Regeling vervallen per 22-11-2017

Nadere regels ex artikel 4:15 APV algemeen verbod voeren van handelsreclame|

Geldend van 01-01-2011 t/m 21-11-2017

Intitulé

Nadere regels ex artikel 4:15 APV algemeen verbod voeren van handelsreclame|

Losse letters op de dakrand zijn reclamebakken op de dakrand en gedeeltelijk boven

Nr.BW10-0579

Burgemeester en wethouders van de gemeente Heerhugowaard;

Gelezen de voorstellen van 6 november 2007, 24 augustus 2010 en 21 september 2010

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 4:15 van de Algemene plaatselijke verordening (hierna: “de APV”);

overwegende dat in artikel 4:15 van de Algemene plaatselijke verordening het college

van burgemeester en wethouders de bevoegdheid is toegekend tot een vergunningstelsel voor het voeren van handelsreclame;

overwegende dat het college niet beoogt om voor iedere vorm van handelsreclame een vergunningplicht in te voeren;

dat het algemene verbod niet geldt, voor met name genoemde uitzonderingen en voor zover wordt voldaan aan de criteria voor het vergunningvrij voeren van handelsreclame, zoals vermeld in de door het college gestelde nadere regels;

dat deze algemene regels zijn gebaseerd op het gemeentelijk reclamebeleid, welk beleid tot nu toe is opgenomen in de welstandsnotitie en als zondanig bij de klant bekend is of kan zijn;

dat het doel van de nadere regels is om richting te kunnen geven aan de reclame-uitingen ter bescherming van het openbaar gebied met het streven om op termijn de criteria zodanig te verfijnen, dat in het geheel geen vergunningplicht meer nodig zal zijn;

Besluit:

-dat de vergunningplicht niet geldt als reclame voldoet aan criteria zoals bepaald in de door het college vastgestelde nadere regels.

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerhugowaard op 21 september 2010.

de secretaris de burgemeester

Drs. J.G. den Hertog Drs. H.M.W. ter Heegde

Inhoudsopgave: Paginanummer

  • A.

    Algemene beschrijving en uitgangspunten van de nadere regels 2

  • B.

    De Juridische kant 3

  • C.

    Beoordelingsaspecten van blijvende reclameobjecten 6

    • 1.

      0 Algemene voorwaarden voor alle gebiedsdelen 6

    • 1.0.1.

      Binnen de bebouwde kom

    • 1.0.2.

      Buiten de bebouwde kom

    • 1.

      1 Algemene voorwaarden en uitgangspunten

    • 1.

      2 Ontoelaatbare reclame 7

    • 1.

      3 Lichthinder

    • 2.0

      Gebiedsindeling 8

    • 2.

      1 Woonwijken : uitgangspunten

      2.1.1 Criteria voor voeren van handelsreclame

      2.2Bedrijven,winkels en instellingen in woonwijken: uitgangspunten

2.2.1 Criteria voor voeren van handelsreclame

2.3 Winkelgebieden: uitgangspunten 9

2.3.1 Criteria voor voeren van handelsreclame 10

  • 2.

    4 Bedrijventerreinen: uitgangspunten

    • 2.4.1Criteria voor voeren van handelsreclame 13

    • 2.5

      Buitengebied: uitgangspunten

      2.5.1Criteria voor voeren van handelsreclame 14

  • 2.

    6 Sportterreinen 2.6.1. Criteria voor voeren van handelsreclame

  • 2.

    7 Openbare buitenruimte 15

    2.7.1 Lichtmastreclames 2.7.2. Billboards 16

    2.7.3 Abri’s

    2.7.4 Stadsplattegronden

    2.7.5 Route- en verwijzingsborden

    2.7.6 Permanente plakplaatsen

    2.7.7 Reclame op schakelkasten

E Bijlage 3.1 Deelgebieden van Heerhugowaard volgens de ‘Welstandsnota’

met daarop aangegeven de bebouwde kom grens van Heerhugowaard

A. Algemene beschrijving en uitgangspunten van de nadere regels

Door een goed beleid wint reclame aan kwaliteit.

Als we over reclame praten dan gaat het om een publieke aanprijzing van een bedrijf, een product of een dienst. Om het maximale effect te bereiken moet reclame dus opvallen. En om op te vallen wordt op allerlei manieren geprobeerd om de aandacht te vangen. Dat kan door verschillende formaten te gebruiken, maar ook de plaats en de uitvoering zijn belangrijk.

De gemeente Heerhugowaard vindt het belangrijk om de manier waarop reclame wordt gemaakt in redelijke regels vast te leggen. Dit betekent dat zij oog heeft voor het effect van reclame. Zij vindt ook dat reclame moet passen in het straatbeeld en de omgeving niet ernstig moet verstoren. Hierdoor wordt het straatbeeld overzichtelijker en rustiger.

De gemeente vindt dat reclame op of aan een gebouw moet passen bij de stedenbouwkundige situatie.

Reclame is pas dan geslaagd als het past bij het gebouw of de omgeving. Gebeurt dat niet dan zijn reclame-uitingen een verstoring van de omgeving. In een enkel geval kan reclame zelfs agressie uitstralen.

Daar waar bijna geen sprake is van commercie, zoals in woonwijken en in het buitengebied, zijn reclame-uitingen ongewenst. Zij zijn alleen maar binnen beperkte uitgangspunten toegestaan.

Als beheerder van de openbare ruimte biedt de gemeente de mogelijkheid aan bedrijven om billboards en lichtmastborden te plaatsen. Het laat zich raden dat ook hier beperkingen gelden naar soort, aantal, de plaats en de vorm.

De nadere regels over het voeren van handelsreclame van de gemeente Heerhugowaard gaat uit van de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    De reclame hoeft niet verder zichtbaar te zijn dan de straat waar het bedrijf is gevestigd;

  • 2.

    De reclame moet een duidelijke relatie hebben met het bedrijf dat die reclame maakt;

  • 3.

    De overige reclame voor dat bedrijf met zijn producten en acties moet niet gebeuren op of bij het pand;

  • 4.

    Voor het maken van reclame zijn er voldoende en vaak betere alternatieven, zoals adverteren via allerlei media. Deze veelheid van andere reclamemogelijkheden is een extra reden om de openbare ruimte niet te zeer te belasten;

  • 5.

    Per deelgebied heeft de gemeente een visie op het voeren van reclame. Elk gebied kan daardoor eigen reclameregels hebben;

  • 6.

    Bij reclame in de openbare ruimte, met de gemeente als beheerder, moet kwaliteit, eenvormigheid en verkeersveiligheid zijn gewaarborgd. Het aantal reclame-uitingen wordt beperkt.

onoverzichtelijk en rommelig reclame boven het dak aan de in een vroeg stadium door de architect

achterkant geeft geen meerwaarde aangegeven gebied voor reclame

aan de herkenbaarheid van het

winkelcentrum

B.De juridische kant:

Algemeen

Meerdere wetten en verordeningen gaan over het voeren van reclame. Hieronder is een overzicht gemaakt.

