Verordening minimabeleid Haaksbergen (4.10d)

Geldend van 10-11-2017 t/m heden

Intitulé

Verordening minimabeleid Haaksbergen (4.10d)

Samenvatting

Deze verordening geeft aan voor welke voorzieningen er een bijdrage wordt verstrekt voor burgers met een laag inkomen (tot 115% sociaal minimum) om te stimuleren dat zij kunnen meedoen aan maatschappelijke activiteiten.

De gemeenteraad van Haaksbergen;

Voorstel van het college van: 3 oktober 2017

Wettelijke basis:

Bepaling van de Participatiewet, de Gemeentewet (artikelen 147 en 149) en de Algemene wet bestuursrecht.

Besluit:

Vast te stellen de Verordening minimabeleid.

Artikel 1 Begripsbepaling

  • 1.

    In deze verordening zijn de begrippen van toepassing zoals vastgesteld in de Participatiewet in Hoofdstuk 1, § 1.1, in de artikelen 1tot en met 6b.

  • 2.

    Verder wordt in deze verordening verstaan onder aanvrager: de alleenstaande, de alleenstaande ouder of de gehuwde, die inwoner is van de gemeente Haaksbergen en als zodanig opgenomen is in de basisadministratie personen van de gemeente Haaksbergen.

Artikel 2 Bijdragen algemeen

  • 1.

    Het college kan bijdragen toekennen voor de volgende basisvoorzieningen:

    • a.

      lidmaatschap bibliotheek;

    • b.

      contributie sportverenigingen en andere gesubsidieerde instellingen op het welzijnsterrein;

    • c.

      scholings- en vormingsactiviteiten;

    • d.

      abonnement voor een internetaansluiting.

  • 2.

    De kosten voor de in het eerste lid genoemde voorzieningen dienen betrekking te hebben op het jaar waarin wordt aangevraagd.

  • 3.

    De voorzieningen in het eerste lid hebben betrekking op personen van 18 jaar en ouder.

Artikel 3 Hoogte bijdragen algemeen

De bijdrage voor de in artikel 2, eerste lid, onder a tot en met d genoemde basisvoorzieningen tezamen bedraagt 75% van de gemaakte kosten met een maximum van:

  • a.

    € 150,00 per kalenderjaar voor gehuwden/partners;

  • b.

    € 150,00 per kalenderjaar voor een alleenstaande ouder;

  • c.

    € 90,00 per kalenderjaar voor een alleenstaande.

Artikel 4 Bijdragen kindpakket

  • 1.

    Het college kan een bijdrage toekennen voor voorzieningen die zijn opgenomen in het kindpakket.

  • 2.

    Het kindpakket bestaat uit de volgende voorzieningen:

    • a.

      een bijdrage voor SuperSpetters zwemlessen;

    • b.

      schoolkosten;

    • c.

      een bijdrage voor een fiets.

  • 3.

    De voorzieningen in het tweede lid onderdelen a en b hebben betrekking op kinderen die op het moment van indienen van de aanvraag de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar hebben.

  • 4.

    Onder schoolkosten wordt verstaan: een tegemoetkoming in de kosten van onder meer de aanschaf van een schooltas, rekenmachine, gymschoenen, winterjas, ouderbijdrage, schoolreisje en schoolexcursie.

  • 5.

    Het college kent eenmalig een bijdrage voor de fiets toe als het kind in groep 7 of groep 8 van het basisonderwijs zit.

  • 6.

    Het college kent in 2017 een bijdrage van maximaal € 10.000,00 en vanaf 2018 jaarlijks een bijdrage van maximaal € 15.000,00 toe aan het Jeugdsportfonds.

  • 7.

    Het college kent in 2017 een bijdrage van maximaal € 3.500,00 en vanaf 2018 jaarlijks een bijdrage van maximaal € 5.000,00 toe aan het Jeugdcultuurfonds.

Artikel 5 Hoogte bijdragen kindpakket

De bijdrage voor de in artikel 4, tweede lid, genoemde voorzieningen uit het kindpakket bedraagt maximaal:

  • a.

    eenmalig € 350,00 per kind voor SuperSpetters zwemlessen, waarbij de vergoeding wordt overgemaakt aan het zwembad waar de zwemlessen worden gevolgd;

  • b.

    € 150,00 per schooljaar voor een kind in de leeftijd van 4 tot en met 11 jaar voor schoolkosten;

  • c.

    € 200,00 per schooljaar voor een kind in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar voor schoolkosten;

  • d.

    eenmalig € 150,00 per kind in groep 7 of 8 van het basisonderwijs voor een fiets.

