Luchtvaartverordening provincie Groningen

Geldend van 17-05-2013 t/m heden

Intitulé

Luchtvaartverordening provincie Groningen

Provinciale Staten van Groningen; Besluiten:  

Begripsomschrijving

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: de Wet luchtvaart;

  • b.

    luchthavenbesluit: luchthavenbesluit als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet luchtvaart;

  • c.

    luchthavenregeling: luchthavenregeling als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet luchtvaart;

  • d.

    Provinciale Staten: Provinciale Staten van de provincie Groningen;

  • e.

    Gedeputeerde Staten: Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen.

Reikwijdte

Artikel 2

Deze verordening is van toepassing op:

  • a.

    aanvragen tot het vaststellen of wijzigen van een luchthavenbesluit voor een luchthaven gelegen in de provincie Groningen;

  • b.

    aanvragen tot het vaststellen of wijzigen van een luchthavenregeling voor een luchthaven gelegen in de provincie Groningen.

Artikel 3

Een aanvraag tot vaststelling van een luchthavenbesluit dan wel een luchthavenregeling kan door Provinciale Staten worden omgezet in en behandeld als een aanvraag tot vaststelling van een luchthavenregeling dan wel een luchthavenbesluit, indien Provinciale Staten dat op grond van de ingediende gegevens of uit beleidsmatige overwegingen aangewezen achten.

Artikel 4

Deze verordening is niet van toepassing op het vaststellen van een luchthavenbesluit of luchthavenregeling op grond van de bepalingen krachtens de artikelen XIII, XIV en XV van de Wet van 18 december 2008, Stb. 561.(Regelgeving burgerluchthavens en militaire luchthavens)

Taak Gedeputeerde Staten

Artikel 5 

Aanvragen tot vaststelling en wijziging van een luchthavenbesluit of luchthavenregeling worden ingediend bij Gedeputeerde Staten.

Artikel 6

Gedeputeerde Staten zijn belast met de voorbereiding van een voorstel over een aanvraag voor Provinciale Staten, met inbegrip van het opstellen van een ontwerpvoorstel en het toepassing geven aan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 7

Gedeputeerde Staten kunnen bij de voorbereiding van een voorstel toepassing geven aan artikel 3.18, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 8

Gedeputeerde Staten dienen de aanvraag in bij de Minister van Infrastructuur en Milieu voor het verkrijgen van een verklaring als bedoeld in artikel 8.49 van de wet.

Artikel 9

Gedeputeerde Staten wijzen ambtenaren aan die zijn belast met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens de wet gegeven regels en voorschriften.

Procedurebepalingen voor aanvragen

Artikel 10 - aanvraag tot vaststelling van een luchthavenbesluit

Een aanvraag tot vaststelling van een luchthavenbesluit bevat ten minste de volgende gegevens:

  • a.

    naam, adres, contactgegevens, rechtspersoonlijkheid en eventuele adviseurs van de aanvrager en, indien de aanvrager niet de beoogde exploitant is, tevens de genoemde gegevens van de beoogde exploitant;

  • b.

    een aanduiding van het terrein dat bestemd is om als luchthaven te worden ingericht, met een topografische kaart op een schaal van 1:5.000 en de kadastrale aanwijzing van het terrein;

  • c.

    een eigendomssituatie met betrekking tot het terrein, en voor zover de aanvrager niet de eigenaar is, een verklaring van de eigenaar of eigenaren dat deze instemt of instemmen met het voorgenomen gebruik als luchthaven;

  • d.

    de planologische situatie van het luchthaventerrein en het beperkingengebied rondom dat terrein;

  • e.

    een of meer tekeningen waaruit de beoogde ruimtelijke indeling van het gebied van en rond de luchthaven blijkt, met inbegrip van maximale hoogte van objecten;

  • f.

    een plan voor het gebruik van de luchthaven voor een periode in de eerste vijf jaar na inwerkingtreding van het luchthavenbesluit;

  • g.

    de wijze waarop in naderingsluchtverkeersleiding wordt voorzien;

  • h.

    de voor het beoogde gebruik noodzakelijke berekeningen, bedoeld in hoofdstuk 2 van de Regeling burgerluchthavens en artikel 8.47, derde lid, van de wet met betrekking tot het bepalen van de geluidsbelasting, het externe veiligheidsrisico van het luchthavenluchtverkeer en de lokale luchtverontreiniging;

  • i.

    een bij het voornemen passende beschrijving van de mogelijke effecten op het milieu;

  • j.

    een verklaring waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de van toepassing zijnde bepalingen van een Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen.

