Verordening op de raadscommissies van de gemeente Groningen 2019

Geldend van 16-07-2019 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 03-01-2019

Intitulé

Verordening op de raadscommissies van de gemeente Groningen 2019

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN;

gelet op artikel 82 van de Gemeentewet;

HEEFT BESLOTEN:

de Verordening op de raadscommissie van de gemeente Groningen 2019 vast te stellen;

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissielid: lid van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissievoorzitter: voorzitter van een raadscommissie of dienst plaatsvervanger;

  • -

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • -

    wet: Gemeentewet.

Artikel 2. Instelling raadscommissies

  • 1. De raad besluit aan het begin van een nieuwe raadsperiode tot het al dan niet instellen van raadscommissies; desgewenst kan dit besluit gedurende de raadsperiode worden herzien.

  • 2. Als besloten wordt tot het instellen van raadscommissies, wordt ook een besluit genomen over het aantal raadscommissies, de namen van de raadscommissies en de onderwerpen waarop de werkzaamheden van elk van de raadscommissies betrekking hebben.

  • 3. De raad kan gedurende een raadsperiode besluiten (al dan niet tijdelijk) extra raadscommissies in te stellen dan wel bestaande raadscommissies op te heffen of samen te voegen.

Artikel 3. Taken

Een raadscommissie:

  • a.

    brengt advies uit aan de raad over raadsvoorstellen betreffende onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

  • b.

    kan advies uitbrengen aan de raad over andere stukken of zaken betreffende onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

  • c.

    kan overleg voeren met het college of de burgemeester over de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur betreffende onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben.

Artikel 4. Samenstelling; benoeming commissievoorzitter

  • 1. De commissieleden worden aangewezen door de verschillende fracties. De fracties zijn gehouden de afvaardiging naar commissies en wijzigingen daarin via de griffie openbaar te maken.

  • 2. Een fractie met minimaal één en maximaal drie leden draagt één commissielid voor. Een fractie met minimaal vier en maximaal zeven leden kan twee commissieleden voordragen. Fracties met minimaal acht en maximaal elf leden kunnen drie commissieleden voordragen. Fracties met meer dan elf leden kunnen vier commissieleden voordragen.

  • 3. Als lid van een commissie kunnen – op voorwaarde dat met ingezetene van de gemeente is – worden aangewezen:

    • a.

      raadsleden;

    • b.

      fractie-assistenten;

    • c.

      de drie eerstvolgende personen die op de kandidatenlijst van diezelfde fractie staan, maar die nog niet werden gekozen.

    Voor de personen genoemd onder c. is artikel 3, eerste lid van het 'Reglement op de fractie-assistentie' van overeenkomstige toepassing. Verder geldt dat zij een (vergelijkbare) verklaring afleggen als bedoeld in artikel 3, tweede lid van het 'Reglement op de fractie-assistentie'.

  • 4. Commissieleden zijnde niet-raadsleden worden op voordracht van de fracties en na het afleggen van de eed (respectievelijk verklaring en belofte) door de raad benoemd; voor het afleggen van de eed (respectievelijk verklaring en belofte) wordt de tekst gebruikt uit artikel 14 van de wet, waarbij ‘lid van de raad’ steeds vervangen wordt door ‘commissielid’.

  • 5. Een commissielid kan zich voor een commissievergadering laten vervangen door een commissielid van een andere raadscommissie.

  • 6. De raad benoemt uit zijn midden voor iedere raadscommissie een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter. De voorzitter is geen lid van de commissie.

Artikel 5. Zittingsduur en vacatures

  • 1. De zittingsperiode van een commissielid en -voorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2. Het lidmaatschap van een commissielid eindigt als niet meer wordt voldaan aan de in artikel 4, derde lid, gestelde eisen.

  • 3. De raad kan een commissielid ontslaan op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 4. De raad kan de commissievoorzitter ontslaan.

  • 5. Een commissielid en -voorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6. Als een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 7. Het lidmaatschap van commissieleden, benoemd op voordracht van een fractie die niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt van rechtswege.

Artikel 6. De commissiegriffier

  • 1. De griffier wijst ter ondersteuning van iedere raadscommissie een op de griffie werkzame ambtenaar aan als commissiegriffier.

  • 2. Een commissiegriffier is aanwezig in vergaderingen.

  • 3. Bij verhindering of afwezigheid wordt de commissiegriffier vervangen door een door de griffier aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar.

  • 4. Een commissiegriffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

Paragraaf 1. Voorbereiding

Artikel 7. Uitnodiging en voorlopige agenda

  • 1. De commissievoorzitter zendt tenminste 12 dagen voor een vergadering de commissieleden een schriftelijke uitnodiging, onder verwijzing naar de website van de gemeente waar gelijktijdig de voorlopige agenda wordt gepubliceerd met de daarbij behorende stukken.

