Regeling vervallen per 01-01-2011

Subsidieverordening monumenten Heerhugowaard

Geldend van 22-04-2008 t/m 31-12-2010

Intitulé

Subsidieverordening monumenten Heerhugowaard

Voorstel

De subsidieverordening monumenten Heerhugowaard 1996 in te trekken en tevens de gewijzigde subsidieverordening monumenten Heerhugowaard 2008 vast te stellen.

Burgemeester en wethouders van Heerhugowaard,

De secretaris, de burgemeester,

Advies commissie SO d.d. 1 april 2008

Akkoordstuk

Nr. 2008-034

de Raad van de gemeente Heerhugowaard;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 februari 2008

b e s l u i t

De subsidieverordening monumenten Heerhugowaard 2008 vast te stellen

De subsidieverordening monumenten Heerhugowaard 1996 in te trekken

Heerhugowaard, 22 april 2008

De Raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

Subsidieverordening gemeentelijke monumenten 2008

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    beschermd gemeentelijk monument: onroerend monument, overeenkomstig de bepalingen van de Heerhugowaardse monumentenverordening 1996 als beschermd gemeentelijk monument aangewezen;

  • b.

    karakteristiek pand: pand, niet zijnde rijks-, provinciaal– of gemeente monument, dat gekenmerkt wordt door cultuur-historisch waardevolle bouwkundige elementen, zoals opgenomen in het door burgemeester en wethouders vastgestelde register;

  • c.

    eigenaar: hieronder wordt mede verstaan: 1. degene die het recht van erfpacht heeft; 2. de houder van een recht van opstal; 3. een toekomstig eigenaar die in het bezit is van een voorlopig koopcontract;

  • d.

    onderhoud: sober en doelmatig uit te voeren periodieke werkzaamheden, die erop gericht zijn de bouwkundige staat van een monument in stand te houden of toekomstig groot onderhoud of restauratie te voorkomen of uit te stellen, met als doel het wind- en waterdicht houden van het onderhavige object;

  • e.

    restaureren: het treffen van voorzieningen tot opheffing van (bouwtechnische) gebreken, het normale onderhoud te boven gaand, noodzakelijk voor de instandhouding van de cultuurhistorische waarde van het monument;

  • f.

    verbeteren of instandhouden karakteristieke elementen: het herstellen of vervangen van elementen, noodzakelijk voor de instandhouding of herstel van de architectuur;

  • g.

    verlenen van subsidie: het besluit van burgemeester en wethouders dat aan de eigenaar van een monument een aanspraak op een subsidie in de kosten van periodieke werkzaamheden of voorzieningen verschaft;

  • h.

    vaststellen van subsidie: het besluit van burgemeester en wethouders, nadat periodieke werkzaamheden of voorzieningen zijn getroffen, waarbij de hoogte van de verleende subsidie wordt vastgesteld;

  • i.

    bouwkundig inspectierapport: een rapport met betrekking tot een monument dat:

    • 1.

      de technische staat van het monument beschrijft;

    • 2.

      opgesteld is door een door burgemeester en wethouders erkende en onafhankelijke instantie;

    • 3.

      de werkzaamheden beschrijft die verricht moeten worden teneinde het monument in goede staat van onderhoud te houden.

Artikel 2 Jaarlijks budget

  • 1. de gemeenteraad neemt jaarlijks een besluit waarin wordt aangegeven welk bedrag voor een bepaald jaar beschikbaar wordt gesteld ten behoeve van restauratiesubsidie, onderhoudssubsidie en subsidie voor karakteristieke panden;

  • 2. de bekendmaking van dit besluit geschiedt door plaatsing in één of meer dag- of nieuwsbladen.

  • 3. de toekenning van subsidie gebeurt in volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

Artikel 3 Aanvraag- en beschikkingsprocedure

  • 1. Een aanvraag om een subsidie dient door de eigenaar te worden ingediend bij burgemeester en wethouders op een daartoe bestemd formulier en dient in ieder geval vergezeld te gaan van de daarbij verlangde gegevens en bescheiden.

  • 2. Indien niet wordt voldaan aan het gestelde in het eerste lid stellen burgemeester en wethouders de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen twee weken met de door hen aan te geven ontbrekende gegevens te completeren.

  • 3. Burgemeester en wethouders maken de beschikking bekend binnen 12 weken nadat de aanvraag is ontvangen, dan wel de ontbrekende gegevens, als bedoeld in het tweede lid, genoegzaam zijn aangevuld. Zij kunnen deze termijn met ten hoogste acht weken verlengen, mits zij de aanvrager daarvan kennisgeven binnen de termijn van 12 weken.

