Regeling vervallen per 01-01-2016

Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Groningen - hoofdstuk 21

Geldend van 30-03-2006 t/m 31-12-2015

Intitulé

ARBEIDSVOORWAARDENREGELING GEMEENTE GRONINGEN

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN;

Gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, de Ambtenarenwet;

HEEFT BESLOTEN:

de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Groningen vast te stellen.

Wijzigingen, inhoudsopgave en bijlagen

[leeg artikel]

[lege alinea]

Hoofdstuk 21 De rechtspositionele erkenning van alternatieve samenlevingsvormen

Begripsomschrijving

Artikel 21:1:1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder levenspartner verstaan:

een persoon met wie de niet-gehuwde ambtenaar samenwoont en met het oogmerk duurzaam samen te leven een gemeenschappelijke huishouding voert, hetgeen blijkt uit een schriftelijke verklaring, ingericht volgens door het college nader te stellen regels. Tegelijkertijd kan slechts één persoon als levenspartner worden aangemerkt.

Gelijkstelling levenspartner met echtgenoot

Artikel 21:1:2

  • 1. De in het tweede tot en met zevende lid opgenomen bepalingen, die gelden voor de gehuwde ambtenaar, zijn op overeenkomstige wijze van toepassing op de ambtenaar met een levenspartner. Waar staat 'echtgenoot' moet tevens worden gelezen ‘geregistreerde partner’ en 'levenspartner'.

  • 2. De ter uitvoering van de ARG en deze regeling vastgestelde regelingen met betrekking tot:

    • a.

      aanspraken op bezoldiging tijdens militaire dienst;

    • b.

      het verlof met behoud van bezoldiging wegens persoonlijke of familieomstandigheden;

    • c.

      de uitkering bij overlijden van de ambtenaar.

      Voor de toepassing van artikel 8:16# wordt de geregistreerde partner respectievelijk de levenspartner als gezinslid aangemerkt.

  • 3. De bepalingen van hoofdstuk 9 met betrekking tot de uitkering bij overlijden van de gewezen ambtenaar.

  • 4. De bepalingen van hoofdstuk 10 respectievelijk hoofdstuk 10a met betrekking tot de uitklering bij overlijden van de wachtgel;der respectievelijk de aanvulliong overlijdensuitkering ZW.

  • 5. De bepalingen van hoofdstuk 11 met betrekking tot:

    • a.

      het recht op een uitkering;

    • b.

      de uitkering bij overlijden van betrokkene.

  • 6. De bepalingen van hoofdstuk 18 met betrekking tot de verhuiskosten-, de reiskosten- en de pensionkostenvergoeding.

Artikel 21:1:3

Vervallen

Artikel 21:1:4

In gevallen waarin dit hoofdstuk niet of niet naar redelijkheid voorziet, treft het college een passende voorziening.

Ondertekening

Gedaan te Groningen in de raadsvergadering van 6 december 1995.
de burgemeester,
H. Ouwerkerk
de secretaris,
J. Bosma