Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening speelautomatenhallen

Geldend van 17-02-2018 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 07-10-2015

Intitulé

Verordening speelautomatenhallen

Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Vastgesteld op 29 september 2015

Bekend gemaakt op 7 oktober 2015

In werking getreden op 7 oktober 2015

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. de wet: de Wet op de kansspelen;

  • b. aanwezigheidsvergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 30b van de wet;

  • c. beheerder/bedrijfsleider: degene die met het dagelijks toezicht en de onmiddellijke leiding in de speelautomatenhal is belast;

  • d. behendigheidsautomaat: een speelautomaat als bedoeld in artikel 30, onder b, van de wet;

  • e. exploitatievergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 2.41, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening;

  • f. kansspelautomaat: een speelautomaat als bedoeld in artikel 30, onder c, van de wet;

  • g. meerspeler: speelautomaat met één spelgenerator, waarop meerdere mensen tegelijk kunnen spelen;

  • h. ondernemer: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de speelautomatenhal exploiteert;

  • i. speelautomaat: een toestel als bedoeld in artikel 30, onder a, van de wet;

  • j. Speelautomatenbesluit: KB van 23 mei 2000. StB. 224, houdende regels ter uitvoering van titel VA van de wet;

  • k. Speelautomatenhal: een inrichting, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, onder b, van de wet;

  • l. Spelersplaatsen: het aantal plaatsen dat per kansspelautomaat voor spelers beschikbaar is. Dat aantal varieert, afhankelijk van het soort automaat.

HOOFDSTUK 2: SPEELAUTOMATENHALLEN

Artikel 2: Exploitatievergunning

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

  • 2. Vergunning van worden verleend voor maximaal één speelautomatenhal gelegen in het grondgebied van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude, met ten hoogste 250 speelautomaten en ten hoogste 250 spelersplaatsen.

  • 3. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

  • 4. De aanvragen om een vergunning als bedoeld in het eerste lid worden behandeld op volgorde van datum ontvangst van de betreffende aanvragen.

Artikel 3: Aanvraag exploitatievergunning

De ondernemer vraagt de vergunning voor de exploitatie van een speelautomaten aan onder overlegging van:

  • 1. een tekening op schaal van de inrichting, waaruit ten minste blijkt:

    • a.

      op welke plaats en in welke aantal kansspel- of behendigheidsautomaten worden opgesteld;

    • b.

      op welke plaats leeftijdscontrole plaatsvindt;

  • 2. een overeenkomst of ander schriftelijk stuk waaruit blijkt dat gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

  • 3. een verklaring omtrent het gedrag van de ondernemer, dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degenen die de onderneming krachtens de statuten vertegenwoordigen en van de beheerder;

  • 4. een ingevuld en ondertekend vragenformulier van de gemeente in het kader van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.

Artikel 4: Weigeringsgronden

  • 1. De burgemeester weigert de vergunning:

    • a.

      indien op het moment van de ontvangst van de aanvraag het maximum aantal te verlenen en/of verleende vergunningen voor speelautomatenhallen als bedoeld in artikel 2, onder b, van deze verordening is bereikt;

    • b.

      indien de aanwezigheid van de speelautomatenhal in strijd is met het vigerende bestemmingsplan;

    • c.

      indien niet wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, van de wet gestelde regels;

    • d.

      indien de beheerder en bedrijfsleiders de leeftijd van 25 jaar niet hebben bereikt;

    • e.

      indien de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is;

    • f.

      de ondernemer of de beheerder(s) in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn;

    • g.

      de ondernemer of de beheerder(s) onder curatele staat (staan).

  • 2. De burgemeester kan de vergunningen weigeren indien:

    • a.

      naar zijn oordeel het woon- en leefklimaat in de omgeving, het karakter van de winkelbuurt, dan wel de openbare orde of veiligheid nadelig wordt beïnvloed door de aanwezigheid van de speelautomatenhal;

    • b.

      de aanvrager de bij of krachtens titel VA van de wet gestelde bepalingen heeft overtreden in de drie jaren voorafgaand aan het moment van aanvraag van de vergunning.

  • 3. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het leeftijdsvereiste zoals gesteld in het eerste lid, onder d.

Artikel 5: Advisering

Over de toepassing van artikel 4 kan de burgemeester zich laten adviseren. Hierbij wordt in ieder geval ingegaan op de volgende onderwerpen:

  • a. openbare orde en veiligheid: advisering door de politie;

  • b. verkeersveiligheid en parkeercapaciteit: advisering door een verkeerskundige niet werkzaam bij de gemeente.