Grondwet

Artikel 7 van de Grondwet regelt de vrijheid van meningsuiting. Lid 1 van dit artikel luidt:

Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

De wet bepaalt dat de overheid bij ideële reclame slechts voorwaarden mag stellen aan de verspreiding, voor de bescherming van de openbare orde. Dit is geregeld in de APV.

In lid 4 van dit artikel is geregeld dat de drukpersvrijheid niet van toepassing is op het maken van handelsreclame.

Het zal duidelijk zijn dat het reclamebeleid van de gemeente Heerhugowaard zich alleen richt op de commerciële reclame-uitingen.

Onder commerciële of handelsreclame verstaat de gemeente iedere openbare aanprijzing van bedrijfsnaam, goederen of diensten, waarmee kennelijk een commercieel belang wordt gediend.

Wet op de Ruimtelijke Ordening en Woningwet, Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo)

Deze wet is van toepassing op alle bouwwerken van enige omvang, die direct met de ondergrond zijn verbonden en die een duidelijk reclamedoel hebben.

Alleen als het reclameobject ook een bouwwerk is in de zin van de Woningwet/Wabo, komen de regels van het bestemmingsplan aan de orde.

Een bouwvergunning moet worden aangevraagd voor reclameobjecten die binnen de regels van de Woningwet/Wabo vallen. Een goed voorbeeld is een reclamezuil.

Er wordt dan gekeken of het reclameobject voldoet aan de uitgangspunten van:

  • -

    Bouwbesluit (technische eisen);

  • -

    Bouwverordening;

  • -

    Bestemmingsplan;

  • -

    Redelijke eisen van welstand;

  • -

    Monumentenwet 1988 of de provinciale of gemeentelijke monumentenverordening.

Als een aanvraag in strijd is met één van de eerder genoemde eisen, wordt de bouwvergunning geweigerd. Aanvullende eisen gebaseerd op de APV zijn niet mogelijk. Daar ligt een uitspraak van de Raad van State aan ten grondslag.

Of een algemeen verbod voor het voeren van een reclame-uiting op een bepaalde plaats niet geldt, is afhankelijk van de vraag of de uiting voldoet aan redelijke eisen van welstand. In de gemeentelijke bouwverordening zijn in artikel 9.1 welstandsuitgangspunten opgenomen.

Monumentenwet en Monumentenverordening

Deze wet geldt voor alle activiteiten die een monument op de een of andere manier kunnen wijzigen, aantasten of verstoren. Voor deze activiteiten moet een vergunning worden aangevraagd. Een vergunning is ook nodig als op of aan zo’n monument reclame wordt aangebracht.

In Heerhugowaard zijn vijf rijks-, één provinciaal en ongeveer vijftig gemeentelijke monumenten. Deze staan vermeld in bijlage 2 van de Welstandsnota. Deze zijn overgenomen uit het boek ‘Monumentaal Heerhugowaard’. Dit is een landschappelijke en cultuurhistorische inventarisatie binnen de gemeente Heerhugowaard en is samengesteld door de stichting werkgroep monumenten Heerhugowaard.

  • -

    Voor rijksmonumenten adviseert de Rijksmonumentencommissie over de aanvraag;

  • -

    Voor provinciale monumenten doet dat de provinciale monumentencommissie;

  • -

    Voor gemeentelijke monumenten adviseert de werkgroep Monumenten Heerhugowaard, de welstands- en monumentencommissie;

  • -

    Burgemeester en wethouders beslissen uiteindelijk over de aanvragen.

Wet Milieubeheer

Deze wet is van toepassing op bedrijven, bijvoorbeeld een horecabedrijf of detailhandel.

In de milieuvergunning van zo’n bedrijf worden de voorschriften over hinder van terrein- en reclameverlichting opgenomen, als ook het elektriciteitsverbruik. Deze voorschriften vinden hun oorsprong in de Algemene Maatregel van Bestuur van de Wet Milieubeheer.

Bij hoofdstuk 1.5 in deze nota wordt op dit element verder ingegaan.

Landschapsverordening Noord-Holland 2005

Deze verordening is de opvolger van de provinciale verordening Opschriften en Opslag Noord-Holland en richt zich op het gedeelte buiten de bebouwde kom, zoals deze in artikel 27 van de Wegenwet door Gedeputeerde Staten van Noord-Holland zijn vastgesteld.

De verordening moet het landschap beschermen tegen opschriften, aankondigingen en afbeeldingen. Uitgangspunt is dat elk opschrift, aankondiging en afbeelding of constructie daarvoor, in principe, een aantasting van het landschapsschoon betekenen. We denken daarbij aan borden, karretjes en voertuigen die gezien kunnen worden vanaf de openbare weg, een spoorweg of een openbaar water.

Bij de handhaving gaat men er vanuit dat Gedeputeerde Staten in eerste instantie daarvoor verantwoordelijk is. Eventueel ondersteund door en aangevuld met politie en justitie.

Deze nadere regels ter uitwerking van artikel 4:15 van de APV gelden alleen in het buitengebied van Heerhugowaard als de aanvraag bouwvergunningsplichtig is. Hiervoor moet bij de gemeente een bouwaanvraag worden ingediend. De gemeente heeft haar eigen verantwoordelijkheid, waardoor het besluit wel of geen bouwvergunning te verlenen los staat van het besluit van de provincie om de ontheffing wel of niet te verlenen.

Als bijlage 3.1 is de kaart met de grens van de bebouwde kommen toegevoegd.

Heerhugowaard is aangewezen als VINEX-locatie. Door de vele woningbouwprojecten, wijzigt de bebouwde kom grens regelmatig. Uitgegaan moet worden van de laatst vastgestelde versie. Deze kan afwijken van de bijlage.

Algemene Plaatselijke Verordening (APV)

In de APV heeft de gemeente haar beleid geregeld voor reclameobjecten binnen de bebouwde kom die niet vallen onder de bouwvergunningplicht. Er geldt een algemeen verbod voor het voeren van handelsreclame, waaraan nadere regels zijn verbonden, die bepalen wanneer dit algemene verbod niet geldt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen blijvende en tijdelijke reclame. Deze nadere regels gaan alleen in op de blijvende reclame.

Privaatrecht

Dit recht geldt wanneer de gemeente eigenaar is van de grond. De gemeente kan privaatrechtelijke overeenkomsten aangaan als zij eigenaar is van de grond of het bouwwerk. Voor beleid is de contractvrijheid naar burgerlijk recht van toepassing (Burgerlijk Wetboek).

Hierin wordt vermeld dat alle verbintenissen, of uit overeenkomst of uit de wet ontstaan. Dit betekent dat de gemeente vrij is een verbintenis aan te gaan, voor zover dat niet door de wet wordt geregeld. De gemeente is dus niet verplicht een (reclame)overeenkomst aan te gaan als dit niet in haar beleid past.

