Regeling vervallen per 05-10-2013

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie

Geldend van 22-04-2010 t/m 04-10-2013 met terugwerkende kracht vanaf 11-03-2010

Intitulé

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie

“Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie

Artikel 1

Begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Wet: Gemeentewet

  • 2.

    Commissie: rekenkamercommissie

  • 3.

    Voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie

  • 4.

    College: college van burgemeester en wethouders

  • 5.

    Rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Heerlen

  • 6.

    Bestuurscommissie: de bestuurscommissie facilitering gemeentelijke en regionale rekenkamer-commissies van Parkstad Limburg.

Artikel 2

Rekenkamercommissie.

  • 1.

    Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie.

  • 2.

    De commissie bestaat uit 3 leden.

Artikel 3

Benoeming leden.

  • 1.

    De raad benoemt de leden van de commissie uit externen.

  • 2.

    De leden worden voor een periode van zes jaar aangewezen.

  • 3.

    De commissie benoemt de voorzitter uit de leden van de commissie alsmede de eerste en tweede plaatsvervangend voorzitter. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.

Artikel 4

Eed/belofte.

Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de wet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5

Ontslag en non-activiteit.

  • 1.

    De raad ontslaat de leden leden of stelt hen op non-activiteit.

  • 2.

    Het commissielidmaatschap van een lid eindigt:

  • 1.

    Op eigen verzoek;

  • 2.

    Bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de commissie;

  • 3.

    Wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

4. Indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surséance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

3.De leden van de commissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen.

Artikel 6

Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden van de commissie.

  • 1.

    De leden ontvangen een vergoeding van Euro 80,- per vergaderuur voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie. Dit bedrag is inclusief onkostenvergoeding.

  • 2.

    De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de commissie.

Artikel 7

Ambtelijk secretaris.

  • 1.

    De raad benoemt de ambtelijk secretaris in overleg met de commissie.

  • 2.

    De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3.

    De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de commissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 4.

    De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

  • 5.

    De commissie kan voor een aantal onderwerpen een beroep doen op de bestuurscommissie.

Artikel 8

Reglement van orde.

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

Artikel 9

Onderwerpselectie en opdrachtverlening.

  • 1.

    De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast en stemt hierover af met de bestuurscommissie.

  • 2.

    De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad gestuurd.

  • 3.

    De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De commissie bericht, in afstemming met de bestuurscommissie, de raad in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 10 a

Werkwijze / inhoudelijk.

  • 1.

    De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet, in afstemming met de bestuurscommissie.

  • 2.

    De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5.

    De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 6.

    De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7.

    De uitvoering van het onderzoek vindt plaats in afstemming met de bestuurscommissie, met inachtneming van het beschikbare budget en de daarop gebaseerde plannning.

  • 8.

    De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9.

    Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusie en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 10b.

Werkwijze / procedureel

1.De leden van de commissie maken openbaar welke andere functies dan het lidmaatschap van de commissie zij vervullen.

Openbaarmaking geschiedt door ter inzagelegging van een opgave van de in het eerste lid bedoelde functies op het gemeentehuis.

  • 2.

    Een lid van de commissie is niet tevens burgemeester van dan wel werkzaam als , secretaris, griffier of ambtenaar bij de gemeente voor welke de rekenkamercommissie functioneert.

  • 3.

    Voor het bepalen van wat voor de leden van de commissie als verboden handelingen moet worden aangemerkt, is artikel 15 lid 1 Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 4.

    Voor het houden van een stemming is het bepaalde in de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. Wanneer de stemmen staken, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Artikel 28 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing voor de bepaling wanneer het voor een lid van de commissie is verboden om te stemmen.

Artikel 11

Budget

  • 1.

    De commissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken. Dit budget wordt overgeheveld naar de bestuurscommissie, waar bindende afspraken worden gemaakt over de wijze waarop en de mate waarin alsmede voor welk doel het beschikbare budget wordt aangewend.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde, naar de bestuurscommissie overgehevelde, budget worden de kosten gebracht van:

  • 1.

    De vergoedingen aan de externe leden;

  • 2.

    Interne onderzoeksmedewerkers;

  • 3.

    Externe deskundigen die eventueel door de commissie zijn ingeschakeld;

  • 4.

    Eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3.

    De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 12

inwerkingtreding.

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na publicatie en werkt terug tot 11 maart 2010.

  • 2.

    “Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie” zoals vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 2 november 2004 vervalt per gelijke datum .

Artikel 13

Citeertitel.

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie”.

Aldus besloten tijdens de vergadering van de raad der gemeente Heerlen van 13 april 2010.

griffier, voorzitter,