Regeling vervallen per 20-01-2015

Verordening nummering adressen​

Geldend van 11-01-2013 t/m 19-01-2015

Intitulé

Verordening nummering adressen

De raad van de gemeente Haarlem, gelezen het voorstel aan de raad inzake het vaststellen van de verordening nummering adressen;

gelet op artikel 6 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen;

gezien het advies van commissie bestuur;

overwegende dat het wenselijk is de nummering van adressen goed te regelen;

besluit vast te stellen de volgende: Verordening nummering adressen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze verordening (en de daarop berustende bepalingen) wordt verstaan onder:

a.   Adres: door het college aan een verblijfsobject, een standplaats of een ligplaats toegekende benaming, bestaande uit een combinatie van de naam van een openbare ruimte, een nummeraanduiding en de naam van een woonplaats.

b.   Afgebakend terrein: een terrein met een kunstmatige of natuurlijke afbakening, waarop zich geen verblijfsobjecten bevinden en dat betreedbaar en afsluitbaar is.

c.   College: het college van burgemeester en wethouders.

d.   Convenant: het tussen de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Koninklijke TPG Post BV gesloten Kader Convenant en Nader Convenant inzake postcodes.

e.   Ligplaats: door het college als zodanig aangewezen plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, die is bestemd voor het permanent afmeren van een voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikt vaartuig.

f.    Nummeraanduiding: door het college als zodanig toegekende aanduiding van een verblijfsobject, een standplaats, een ligplaats en een afgebakend terrein dat bestaat uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter- en/of cijfercombinatie.

g.   Openbare ruimte: door het college als zodanig aangewezen en van een naam voorziene buitenruimte die binnen één woonplaats is gelegen.

h .   Pand: kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.

i.    Rechthebbende: een ieder die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht of een persoonlijk recht zodanig beschikking heeft over een onroerende zaak dat hij naar burgerlijk recht bevoegd is om in die zaak te handelen zoals in de verordening is voorgeschreven, alsmede de beheerder.

j.    Standplaats: door het college als zodanig aangewezen terrein of een gedeelte daarvan dat is bestemd voor het permanent plaatsen van een niet direct en duurzaam met de aarde verbonden en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte ruimte.

k.   Verblijfsobject: de kleinste binnen één of meerdere panden gelegen en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte eenheid van gebruik die ontsloten wordt via een eigen afsluitbare toegang vanaf de openbare weg, een erf of een gedeelde verkeersruimte, die onderwerp kan zijn van goederenrechtelijke rechtshandelingen en in functioneel opzicht zelfstandig is.

Hoofdstuk 2 Het nummeren van verblijfsobjecten, ligplaatsen, standplaatsen en afgebakende terreinen

Artikel 2

  • 1. Het college bepaalt de afbakening van panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen.

  • 2. Het college kent binnen het grondgebied van de gemeente ambtshalve, of op aanvraag nummers toe aan verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen.

  • 3. Indien vanwege een ingediende aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht het toekennen van nummers noodzakelijk is, wordt onder een dergelijke aanvraag mede begrepen een aanvraag als bedoeld in het tweede lid.

  • 4. De afbakening of toekenning, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, kan ook op voor personen toegankelijke objecten, zijnde niet verblijfsobjecten of op afgebakende terreinen worden toegepast, indien dat naar oordeel van het college noodzakelijk is.

  • 5. Onder vaststellen, toekennen en bepalen, zoals bedoeld in het eerste tot en met vierde lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken daarvan.

Artikel 3

  • 1. Aan objecten, zoals aangegeven in artikel 2, waarvoor een nummer is vastgesteld moet dat nummer op een doeltreffende wijze zijn aangebracht.

  • 2. Het is een ieder die daartoe niet is bevoegd, verboden aan een pand of verblijfsobject, stand- of ligplaats of afgebakend terrein nummers toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.

Hoofdstuk 3 Plaatsen van nummerborden

Artikel 4 Gedoogplicht nummeraanduiding​

  • 1. Indien het college het nodig oordeelt dat nummerborden, nummerverzamelborden en andere (verwijs)aanduidingen aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een andere soort terreinafscheiding worden aangebracht, gedoogt de rechthebbende dat de hier bedoelde borden vanwege of op verzoek en overeenkomstig de aanwijzingen van het college worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.

  • 2. Indien het college heeft besloten om een nummerbord, waarop het vervallen nummer is doorgehaald, naast het nummerbord met het nieuwe nummer te handhaven zal de rechthebbende dit toelaten of daar uitvoering aan geven als daaraan door het college een termijn van niet langer dan een jaar is verbonden.