De gemeente kan reclameobjecten verwijderen van eigen grond. Dat gebeurt dan binnen het z.g. eigendomsrecht. Er moet dan wel recht worden gedaan aan de beginselen van behoorlijk bestuur.

Bij hoofdstuk 7 ‘Openbare buitenruimte’ wordt hier verder op ingegaan.

ook de Gemeente Heerhugowaard -als beheerder van de openbare ruimte- moet het straatbeeld met beleid vormgeven, waarbij de verkeersveiligheid voorop staat.

C Beoordelingsaspecten van blijvende reclameobjecten.

Bij het vaststellen van normen voor reclame is het zinvol onderscheid te maken tussen verschillende gebieden in de gemeente. Een woonwijk vraagt een andere benadering dan een winkelgebied. Het buitengebied wordt ernstig aangetast bij plaatsing van reclame die op het bedrijventerrein gebruikelijk is. Ook wordt er onderscheid gemaakt tussen gewone reclame en lichtreclame door de uitstraling van laatstgenoemde uiting.

Allereerst worden algemene voorwaarden geformuleerd die voor alle gebiedsdelen gelden.

Per gebied wordt een eigen beleid geformuleerd met uitgangspunten en normen.

De opbouw van het beleid is dus van algemeen - regels die voor elk gebied gelden, zoals vergunningsvrij, ontoelaatbaar - naar bijzonder. Daarbij wordt in bepaalde gebieden meer toegestaan dan andere. Dit is afhankelijk van de functie van het gebied.

Sneltoetscriteria zijn er voor kleine reclames. Voldoet een reclame aan de sneltoets, dan is de reclame vergunningvrij.

1.0 Algemene voorwaarden voor alle gebiedsdelen:

Bij het plaatsen of aanbrengen van reclame moeten de volgende algemene voorwaarden en uitgangspunten worden gevolgd. Deze elementen hebben voorrang boven de gebiedsgerichte voorwaarden en uitgangspunten.

Er wordt onderscheidt gemaakt tussen plaatsing binnen en buiten de bebouwde kom.

1.0.1 Binnen de bebouwde kom:

Binnen de bebouwde kom is de Algemene plaatselijke verordening (APV) van toepassing. Aan de volgende eisen moet worden voldaan om vergunningsvrij handelsreclame aan te brengen:

● De reclame moet betrekking hebben op de dienst die wordt verleend of het

bedrijf of het beroep dat wordt uitgeoefend in of op de onroerend zaak;

● De reclame-uitingen mogen samen geen grotere oppervlakte hebben dan

0,50 m2;

● Geen van alle uitingen mag een grotere afmeting in één richting hebben

dan 1,00 meter;

● De opschriften en aankondigingen niet zijn verlicht;

● Zij zijn aangebracht op een plat bord dan wel losse letters tegen de gevel

op de begane grond.

1.0.2 Buiten de bebouwde kom:

Buiten de bebouwde kom geldt de Landschapsverordening Noord-Holland 2005. Reclame is vergunningsvrij als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

● De reclame moet betrekking hebben op de dienst die wordt verleend of het bedrijf of het beroep dat wordt uitgeoefend in of op de onroerende zaak;

● Eén onverlichte reclame met een maximaal oppervlakte van 0,5 m2 met geen grotere afmeting in één richting dan 1,5 meter;

● Aangebracht op een gebouw mag het niet geheel of gedeeltelijk boven de dakrand worden geplaatst en wanneer het niet aan de gevel wordt aangebracht, mag de hoogte zich niet meer dan 1,50 meter, gemeten van het hoogste punt, boven het maaiveld bevinden.

1.1 Algemene voorwaarden en uitgangspunten:

● Met reclame moet in plaats, maat, vorm, kleur, sfeer en detaillering, rekening worden gehouden met de stedenbouwkundige situatie. Zij moet afgestemd worden op de architectonische kwaliteit van het pand;

● Het toepassen van losse letters en het aanlichten van reclameteksten verdienen de voorkeur boven lichtbakken;

● Reclame moet aan goede technische en constructieve eisen voldoen. Zij moet gemaakt zijn van duurzaam materiaal en goed onderhouden worden;

● Lichtreclame onmiddellijk achter ramen of deuren, met uitstraling naar

buiten, wordt als reclame-uiting aangemerkt.

1.2 Ontoelaatbare reclame

Als ontoelaatbare reclame wordt aangemerkt:

● Reclame die niets te maken heeft met de activiteit in het pand;

● Reclamebakken buiten de bouwmassa (het silhouet) van het gebouw op

daken en in goten;

● Merkreclames voor meer dan één product. Dit om wildgroei van reclame te

voorkomen;

● Reclame die het uitzicht vanuit de aangrenzende gebouwen belemmert;

● Mechanisch bewegende reclame;

● Lichtkranten of lichtreclame met veranderend licht of met knipperend licht;

● Daglichtreflecterende reclame;

● Reclame die niet loodrecht of niet vlak tegen de gevel is geplaatst, maar bijvoorbeeld schuin op de gevel;

● Lichtstrengen om een reclameobject of de contouren van een gebouw te benadrukken;

● Reclame mag niet groter zijn dan voor een goede leesbaarheid nodig is;

● Extra screens (een frameconstructie waartussen doek met reclameteksten) geplaatst voor de gevel of op het terrein om onder andere tijdelijke reclame acties onder de aandacht te brengen.

1.3 Lichthinder

Lichthinder door (reclame)verlichtingsinstallaties veroorzaakt overlast bij andere personen dan die waarvoor de installatie bestemd is. Lichthinder kan ontstaan door:

  • -

    Verblinding door armaturen of lichtbronnen;

  • -

    Spiegelingshinder;

  • -

    Hoge lichtwaarden;

  • -

    Kleur van het licht;

  • -

    Dynamische verlichting;

  • -

    Strooilicht.

Dit soort ongewenste visuele neveneffecten moet zoveel mogelijk voorkomen worden. De Commissie Lichthinder van de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV) heeft hiervoor richtlijnen opgesteld, respectievelijk:

  • -

    “Algemene richtlijn betreffende lichthinder – Deel 1 Algemeen”;

  • -

    “Algemene richtlijn betreffende lichthinder – Deel 3 Aanstraling van gebouwen en objecten buiten”;

  • -

    “Algemene richtlijn betreffende lichthinder – Deel 4 Reclameverlichting”.

Deze richtlijnen worden door de gemeente gebruikt bij het opstellen van grenswaarden in vergunningen en bij klachtenafhandeling.