Artikel 6: Beslistermijn

De burgemeester beslist binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag met behorende bescheiden heeft ontvangen. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd.

Artikel 7: Aanwezigheidsvergunning

De aanwezigheidsvergunning kan uitsluitend worden gesteld ten name van de ondernemer en is niet overdraagbaar. Deze vergunning kan worden aangevraagd in combinatie met de exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3. In de aanwezigheidsvergunning is ten minste opgenomen:

  • a. de naam van de ondernemer;

  • b. het adres van de inrichting en het aantal kansspelautomaten;

  • c. de verplichting op of aan een speelautomaat een waarschuwing tegen gokverslaving en overige risico’s van overmatig gokken te bevestigen;

  • d. kansspelautomaten dienen zodanig te worden opgesteld dat door de leidinggevende voortdurend toezicht kan worden gehouden;

  • e. er mogen alleen kansspelautomaten worden opgesteld, die in eigendom toebehoren aan personen, die in het bezit zijn van een exploitatievergunning.

Artikel 8: Gegevens en voorschriften vergunning

  • 1. De vergunning wordt gesteld ten name van de ondernemer en is niet overdraagbaar.

  • 2. In een bijlage bij de vergunning wordt de naam vermeld van de beheerders en de bedrijfsleiders.

  • 3. Het vestigingsadres van de speelautomatenhal wordt in de vergunning vermeld.

  • 4. Aan de vergunning kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden, die zo nodig kunnen worden gewijzigd, aangevuld of ingetrokken.

Artikel 9: Intrekkingsgronden

  • 1. De burgemeester trekt de vergunning in, indien:

    • a.

      de gegevens die met het oog op het verkrijgen van de vergunning zijn verstrekt, zodanig onjuist of onvolledig blijken, dat op de aanvraag een andere beslissing zou zijn genomen als bij de beoordeling daarvan de juiste omstandigheden volledig bekend waren geweest;

    • b.

      niet langer wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, onder a, van de wet gestelde eisen.

  • 2. De burgemeester kan de vergunning intrekken, indien:

    • a.

      de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is verleend, zodanig zijn gewijzigd dat een situatie is ontstaan als bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder a;

    • b.

      wordt gehandeld in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen;

    • c.

      niet wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 10;

    • d.

      de vergunninghouder de bij of krachtens titel VA van de wet gestelde bepalingen heeft overtreden;

    • e.

      gedurende een periode van ten minste zes maanden geen gebruik van de vergunning wordt gemaakt.

    • f.

      In strijd wordt gehandeld met het bepaalde in artikel 11.

Artikel 10: Aanwezigheidsplicht

Het is verboden een speelautomatenhal voor het publiek geopend te houden, indien in het bedrijf geen beheerder/bedrijfsleider aanwezig is die in de vergunning staat vermeld.

Artikel 11: Wijziging beheer of bedrijfsleider

Indien een in de vergunning vermelde beheerder of bedrijfsleider niet meer als zodanig werkzaam is, dient de ondernemer binnen vier weken nadat deze situatie is ontstaan bij de burgemeester een aanvraag tot wijziging van de bijlagen bij de vergunning in.

Artikel 12: Wijziging ondernemer

  • 1. Indien de exploitatie van een speelautomatenhal wordt beëindigd of een speelautomatenhal aan een rechtsopvolger wordt overgedragen, doet de ondernemer hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan de burgemeester.

  • 2. De bestaande vergunning vervalt indien niet binnen vier weken na de overdracht een aanvraag voor een nieuwe vergunning is ingediend.

  • 3. Indien de aanvraag voor een nieuwe vergunning is ingediend binnen de in het tweede lid gestelde termijn, blijft de bestaande vergunning van kracht totdat op de aanvraag is beslist.

HOOFDSTUK 3: STRAF- EN OVERGANGSBEPALINGEN

Artikel 13: Strafbepaling

Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt gestraft met hechtenis van ten minste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 14: Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de door de burgemeester aangewezen personen, ambtenaren of categorieën van ambtenaren.

Artikel 15: Overgangsbepaling

Op aanvragen als bedoeld in artikel 3, die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening, zijn de bepalingen van deze verordening van toepassing.

Artikel 16: Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening speelautomatenhallen”.

Ondertekening