Artikel 11 - aanvraag tot wijziging van een luchthavenbesluit

Artikel 10 is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag tot wijziging van een luchthavenbesluit, met dien verstande dat de aanvrager

  • a.

    alle gegevens verstrekt die afwijken van de situatie die in het geldende besluit is neergelegd, en

  • b.

    verklaart dat alle overige gegevens gelijkluidend zijn aan de gegevens in het geldende besluit.

Artikel 12 - aanvraag tot vaststelling van een luchthavenregeling

Een aanvraag tot vaststelling van een luchthavenregeling bevat ten minste de volgende gegevens:

  • a.

    naam, adres, contactgegevens, rechtspersoonlijkheid en eventuele adviseurs van de aanvrager, en indien de aanvrager niet de beoogde exploitant is, tevens de genoemde gegevens van de beoogde exploitant;

  • b.

    een aanduiding van het terrein dat bestemd is om als luchthaven te worden ingericht, met een topografische kaart op een schaal van 1:5.000 en de kadastrale aanwijzing van het terrein;

  • c.

    een eigendomssituatie met betrekking tot het terrein, en voor zover de aanvrager niet de eigenaar is, een verklaring van de eigenaar of eigenaren dat deze instemt of instemmen met het voorgenomen gebruik als luchthaven;

  • d.

    de planologische situatie van het luchthaventerrein en het beperkingengebied rondom dat terrein;

  • e.

    een of meer tekeningen waaruit de beoogde ruimtelijke indeling van het gebied van en rond de luchthaven blijkt, met inbegrip van (maximale) hoogten van objecten;

  • f.

    een onderbouwing voor de aanvraag van een luchthavenregeling;

  • g.

    een plan voor het gebruik van de luchthaven voor een periode in de eerste vijf jaar na inwerkingtreding van het luchthavenbesluit;

  • h.

    de voor het beoogde gebruik noodzakelijke berekeningen, bedoeld in hoofdstuk 2 van de Regeling burgerluchthavens en artikel 8.44, derde lid, van de wet met betrekking tot het bepalen van de geluidsbelasting, het externe veiligheidsrisico van het luchthavenluchtverkeer en de lokale luchtverontreiniging;

  • i.

    een bij het voornemen passende beschrijving van de mogelijke effecten op het milieu;

  • j.

    een verklaring waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de van toepassing zijnde bepalingen van een Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen.

Artikel 13 - aanvraag tot wijziging van een luchthavenregeling

Artikel 12 is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag tot wijziging van een luchthavenregeling, met dien verstande dat de aanvrager

  • a.

    alle gegevens indient die afwijken van de situatie die in de geldende regeling is neergelegd, en

  • b.

    verklaart dat alle overige gegevens gelijkluidend zijn aan de gegevens in de geldende regeling.

Artikel 14 - formulier

Gedeputeerde Staten kunnen voor elk van de in dit hoofdstuk bedoelde aanvragen een formulier vaststellen.

Ontheffing regels voor luchthavenverkeer

Artikel 15

Gedeputeerde Staten kunnen op aanvraag van een exploitant van een luchthaven ontheffing verlenen van regels voor luchtverkeer, zoals zijn vastgelegd in het Luchthavenbesluit, Luchthavenregeling of Omzettingsregeling van de betreffende luchthaven.

Artikel 16

Een ontheffing als bedoeld in artikel 15 kan slechts worden verleend voor een bepaalde in de ontheffing vast te stellen termijn van ten hoogste een jaar.

Artikel 17

Een ontheffing als bedoeld in artikel 16 kan onder beperkingen worden verleend. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 18

Gedeputeerde Staten doen zo spoedig mogelijk na de verlening van een ontheffing hiervan mededeling aan de Minister van Infrastructuur en Milieu.

Artikel 19

De exploitant maakt de beslissing omtrent een ontheffing zoals bedoeld in artikel 15 bekend aan de gebruikers van de luchthaven.

Artikel 20 - inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de bekendmaking in het provinciaal blad.

Artikel 21 - citeerbepaling

Deze verordening wordt aangehaald als: Luchtvaartverordening provincie Groningen.

Ondertekening

Groningen, ………. Provinciale Staten voornoemd, , voorzitter. , griffier.