Regeling vervallen per 11-07-2024

Subsidieverordening Groep 1588 Versterkingsopgave Groningen

Geldend van 11-07-2019 t/m 10-07-2024

Intitulé

Subsidieverordening Groep 1588 Versterkingsopgave Groningen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    besluit: het besluit op subsidieaanvraag op grond van deze verordening;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen;

  • c.

    convenant: Het Convenant Groep 1588, dat de ministers Ollongren en Wiebes hebben gesloten met de gemeenten Appingedam, Delfzijl, Groningen en Midden-Groningen op 11 maart 2019 (Bijlage 1);

  • d.

    depot: De per subsidieaanvraag ingestelde bankrekening, waar het verleende subsidiebedrag op wordt gestort en van waaruit een door het college aangewezen administratiekantoor op facturering door uitvoerders voorschotten uitbetaalt aan die uitvoerders.

  • e.

    eigenaar: natuurlijke persoon of rechtspersoon die het recht van eigendom of een ander zakelijk recht heeft op een woning uit de groep 1588 (Bijlage 2);

  • f.

    maatregelen: het uitvoeren van de versterkingsmaatregelen of, indien dit tot de mogelijkheden behoort en hiervoor gekozen wordt, de sloop en nieuwbouw van de woning dan wel uitkoop en sloop van de woning;

  • g.

    NCG: de Nationaal Coördinator Groningen, onderdeel van het Ministerie van EZ;

  • h.

    NPR: Nederlandse Praktijk Richtlijn 9998 aan de hand waarvan getoetst kan worden of bestaande of te bouwen gebouwen aardbevingsbestendig zijn;

  • i.

    prijslijst: de bijlage bij deze regeling waarin is opgenomen met welk bedrag per subsidiabele kostenpost gerekend kan worden; (Bijlage 3)

  • j.

    verordening: deze Subsidieverordening groep 1588 Aardbevingsschade Groningen;

  • k.

    versterkingsadvies: het advies van de NCG waarin wordt opgenomen welke maatregelen genomen moeten worden om de woning aardbevingsbestendig te maken en welke maatregelen aanvullend daarbij meegenomen kunnen/mogen worden;

  • l.

    woning: (afzonderlijk gedeelte van) een gebouw, dat tot bewoning is bestemd (en laatstelijk gebruikt), met het daarbij behorende deel van de grond en de daarop staande opstallen.

  • m.

    woningcorporaties: toegelaten instellingen zoals bedoeld in artikel 19 van de Woningwet en het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015, zijnde ‘Wierden en Borgen’ en ‘Woonzorg Nederland’.

Artikel 2. Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening gemeente

De Algemene Subsidieverordening (ASV) is van toepassing op deze regeling, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3. Doel van de subsidie

Deze subsidie heeft tot doel het versnellen en de uitvoering van versterkingsmaatregelen bij woningen van eigenaren waarvoor een versterkingsadvies is uitgebracht.

Artikel 4. Subsidiabele kosten

  • 1. De subsidiabele kosten in geval van versterking zijn:

    • a.

      de redelijke kosten van de aannemer voor de realisatie van de versterkingsmaatregelen aan de woning conform het versterkingsadvies;

    • b.

      de redelijke kosten van tijdelijke huisvesting, verhuizing en herinrichting volgend uit het versterkingsadvies;

    • c.

      de overige bijkomende kosten conform het versterkingsadvies.

  • 2. De subsidiabele kosten voor versterking bedragen maximaal de kosten die in geval van sloop/nieuwbouw worden vergoed.

  • 3. De subsidiabele kosten in geval van sloop/nieuwbouw zijn:

    • a.

      de kosten van sloop en nieuwbouw conform de prijslijst;

    • b.

      de kosten van tijdelijke huisvesting, verhuizing en herinrichting conform de prijslijst;

    • c.

      overige bijkomende kosten conform de prijslijst

  • 4.

    • a.