● Bij reclame die grenst aan de bestaande woonomgeving kan per vergunningaanvraag

worden bepaald dat tussen 22:00 uur en 07:00 uur de verlichting in het

reclameobject uitgeschakeld is;

● Lichtreclame bij winkels en bedrijven waarboven zich huizen bevinden, mag geen licht via de bovenzijde uitstralen;

  • 2.0

    Gebiedsindeling Deelgebied volgens Welstandsnota

  • -

    2.1 Woonwijken 1A, 1B, 2A, 2B, 2C, 6C, 1D

  • -

    2.2 Bedrijfs- en winkelbebouwing in woonwijken 1A, 1B, 2A, 2B, 2C, 6C, 1D

  • -

    2.3 Winkelgebieden 3A

  • -

    2.4 Bedrijventerreinen 4A, 4B, 4C, 4D, 4E

  • -

    2.5 Buitengebied Buiten de bebouwde kom

  • -

    2.6 Sportterreinen 6A

  • -

    2.7 Openbare buitenruimte: -

  • -

    2.7.1 Lichtmastreclames

  • -

    2.7.2 Abri’s

  • -

    2.7.3 Billboards

  • -

    2.7.4 Reclame op stadsplattegronden

  • -

    2.7.5 Route verwijzingssysteem

  • -

    2.7.6 Permanente Plakplaatsen

  • -

    2.7.7 Reclame op schakelkasten

2.1 Woonwijken (deelgebied 1A, 1B, 2A, 2B, 2C, 6C, 1D)

In een gebied waar hoofdzakelijk wordt gewoond, hoort geen reclame.

Er ontbreekt immers een relatie tussen het wonen en reclame. Uitzonderingen zijn huizen met een praktijkruimte of hiermee vergelijkbare functies.

In dergelijke gevallen is een bescheiden aanduiding aanvaardbaar op of aan de gevel, bij voorkeur bij de voordeur of bij de toegangsdeur van het bedrijf.

2.1.1 Criteria vergunningvrije handelsreclame

De reclame is vergunningvrij, als aan de onderstaande kenmerken wordt voldaan (zie ook paragraaf 1.0.1):

● De reclame moet betrekking hebben op de dienst die wordt verleend of het

bedrijf of het beroep dat wordt uitgeoefend in of op de onroerende zaak;

● Samen mag de reclame geen grotere oppervlakte hebben dan 0,50 m2;

● Geen van alle uitingen mag een grotere afmeting in één richting hebben

dan 1,00 meter;

● De opschriften en aankondigingen niet zijn verlicht;

● Zij zijn aangebracht op een plat bord dan wel losse letters tegen de gevel op de begane grond van het onroerend goed.

Klein vormgegeven reclames op woningen zijn in woonwijken opvallend genoeg. Hier voorbeelden zoals het niet moet.

2.2 Bedrijven en winkels in woonwijken (deelgebied 1A, 1B, 2A, 2B, 2C, 6C, 1D)

Voor bedrijven, winkels en ook instellingen in een woonomgeving, die als zodanig in het bestemmingsplan past, gelden de volgende uitgangspunten:

Reclame uitingen in dit deelgebied hebben grotere beperkingen dan die in winkelgebieden en bedrijventerreinen. De toegestane afmetingen zullen dan ook altijd kleiner zijn dan de genoemde maatvoeringen in die deelgebieden;

2.2.1 Criteria vergunningvrije handelsreclame

● Per gebouw mag in principe niet meer dan één reclameobject worden aangebracht. Uitzondering hierop kan gemaakt worden voor gebouwen die gevels aan meer dan één straat hebben. Het aantal objecten blijft dan één per naar de straat gekeerde gevel, doch de reclamevoering op de gevel waar zich geen entree bevindt moet ondergeschikt zijn aan die van de reclame van de hoofdentree;

● Bij bedrijfsverzamelgebouwen is één verzamelobject mogelijk, geplaatst bij de toegangzijde van het gebouw dan wel bij de inrit van het terrein, waarop op eenvormige manier de gebruikers worden vermeld. De maximale hoogte is 2500 mm. Er moet rekening gehouden worden met de eisen in paragraaf 1.3 tot en met paragraaf 1.8;

● Reclamezuilen per bedrijf zijn niet toegestaan;

● Indien het pand verder dan 10 meter vanaf de voorerfgrens is gesitueerd, mag een naamsaanduiding op een zuiltje worden geplaatst, mits verticaal uitgevoerd en geplaatst bij de inrit van het terrein.

Het maximale formaat is 1500 mm hoog, 800 breed, 100 mm dik.

Er worden geen afwijkingen in de maximale hoogte van deze reclamezuiltjes toestaan.

Op het pand kan in dit geval tevens een reclamebord aangebracht worden die voldoet aan artikel 1.4.1 Vergunningsvrij binnen de bebouwde kom.

● Losse letters op dakranden en dakgoten zijn niet toegestaan;

● Het per bedrijf plaatsen van reclamevlaggen is niet toegestaan. Een aantal bedrijven

samen, bijvoorbeeld via een winkeliersvereniging, kan een overzichtsplan maken voor

het totale gebied dat door de gemeente en de Welstandscommissie wordt beoordeeld.

Een opeenstapeling van diverse reclamevormen:

borden op de gevel, element op het dak, bord en vlaggen in de voortuin is voor de naaste woonomgeving geen verfraaiing.

2.3 Winkelgebieden (deelgebied 3A)

In gebieden met een uitgesproken winkel en/of promenade karakter zijn de mogelijkheden om reclame te maken ruimer. Gezien het afwisselende aanzien van de winkelcentra in Heerhugowaard, is het niet mogelijk waterdichte richtlijnen te geven welke reclame aanvaardbaar of onaanvaardbaar is.

In het algemeen vindt de gemeente dat reclame bij winkels op de begane grond moet worden geplaatst. Daardoor ontstaat een logische relatie tussen de commerciële aanprijzing en het bedrijf. Bovendien wordt de overlast ingedamd voor eventuele huizen boven de winkel.

Bij winkelgebieden gelden de volgende uitgangspunten:

● Reclame moet loodrecht op, of evenwijdig en vlak aan de gevel worden

geplaatst;

● Geen reclame mag worden aangebracht op verdiepingen met een

woondoel of verdiepingen met een bedrijfsbestemming zonder

publieksfunctie;

● In de voorgevel moet de reclame-uiting als zelfstandig element zijn vormgegeven. Formaat en detaillering zijn afgestemd op de oorspronkelijke gevel. De reclame valt daardoor niet uit de toon;

● De samenhang en de ritmiek van de straatwand mogen door de reclame niet

worden verstoord;

● Reclame moet worden opgenomen in de bouwstijl en zij moet worden

beperkt tot het hoogst noodzakelijke;

● Maximaal één bord per parcelleringseenheid1), met ten

hoogste twee reclame-uitingen per gebruiker;

● Bij hoekpanden mag aan de ene zijde zowel plat als haaks op de gevel een reclame worden geplaatst. Aan de andere kant moet dan worden gekozen voor een uiting die plat of haaks op de gevel staat;

● Reclamezuilen die losstaan van de gevel zijn niet toegestaan;

● Losse reclameletters op de dakrand mogen alleen aangebracht worden bij grotere gebouwen waarin meerdere winkels zijn gevestigd. Deze reclame moet bij de hoofdingang van – bijvoorbeeld – een winkelcentrum komen.

