Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer; Gelet op de artikelen 4, 5, 7, 9, 10, 13 lid 2.van de Afvalstoffenverordening gemeente Haarlemmermeer 2021;

Artikel 1 Doelstelling besluit

De doelstelling van dit besluit is gericht op de bescherming van het milieu, met inbegrip van een doelmatig beheer van afval- en grondstoffen.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

In dit besluit wordt verstaan onder “verordening”: de Afvalstoffenverordening gemeente Haarlemmermeer 2021.

Artikel 3 Regulering andere inzamelaars

1. Als inzamelaar op grond van artikel 4 lid 1 sub a. van de verordening worden aangewezen:

• Maatschappelijke organisaties zoals scholen, sportverenigingen, en welzijnsorganisaties voor de inzameling van papier.

Artikel 4 Aanwijzing inzamelplaats

1. De volgende plaatsen worden aangewezen op basis van artikel 5 lid 1 van de verordening:

a. Inzamelplaats (milieustraat) op het Meerlandenterrein aan de Aarbergerweg 41A te Rijsenhout;

b. Inzamelplaats (milieustraat) op het Meerlandenterrein aan de Cruquiusweg 47 te Heemstede;

c. Inzamelplaats (milieuplein Haarlem-Spaarnelanden NV) aan de Ingenieur Lelyweg 51 te Haarlem voor de inwoners van de kernen Spaarndam-Oost, Halfweg, Haarlemmerliede, Penningsveer, Spaarnwoude.

Artikel 5 Inzamelmiddelen- en voorzieningen

• 1.

  Op basis van artikel 7 van de verordening worden de in onderstaande tabel 1 opgenomen frequenties van de inzameling van de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen vastgesteld die afzonderlijk door de inzameldienst worden ingezameld bij of nabij elk perceel;

• 2.

  Op basis van artikel 10 van de verordening worden de in onderstaande tabel 1 opgenomen regels voor het gebruik van inzamelmiddelen voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen bij en nabij een perceel en op wijkniveau aangewezen;

• 3.

  Bij toepassing van maatwerk zoals aangegeven in artikel 6 en 7 van dit besluit kan worden afgeweken van het gestelde in tabel 1;

• 4.

  Voor de verzamelcontainers wordt per wijk een locatieplan opgesteld.

Tabel 1

Grof huishoudelijk afval dat apart wordt ingezameld op de verzamelplaats (milieustraat):

fijn huishoudelijk restafval gips, puin, verbouwingsafval, oud papier en karton, textiel, vlakglas, harde kunststoffen, metalen, klein chemisch afval (b.v. olie, verf etc.), frituurvet en bakolie, elektronische apparatuur, matrassen, A-, B- en C-hout, dakafval, asbesthoudend afval, schone grond, autobanden, geëxpandeerd polystyreenschuim, gasflessen en drukhouders.

Uitzonderingen op tabel 1:

a. Inzamelmiddel laag- en hoogbouw;

Voor de woningen (laag- en hoogbouw) in de wijken met ondergrondse inzameling van restafval en GFT+E gelden de volgende afwijkingen:

Dit betreft de Verzetsheldenwijk, De Fruittuinen, Burgemeester Jansoniushof, Floriande, deel van Lisserbroek, Spaarndam, Haarlemmerliede en Halfweg.

b. Inzamelmiddel laag- en hoogbouw.

Voor de percelen (woningen) in de volgende straten in Hoofddorp centrum (kwadrant tussen de Hoofdweg-Oostzijde, Burgemeester van Stamplein, Nieuweweg, Raadhuisplein en de Kruisweg (inclusief de woningen aan de noordzijde van de Kruisweg tussen de Nieuweweg en de Kruisweg en de percelen Draverslaan 8 t/m 12 even en 1 t/m 9A oneven) gelden de volgende afwijkingen:

Artikel 6 Mogelijkheid tot maatwerk bij laagbouw met rolcontainer inzameling

1. Voor een gebruiker van één perceel kan door toepassing van maatwerk de standaard rolcontainer voor restafval omgewisseld worden voor:

- een 240 liter rolcontainer;

- een afvalpas voor een verzamelcontainer (ondergronds of bovengronds).

2. Voor een gebruiker van één perceel kan door toepassing van maatwerk de verstrekking van een rolemmer voor plastic, blik en drinkpakken (PBD) achterwege laten indien het perceel een buitenruimte heeft kleiner dan 12 m2.

3. Voor maatwerk zoals genoemd in lid 1 en lid 2, komen de volgende huishoudens in aanmerking:

• Huishoudens met een kind in de leeftijd van 0 t/m 3 jaar;

• Huishoudens met een gezinslid met een medische indicatie (stoma, nierdialyse of incontinentie);

• Huishoudens bestaande uit vijf personen of meer;

• Huishoudens met een buitenruimte kleiner dan 12 m2.