  • 3. De rechthebbende zorgt er voor dat de in het eerste lid bedoelde nummeraanduiding vanaf de openbare weg duidelijk leesbaar blijft.

Hoofdstuk 4 Nadere voorschriften

Artikel 5 Uitvoeringsvoorschriften

  • 1. Het college kan uitvoeringsvoorschriften vaststellen betreffende het proces en de wijze van:

    • a.

      nummering van verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen en afgebakende terreinen;

    • b.

      opmaak van formulieren, besluiten en verklaringen.

  • 2. Het college draagt er zorg voor dat de uitvoeringsvoorschriften niet strijdig zijn met het convenant inzake postcodes.

Hoofdstuk 5 Straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 6 Strafbepaling

  • 1. Overtreding van artikel 3, tweede lid wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 2. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening is belast het bureau Geo-informatie en Basisregistraties van de hoofdafdeling Dienstverlening.

Artikel 7 Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Artikel 8 Overgangsbepaling

Nummers die op grond van eerdere besluiten aan objecten zijn toegekend, blijven na inwerkingtreding van deze verordening bestaan.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening nummering adressen’.

Toelichting op de verordening nummering adressen

Algemeen

Wettelijke grondslag

Op 1 juli 2009 is de Wet Basisregistratie Adressen en Gebouwen (hierna: Wet BAG), in werking getreden. Deze wet omvat ondermeer regels betreffende de methodische registratie van adresgegevens. Met de invoering van de Wet BAG is de gemeente de plicht opgelegd om ten behoeve van de basisregistratie adressen bepaalde, expliciet in de Wet BAG genoemde zaken, van een naam, nummer of begrenzing te voorzien.

De gemeenteraad wordt in artikel 6 van de BAG onder andere bevoegd verklaard het grondgebied van de gemeente in te delen in een of meer woonplaatsen in, de openbare ruimten vast te stellen en nummeraanduidingen toe te kennen aan de op het grondgebied van de gemeente gelegen verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen.In deze verordening wordt de bevoegdheid tot het toekennen van nummers aan objecten als bedoeld in artikel 6 van de BAG aan het college opgedragen.

Belang van naamgeving en nummering adressen

Adressen vervullen een essentiële functie in het maatschappelijk verkeer. Niet alleen voor dienstverlenende instanties als politie, brandweer, posterijen en ambulancebedrijven, maar ook voor bijvoorbeeld de makelaardij, de advocatuur, het notariaat en het bedrijfsleven. Zij kunnen veelal hun werkzaamheden niet uitvoeren zonder goed sluitende informatie over adressen. Ook de burger heeft belang bij goede adressering van zijn woonverblijf. Hij wenst in brede zin vindbaar te zijn. Adressen vervullen binnen het openbaar bestuur eveneens een wezenlijke functie. Enerzijds is een groot deel van de overheidsregistraties geordend (toegankelijk) op alfanumerieke volgorde van adressen. Anderzijds zijn adressen van wezenlijke betekenis voor het koppelen en maken van selecties uit deze registraties. Het benoemen van delen van de openbare ruimte (voorheen straatnamen) en het toekennen van nummers aan verblijfsobjecten (voorheen huisnummers) is een taak die de gemeente met extra zorg moet omgeven.

Algemene wet bestuursrecht

Het toekennen van een nummer op grond van de verordening is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het besluit zal aan de formele en materiële eisen van de Awb moeten voldoen. Op grond van de Awb is het mogelijk tegen een besluit een bezwaarschrift in te dienen bij het besluitende bestuursorgaan. Tevens staat de mogelijkheid open om een beroepschrift in te dienen bij de sector bestuursrecht van de arrondissementsrechtbank.

Op grond van deze verordening zal sprake zijn van een besluit tot nummering. Ook wijziging of intrekking van een nummer of het afwijzen van een verzoek daartoe valt binnen de reikwijdte van de AWB. Indien een aanvraag voor een nummering moet worden afgewezen of een een besluit tot nummering een belanghebbenden zou treffen, moet worden bezien of artikel 4:7 dan wel 4:8 van de AWB van toepassing is. Deze artikelen houden de verplichting in de aanvrager of belanghebbende te horen voordat het besluit wordt genomen.