Gedacht kan worden aan de naam van een winkelcentrum;

● Reclame op luifels en zonneschermen wordt toegestaan als zij bestaan uit

losse, geschilderde letters of plakletters;

● Het per bedrijf plaatsen van reclamevlaggen is niet toegestaan. Een aantal bedrijven kan samen voor het totale winkelgebied een overzichtsplan maken dat door de gemeente en de Welstandscommissie wordt beoordeeld.

reclames op de dakrand alleen reclames door de architect laten voor uitstallingen zal apart

nog onder bepaalde voorwaarden mee ontwerpen geeft een meerwaarde. beleid gemaakt moeten worden

Hier is duidelijk zichtbaar wat met

gevelparcellering wordt bedoeld.

2.3.1 Criteria vergunningvrije handelsreclame

De reclame is vergunningvrij als aan de algemene voorwaarden en aan de volgende eisen wordt voldaan:

● Plaatsing van de gehele reclame moet gebeuren onder de bovenkant van

de vloer van de eerste verdieping;

● De dikte van het object mag niet meer zijn dan 200 mm;

● Reclameobjecten moeten aan goede technische en constructieve eisen voldoen. Zij moeten vervaardigd zijn van duurzaam materiaal en goed onderhouden worden;

Bij plaatsing van een platte gevelreclame moet uitgegaan worden van de volgende eisen:

● De hoogte mag niet meer zijn dan 600 mm en de breedte niet meer dan

3500 mm. Een verdere beperking van de breedte is dat de gevelreclame

niet breder mag zijn dan 75% van gevelparcellering1);

● Maximaal één reclameobject per parceleringseenheid1), met een maximum van twee per gebruiker.

Bij plaatsing haaks op de gevel moet uitgegaan worden van de volgende eisen:

● Plaatsing niet lager dan 2300 mm boven de stoep gemeten vanaf de onderzijde van het reclameobject (i.v.m. doorloophoogte);

● Maximale afmeting van 500 x 700 mm, met een maximale uitsteekmaat van 900 mm inclusief bevestigingsconstructie;

● Afstand tot de rijbaan van minimaal 600 mm, horizontaal gemeten(i.v.m.

de verkeersveiligheid);

1 Parcellering: De gevel van een gebouw kan opgedeeld zijn in kleinere, zichtbare

elementen door bijvoorbeeld verschillend materiaal- en kleurgebruik, kozijnverdelingen

en schijven. Zie ook de foto op bladzijde 10. Ook kunnen meerdere panden horizontaal met elkaar

verbonden zijn. Per bedrijf zijn dan bij deze gevel maximaal twee reclameborden toegestaan.

2.4 Bedrijventerreinen (deelgebied 4A, 4B, 4C, 4D, 4E)

Op bedrijventerreinen komen aanduidingen voor waarop de bedrijfsnaam staat vermeld of wat de onderneming produceert. Ook komt het voor dat er reclame wordt gemaakt voor een bepaald product. Op bedrijventerreinen is het ook gebruikelijk om een bewegwijzeringssysteem te hebben. Bij bedrijfsverzamelgebouwen wordt de gezamenlijke presentatie getoond, zo nodig met een verwijzing per onderneming.

Omdat het hier gaat om een grotere concentratie van bedrijven, zal de reclame hier ook overdadiger zijn.

Uitgangspunt van de gemeente blijft dat de reclame op een logische plaats tegen de gevel aangebracht dient te worden. Bijvoorbeeld bij de ingang. Reclame moet ook in dit geval passen bij het gebouw. Als plaatsing tegen een gevel niet mogelijk is - bijvoorbeeld bij een gevel van louter glas - moet de reclame bij de hoofdingang worden geplaatst.

Verticale reclamezuilen zijn mogelijk als ze een plaats krijgen aan de kant van de ingang van het bedrijf.

Bij bedrijfsverzamelgebouwen is plaatsing van reclame op de dakrand mogelijk. Als althans wordt uitgegaan van kleine losse letters met de naam van het gebouw. De plaats van de belettering moet te maken hebben met de ingang van het bedrijfsverzamelgebouw.

Huurders/gebruikers van het bedrijfsverzamelgebouw wordt aangeraden om samen een vrijstaand reclameobject bij de hoofdingang te plaatsen.

Bij bedrijventerreinen gelden de volgende uitgangspunten:

● Reclame moet loodrecht op, of evenwijdig en vlak aan de gevel worden

aangebracht;

● In de voorgevel moet de reclame als zelfstandig element zijn vormgegeven. Het formaat en de details moeten harmoniëren met de oorspronkelijke gevel;

● De reclame mag in de voorgevel de samenhang en ritmiek van de

straatwand niet verstoren;

● Reclame moet worden geïntegreerd in de bouwstijl en zich beperken tot het

hoogst noodzakelijke;

● Maximaal één bord per parcelleringseenheid1, met een maximum van twee

per gebruiker;

● Bij hoekpanden mag aan de ene zijde zowel een platte gevelreclame als

een uithangbord worden geplaatst. Aan de andere kant moet worden

gekozen tussen een platte gevelreclame of een uithangbord;

● Losse reclameletters op de dakrand zijn alleen toegestaan voor grotere

gebouwen waarin meerdere bedrijven zijn gevestigd. Zij moeten

gerelateerd zijn aan de hoofdentree van het pand. Bijvoorbeeld de naam

van een bedrijfsverzamelgebouw;

● Reclame op luifels en zonneschermen worden toegestaan als zij bestaan

uit losse, geschilderde letters of plakletters;

Reclamezuilen:

● Eén reclamezuil mag, mits verticaal uitgevoerd en geplaatst bij de toegang van het bedrijf of bij de inrit van het terrein.

● De uniformiteit in reclamevoering in relatie tot de openbare ruimte is belangrijk.

De relatie zuil / openbare ruimte is belangrijker dan de relatie zuil / gebouw.

Kenmerkend voor een zuil is de verhouding hoogte:breedte. Deze is vastgesteld op 2,5:1. Een zuil van 2,50 meter hoog mag maximaal 1,00 meter breed zijn.

● In overleg met het bedrijfsleven is een maximale hoogtemaat vastgesteld van 3,80 meter.

De breedte-maat is in dat geval maximaal 1,50 meter.

Binnen deze maatvoering moet het voor bedrijven mogelijk zijn hun huisnummer, bedrijfsnaam en soort werkzaamheden te vermelden.

● Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen kan nog afgeweken worden van deze hoogtemaat.

