Beleidsregel standplaatsen Helmond 2008

Geldend van 22-01-2008 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2008

Intitulé

Beleidsregel standplaatsen Helmond 2008

Het college van burgemeester en wethouders van Helmond;

b e s l u i t

vast te stellen de Beleidsregel standplaatsen Helmond 2008

Inleiding

Een standplaats is een permanent bemenste, aangewezen, vaste plaats in de openbare ruimte waar met mobiele middelen ter plaatse goederen worden aangeboden en/of verkocht buiten de reguliere weekmarkten om. Een standplaats heeft betrekking op een vaste plaats, wat het verschil aangeeft ten opzichte van 'venten'. De aanduiding dat bij een standplaats de verkoopactiviteit daadwerkelijk plaatsvindt, geeft het onderscheidend criterium aan ten opzichte van 'uitstallingen'. Tevens wordt onder 'standplaats' verstaan toonbanken en soortgelijke constructies die vanuit een pand in de openbare ruimte worden geplaatst of gerold (het 'vooruitschuiven van de pui') waarbij eveneens ter plaatse goederen worden aangeboden en/of verkocht. Onderscheiden criterium t.o.v. loketverkoop is hier dat de kraam of verkoopvoorziening zich voor de gevellijn van een pand bevindt. Het aanbieden of verkopen van goederen vanaf particulier terrein, maar grenzend aan of binnen redelijke afstand van openbaar terrein wordt tevens aangemerkt als een standplaats en is op basis van de APV vergunningplichtig en valt daarmee onder onderhavige beleidsregels.

Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen verschillende soorten standplaatsen:

  • a.

    Structurele standplaatsen:

    Het betreft standplaatsen die het hele jaar door die op gezette tijden voor minstens 1 dag per week bezet worden.

  • b.

    Tijdelijke of seizoensgebonden standplaatsen

    Het betreft standplaatsen die tijdelijk of seizoensgebonden aanwezig zijn. Het gaat bijvoorbeeld om oliebollenkramen rond de jaarwisseling, een haringkar rondom de periode dat haring wordt aangevoerd en ijscokarren in de zomerperiode.

  • c.

    Incidentele standplaatsen

    Het betreft standplaatsen die (zeer) incidenteel zijn, bijvoorbeeld om een product te demonstreren. Het gaat vaak om een aanvraag voor één of enkele dagen per jaar.

  • d.

    Standplaatsen verbonden aan (grootschalige) evenementen zoals braderieën, rommelmarkten etc.

    Ten aanzien van deze categorie heeft jurisprudentie uitgewezen dat het niet noodzakelijk is om voor elke standplaats tijdens een evenement een aparte standplaatsvergunning aan te vragen. De evenementenvergunning is een integrale vergunning voor de activiteiten die hierin genoemd staan, inclusief standplaatsen (zie Hoofdstuk 2, afdeling 2, paragraaf 1 uit de APV). Deze categorie zal daarom hier niet verder behandeld worden.

Probleemstelling:

Op dit moment heeft de gemeente Helmond voor 9 locaties huurovereenkomsten afgesloten. De huidige standplaatsen zijn aanwezig op de volgende locaties: Winkelcentrum Brouwhorst, Winkelcentrum Mierlo-Hout, Winkelcentrum De Bus ( Voor de gekozen locatie bij winkelcentrum De Bus is wegens strijd met het bestemmingsplan voorlopig niet mogelijk om standplaatsvergunningen te verlenen. Op termijn zal naar een alternatieve locatie worden gezocht. ), Dorpsstraat Stiphout, Winkelcentrum Straakven, nabij supermarkt Dierdonk, Kop van de Markt (alleen november en december), Lage Dijk (mobiele frituurwagen).

Standplaatsen dragen niet altijd bij aan de gewenste uitstraling van een gebied. Daarbij kunnen zij leiden tot overlast en verkeersonveilige situaties. Het college is dan ook van mening dat de locaties, waar standplaatsen ingenomen kunnen worden, op basis van de weigeringgronden, aangewezen moeten worden. Daarbij is de herinrichting van het centrum van Helmond mede aanleiding om het standplaatsen beleid te herformuleren. Het doel van de herinrichting is het creëren van een hoogwaardige uitstraling en met voldoende ruimte voor voetgangers en hulpdiensten. Structurele standplaatsen doen afbreuk aan de gewenste uitstraling. Tevens wil zij de te verlenen vergunningen aan regels binden.