Regelen van de gevolgen

Bij het gebruik van de bevoegdheid tot nummering moet het college rekening houden met het belang van vooral bewoners en bedrijven. Wijziging van een nummer treft immers de belangen van bewoners en bedrijven. In bepaalde gevallen kan er sprake zijn van een gemeentelijke gehoudenheid tot regeling van de gevolgen van de wijzigingsbesluiten. Een aantal punten is hierbij van belang:

1.   Tussen het besluit tot wijziging en de uitvoering van de wijziging dient voldoende tijd te liggen, zodat de bewoners en de bedrijven zich op de gewijzigde naam of het veranderde nummer kunnen voorbereiden. Hoe langer deze periode is, hoe minder de gemeenten gehouden is tot compenserende maatregelen. De in artikel 11 genoemde periode kan voor gewone gevallen als een redelijke voorbereiding worden gezien. Gevallen die hiervan afwijken, zoals sterk naar buiten tredende bedrijven met een groot klantenpotentieel, moeten op zichzelf worden bezien. Het verdient aanbeveling in een vroeg stadium contact op te nemen met de betrokken bewoners en bedrijven. De Algemene wet bestuursrecht (Awb) kent deze verplichting op grond van artikel 4:8.

2.   Voor de gevallen waarin de gemeente gehouden kan worden tot het vergoeden van de gemaakte kosten, is geen algemene norm aan te geven waaruit de hoogte of de vorm van de vergoeding kan worden afgeleid.

3.   Indien de wijziging bewoners betreft en er een korte voorbereidingsperiode geldt, is het beschikbaar stellen van een aantal adreswijzigingkaarten in de meeste gevallen een redelijke vorm van schadeloosstelling.

4.   Bedrijven die ook bij een voorbereidingsperiode van een jaar onredelijk in hun belangen worden getroffen, kunnen een aanspraak maken op vergoeding van een deel van de kosten die ze maken. Daarbij zijn de volgende aspecten te overwegen:

a.  De bevoegdheid van de gemeente om tot wijziging te besluiten;

b.  Het maatschappelijk risico dat een bedrijf dientengevolge is toe te rekenen, waarbij de keuze voor vermelding van het adres op verpakkingsmateriaal, winkelruiten, markiezen, bedrijfsauto’s of productieonderdelen geacht worden tot het ondernemersrisico te behoren;

c.  De lengte van de voorbereidingsperiode;

d.  De specifieke aspecten van het bedrijf;

e. De voorraad naar buiten gerichte kantoorbescheiden en andersoortige productieonderdelen die niet tot het ondernemingsrisico zijn te rekenen;

f.   De actualiteit van de onder punt e genoemde zaken;

g.  Het gemiddelde gebruik of de omzet per tijdsperiode van de onder punt e genoemde zaken;h.   De mogelijkheid tot bedrijfseconomische en fiscale afschrijving van de onder punt e genoemde zaken.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

De begripsomschrijvingen zijn aangepast aan de omschrijving zoals opgenomen in artikel 1 van de BAG. Voor de goede orde wordt gewezen op het feit dat het begrip “openbare ruimte” onder punt g niet precies overeenkomt met het begrip openbare ruimte dat wordt gebezigd in het spraakgebruik.

Artikel 2

Het eerste en tweede lid regelen het vaststellen van standplaatsen en ligplaatsen en het toekennen van nummers aan verblijfsobjecten, ligplaatsen, standplaatsen en afgebakende terreinen. Hier is niet voor de term huisnummer gekozen, omdat bij afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen niet kan worden gesproken van huis. Vandaar dat de term nummeraanduiding wordt gebruikt.

Een burger kan een aanvraag voor een nummeraanduiding bij burgemeester en wethouders indienen. Deze aanvraag wordt aangemerkt als een verzoek van een belanghebbende om een besluit te nemen in de zin van artikel 1:3, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). Op de afwikkeling van de aanvraag zijn de hoofdstuk 3 en 4 van de Awb van toepassing (zie hierover ook de algemene toelichting). Ook kunnen burgemeester en wethouders ambtshalve een nummer toekennen.

In afwijking van de Modelverordening is een derde lid toegevoegd.

In dit lid wordt de koppeling gelegd met de omgevingsvergunning voor bouw- of sloopactiviteiten. Om te voorkomen dat naast een aanvraag voor een omgevingsvergunning tevens een aanvraag voor het toekennen van een nummer moet worden ingediend wordt de aanvraag voor de vergunning tevens als een aanvraag voor een nummer beschouwd, indien de eerstbedoelde aanvraag tot gevolg heeft dat er een nummer gewijzigd of toegekend moet worden.

Het vierde lid regelt, dat het eerste tot en met het derde lid ook kan worden toegepast op andere betreedbare en afsluitbare objecten - zoals bijvoorbeeld afgebakende terreinen - als het college dat nodig oordeelt.Het vijfde lid bepaalt dat onder de termen vaststellen, verdelen en toekennen, zoals bedoeld in het eerste en twee lid, tevens het wijzigingen of intrekken daarvan omvat. Deze passage is opgenomen, omdat hierover in het verleden problemen zijn gerezen.