Gedacht wordt dan aan de grote afstand van het pand ten opzichte van de openbare weg in combinatie met een hogere toegestane snelheid dan 50 km/h op die weg.

De breedte-maat mag in geen geval breder zijn dan 1,50 meter.

● Een uitzondering wordt gemaakt voor de zuilen bij benzinestations waarop het logo van

de benzinemaatschappij en de literprijzen zijn vermeld.

● Per benzinestation is één reclamezuil toegestaan. Deze zuil moet verticaal staan.

Het maximale formaat is 6600 hoog, 2000 mm breed en 400 mm dik;

● Bij bedrijfsverzamelgebouwen is één verzamelobject mogelijk, geplaatst bij de toegangzijde van het gebouw dan wel bij de inrit van het terrein, waarop op eenvormige manier de gebruikers worden vermeld. De maximale hoogte is 5000 mm. Er moet rekening gehouden worden met de eisen in paragraaf 1.3 tot en met paragraaf 1.8;

Reclame vlaggenmasten en banieren:

Reclamevlaggen en banieren bij een bedrijf zijn toegestaan.

● Vanuit de openbare ruimte gezien is het belangrijk dat er samenhang wordt gerealiseerd. Dit houdt in dat de vlaggenmasten niet willekeurig over het hele perceel geplaatst mogen worden en het mogen er ook niet teveel zijn. Dit veroorzaakt een rommelige uitstraling;

Door de vlaggenmasten op één lijn langs de erfgrens te plaatsen en het aantal te reguleren kan dit worden opgelost.

● Ook hier is de relatie vlaggenmasten / openbare ruimte belangrijker

dan de relatie vlaggenmasten / gebouw.

De randvoorwaarden staan hieronder vermeld. Van de in de criteria genoemde maximale maten en aantallen wordt alleen in zeer uitzonderlijke situaties afgeweken.

Criteria Vlaggenmasten en banieren:

● Plaatsing op het perceel: de vlaggenmasten plaatsen op eigen terrein, zo dicht mogelijk (binnen 0,50 meter) tegen de voorerfgrens. Plaatsen van de masten evenwijdig aan de voorerfgrens op één lijn. De vlag kan hierdoor op gemeentegrond en over het trottoir wapperen. De vlag mag echter niet over de openbare weg en fietspad wapperen;

● Aan de zij-erfgrens met het buurperceel, mag de vlag niet over de erfgrens van het buurperceel wapperen. De breedtemaat van de vlag bepaald dus de afstand naar het buurperceel.

● Hoogte gemeten vanaf het maaiveld: mastlengte minimaal 5,00 meter,

maximaal 8,00 meter;

● Vlaggenmasten per perceel op één hoogte houden. Vlaggen per perceel één afmeting.

● De vlag moet in verhouding zijn met de mastlengte – zie de tabel hieronder waarop de vlaggenindustrie hun advies baseert

Mastlengte boven maaiveld

Vlag HxB (m)

Banier HxB (m)

5 meter

1,20x1,80

2,50x1,00

6 meter

1,50x2,25

3,00x1,20

7 meter

1,50x2,25

3,50x1,20

8 meter

2,00x3,00

4,00x1,50

● Onderzijde vlag minimaal 3,00 meter boven straatniveau;

● De vlaggen moeten in een bepaald ritme geplaatst worden, bijvoorbeeld onderling op gelijke afstand. Het is ook mogelijk de vlaggenmasten te clusteren per twee of meer;

● Hoekpercelen: Bedrijven die zijn gesitueerd op een hoekperceel hebben ook een zijdelingse erfgrens gericht naar het openbaar gebied. Voor deze zijde gelden dezelfde regels.

Aantal:

De breedte van de percelen op de industrieterreinen zijn overal verschillend en variëren tussen minimaal tien tot ongeveer 100 meter. Om een logische verdeling van het maximum aantal vlaggenmasten te regelen is dit in onderstaande tabel per perceelbreedte aangegeven. Uitgangspunt is per tien meter een vlaggenmast.

Om bedrijven met een kleine perceelsbreedte te-gemoedt te komen worden hiervoor drie vlaggenmasten toegestaan.

Bedrijven met een perceelsbreedte van meer dan 100 meter mogen maximaal tien vlaggenmasten plaatsen.

Perceelbreedte (m)

Aantal

< 40

3

40 - < 50

4

50 - < 60

5

60 - < 70

6

70 - < 80

7

80 - < 90

8

90 - < 100

9

100 en meer

10

2.4.1 Criteria vergunningvrije handelsreclame

De reclame is vergunningvrij als aan de algemene voorwaarden en bovenstaande eisen wordt voldaan en als voldaan wordt aan onderstaande specifieke voorwaarden:

● Reclameobjecten moeten technisch en constructief goed in elkaar zitten. Zij moeten van duurzaam materiaal zijn gemaakt en goed worden onderhouden;

Bij plaatsing van een platte gevelreclame moet uitgegaan worden van:

● Maximale dikte van 200 mm en maximale hoogte van 600 mm;

● Een maximale breedte van 3500 mm. Een verdere beperking is dat de

de gevelreclame niet breder mag zijn dan 75% van de breedte van de gevelparcellering1);

● Maximaal één reclame-uiting per parcelleringseenheid1), met een maximum van twee per gebruiker.

Bij plaatsing haaks op de gevel moet uitgegaan worden van de volgende eisen:

● Plaatsing niet lager dan 2300 mm boven het grondvlak gemeten vanaf de onderzijde van het reclameobject (i.v.m. doorloophoogte);

● Maximale dikte van 200 mm;

● Maximale afmeting van 500 x 700 mm, met een maximale uitsteekmaat van 900 mm inclusief bevestigingsconstructie;

● Afstand tot de rijbaan van minimaal 600 mm, horizontaal gemeten(i.v.m.

de verkeersveiligheid);

alleen nog onder bepaalde de gevel zijn niet meer toegestaan.

voorwaarden mogelijk.

1 Parcellering: De gevel van een gebouw kan opgedeeld zijn in kleinere, zichtbare elementen door bijvoorbeeld

verschillend materiaal- en kleurgebruik, kozijnverdelingen en schijven. Ook kunnen meerdere panden

horizontaal met elkaar verbonden zijn. Per bedrijf zijn dan bij deze gevel maximaal twee reclameborden toegestaan.

2.5 Buitengebied (buiten de bebouwde kom: zie bijlage 3.1)

Reclame hoort niet in het buitengebied. Zij past slecht bij het karakter van de omgeving en vormt een visuele vervuiling. Bij agrarische bedrijven is het wel mogelijk om op eigen terrein kleine bordjes te plaatsen (bijvoorbeeld “rozen te koop”). Bovendien is één naamsaanduiding op de stal, kas of bedrijfsruimte mogelijk. Ook bij positief bestemde niet-agrarische bedrijven is één aanduiding toelaatbaar. In dit gebiedsdeel is niet de APV maar de Landschapsverordening Noord-Holland 2005 van toepassing.