      Indien de kosten voor versterking lager zijn dan de kosten volgens de prijslijst voor sloop/nieuwbouw, zijn de subsidiabele kosten maximaal het bedrag van de kosten voor versterking.

    • b.

      Het onder a. genoemde bedrag mag ook ingezet worden voor sloop/nieuwbouw indien het hoger is dan 50% van de kosten volgens de prijslijst voor sloop/nieuwbouw. Is het bedrag lager dan worden geen kosten voor sloop/nieuwbouw vergoed.

  • 5. Bij uitkoop door de gemeente komt de economische waarde van de woning voor subsidie in aanmerking.

  • 6. De kosten voor zelf verrichte arbeid, indien de maatregelen door de aanvrager worden uitgevoerd, zijn geen subsidiabele kosten. De kosten voor door woningcorporaties zelf verrichte arbeid kunnen wel voor subsidiering in aanmerking komen.

Artikel 5. Hoogte van de subsidie

  • 1. De subsidie aan natuurlijke personen, bedraagt het geheel van de subsidiabele kosten.

  • 2. De subsidie aan woningcorporaties bedraagt het geheel van de subsidiabele kosten voor de in de aanvraag genoemde woningen waarvoor subsidie wordt gevraagd minus een eigen bijdrage van €20.000,- en de ontvangen aftrek op de verhuurdersheffing per woning.

Artikel 6. Subsidieplafond

Het college kan voor onderdelen van deze regeling een (of meerdere) subsidieplafond(s) vaststellen.

Artikel 7. Aanvraag

  • 1. De eigenaar kan subsidie aanvragen bij het college. Een aanvraag om subsidie wordt uiterlijk 4,5 jaar na inwerkingtreding van deze verordening ingediend.

  • 2. Subsidie dient te worden aangevraagd met het door het college ter beschikking gestelde aanvraagformulier. De op het formulier aangegeven verklaringen en bescheiden dienen bijgevoegd te worden.

  • 3. Bij de aanvraag zit in ieder geval het versterkingsadvies van de NCG en desgewenst een zienswijze van aanvrager op dat advies.

  • 4. Een aanvraag kan betrekking hebben op meerdere woningen binnen een gemeente.

  • 5. In aanvulling op de ingevolge het tweede lid verstrekte informatie kan het college aanvullende informatie vragen.

  • 6. Het college noteert de ontvangstdatum van de aanvraag op het formulier. Zodra vastgesteld is dat de aanvraag volledig is wordt aanvrager geïnformeerd over de ontvankelijkheid van de aanvraag.

Artikel 8. Onvoorziene omstandigheden

  • 1. Er kan voor een woning geen tweede keer subsidie op grond van deze regeling aangevraagd worden voor een zelfde subsidiabele kostenpost.

  • 2. In afwijking van lid 1 van dit artikel kan voor een woning aanvullende subsidie aangevraagd worden indien er sprake is van een onvoorziene omstandigheid.

  • 3. Aanvullende subsidie wegens onvoorziene omstandigheden die blijken tijdens de uitvoering van de werkzaamheden kan (zo nodig meerdere keren) aangevraagd worden.

Artikel 9. Subsidieverlening

  • 1. Het college beslist binnen 8 weken op de (ontvankelijke) aanvraag. Voor het verlopen van deze termijn kan het college de beslistermijn eenmalig verdagen.

  • 2. Complete aanvragen worden behandeld in volgorde van indiening van de aanvraag.

  • 3. Het college verleent de subsidie overeenkomstig het versterkingsadvies en de prijslijst; in bijzondere gevallen kan het college gemotiveerd van het versterkingsadvies en de prijslijst afwijken.

  • 4. Ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening kan het college bij subsidieverlening voor sloop-nieuwbouw een overeenkomst bedingen waarin de subsidie-ontvanger verplicht wordt met het subsidiebedrag een aardbevingsbestendige woning te bouwen.

Artikel 10. Aanvullende verplichtingen

In aanvulling op de verplichtingen op grond van de Algemene Subsidieverordening zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • 1.