4. Het college kan in schrijnende situaties eveneens maatwerk toepassen.

Artikel 7 Mogelijkheid tot maatwerk bij woonmilieus Stedelijke centrum en Stedelijk Plus uit het Woonbeleidsprogramma 2019-2025

1. Voor de inzameling en overdracht van afvalstoffen kan maatwerk toegepast worden dat kan bestaan uit:

a. Minder containers per huishoudens met een hogere inzamelfrequentie;

b. Afwijkende looppafstanden naar verzamelcontainers.

Artikel 8 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

Op grond van artikel 9 van de verordening worden de volgende dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden vastgesteld:

• 1.

  Inzamelmiddelen dienen uitsluitend te worden aangeboden op de dag dat het afval bij het desbetreffende perceel volgens de Afvalkalender wordt ingezameld.

• 2.

  De dagen waarop de huishoudelijke afvalstoffen bij een perceel worden ingezameld en de openingstijden van de verzamelplaatsen (milieustraten) zijn opgenomen in de Afvalkalender.

• 3.

  De inzamelmiddelen moeten zo spoedig mogelijk na lediging door de inzameldienst, maar uiterlijk 21.00 uur op de inzameldag uit de openbare ruimte zijn verwijderd.

• 4.

  Gebruik glascontainers is toegestaan van 08.00 tot 20.00 uur.

Artikel 9 Regels voor gebruik van de inzamelmiddelen en voorzieningen

1. Op grond van artikel 10 van de verordening worden de volgende algemene regels vastgesteld:

• a.

  De inzamelvoorziening dient te worden gebruikt voor het doel waarvoor het is bestemd (verzamelen en bewaren van categorieën grond- en afvalstoffen).

• b.

  De gebruiker is verplicht de inzamelmiddelen en/of inzamelvoorzieningen zodanig te gebruiken dat deze geen overlast voor derden veroorzaakt.

• c.

  De inworpopening dient na gebruik goed te worden gesloten, er mag niets uit de inworpopening steken.

• d.

  Het is verboden om afvalstoffen op, om of naast de inzamelvoorziening te plaatsen. Ook indien de inworpopening in storing is of de container om een andere reden niet bruikbaar is.

• e.

  Gemorst afval bij het aanbieden dient te worden opgeruimd.

• f.

  De inzameldienst is bevoegd om de rolcontainer te voorzien van een chip met een uniek nummer en een sticker waarop staat vermeld: een straatnaam, huisnummer, postcode, plaats, afvalstroom waar de container voor is bestemd, volume van de container en een barcode. De sticker en/of chip wordt gebruikt om het inzamelmiddel te identificeren als behorend bij een specifiek adres voor adresgebonden inzameling. Daarnaast dient de container identificeerbaar te zijn voor het geval hij wordt vermist en/of in geval van diefstal of misbruik van de container. Het chipnummer is gekoppeld aan de afvalstroom waarvoor de container is bestemd, het volume van de container, een postcode, een plaatsnaam en een huisnummer. De gegevens worden na lediging niet opgeslagen.

• g.

  De inzamelmiddelen blijven eigendom van de inzameldienst en worden bij normale slijtage voor haar rekening technisch onderhouden.

• h.

  De gebruiker is verantwoordelijke voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen inzamelmiddelen en afvalpas als ware het zijn eigendom. Het is niet toegestaan het identificatiemiddel te verwijderen, te beschadigen of op enig andere wijze onleesbaar of onbruikbaar te maken.

• i.

  Inzamelmiddelen die niet namens de inzameldienst zijn verstrekt, die voor lediging worden aangeboden of op de openbare ruimte zijn geplaatst, worden niet geleegd.

2. Rolcontainers en (ondergrondse)containers:

• a.

  De rolcontainer dient met de handvaten van de weg af te worden aangeboden.

• b.

  Indien de rolcontainer geheel of gedeeltelijk niet geleegd kan worden door toedoen van de gebruiker of door omstandigheden buiten de schuld van de inzameldienst (o.a. vastklemmen, vastvriezen van afval) is dit voor risico van de gebruiker.

• c.

  Indien de inzameldienst in het inzamelmiddel afvalstoffen aantreft die hierin niet aangeboden mogen worden, is het de inzameldienst toegestaan om deze niet te legen.

• d.

  Indien de rolcontainer niet volledig is gesloten, is het de inzameldienst toegestaan om de rolcontainer niet te legen.

• e.

  Het gewicht van de hoeveelheid afvalstoffen en het eigen gewicht van de ter lediging aangeboden rolcontainer mag in zijn totaliteit niet zwaarder zijn dan 80 kilogram.

• f.

