvingstermijn bij de workshops bedraagt 1 week.

1. Het tijdvak waarover het lesgeld wordt berekend is gelijk aan het cursusjaar.

2. Is de ingangsdatum van de inschrijving op of na 1 oktober dan bedraagt het lesgeld een evenredig deel van het voor dat cursusjaar verschuldigde lesgeld.

3. Voor de bepaling van de hoogte van het lesgeld zijn de omstandigheden op 1 augustus van het cursusjaarbepalend.

1. Voor het volgen van onderwijs aan de school is lesgeld verschuldigd overeenkomstig deze verordening

2. B&W stellen tarieven vast, waarbij ze uitgaan van een vaste berekeningsgrondslag: vast bedrag per kwartier en per half uur

3. B&W kunnen een differentiatie in de tarieven aanbrengen bijv. op basis van de aard van de les (zoals individueel, duo, groepsles of cursus) of beleidsuitgangspunten.

4. B&W kunnen reducties aanbrengen, zoals reductie voor minderjarigen, lage inkomens, gezinsreductie, reductie bij het volgen van een cursus naast een les en reductie bij inschrijving door een rechtspersoon zoals een muziekkorps, die aangesloten is bij de Federatie Groninger Muziekkorps (FGMC).

5. Niet-ingezetenen van de gemeente Groningen die zich inschrijven voor de lessen bij de school betalen 1,75 maal het gewone tarief.

1. Reductie als bedoeld in artikel 5, vierde lid wordt verleend als:

• a.

  het inkomen van de meerderjarige leerling, vermeerderd, indien van toepassing, met het inkomen van de partner, niet hoger is dan de normuitkering per maand die volgens de Algemene bijstandswet voor de leerling van toepassing zou zijn als de leerling deel uitmaakt of zou uitmaken van een gezamenlijke huishouding;

• b.

  het inkomen van de minderjarige leerling, vermeerderd met het inkomen van de wettelijke verzorger(s), niet hoger is dan de normuitkering per maand die volgens de Algemene bijstandswet voor de wettelijke verzorger(s) van toepassing zou zijn als deze deel uitmaken of zouden uitmaken van een gezamenlijke huishouding.

2. In afwijking van artikel 4, lid 3 is voor de vaststelling van de reductie als bedoeld in het eerste lid bepalend het inkomen in de drie maanden voorafgaande aan het cursusjaar waarvoor lesgeld verschuldigd is.

3. In afwijking van het bepaalde in het tweede lid is voor de vaststelling van de reductie bij inschrijving op of na 1 oktober bepalend het inkomen in de drie maanden voorafgaande aan de datum van de inschrijving.

4. Reductie wordt verleend op verzoek van de leerling, of als de leerling minderjarig is, op verzoek van zijn wettelijk vertegenwoordiger, door burgemeester en wethouders.

5. Het verzoek als bedoeld in het voorafgaande lid dient vergezeld te gaan van nader door burgemeester en wethouders te bepalen bewijsstukken.

6. De lesgelden worden met ingang van 1 augustus van een kalenderjaar door burgemeester en wethouders aangepast aan de voor dat kalenderjaar door de raad van de gemeente Groningen vastgestelde begrotingsrichtlijnen.

7. De op grond van het eerste lid tot stand gekomen lesgelden worden afgerond op het dichtstbij gelegen veelvoud van vijf hele euro’s

1. De over de lesgelden verschuldigde omzetbelasting wordt doorberekend.

2. De verschuldigde omzetbelasting is begrepen in de lesgelden

1. Wanneer het lesgeld of het deel van het lesgeld niet tijdig wordt betaald, worden de lessen van de leerling opgeschort. Het opschorten van de lessen leidt niet tot verminderen van het verschuldigde lesgeld.

2. Wanneer de lesgeldplichtige nalatig blijft het verschuldigde lesgeld te betalen, wordt dit lesgeld, verhoogd met de gerechtelijke en buitengerechtelijke kosten, ingevorderd.

1. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels vaststellen ter uitvoering van deze verordening

2. In elk geval stellen B&W nadere regels vast ten aanzien van de volgende onderwerpen: in- en uitschrijving, lesgeld, tarieven (incl. differentiatie en reductie), plaatsing, wijze en tijdstip van betaling, vakanties en ziekte.

1. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Lesgeldverordening Stedelijke Muziekschool'.

2. Zij treedt in werking met ingang van 1 augustus 2008.

3. Met ingang van de onder 2 genoemde datum vervalt de Lesgeldverordening zoals vastgesteld bij raadsbesluit, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 april 1998, nr. 5e en inwerking getreden op 14 mei 1998.