Artikel 3

Het eerste lid bepaalt dat een object of plaats of terrein een door het college toegekend nummer ook feitelijk moet dragen. Het college wordt de mogelijkheid geboden toe te zien op de naleving van het aanbrengen van nummers. Met het oog op de dienstverlening is het immers noodzakelijk dat de nummers, die door het college zijn toegekend, ook ter plaatse terug zijn te vinden. Voor de hieraan verbonden kosten wordt verwezen naar de algemene toelichting.

Het tweede lid verbiedt een ieder die daartoe niet is bevoegd nummers toe te kennen aan onroerende zaken die prive bezit zijn door deze op zichtbare wijze aan te brengen. Het aanbrengen van zelf gekozen nummers door eigenaren, gebruikers of beheerders aan objecten, plaatsen en terreinen is de laatste decennia toegenomen. Bovendien is bij de invoering van de BAG ook gebleken dat nummers vaak zijn verdwenen. Ook worden nummers soms zo abstract vormgegeven dat zij niet meer aan het criteria van doeltreffendheid, zoals bedoeld in het eerste lid, voldoen. Deze criteria kunnen worden uitgewerkt in de uitvoeringsvoorschriften, zoals bedoeld in artikel 7.

Artikel 4

In de verordening is gekozen voor een formulering waarbij de rechthebbende dient te gedogen dat het nummer wordt aangebracht. Het laatste zal vaak het geval zijn bij nieuwbouwprojecten, waarbij een uniform uitgevoerde nummering wenselijk wordt geacht. Het verdient aanbeveling de verantwoordelijkheid voor het aanbrengen van een nummer in de tekst van het nummerbesluit te regelen.

Het vierde lid biedt de gemeente de mogelijkheid om een bord met het oude (doorgehaalde) nummer enige tijd te handhaven naast een bord met het nieuwe nummer. Op deze wijze wordt voorkomen dat zij, die niet van de hernummering op de hoogte zijn, hun bestemming niet kunnen vinden. Het handhaven van het oude (doorgehaalde) nummer wordt soms bij omvangrijke of ingewikkelde vernummering toegepast.

Op de rechthebbende rust de plicht om te zorgen dat de aanduiding goed leesbaar blijft.

Artikel 5

Het eerste lid biedt de mogelijkheid om uitvoeringsvoorschriften vast te stellen ten aanzien van nummering. Deze uitvoeringsvoorschriften zijn gericht op vast gemeentelijk beleid. Dat kan van belang zijn bij beroeps- en bezwaarprocedures. De uitvoeringsvoorschriften kunnen bepalingen bevatten met betrekking tot de bestuurlijke, taalkundige en inhoudelijke aspecten van de toekenning van nummers, de wijze van nummeren, de uitvoering en plaatsing van borden en voorschriften van administratief-organisatorische aard. Ook kunnen modellen worden voorgeschreven voor verklaringen, besluiten en formulieren.Het tweede lid bepaalt dat de uitvoeringsvoorschriften niet in strijd mogen zijn met het postcodeconvenant.

Artikel 6

Het opleggen van verplichtingen, zoals vervat in de verordening, heeft alleen zin wanneer deze verplichtingen bij nalatigheid of overtreding kunnen worden afgedwongen, zodra deze worden overtreden. Het is gebruikelijk aan lichte overtredingen een geldboete van de eerste categorie te verbinden.In het tweede lid wordt de afdeling of dienst aangewezen, die op de naleving van de bepalingen in de verordening moet toezien.

Artikel 7

Dit artikel regelt de inwerkingtreding van de verordening.

Artikel 8

Het principe van het benoemen van de openbare ruimte en het nummeren van verblijfsobjecten, ligplaatsen, standplaatsen en afgebakende terreinen dateert al uit de vorige eeuw. In de loop der jaren zijn veel opvolgende voorschriften van kracht geweest. Het is niet zinvol bij de invoering van de verordening te eisen dat alle nummers in de gemeente dienen te worden aangepast aan de nieuwe uitvoeringsvoorschriften, zoals vervat in artikel 7. Nummers die onder het oude regime tot stand zijn gekomen, blijven gehandhaafd.

Artikel 9

Omdat de term huisnummer in principe geen juiste term is voor het nummeren van verblijfsobjecten, afgebakende terreinen, standplaatsen en ligplaatsen is gekozen voor de nieuwe citeertitel Verordening nummering adressen.