Regeling vervallen per 01-01-2007

Geluidmeetdienstverordening gemeente Halderberge

Geldend van 16-09-2010 t/m 31-12-2006

Intitulé

Geluidmeetdienstverordening gemeente Halderberge

RAADSBESLUIT

De raad van de gemeente Halderberge,

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 april 1998;

gelet op artikel 162 van de Wet geluidhinder en artikel 147 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

  • 1.

    In te trekken de Geluidmeetdienstverordeningen van de voormalige gemeenten Hoeven en Oud en Nieuw Gastel, zoals deze zijn vastgesteld door de gemeenteraden op 30 mei 1985 en 23 mei 1985.

  • 2.

    Vast te stellen de volgende verordening regelende de organisatie en uitvoering van de geluidmeetdienst.

"GELUIDMEETDIENSTVERORDENING GEMEENTE HALDERBERGE"

Artikel 1.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: de Wet geluidhinder;

  • b.

    geluidmeetdienst: de Regionale Milieudienst van het Streekgewest Westelijk Noord- Brabant;

  • c.

    de minister: de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

Artikel 2.

Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor dat ter uitvoering van de taken door de wet aan het gemeentebestuur opgelegd, de noodzakelijke geluidmetingen worden verricht.

Artikel 3.

Vanwege burgemeester en wethouders zullen de in artikel 2 genoemde metingen worden verricht door de Regionale Milieudienst van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant.

Artikel 4.

De directeur van de Regionale Milieudienst is, onverminderd de verantwoordelijkheid van burgemeester en wethouders voor een goede uitvoering van de taken door de wet opgelegd, krachtens "het Bij standscontract uitvoering milieutaken" verantwoordelijk voor het goed functioneren van de geluidmeetdienst en brengt jaarlijks door tussenkomst van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad verslag uit van de verrichte werkzaamheden.

Artikel 5.

  • 1. De geluidmeetdienst verricht de metingen en/of berekeningen als genoemd in:

    • a.

      Hoofdstuk II van de wet: Toestellen en Geluidwerende voorzieningen;

    • b.

      Hoofdstuk V van de wet: Zones rond industrieterreinen;

    • c.

      Hoofdstuk VI van de wet: Zones langs wegen;

    • d.

      Hoofdstuk VII van de wet: Zones langs spoor-, tram- en metrowegen;

    • e.

      Hoofdstuk VIII van de wet: Andere geluidzones;

    • f.

      Hoofdstuk VIIIA van de wet: Binnenwaarden van aanwezige of in aanbouw zijnde woningen en gebouwen in zones.

  • 2. Voor zover de geluidmeetdienst de metingen en/of berekeningen, als bedoeld in het eerste lid niet of niet geheel zelf verricht zullen deze metingen en/of berekeningen na daartoe verstrekte opdracht door of vanwege burgemeester en wethouders, worden uitbesteed aan een ander, op dit gebied deskundig, bureau.

Artikel 6.

Het sectorhoofd Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer van de gemeente kan - behoudens het bepaalde in artikel 5, lid 2 - te allen tijde geluidmetingen doen verrichten en burgemeester en wethouders gevraagd dan wel ongevraagd adviseren ten aanzien van alle aangelegenheden die van belang zijn voor de goede uitvoering van de taken die bij of krachtens de wet aan burgemeester en wethouders zijn opgedragen.

Artikel 7.

De vaststelling van de geluidsbelastingen vindt plaats met inachtneming van de door de minister krachtens de artikelen 73, 102, 103 en 163 van de wet gestelde regels.

Artikel 8.

  • 1. Het vastgestelde bedrag voor het in stand houden van de geluidmeetdienst zal jaarlijks ten laste van de gemeentebegroting worden gebracht.

  • 2. Het sectorhoofd Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer van de gemeente draagt er zorg voor, dat tijdig vóór de behandeling van de begroting door de gemeenteraad een opgave van de benodigde financiële middelen ten behoeve van de geluidmeetdienst aan burgemeester en wethouders wordt verstrekt.

Artikel 9.

Het sectorhoofd Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer legt jaarlijks aan burgemeester en wethouders rekening en verantwoording af van het gebruik van de toegekende financiële middelen ten behoeve van de geluidmeetdienst.

Artikel 10.

Deze verordening kan worden aangehaald als "Geluidmeetdienstverordening gemeente

Halderberge".

Zij treedt in werking op de datum van vaststelling.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad
van de gemeente Halderberge d.d. 29 april 1998,
de secretaris, drs. M.Y.B.P. Duivenvoorde
de voorzitter, A.F.W. Osterloh