Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening op de heffing en invordering van de rechten voor het gebruik van de begraafplaatsen gemeente Haren.

Geldend van 01-01-2019 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van de rechten voor het gebruik van de begraafplaatsen gemeente Haren.

De raad van de gemeente Haren,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 oktober 2016,

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de verordening op de heffing en invordering van rechten voor het gebruik van de begraafplaatsen in de gemeente Haren.

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • a.

    begraafplaats : de begraafplaatsen De Harenerhof en Eshof;

  • b.

    grafruimten : een ruimte waarvoor het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven van lijken;

    • -

      het doen bijzetten van urnen;

    • -

      het verstrooien van as.

  • c.

    urnenruimten : een ruimte waarin uitsluitend urnen kunnen worden bijgezet;

  • d.

    bijzetten van urnen: het plaatsen van urnen in de sub a en b bedoelde ruimten conform de voorschriften van deze verordening;

  • e.

    urn : een asbus ter berging van as van een overledene;

  • f.

    verstrooiingsplaats : een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien;

  • g.

    grafbedekking : een gedenkteken op een graf;

  • h.

    beheerder : de ambtenaar die is belast met de dagelijkse leiding van de begraafplaats(en) of degene die hem vervangt;

  • i.

    asbus : een bus ter berging van as van een overledene

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen De Harenerhof en Eshof en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De in dit artikel bedoelde rechten worden niet geheven wegens:

  • a.

    het begraven van het stoffelijk overschot (de stoffelijke overschotten) van één of meer als levenloos aangegeven kind(eren) of binnen zeven dagen na de geboorte overleden kind(eren), mits dat (die) tegelijk in dezelfde grafruimte wordt (worden) begraven met de bij of binnen zeven dagen na de bevalling overleden moeder;

  • b.

    het begraven van een doodgeboren of als levenloos aangegeven kind in een daarvoor door de gemeente bestemde grafruimte

Artikel 5 Maatstaf van heffingen en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Ontstaan van de schuld voor de overige rechten

De rechten als bedoeld in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De Verordening lijkbezorgingsrechten De Harenerhof 2010 van 30 november 2009, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 6 november 2014, wordt ingetrokken met ingang van het vijfde lid genoemde datum van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. De Verordening begrafenisrechten Eshof 2011 van 29 november 2010, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 6 november 2014, wordt ingetrokken met ingang van het vijfde lid genoemde datum van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 3. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 4. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vijfde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordeningen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.

  • 5. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

  • 6. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening lijkbezorgingsrechten Gemeente Haren’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 7 november 2016.
De raad voornoemd,
de raad voornoemd,
 
O.E. de Vries, griffier
P. van Veen, voorzitter  

Tarieventabel 2018

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven voor een periode van 20 jaar:

€ 3.289,52

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven voor een periode van 10 jaar:

€ 1.873,86

1.3

Voor het verlenen van het recht op een urnennis wordt geheven voor een perioden van 10 jaar:

€ 1.873,86

1.4

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf, wordt voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar geheven voor een periode van 20 jaar:

€ 832,78

1.5

Voor het verlenen van het recht op een verstrooiingsplaats wordt geheven:

€ 83,52

1.6

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1, met 10 jaar, wordt een recht geheven van:

€ 1.644,76

1.7

Voor het verlengen van de rechten als bedoeld in 1.2 en 1.3 met 10 jaar wordt een recht geheven:

€ 936,93

1.8

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.4, met 10 jaar, wordt een recht geheven:

€ 936,93

1.9

Stoffelijke overschotten van binnen zeven dagen na de geboorte overleden kinderen van een meervoudige geboorte, welke tegelijk in dezelfde grafruimte worden begraven, worden voor de toepassing van dit artikel gelijkgesteld met één stoffelijk overschot.

1.10

 

De in dit artikel bedoelde rechten worden niet geheven wegens het begraven van het stoffelijk overschot (de stoffelijke overschotten) van één of meer als levenloos aangegeven kind(eren) of binnen zeven dagen na de geboorte overleden kind(eren), mits dat (die) tegelijk in dezelfde grafruimte wordt (worden) begraven met de bij of binnen zeven dagen na de bevalling overleden moeder.

 

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven:

€ 416,38

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven:

€ 208,20

2.3

Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1 en 2.2 verhoogd met:

100%

op een werkdag voor 09.00 uur en na 16.00 uur en op een zaterdag, zondag, de Nieuwjaarsdag, Paasmaandag, Pinkstermaandag, Hemelvaartsdag, de beide Kerstdagen en de dag van de viering van de verjaardag van Z.M. de Koning tenzij het begraven of de bijzetting op één dezer dagen in het geval er drie zon- en feestdagen onmiddellijk op elkaar volgen niet anders mogelijk is.

 

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

3.1.1.

in een urnennis

€ 104,10

3.1.2

in een urnengraf

€ 104,10

3.1.3

in een algemeen graf

€ 104,10

3.1.4

voor een persoon van 1 tot 12 jaar

€ 43,88

3.1.5

voor een persoon van jonger dan 1 alsmede van als levenloos aangegeven kinderen

€ 22,07

 

 

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1

 

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in artikel 9 van de Beheersverordening begraafplaatsen Gemeente Haren wordt geheven:

4.1.1

voor de aanleg van een grafkelder:

een persoon

€ 208,20

twee personen

€ 333,14

4.1.2

voor het plaatsen van een gedenkteken en kruisen, per gedenkteken of kruis

€ 168,08

4.1.3

voor het plaatsen van een zerk

€ 168,08

4.1.4

voor het aanleggen van een graftuin

€ 168,08

4.1.5

voor het planten van heesters en andere gewassen

€ 168,08

 

Hoofdstuk 5 Lijkschouwing

5.1

Voor het schouwen van een lijk door een gemeentelijke lijkschouwer wordt geheven:

 € 41,72

 

Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen

6.1

Voor het inschrijven en overboeken van graven in een daartoe bestemd register wordt geheven:

€ 4,64

6.1.1

Voor het inschrijven en overboeken van urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven:

€ 4,64

6.1.2

Voor het inschrijven en overboeken van urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven:

€ 4,64

 

Hoofdstuk 7 Opgraven, ruimen en verstrooien

7.1

Voor het opgraven van een lijk wordt geheven:

€ 249,88

7.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven:

€ 333,14

7.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven:

€ 666,15

7.4

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:

7.4.1

uit een urnennis

€ 104,10

7.4.2

uit een algemeen graf

€ 104,10

7.4.3

uit een algemeen urnengraf

€ 104,10

7.4.4

bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven:

€ 208,20

7.5

Voor het ruimen van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven:

€ 333,14

Wegens het op aanvraag van de rechthebbende ruimen van een graf, het verzamelen der daarin aanwezige stoffelijke resten en het herbegraven van die resten wordt voor elke te slopen of te verplaatsen kist geheven:

7.6

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven:

7.6.1

in een algemeen graf

€ 416,38

7.6.2

in een algemeen urnengraf

€ 104,10

Behorende bij raadsbesluit van 29 oktober 2018

De raad voornoemd,

O.E. de Vries, griffier

P. van Veen, voorzitter