  • 2. De commissievoorzitter kan na het verzenden van een schriftelijke uitnodiging de voorlopige agenda aanpassen of aanvullen.

  • 3. De agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 8. Opstellen van de voorlopige agenda

  • 1. In de regel ontvangen raads- en commissieleden aan het eind van iedere week een overzicht van alle raadsvoorstellen en collegebrieven die diezelfde week zijn binnengekomen.

  • 2. Elke fractie geeft tijdig, maar uiterlijk een halve dag voordat de agendacommissie de voorlopige agenda vaststelt, aan de griffie door welke van de binnengekomen raadsvoorstellen en collegebrieven, alsmede welke overige onderwerpen men voor bespreking geagendeerd zou willen zien.

  • 3. De agendacommissie zet onderwerpen en stukken die door tenminste drie fracties voor bespreking zijn aangevraagd in principe als bespreekpunt op de voorlopige agenda.

  • 4. De overige binnengekomen raadsvoorstellen en collegebrieven die betrekking hebben op de werkzaamheden van de raadscommissie worden in principe als conformstuk geagendeerd dan wel ter kennisname op de lijst van ingekomen stukken geplaatst.

  • 5. Het staat commissieleden vrij om bij conformstukken en collegebrieven op de lijst van ingekomen stukken een kort statement te maken of een korte vraag te stellen.

  • 6. Commissieleden die een op basis van het derde en vierde lid niet voor bespreking geagendeerd stuk toch met de overige fracties en het college wensen te bespreken kunnen agendering vragen voor een volgende vergadering, waarbij zij dan tijdig, maar uiterlijk een halve dag voor de vaststelling van de voorlopige agenda door de agendacommissie, hun bespreekpunten schriftelijk aan de raadscommissie doen toekomen.

  • 7. Met uitzondering van spoedeisende zaken en zaken van eenvoudige aard worden in de vergadering geen zaken behandeld, waarvan de commissieleden niet ruim van tevoren kennis hebben kunnen nemen.

Artikel 9. Ter inzage leggen van stukken

  • 1. De publicatie van agenda en stukken op de website van de gemeente geldt tevens als openbare terinzagelegging. De commissievoorzitter maakt hiervan melding in de openbare kennisgeving.

  • 2. Stukken waaromtrent op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de wet geheimhouding is opgelegd, worden niet ter inzage gelegd, maar alleen op het besloten deel van de website van de gemeente geplaatst.

Artikel 10. Openbare kennisgeving

  • 1. Commissievergaderingen worden ter openbare kennis gebracht door aankondiging in de Groninger Gezinsbode, alsmede door publicatie op de website van de gemeente.

  • 2. In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend via publicatie op de website plaatsvinden.

Paragraaf 2. Vergadering

Artikel 11. Mondelinge vragen

  • 1. Commissieleden kunnen tijdens iedere commissievergadering mondelinge vragen stellen; deze dienen geen technisch karakter te hebben.

  • 2. Mondelinge vragen dienen uiterlijk 4 uur voor aanvang van de commissievergadering bij de voorzitter te worden ingediend, alsmede bij het desbetreffende lid van het college.

  • 3. Als een raadslid over een actuele kwestie vragen wil stellen, terwijl in de desbetreffende week de regarderende commissie niet vergadert en er ook geen raadsvergadering is, dan kan hij zijn vraag uiterlijk 24 uur van te voren indienen bij de griffie t.b.v. een commissie die wel vergadert

  • 4. Andere fracties kunnen aanvullende vragen stellen.

  • 5. Na beantwoording van de vragen is het onderwerp afgehandeld, er is geen ruimte voor debat.

Artikel 12. Spreekrecht inwoners en belanghebbenden

  • 1. Tijdens de commissievergadering kunnen inwoners en belanghebbenden het woord voeren over onderwerpen die ter bespreking en/of besluitvorming zijn geagendeerd, dit direct voorafgaande aan de bespreking van het desbetreffende onderwerp.

  • 2. Het woord kan niet worden gevoerd:

    • a.

      over een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar of beroep op de rechter openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      over benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      indien een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;

  • 3. Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit minimaal 24 uur voor aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier; in uitzonderlijke gevallen kan de commissievoorzitter besluiten dat hiervan mag worden afgeweken.

  • 4. Een inspreker krijgt in principe maximaal drie minuten spreektijd; als er zich voor een vergadering veel insprekers melden, kan de spreektijd per inspreker worden bekort.

  • 5. Een inspreker kan het woord voeren op persoonlijke titel of namens een organisatie of anderen. Het is echter niet toegestaan dat iemand over een agendapunt meer dan één keer het woord voert.