  Inzamelmiddelen die niet namens de inzameldienst zijn verstrekt, die voor lediging worden aangeboden of op de openbare ruimte zijn geplaatst, worden niet geleegd.

• g.

  Gebruikers kunnen een tweede rolcontainer voor GFT+E en/of PDB bij de inzameldienst aanvragen.

3. Aanbieden van afvalstoffen zonder inzamelmiddel:

• a.

  De volgende categorieën huishoudelijke afvalstoffen mogen op afspraak met de inzamelaar zonder inzamelmiddel bij het perceel worden aangeboden: Grof huishoudelijk afval, wit- en bruingoed, elektrische apparaten en takken.

• b.

  Het aanbieden van de onder lid a genoemde categorieën afvalstoffen kan op afroep plaatsvinden; de aanbieder dient voor de inzameling op afroep een afspraak te maken met de inzameldienst.

• c.

  Het grof huishoudelijk afval dient op de afgesproken dag op een voor het inzamelmaterieel bereikbare (zo dicht mogelijk bij de rijbaan) en aangewezen aanbiedplaats in de directe nabijheid van de woning klaar te staan. Grof huishoudelijk afval dient op de begane grond te worden aangeboden.

• d.

  Bij het op afspraak met de inzamelaar aanbieden van grof huishoudelijk afval bepaalt de inzamelaar de aangeboden hoeveelheid in m3. De bewoner van het perceel is verplicht om op het overdrachtsmoment aanwezig te zijn en de aangeboden hoeveelheid schriftelijk te accorderen.

• e.

  Bouw- en sloopafval mag niet op afroep worden aangeboden. Deze stromen mogen wel op de milieustraten worden aangeleverd.

• f.

  Bedrijfsafval wordt niet als grof huishoudelijk afval aangemerkt.

• g.

  Bij afgifte van afvalstoffen op de milieustraat is het acceptatiebeleid van de inzamelaar van toepassing.

4. Afvalpas:

• a.

  De door of namens de inzameldienst verstrekte afvalpas behoort bij het perceel waar afval via (ondergrondse) containers wordt ingezameld.

• b.

  De gebruiker van een perceel dient zich tot de inzameldienst te wenden indien bij een verhuizing naar een ander perceel (waar via ondergrondse verzamelcontainers afval wordt ingezameld) geen of een defecte afvalpas wordt aangetroffen.

• c.

  De gebruiker van een afvalpas is verantwoordelijk voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen afvalpas als ware het zijn eigendom.

• d.

  Bij verlies of beschadiging van de afvalpas, waardoor deze niet meer bruikbaar is, kan tegen een vergoeding een nieuwe pas bij de inzameldienst worden aangevraagd. Een onbeschadigde pas die het niet doet, wordt kosteloos vervangen.

• e.

  Per perceel waaraan als inzamelvoorziening een (ondergrondse)verzamelcontainer is toegewezen wordt maximaal één afvalpas voor (ondergrondse) inzamelvoorzieningen verstrekt.

Artikel 10 In bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden

Indien het voor de inzameldienst door werkzaamheden aan de weg of anderszins niet mogelijk is om de normale inzamelplaatsen te bereiken, kunnen de gemeente en/of inzameldienst tijdelijk inzamelplaatsen voor inzamelmiddelen aanwijzen voor de duur van de werkzaamheden.

Artikel 11 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

Op grond van artikel 13 lid 2 van de verordening worden de volgende regels vastgesteld:

• 1.

  Het bedrijfsafval mag alleen via een inzamelmiddel worden aangeboden aan de inzamelaar. Onder inzamelmiddel wordt verstaan: een rolcontainer of een verzamelcontainer.

• 2.

  De inzamelmiddelen mogen niet op of aan de openbare weg geplaatst worden anders dan voor onmiddellijke overdracht (maximaal twee uur voor lediging) aan de inzamelaar.

• 3.

  De gebruikte inzamelmiddelen worden na lediging binnen twee uur verwijderd van de openbare weg.

• 4.

  De plaatsing van het inzamelmiddel dient zodanig te gebeuren dat het verkeer -voetgangers daaronder begrepen – daar zo min mogelijk hinder van ondervindt.

• 5.

  Het inzamelmiddel dient gesloten te zijn; er mogen geen losse afvalstoffen naast de container worden aangeboden.

Artikel 12 Inwerkingtreding

1. Dit besluit treedt in werking op de achtste dag na publicatie onder gelijktijdig intrekking van het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening 2006.

Artikel 13 Citeertitel

2. Dit uitvoeringsbesluit wordt aangehaald als: “Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening gemeente Haarlemmermeer 2021”.

Hoofddorp, 2 februari 2021,

Het college van de gemeente Haarlemmermeer,

de secretaris,

drs. Carel Brugman,

de burgemeester,

Marianne Schuurmans-Wijdeven