2.5.1 Criteria handelsreclame

De reclame is vergunningvrij als als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

● De reclame moet betrekking hebben op het product of dienst die wordt verleend of het bedrijf of het beroep dat wordt uitgeoefend in of op de onroerende zaak;

● Één onverlichte reclame met een maximaal oppervlakte van 0,5 m2 met geen grotere afmeting in één richting dan 1,5 meter;

● Reclame op een gebouw mag niet geheel of gedeeltelijk boven de dakrand worden geplaatst. Wanneer zij niet aan de gevel wordt aangebracht, mag de hoogte zich niet meer dan 1,50 meter, gemeten van het hoogste punt, boven het maaiveld bevinden.

Lichtreclame past niet in het buitengebied en zal met name ’s avonds opzichtig zijn. Lichtreclame in het buitengebied is daarom niet toelaatbaar. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan er toestemming verleend worden, bijvoorbeeld bij benzinestations en restaurants langs provinciale wegen. Er moet dan een verzoek tot ontheffing ingediend worden bij de provincie Noord-Holland.

Heerhugowaard is een VINEX-locatie. Door de vele woningbouwprojecten, wijzigt de bebouwde kom grens regelmatig. Uitgegaan dient te worden van de laatst vastgestelde versie. Deze kan afwijken van de versie die als bijlage bij deze nota ‘Reclamebeleid’ is gevoegd.

Als de aanvraag ook bouwvergunningsplichtig is, wordt de aanvraag getoetst aan de gemeentelijke welstandsnota, waar het reclamebeleid deel van uitmaakt. Dan moet er ook een bouwaanvraag worden ingediend bij de gemeente.

alleen vergunningsvrije reclames zijn nog mogelijk in het buitengebied

2.6 Sportterreinen (deelgebied 6A)

De sportterreinen in Heerhugowaard bevinden zich in een ‘groene’ omgeving. Een aantal grenst aan een woonwijk. Bij deze sportterreinen valt meer overlast voor bewoners te verwachten. De sportvereniging wordt geadviseerd om een ‘Reclame-overzichtsplan’ te maken. Dit wordt door de gemeente en de Welstandscommissie beoordeeld.

Het aanbrengen van reclame waarbij de teksten niet gericht zijn op het complex zijn niet aanvaardbaar. Naamsreclame voor de sportvereniging, is in verband met de bereikbaarheid wel mogelijk. Maar dan moet zo’n aanduiding wat betreft maat, vormgeving en kleur wel zijn afgestemd op de omgeving. Het verdient aanbeveling om in de gemeente een uniform systeem te ontwikkelen.

Reclameborden van sponsors op het complex zelf zijn gebruikelijk. Een op zichzelf staand digitaal scorebord langs het speelveld mag ook. Dan moet er geen hinder ontstaan voor de directe woonomgeving.

2.6.1 Criteria vergunningvrije handelsreclame:

● Borden rond het sportveld, gericht op het veld, met een maximale hoogte gerekend vanaf het maaiveld van 1200 mm.;

● Borden in de tribune (geen beperkingen);

● Clubnaamaanduiding op de kantine d.m.v. losse letters of een plat gevelreclamebord, niet buiten het silhouet van het gebouw (op daken en in goten).

2.7 Openbare buitenruimte

De eisen aan reclame in Heerhugowaard zijn bedoeld om de kwaliteit van de omgeving te behouden. De gemeente geeft als eigenaar en beheerder van de openbare buitenruimte ook gelegenheid om reclame te maken. Hiervoor zijn verschillende, soms langdurige contracten afgesloten met bedrijven. De gemeente ontvangt daar geld voor.

De reclame varieert van billboards, lichtmastborden, route-, verwijzingsborden, reclames op abri’s en stadsplattegronden. De contracten hebben alleen betrekking op de bebouwde kom. Buiten de bebouwde kom is de Landschapsverordening Provincie Noord-Holland 2005

van toepassing.

Het is logisch dat ook aan deze reclames binnen de bebouwde kom beperkingen worden gesteld naar soort, plaats en vorm. Bij het vernieuwen van de contracten worden onderstaande punten als voorwaarden opgenomen. Ook zal de gemeente deze nota met de bedrijven bespreken. Daarbij wordt aangedrongen om vanaf heden de onderstaande punten al als uitgangspunt te nemen.

Al geplaatste reclame die in strijd zijn met onderstaande regels, zullen op termijn verwijderd worden.

kwaliteit, overzicht en verkeersveiligheid staan voorop

2.7.1 Lichtmastreclames (binnen de bebouwde kom)

Onder deze reclame verstaan we (on)verlichte reclamebakken die, binnen de bebouwde kom, aan lantaarnpalen worden bevestigd. Vaak gaat het om uitingen langs doorgaande wegen. Meestal verwijzen deze borden naar een in de omgeving van het bord gevestigd bedrijf.

Eenvormigheid en kwaliteit zijn belangrijk. Ook nu weer om de buitenruimte in de gemeente te vrijwaren van een bordenwirwar.

Daarnaast is de verkeersveiligheid een belangrijk punt. Om deze elementen zeker te stellen is het belangrijk dat de gemeente als beheerder van de openbare buitenruimte bij afwijkingen en onregelmatigheden daar één partij op aan kan spreken. Daarom is er voor gekozen om het recht om deze borden te plaatsen uit te besteden aan slechts één partij: Viacom Outdoor B.V. Het vijftienjarig contract vervalt op 1 januari 2007.

Uiterlijk één jaar van tevoren wordt gepraat over een contractverlenging. Dan wordt er bijvoorbeeld ook weer gepraat over het aantal reclame-uitingen.

Criteria vergunningvrij:

● standaardafmetingen (breedte x hoogte) 700 x 1000 mm;

● het reclamebord mag het uitzicht op verkeersborden of

bewegwijzeringsborden niet belemmeren;

● het reclamebord wordt niet boven de rijbaan aangebracht, maar boven de

zijberm of middenberm, waarbij de onderzijde van het reclamebord wordt

aangebracht op de standaardhoogte van 3500 mm, gemeten vanaf het

maaiveld;

Bij plaatsing van reclame-uitingen in de buurt van kruispunten en T-aansluitingen moet worden uitgegaan van:

● een afstand tot het kruispunt van minimaal 50 meter op wegen waar de

snelheid maximaal 30-50 km per uur is;

● een afstand tot het kruispunt van minimaal 100 meter op wegen waar de

snelheid maximaal 70-80 km per uur is;

2.7.2Billboards (binnen de bebouwde kom)

Billboards zijn buitenreclameborden met een affiche formaat van (breedte x hoogte) ± 3300 x 2400 mm. Zij worden geplaatst als vrijstaande reclame langs de openbare weg in de bebouwde kom. Deze reclame kenmerkt zich o.a. doordat het niet bedrijfsgebonden is. Er wordt dus geen reclame gemaakt voor het bedrijf of pand dat zich in de directe omgeving bevindt. Er wordt geadverteerd voor meestal landelijke artikelen of bedrijven. De gemeente heeft contractueel vastgelegd dat tien billboards met zestien vlakken het maximum is. Maximaal twee bij elkaar mag. Om het goede aanzien van de gemeente intact te houden worden deze billboards in de toekomst wellicht apart geplaatst. De minimale afstand tussen twee billboards moet minimaal 150 meter te zijn. In Heerhugowaard is om welstandsredenen gekozen om deze borden langs de openbare weg te plaatsen en niet tegen een gebouw.

