Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening Voorzieningen Raadsleden Grootegast 2014

Geldend van 01-07-2014 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2014

Intitulé

Verordening Voorzieningen Raadsleden Grootegast 2014

De raad van de gemeente Grootegast;

gelet op de artikelen 95, 96, eerste en tweede lid en 97 en 147 van de Gemeentewet, de artikelen 4, 7a, vierde lid, 13, tweede lid, 14, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (laatstelijk gewijzigd bij besluit van 20 juni 2014) en het Besluit harmonisering en modernisering rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers (Staatsblad 2014/230) ,

gelezen het voorstel van de raadsvoorzitter en de raadsgriffier dd. 5 december 2014;

b e s l u i t :

vast te stellen de

“VERORDENING VOORZIENINGEN RAADSLEDEN GROOTEGAST 2014”

HOOFDSTUK I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a

    raadslid: lid van de gemeenteraad;

  • b

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 20 juni 2014;

  • c

    Reisregeling Binnenland: de vigerende regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en koninkrijksrelaties, regelende de vergoedingen krachtens het Reisbesluit Binnenland, Koninklijk Besluit van 1 maart 1993, Stb. 144

HOOFDSTUK II VOORZIENINGEN

Artikel 2 Reiskosten

  • 1

    De ten behoeve van de gemeente gemaakte reis- en verblijfkosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente, ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur, worden aan het raadslid vergoed.

  • 2

    De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

    • a

      bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een (trein)taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten;

    • b

      bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets: een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in de Reisregeling binnenland

    • c

      verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente, worden aan het raadslid vergoed, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld in de Reisregeling binnenland.

Artikel 3 Scholing

  • 1

    De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentebelang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2

    De gezamenlijke fractievoorzitters, verenigd in de agendacommissie van de raad, stellen jaarlijks een scholingsplan vast, op grond waarvan opleidings- en trainingsactiviteiten door of namens de gemeente aan de raadsleden worden aangeboden en waarin een kader wordt vastgelegd voor het vergoeden van deelname aan overige opleidings- en trainingsactiviteiten, congressen en symposia.

  • 3

    Raadsleden die aan scholing als bedoeld in artikel 13, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden willen deelnemen, die niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dienen daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier.

  • 4

    De aanvraag bedoeld in het derde lid gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. Een aanvraag wordt getoetst aan de hand van de relevantie voor het raadswerk en het in lid 2 bedoelde scholingsplan..

  • 5

    Kosten van scholing die wordt georganiseerd door de beroepsvereniging van raadsleden of door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten komt altijd voor vergoeding door de gemeente in aanmerking als voldaan wordt aan de voorwaarde genoemd in het derde lid.

  • 6

    Aanvragen bedoeld in het derde lid worden gehonoreerd voor zover het voor het betreffende jaar beschikbare budget toereikend is, waarbij rekening wordt gehouden met te ramen kosten voor scholing als bedoeld in het vijfde lid. Bij naderende uitputting van het beschikbare budget gaan aanvragen van leden die in de betreffende raadsperiode nog geen vergoeding voor een scholingsactiviteit hebben ontvangen voor aanvragen van leden die in de betreffende raadsperiode reeds een scholingsactiviteit vergoed hebben gekregen.

  • 7

    Aanvragen die niet overeenkomstig de bepalingen in deze verordening worden ingediend komen niet voor vergoeding in aanmerking.

  • 8

    Bij naderende uitputting van het beschikbare budget beslist in voorkomende gevallen de vergadering van fractievoorzitters van alle in de raad vertegenwoordigde politieke groeperingen over toekenning van een aanvraag.

Artikel 4 Gebruik en vergoeding tabletcomputer

  • 1

    Aan raadsleden wordt jaarlijks een tegemoetkoming verleend voor aanschaf en gebruik van een, voor de uitoefening van het raadslidmaatschap benodigde, tabletcomputer. Deze vergoeding wordt in maandelijkse termijnen uitbetaald.

  • 2

    De raad stelt de hoogte van de in het eerste lid bedoelde tegemoetkoming vast.

  • 3

    De tegemoetkoming wordt bij het tussentijds terugtreden van een raadslid verstrekt naar rato van de duur van het raadslidmaatschap.

  • 4

    De tegemoetkoming wordt niet verleend wanneer een raadslid niet zorg draagt bij raadsvergaderingen de beschikking te hebben over en gebruik te maken van een tabletcomputer, tenzij daartoe door de voorzitter ontheffing wordt verleend.

  • 5

    De tegemoetkoming zoals bedoeld in lid 1 (al dan niet aangevuld met een deel van de algemene raadsvergoeding) kan in maandelijkse termijnen worden verrekend met een door de gemeente op verzoek van het raadslid voor de aanschaf van een tabletcomputer voorgefinancierd bedrag. Hiertoe wordt een voorfinancieringsovereenkomst opgesteld en getekend.

Artikel 5 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

HOOFDSTUK III WIJZE VAN VERGOEDEN

Artikel 6 Vergoeding voor de werkzaamheden van raadsleden

  • 1

    Van de vergoeding, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, wordt 20% uitgekeerd op basis van het aantal bijgewoonde raadsvergaderingen afgezet tegen het aantal gehouden vergaderingen gedurende een periode van telkens 12 maanden, gerekend vanaf de datum van installatie van de raad.

  • 2

    Het voorgaande lid is van toepassing en verrekening via de eerstvolgende aan het raadslid toekomende vergoeding vindt plaats wanneer betrokken raadslid meer dan 30% van het aantal raadsvergaderingen (met afronding naar het naastliggende gehele getal) gedurende een periode als bedoeld in lid 1 niet heeft bijgewoond.

Artikel 7 Betaling vergoedingen

De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis, tenzij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, het Rechtspositiebesluit wethouders of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.

Artikel 8 Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1

    Raadsleden dragen ten behoeven van het vergoeden van kosten zoveel mogelijk zorg voor rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

  • 2

    Verantwoording van de vergoeding door een raadslid vindt plaats door een vastgesteld formulier volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3

    Facturen komen alleen voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de bepalingen in deze verordening. Wanneer niet aan deze bepalingen is voldaan komt de betreffende factuur voor rekening van het raadslid die de scholingsactiviteit

  • 4

    Het formulier wordt ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar.

Artikel 9 Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1

    Voor de vergoeding van de kosten, bedoeld in de artikelen 2 en 3 van deze verordening wordt gebruik gemaakt van een vastgesteld declaratieformulier, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

  • 2

    Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend binnen 3 maanden na het ontstaan van de kosten bij de griffier ingediend, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.

HOOFDSTUK IV SLOTBEPALING, CITEERTITEL EN INWERKINGTREDING

Artikel 10 Slotbepaling

Voor gevallen, waarin deze verordening niet of niet naar billijkheid voorziet, kan met instemming van de gezamenlijke fractievoorzitters, verenigd in de agendacommissie van de raad, en met inachtneming van de geldende wettelijke bepalingen, een bijzondere regeling worden getroffen.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening voorzieningen raadsleden 2014”.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 17 december 2014 en werkt terug tot en met 1 juli 2014.

Artikel 13 Intrekking oude verordening

Door vaststelling van deze verordening wordt de Verordening Geldelijke Voorzieningen Raadsleden, vastgesteld op 22 juni 2010 en gewijzigd bij besluit van de raad van 26 februari 2013, ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de gemeenteraad van Grootegast in zijn openbare vergadering van 16 december 2014.
H.R. Kastermans, K.B. Dijkstra,
raadsgriffier raadsvoorzitter