    De maatregelen dienen binnen vijf jaar na de verleningsbeschikking volledig te zijn uitgevoerd. Deze periode kan op verzoek verlengd worden.

  • 2.

    De maatregelen dienen te worden uitgevoerd conform het geldende Bouwbesluit, de geldende NPR en overige geldende wet- en regelgeving.

  • 3.

    De eigenaar meldt voorafgaand aan de uitvoering aan het college wanneer hij van plan is af te wijken van de maatregelen waarvoor subsidie is verleend.

  • 4.

    In geval van versterking of sloop met nieuwbouw dient door de Eigenaar niet zijnde Woningcorporatie gecontracteerd te worden met een aannemer conform de Woningborg garantie en waarborg regeling Nieuwbouw 2016.

Artikel 11. Afwijzingsgronden

Op een aanvraag wordt, in aanvulling op de weigeringsgronden van de Awb, afwijzend beslist indien:

  • a.

    de woning van aanvrager niet behoort tot de Groep 1588;

  • b.

    het subsidieplafond door honorering van de aanvraag overschreden wordt;

  • c.

    aanvrager in geval van sloop en nieuwbouw niet in de gemeente (of in een andere gemeente die in deze groep zit) terugbouwt;

  • d.

    aanvrager het college niet machtigt om de subsidie in een depot te storten, uit welk depot de voorschotten/subsidie aan derden uitbetaald worden;

  • e.

    de gewenste versterking voor een woning in een bouwblok niet past bij de versterking van de andere woningen van dat bouwblok.

Artikel 12. Voorschotten

  • 1. Op verzoek van de subsidieontvanger kan het college voorschotten verlenen.

  • 2. Het college bepaalt het bedrag van de voorschotten als volgt:

    • a.

      de kosten van tijdelijke huisvesting en herinrichting en de overige bijkomende kosten kunnen na het verlenen van de subsidie meteen als voorschot uitgekeerd worden;

    • b.

      de kosten van uitvoering van maatregelen kunnen bij uitvoering van de maatregelen in delen uitgekeerd worden.

Artikel 13. Vaststelling van de subsidie

  • 1. De subsidieontvanger dient binnen dertien weken na het uitvoeren van de maatregelen, waarvoor subsidie is verleend, een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in. Het verzoek wordt schriftelijk ingediend met gebruikmaking van het daarvoor door het college beschikbaar gestelde formulier.

  • 2. De aanvraag om subsidievaststelling bevat in afwijking van de Algemene Subsidieverordening de volgende gegevens, verklaringen en bescheiden:

    • a.

      de facturen van de ingeschakelde uitvoerders, waaronder de aannemer, waarvoor subsidie is gevraagd en verleend;

    • b.

      het opleveringsrapport dat wordt opgesteld na gereed melding van de werkzaamheden.

  • 3. De subsidie wordt binnen dertien weken na de aanvraag om vaststelling van de subsidie vastgesteld.

  • 4. Het subsidiebedrag wordt gebaseerd op prijsniveau 2020 en wordt niet nader geïndexeerd.

  • 5. Het college kan de subsidie geheel of gedeeltelijk (ambtshalve) lager vaststellen indien duidelijk is dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend afwijkend, goedkoper of niet uitgevoerd zijn.

Artikel 14. Hardheidsclausule

Het college kan de bepalingen uit deze regeling buiten toepassing laten, indien naar het oordeel van het college in bijzondere individuele gevallen de toepassing van een artikel uit deze regeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 15. Inwerkingtreding en einddatum

  • 1. Deze verordening treedt daags na bekendmaking in werking.

  • 2. Deze verordening vervalt met ingang van 5 jaar na inwerkingtreding, met dien verstande dat de verordening van toepassing blijft op subsidies die voor deze datum zijn aangevraagd.

Artikel 16. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening Groep 1588 Versterkingsopgave Groningen.

Ondertekening

Vastgesteld in de raadsvergadering van 26 juni 2019

de burgemeester,

Peter den Oudsten

griffier,

Toon Dashorst