Artikel 4 Weigeringsgronden

2.Burgemeester en wethouders verlenen geen subsidie indien:

  • a.

    het belang van de monumentenzorg niet of in onvoldoende mate wordt gediend;

  • b.

    de kosten niet in een redelijke verhouding staan tot het te bereiken resultaat;

  • c.

    met de werkzaamheden is begonnen voordat de aanvrager een subsidie verleend is;

  • d.

    voor de te treffen voorzieningen een monumentenvergunning is vereist en deze niet is verleend;

Artikel 5 Voorwaarden

  • 1. De subsidie wordt toegekend onder de voorwaarden dat:

    • a.

      binnen 13 weken na verlening van de subsidie met het treffen van de voorzieningen een aanvang is gemaakt;

    • b.

      aan de door burgemeester en wethouders met controle belaste personen op de door die personen te bepalen tijdstippen: – toegang wordt verleend tot het gebouwde onroerend goed; – inzage wordt verleend in de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens en materialen – gelegenheid wordt gegeven tot het controleren van de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen, op verzoek van de aanvrager, afwijking van de in het eerste lid onder a genoemde termijn toestaan.

Artikel 6 Abonnementskosten provinciale monumentenwacht

  • 1. De eigenaar van een beschermd gemeentelijk monument kan op aanvraag subsidie ontvangen voor de abonnementskosten op de Stichting Monumentenwacht Noord-Holland.

  • 2. Hierbij gaat het uitsluitend om de kale abonnementsprijzen, bijkomende kosten zoals verrichten van kleine reparaties, reis-uren e.d. zijn voor rekening van de eigenaar van het gemeentelijk monument.

HOOFDSTUK 2 ONDERHOUD

Artikel 7 Onderhoud

1.Onder onderhoud, als bedoeld in artikel 1, lid d, vallen de werkzaamheden aan:

  • a.

    daken:

    • het repareren en vernieuwen van zink en lood;

    • het repareren en vervangen met pannen, leien en riet;

    • het onderhoud van brand

    • en bliksembeveiliging;

    • windveren;

    • waterborden;

    • schoorstenen.

  • b.

    goten en hemelwaterafvoeren:

    • het opheffen van verstoppingen;

    • reparatie en schoonmaak;

    • werkzaamheden welke de waterhuishouding rondom het monument bevorderen;

  • c.

    gevels:

    • voegwerk;

    • reparatie natuursteen en baksteen;

    • pleisterwerk;

    • reparatie houtwerk inclusief luiken;

    • monumentale beglazing;

    • buitenschilderwerk.

  • d.

    historische annexen:

    • ornamenten aan gevels, erkers, balkons, goten en dergelijke;

    • hekwerken, stoepen, kelderluiken;

    • schilderwerk behorend bij de in dit artikel bedoelde annexen.

  • e.

    onderhoudswerkzaamheden welke hier niet staan genoemd, kunnen ter beoordeling aan burgemeester en wethouders worden voorgedragen.

Artikel 8 Onderhoudssubsidie

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan een eigenaar van een beschermd gemeentelijk monument, dat overigens in een goede bouwtechnische staat verkeert, een subsidie toekennen ter tegemoetkoming in de kosten van het onderhoud als genoemd in artikel 7.

  • 2. De subsidie, als bedoeld in het eerste lid, bedraagt 30% van de kosten van het onderhoud, doch ten hoogste € 403,0.

Artikel 9 Beperkingen

  • 1. De subsidie kan in het geval dat een monument, met gebruikmaking van een restauratiesubsidie, gerestaureerd is niet eerder worden aangevraagd dan vijf jaar na de datum van voltooiing van de restauratie.

  • 2. Een aanvraag om een onderhoudssubsidie kan niet eerder worden ingediend dan vijf jaar na datum van voltooiing van, met gebruikmaking van een onderhoudssubsidie uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden.

HOOFDSTUK 3 RESTAURATIE

Artikel 10 Restauratie

  • 1.

    Onder restauratie, als bedoeld in artikel 1 lid e, vallen de voorzieningen aan:

  • a.

    verbetering van een fundering op staal:

– het ontgraven tot aan de fundering;

– het slopen van een verzakt gedeelte;

– het opmetselen en aanhelen.

b.verbetering van een fundering op palen:

– het ontgraven tot de paalkop;

– het slaan of pulsen van nieuwe palen.

c.verbetering van (half) steens buitenmuren:

– vervangen van (half) steens metselwerk of een spouwmuur;

– verbreden van een fundering i.v.m. het aanbrengen van een binnen–/buitenspouwblad;

– het vervangen van lateien.

d.het uithakken en opnieuw voegen van de gevels:

– plat vol;

– snijvoeg.

  • e.

    herstel c.q. vervanging van gevelpleisterwerk.