Om plaatsing zonder beleid te voorkomen moet er een plaatsingsplan komen. Dit bevordert de uniformiteit en kwaliteit van de objecten, als ook de verkeersveiligheid. Bovendien leidt beleid tot een betere beheersbaarheid van deze vorm van reclame in het openbaar. Het recht om billboards te plaatsen is uitbesteed aan Viacom Outdoor B.V..

( Het tienjarige contract vervalt per 01 januari 2012. Uiterlijk één jaar van tevoren overleg plegen over verlenging/vernieuwing)

Criteria vergunningvrij:

● De vitrines worden in één kleur (donkerrood) uitgevoerd;

● De billboards dienen indirect te worden belicht;

● Er mogen geen mechanisch bewegende delen worden gebruikt;

Afficheformaat van breedte/hoogte: ± 3300 x 2400 mm;

Bij plaatsing van billboards in de buurt van kruispunten en T-aansluitingen moet worden uitgegaan van:

● een afstand tot het kruispunt van minimaal 70 meter op wegen waar de

snelheid maximaal 30-50 km per uur is;

● een afstand tot het kruispunt van minimaal 100 meter op wegen waar de

snelheid maximaal 70-80 km per uur is;

2.7.3Abri’s (binnen de bebouwde kom)

Arbi’s zijn bushaltehokjes bij haltes van het openbaar vervoer.

De gemeente Heerhugowaard heeft ook voor het plaatsen van abri’s een contract gesloten met Viacom Outdoor B.V.

(Het vijftienjarig contract vervalt per 01 januari 2007.:Uiterlijk één jaar van tevoren overleg plegen over verlenging/vernieuwing).

In dit contract is opgenomen dat het bedrijf de abri’s plaatst, onderhoudt en schoonmaakt. Om de kwaliteit en uniformiteit te waarborgen is er één model. In ruil voor het plaatsen en onderhouden van deze abri’s mag het Viacom Outdoor BV reclame maken in een abri. Dat mag met één verlichte tweezijdige vitrine in de zijwanden of in de achterwand.

Criteria vergunningvrij:

● Eén verlichte vitrine, eventueel aan twee zijden voorzien van posters;

● Maximale afmetingen: 1250 x 1850 mm.;

● Geen uitstraling naar huizen.

2.7.4 Stadsplattegronden (binnen de bebouwde kom)

Op toegangswegen in Heerhugowaard zijn bij parkeerstroken op een zeventiental plaatsen verlichte stadsplattegronden geplaatst. Om wildgroei te voorkomen van verschillende uitvoeringen zou slechts één bedrijf stadsplattegronden mogen plaatsen. De gemeente Heerhugowaard heeft in het verleden met meerdere bedrijven een contract afgesloten voor verschillende gebieden in de gemeente.

  • -

    Op het bedrijventerrein Zandhorst, Beveland en de Frans zijn 5 stuks geplaatst door Scheffer’s Oriëntatieprojecten Reclame B.V.; ( het 10 jarig contract eindigde op 01-01-2003!!!)

  • -

    In de overige deelgebieden zijn 12 stuks geplaatst door Viacom Outdoor B.V.

( het 15 jarig contract vervalt per 01 januari 2007: uiterlijk één jaar van tevoren overleg plegen over verlenging/vernieuwing)

In beide contracten is opgenomen, dat in ruil voor het plaatsen en onderhouden van deze stadsplattegronden reclame mag worden gemaakt.

Opvallend is dat bij het binnenrijden van de gemeente in sommige gevallen alleen de reclame zichtbaar is. Bij het verlaten van de gemeente is de stadsplattegrond zichtbaar. Deze situatie moet omgedraaid worden. Dit dient met beide bedrijven geregeld te worden. Om plaatsingen zonder beleid te voorkomen moet er een plaatsingsplan komen.

Criteria vergunningvrij:

● Plaatsing alleen bij een parkeervoorziening;

● Stadsplattegrondzijde gericht op het binnenkomende verkeer;

● Maximaal formaat van (breedte x hoogte) 1200 x 1750 mm;

2.7.5 Route-, verwijzingsborden (binnen de bebouwde kom)

Vooral op de bedrijventerreinen Zandhorst, Beveland en de Frans wordt in overleg met de gemeente en de Bedrijfskring Zandhorst route-, en verwijzingsborden geplaatst. Dat gebeurt door Scheffer’s Oriëntatieprojecten Reclame B.V. Het 10 jarig contract eindigde op 01-01-2003!!!).

Voordat het contract wordt verlengd moet over het nut van de bestaande verwijzingen worden gepraat. Ook voor het bedrijventerrein ‘Beveland Zuid’ en ‘De Vork’ wordt geadviseerd om verwijzingen aan te brengen. Dit kan gebeuren op initiatief van de gemeente en/of de bedrijfskring. Om plaatsingen zonder visie te voorkomen moet er een beleid op dit punt worden gemaakt.

2.7.6Permanente Plakplaatsen (binnen de bebouwde kom)

De APV verbiedt om in de openbare ruimte aanplakbiljetten aan te brengen. Dat mag alleen op plaatsen waar dat is toegestaan door burgemeester en wethouders.

De gemeente heeft op meer dan 10 plaatsen plakzuilen geplaatst, waarop vrij kan worden geplakt. Buiten deze plaatsen is het verboden aanplakbiljetten aan te brengen.

In de aanloop naar de verkiezingen geldt een uitzondering voor politieke partijen. Er zijn dan plaatsen aangewezen waarop affiches mogen worden aangebracht. Ook plaatst de gemeente een aantal grote verkiezingsborden op plaatsen waar veel voorbijgangers langskomen.

2.7.7 Reclame op schakelkasten

Nuon is eigenaar van schakelkasten die op openbare grond staan. Nuon heeft toestemming gegeven aan een bedrijf om de schakelkasten te voorzien van wissellijsten. In deze lijsten wordt ideële en culturele reclame aangebracht. Als tegenprestatie verwijdert het bedrijf andere affiches en graffiti van deze objecten.

Als deze reclame geen handelsreclame is, valt deze niet onder deze nota ‘Reclamebeleid’.

J:\so\omg\alg\welstand\reclamebeleid-19-09-2008