  • 6. De commissievoorzitter kan de deelnemers aan de vergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen of kort met hen in gesprek te gaan.

  • 7. De commissievoorzitter kan een inspreker die zich bij herhaling schuldig maakt aan intimidatie, belediging of ander wangedrag gedurende een jaar het spreekrecht ontnemen.

Artikel 13. Spreekregels

  • 1. De leden van de raad en de overige aanwezigen richten zich tot de voorzitter.

  • 2. Niemand voert het woord dan nadat hij dit van de voorzitter heeft verkregen.

  • 3. De commissievoorzitter bepaalt de spreektijd voor de fracties en het college; iedere fractie heeft evenveel spreektijd per vergadering; het college krijgt in principe per onderwerp één derde van de spreektijd die de raadscommissie aan dit onderwerp heeft besteed.

Artikel 14. Aantal spreektermijnen

  • 1. Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2. Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3. Commissieleden voeren in een termijn niet meer dan éénmaal het woord over hetzelfde onderwerp of voorstel, behoudens interrupties; een interruptie dient te worden geformuleerd als korte vraag aan degene die het woord voert.

  • 4. Bij de bepaling hoeveel keer een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 15. Deelname aan de beraadslaging door anderen

Een raadscommissie kan besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 16. Handhaving orde en schorsing

  • 1. De commissievoorzitter handhaaft de orde in de vergadering.

  • 2. Hij kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3. Hij kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4. Hij roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven kunnen door hem het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.

Artikel 17. Voorstellen van orde

Commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Artikel 18. Advies; geen stemmingen

  • 1. Na sluiting van de beraadslagingen over een onderwerp brengt de raadscommissie advies uit aan de raad over het al dan niet agenderen van genoemd onderwerp in de eerstvolgende raadsvergadering; als geadviseerd wordt tot agendering volgt ook een advies over de wijze van agendering en bespreking.

  • 2. Als een raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de commissievoorzitter over de inhoud van het advies.

  • 3. In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van stemmingen over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

  • 4. Een commissie kan slechts tot het uitbrengen van een advies komen indien meer dan de helft van het aantal fracties vertegenwoordigd is.

  • 5. Wanneer het in het vorige lid vereiste aantal fracties niet vertegenwoordigd is kan de voorzitter een nieuwe vergadering beleggen, evenwel niet eerder dan na 2 dagen na de vergadering waarvoor het quorum niet aanwezig was.

Artikel 19. Verslag en besluitenlijst

  • 1. Een commissiegriffier draagt zorg voor verslagen en besluitenlijsten van vergaderingen.

  • 2. Bij het begin van de vergadering wordt, indien mogelijk, het verslag van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 3. Uit een verslag blijkt in ieder geval:

    • a.

      de namen van de commissievoorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester, de wethouders en de commissieleden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een aantekening van welke commissieleden afwezig waren;

    • c.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • d.

      een zakelijke samenvatting van het gesprokene met vermelding van de namen van de sprekers;

    • e.

      de uitgebrachte adviezen aan de raad;

    • f.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van artikel 16 door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • 4. In een besluitenlijst worden in ieder geval vermeld:

    • a.

      de adviezen aan de raad;

    • b.

      de toezeggingen van de wethouders of de burgemeester;

    • c.

      de gemaakte afspraken.

  • 5. Voor zover de aard en inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordt de besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de vergadering openbaar gemaakt door plaatsing op de website van de gemeente; het verslag wordt zo snel mogelijk na vaststelling door de raadscommissie op de website van de gemeente geplaatst.

Paragraaf 3. Besloten vergaderingen

Artikel 20. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 21. Verslag besloten vergadering

  • 1. Conceptverslagen en -besluitenlijsten van besloten vergaderingen worden uitsluitend op het besloten deel van de website van de gemeente geplaatst.

  • 2. Het verslag wordt zo spoedig mogelijk ter vaststelling aangeboden. Indien iemand hierover wil spreken, dient dit in een besloten vergadering te gebeuren. Tijdens deze vergadering kan de raadscommissie desgewenst besluiten tot het openbaar maken van dit verslag.

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 22. Toehoorders en pers

  • 1. Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2. Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3. De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4. Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 23. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 24. Intrekking oude verordening

De Verordening op de raadscommissies 2013 (Gemeente Groningen), de Verordening op de raadscommissie 2012 (Gemeente Haren), de Verordening op de raadscommissie van de gemeente Haren (2014), en het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raadscommissie (Gemeente Ten Boer) worden ingetrokken.

Artikel 25. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 3 januari 2019.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als Verordening op de raadscommissies van de gemeente Groningen 2019.

Ondertekening

Gedaan te Groningen in de openbare raadsvergadering van 2 januari 2019.

De voorzitter,

Peter den Oudsten

De griffier,

Toon Dashorst