  • f.

    vervanging van buitenkozijnen met ramen/dubbele beglazing/deuren

  • g.

    herstel vloerconstructie:

– slopen van plinten en verrotte vloerdelen;

– slopen van verrotte balken of waterpas stellen van bestaande balken

– aanpassen van de oplegging en de nis voor balken;

– aanbrengen van (nieuwe) balken en/of vloeren of vloerdelen;

– aanbrengen van nieuwe plinten;

– vervangen van balkons;

– vervangen van trappen (per m2 trede)

h.herstel kapconstructie:

– reparatie c.q. vervanging dakpannen;

– reparatie c.q. vervanging lei/rietbedekking;

– reparatie c.q. vervanging zinken dakbedekking;

– reparatie c.q. vervanging bitumineuze dakbedekking;

– reparatie c.q. vervanging dakbeschot met isolatie;

– reparatie c.q. vervanging zinken goot;

– reparatie c.q. vervanging schoorsteen.

  • i.

    reparatie c.q. vervanging van balkonhekken.

  • j.

    smeedijzeren hekwerken.

  • k.

    werkzaamheden welke hier niet staan genoemd, kunnen ter beoordeling aan burgemeester en wethouders worden voorgedragen.

Artikel 11 Restauratiesubsidie

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan de eigenaar van een beschermd gemeentelijk monument een subsidie toekennen ter tegemoetkoming in de kosten van het treffen van voorzieningen in verband met noodzakelijke restauratie.

  • 2. De subsidie, als bedoeld in het eerste lid, bedraagt maximaal 30°/a van de kosten van voorzieningen, doch ten hoogste € 20.420,--.

  • 3. Indien de werkzaamheden, verbonden aan het treffen van de voorzieningen, geheel of gedeeltelijk worden verricht door derden anders dan in de uitoefening van een bedrijf, al dan niet met behulp van anderen, zonder dat er sprake is van de uitoefening van een bedrijf, wordt het maximaal subsidiabele bedrag verminderd met 50%.

Artikel 12 Kosten van voorzieningen

Onder de in artikel 11, lid 1 bedoelde kosten van de voorzieningen worden in ieder geval begrepen de geraamde en door burgemeester en wethouders goedgekeurde bedragen van:

  • a.

    de aanneemsom;

  • b.

    eventueel noodzakelijk meerwerk;

  • c.

    de risicoverrekening van loon– en materiaalprijsstijgingen;

  • d.

    de kosten van de architect en van de constructeur, voor zover inschakeling hiervan noodzakelijk is;

  • e.

    de leges voor de bouwvergunning en de monumentenvergunning;

  • f.

    de verschuldigde btw, voor zover die niet fiscaal aftrekbaar is.

Artikel 13 Termijnen

  • 1. De subsidie kan, in geval onderhoud aan het monument is gepleegd met gebruikmaking van een onderhoudssubsidie, niet eerder worden aangevraagd dan vijf jaar na de datum van voltooiing van het onderhoud.

  • 2. Een aanvraag om een restauratiesubsidie kan niet eerder worden ingediend dan tien jaar na datum van voltooiing van, met gebruikmaking van een restauratiesubsidie uitgevoerde restauratiewerkzaamheden.

Artikel 14 Onderhoudsplicht

Subsidie wordt verleend en vastgesteld onder de voorwaarde dat de eigenaar schriftelijk verklaart dat het pand na het treffen van de voorzieningen behoorlijk zal worden onderhouden.

HOOFDSTUK 4 VERBETERING OF INSTANDHOUDING KARAKTERISTIEKE PANDEN

Artikel 15 Bijdrage herstel of vervanging elementen

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan de eigenaar van een karakteristiek pand een bijdrage ineens toekennen in de kosten van werkzaamheden, anders dan normaal onderhoud, ter verbetering of instandhouding van cultuurhistorisch waardevolle bouwkundige elementen van het pand.

  • 2.

    De bijdrage ineens bedraagt 50% van de in lid 1 genoemde kosten, doch ten hoogste 50%

van € 1.361,50.

Artikel 16 Beperkingen

1.De bijdrage ineens wordt niet verstrekt indien:

  • a.

    met de werkzaamheden en bedrag is gemoeid van minder dan € 227,--;

  • b.

    met het treffen van de voorzieningen het belang genoemd in artikel 15, eerste lid, niet of in onvoldoende mate is gediend;

  • c.

    de kosten niet staan in een redelijke verhouding tot het te verkrijgen resultaat;

  • d.

    indien met het treffen van de voorzieningen is begonnen voordat op de aanvraag om een bijdrage is beslist;

  • e.

    indien de eigenaar op grond van artikel 15 binnen een periode van vijf jaar reeds een bijdrage ineens heeft ontvangen.

HOOFDSTUK 5 SLOTBEPALINGEN

Artikel 17 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als 'Subsidieverordening gemeentelijke monumenten2008

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de raad van de gemeente Heerhugowaard,
Heerhugowaard, 22 april 2008
De Raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,