Artikel 6 Indienen aanvraag

  • 1.

    Een bijdrage op grond van deze verordening wordt schriftelijk aangevraagd met het door het college vastgestelde aanvraagformulier.

  • 2.

    Aanvragen kunnen gedurende het hele kalenderjaar of schooljaar worden ingediend.

  • 3.

    De voorzieningen die in een kalenderjaar of schooljaar worden verstrekt, kunnen uitsluitend in het betreffende kalenderjaar of schooljaar worden aangevraagd. Het is niet mogelijk met terugwerkende kracht, over het voorgaande kalenderjaar/jaren of schooljaar/jaren, voor voorzieningen in aanmerking te komen.

Artikel 7 Voorwaarden voor bijdragen

Het college kent een bijdrage als bedoeld in de artikelen 2 en 4 van deze verordening toe indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a.

    de aanvrager is inwoner van de gemeente Haaksbergen;

  • b.

    het inkomen van de aanvrager dient gelijk te zijn of minder te bedragen dan 115% van de toepasselijke bijstandsnorm;

  • c.

    de aanvrager mag niet beschikken over vermogen dat het vrij te laten vermogen, zoals dat is bepaald in artikel 34 van de Participatiewet te boven gaat;

  • d.

    de aanvrager kan voor de beoogde kosten geen aanspraak maken op een voorliggende voorziening, hierbij inbegrepen de Participatiewet, het Jeugdsportfonds en/of het Jeugdcultuurfonds;

  • e.

    de aanvrager heeft aangetoond de kosten van de door hem aangevraagde voorzieningen te maken door bijvoorbeeld een bewijs van inschrijving of factuur van de sportieve of culturele instelling te overleggen.

Artikel 8 Geen bijdragen

  • 1.

    Het college kent geen bijdrage op grond van deze verordening toe aan:

    • a.

      de aanvrager van wie, naar het oordeel van het college, kan worden aangenomen dat het bestedingspatroon een beletsel vormt voor een duurzame oplossing van de financiële problematiek;

    • b.

      de aanvrager van wie in een periode van 12 maanden voorafgaande aan de aanvraag de bijstand is verlaagd op grond van artikel 18 van de Participatiewet en/of de Afstemmingsverordering.

  • 2.

    De uitzonderingen zoals bepaald in de onderdelen a en b van het eerste lid, zijn niet van toepassing op de in artikel 4 genoemde bijdragen van het kindpakket.

Artikel 9 Onderzoek

  • 1.

    Het college stelt een onderzoek in naar de feiten en omstandigheden die blijkens deze verordening van belang zijn bij de beoordeling van de aanvraag om een bijdrage als bedoeld in de artikelen 2 en 4 van deze verordening.

  • 2.

    De aanvrager is verplicht inzage te verstrekken in bescheiden die gegevens bevatten die naar het oordeel van het college van belang zijn bij de beoordeling van de aanvraag.

Artikel 10 Voorlichting

Het college draagt, ter uitvoering van het minimabeleid, zorg voor een actieve voorlichting, mede teneinde het niet-gebruik of onderconsumptie van de Sociale Zekerheidsvoorzieningen te verminderen.

Artikel 11 Verplichtingen

Het college kan aan het toekennen van de bijdrage verplichtingen verbinden.

Artikel 12 Intrekking en terugvordering

  • 1.

    Het college trekt een bijdrage in als een aanvrager niet meer aan de voorwaarden voldoet en als een aanvrager de verplichtingen die aan het toekennen van de bijdrage zijn verbonden niet of onvoldoende nakomt.

  • 2.

    Het college vordert de bijdrage terug als de bijdrage is ingetrokken op grond van het bepaalde in het eerste lid.

  • 3.

    Het college is bevoegd tot verrekening over te gaan.

  • 4.

    Het college past het bepaalde in het eerste, tweede en derde lid van dit artikel niet toe als het gaat om een verleende bijdrage voor het kindpakket.

Artikel 13 Hardheidsclausule en nadere regels

  • 1.

    Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen van deze verordening indien het college van mening is dat de aanvrager in bijzondere omstandigheden verkeert waardoor toepassing van deze verordening niet tot het beoogde of gewenste doel leidt, te weten het voorkomen of doorbreken van een sociaal isolement.

  • 2.

    Het college kan nadere regels vaststellen voor de uitvoering van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 10 november 2017.

  • 2.

    Op het moment dat deze verordening in werking treedt, wordt de op 18 december 2013 vastgestelde Verordening minimabeleid ingetrokken.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening minimabeleid.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 1 november 2017.

mr. G. Raaben

griffier

G.J. Kok MDR

burgemeester

Ondertekening