Regeling vervallen per 01-01-2012

Spaarloonregeling

Geldend van 01-01-1994 t/m 31-12-2011

Intitulé

Spaarloonregeling

ARTIKEL 1

BEGRIPSBEPALINGEN

In de regeling wordt verstaan onder:

werkgever : de gemeente Heerlen;

deelnemer : de werknemer die overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 vrijwillig deelneemt aan deze regeling;

spaarinstelling : de instelling die van overschrijving van het spaarloon zonder verdere administratieve verplichtingen van de werkgever:

  • -

    spaartegoeden van de deelnemer administreert;

  • -

    verzoeken om deblokkering beoordeelt op grond van de voor de spaarloonregeling geldende wettelijke bepalingen en

  • -

    de belastbare opnames van spaartegoeden ten behoeve van belasting- en premie-inhouding overschrijft naar de werkgever, voorzover niet op andere wijze tot belastingafdracht wordt overgegaan;

spaarloon : elk overeenkomstig de bepalingen van de regeling op de spaarrekening gestort bedrag;

spaarrekening : de bij de spaarinstelling ten behoeve van de deelnemer geopende rekening;

wet : de wet van 1 november 1993, Stb. 1993, nr. 573.

ARTIKEL 2

DEELNEMING

  • 1.

    De deelname aan de spaarregeling is vrijwillig.

  • 2.

    Deelname staat open voor:

    • a.

      de ambtenaar in de zin van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor de Gemeente Heerlen en de Uitwerkingsovereenkomst gemeente Heerlen;

    • b.

      personeelsleden met wie overeenkomstig de bepalingen van de Uitwerkingsovereenkomst Gemeente Heerlen een arbeidscontract voor een periode van tenminste zes maanden is aangegaan;

    • c.

      docenten van de Heerlense muziekschool op wie van toepassing is het "Algemeen Ambtenarenreglement docenten Heerlense muziekschool".

  • 3.

    Nieuw intredende werknemers kunnen burgemeester en wethouders verzoeken hun bij vorige werkgevers opgebouwde saldo in te brengen in de spaarloonregeling van de gemeente Heerlen, onder overlegging van de jaaroverzichten en een opgave van het gespaarde bedrag in het lopende jaar onder de voorwaarde, dat de vorige spaarinstelling daaraan haar medewerking verleent.

    ARTIKEL 3

  • 1.

    Deelname aan de spaarregeling kan per de eerste van iedere maand ingaan, waarbij een vast spaarbedrag wordt opgegeven met inachtneming van het bij de wet vastgestelde maximum.

  • 2.

    Wijziging van het spaarbedrag door de deelnemer is alleen mogelijk per 1 januari van elk kalenderjaar.

  • 3.

    Het spaarloon wordt zonder aftrek van loonheffing en sociale premies op het maandsalaris van de deelnemer ingehouden en overgemaakt naar zijn spaarrekening.

  • 4.

    De deelname aan de spaarregeling eindigt bij beëindiging van de dienstbetrekking of indien de deelnemer zulks schriftelijk verzoekt.

  • 5.

    Indien de deelnemer bij beëindiging van de dienstbetrekking of bij overlijden van de deelnemer diens erfgenamen daarom schriftelijk verzoekt(en), kan het spaartegoed op de spaarrekening blijven staan tot de blokkeringstermijn van 4 jaren is verstreken.

    ARTIKEL 4

    UITVOERING

Het spaarloon zal, nadat het gedurende tenminste 4 jaren op de spaarrekening heeft gestaan, overgeboekt worden naar de door de deelnemer opgegeven tegenrekening.

ARTIKEL 5

  • 1.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 4 kan het spaarloon geheel of gedeeltelijk vrij worden opgenomen en zal het op verzoek van de deelnemer worden overgeboekt naar zijn tegenrekening, indien:

    • a.

      de opname wordt aangewend voor de verwerving van een tot hoofdverblijf dienende eigen woning door de deelnemer of diens echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner met wie hij duurzaam een eigen huishouding vormt. Onder eigen woning wordt mede verstaan een lidmaatschap van een coöperatie waarvan de leden enkel op grond van hun lidmaatschap het recht van uitsluitend gebruik hebben van een aan de coöperatie in eigendom toebehorend gebouw, dan wel van een afzonderlijk gedeelte van een zodanig gebouw.

De hier bedoelde vrije opname moet uiterlijk plaatsvinden binnen één maand na het passeren van de notariële (transport)akte;

  • b.

    de opname wordt aangewend ter voldoening van premies of afkoopsommen verschuldigd ingevolge een overeenkomst van levensverzekering gesloten door de deelnemer of diens echtgeno(o)t(e) of geregistreerde partner met wie hij duurzaam een eigen huishouding vormt;

  • c.

    de opname wordt aangewend voor belegging in effecten, mits de effecten onbezwaard deel uitmaken en deel uit blijven maken van het vermogen van de deelnemer.

Bij verkoop van effecten binnen de in artikel 4 genoemde termijn van 4 kalenderjaren, dient de opbrengst - tot het bij aankoop ten laste van de spaarloonrekening voor die aankoop opgenomen bedrag - onverwijld op de spaarloonrekening te worden teruggestort.

Indien de opbrengst niet toereikend is, is het toegestaan de terugstorting aan te vullen uit eigen middelen tot het bij de aankoop ten laste van de spaarloon rekening opgenomen bedrag.

  • d.

    de opname wordt aangewend voor de start van een eigen onderneming;

  • e.

    de opname wordt aangewend voor het financieren van verlof;

  • f.

    de opname wordt aangewend voor het financieren van scholingsuitgaven;

  • g.

    de opname wordt aangewend ter voldoening van premies of afkoopsommen tot een maximum van

    f. 2.283,-- per jaar voor lijfrenten als bedoeld in artikel 3.124, onderdeel b, en artikel 3.125, eerste lid, onderdelen a, c en d van de Wet Inkomstenbelasting 2001. Bij een aantoonbaar pensioentekort kan een hoger dan het hier genoemde bedrag worden gedeblokkeerd.

    • 2.

      De deelnemer die in de gevallen genoemd onder a tot en met c wenst te beschikken over het spaarloon dient hiertoe schriftelijk bewijs te overleggen aan de spaarinstelling.

      ARTIKEL 6

Indien de deelnemer tussentijds wenst te beschikken over het spaarloon op zijn spaarrekening zal opname van het spaarloon plaatsvinden volgens het lifo-systeem (last in first out).

ARTIKEL 7

Indien de deelnemer bij aanvaarding van een betrekking elders tijdig daartoe verzoekt en de betreffende spaarinstelling daartoe de gelegenheid biedt, kan het spaarloon op een spaarloonrekening geldend bij de nieuwe werkgever worden overgemaakt.

ARTIKEL 8

Burgemeester en wethouders beslissen in die gevallen, waarin de regeling niet of niet in redelijkheid voorziet.

ARTIKEL 9

  • 1.

    De regeling kan worden aangehaald als spaarloonregeling.

  • 2.

    De regeling treedt in werking op de eerste dag volgende op die van bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 1994.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Heerlen van 6 juni 1994.

de secretaris, de voorzitter,

drs J.G.L. Heiligers drs J.B.V.N. Pleumeekers