Om een standplaats in te nemen in de openbare ruimte is een vergunning ingevolge artikel 5.2.3. APV vereist. Op basis van deze bepaling en aan de hand van in lid 5 genoemde criteria kan beleid geformuleerd worden. Middels deze beleidsregel is hieraan invulling gegeven. Bij het opstellen van deze beleidsregel zijn de huidige locaties heroverwogen en geformaliseerd, dan wel van de lijst afgevoerd.

Doelstellingen:

  • a.

    Het concretiseren van de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan artikel 5.2.3.

  • b.

    Het ontwikkelen van beleid m.b.t. standplaatsen op basis waarvan vergunning verleend kan worden voor het innemen van een standplaats in de gemeente Helmond.

  • c.

    Het creëren van een beheersbare situatie waarbij locatie van de standplaats en inhoudelijke vergunningvoorwaarden voor een ieder helder en ondubbelzinnig zijn.

Juridisch kader

In artikel 5.2.3. is het volgende opgenomen

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders, op of aan de weg of aan een openbaar water dan wel op een andere - al dan niet met enige beperking - voor

    publiek toegankelijke en in de openlucht gelegen plaats:

    • a.

      met een voertuig, een kraam, een tafel of enig ander middel een standplaats in te nemen

      of te hebben teneinde in de uitoefening van de handel goederen te koop aan te bieden dan wel diensten aan te bieden;

    • b.

      anderszins goederen uit te stallen of uitgestald te hebben om deze te koop aan te bieden, te verkopen of te verstrekken aan publiek.

  • 2.

    Het is de rechthebbende op een perceel verboden toe te staan, dat daarop zonder vergunning van burgemeester en wethouders standplaats wordt of is ingenomen of goederen worden of zijn uitgestald als bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Het in het eerste lid, onder b, gestelde verbod geldt niet ten aanzien van het uitgestald hebben van gedrukte of geschreven stukken waarin gedachten of gevoelens worden geopenbaard als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet.

  • 4.

    De in het eerste en tweede lid gestelde verboden gelden niet op de plaats die is aangewezen voor het houden van een markt, zulks gedurende de tijden dat de markt gehouden wordt,

    voor een evenement als bedoeld in artikel 2.2.1.1. of voor het organiseren van een markt of kermis als bedoeld in artikel 5.2.4.

  • 5.

    Een vergunning bedoeld in het eerste lid kan worden geweigerd:

    • a.

      in het belang van de openbare orde;

    • b.

      in het belang van het voorkomen of beperken van overlast;

    • c.

      in het belang van de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;

    • d.

      in het belang van de verkeersvrijheid of -veiligheid;

    • e.

      wanneer als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel der gemeente redelijkerwijs te verwachten is dat door het verlenen van de vergunning een redelijk verzorgingsniveau voor de consument ter plaatse in gevaar komt;

    • f.

      vanwege de strijd met een geldend bestemmingsplan.

  • 6.

    • a.

      Het verbod in het eerste lid geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatswerken of de Wegenverordening Noord-Brabant 2006;

    • b.

      De weigeringgrond in het vijfde lid, onder b, geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet milieubeheer;

    • c.

      De weigeringgrond van het vijfde lid, onder c, geldt niet voor bouwwerken.

  • 7.

    Het college houdt de beslissing op een aanvraag voor een standplaatsvergunning aan, indien de aanvraag tevens een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 Wet milieubeheer is vereist en indien geen toepassing kan worden gegeven aan het vijfde lid, tot de dag waarop de beslissing over de Wet - milieubeheervergunningaanvraag is genomen.

Beleidscriteria

Beleidscriteria Lid 5:

  • a.

    in het belang van de openbare orde;

    De activiteiten die bij een standplaats plaatsvinden, kunnen leiden tot overlast voor de omgeving. Ofwel door het innemen van de standplaats zelf, ofwel door het verkeersaantrekkende bewegingen door bijv. auto's en voetgangers.

    Op basis van dit criterium gelden de volgende regels:

    • -

      Het innemen van standplaatsen dient op basis van dit criterium beperkt te blijven tot één locatie per wijk-/buurtwinkelcentrum. Het innemen van een standplaats in een woonstraat of op een bedrijventerrein is daarom niet toegestaan.

    • -

      Daarnaast dienen tenminste 6 parkeerplaatsen in de directe nabijheid (maximaal 50m buiten het voetgangersgebied) van de standplaats aanwezig te zijn. Standplaatsen mogen zelf geen officiële parkeerplaats in de openbare ruimte innemen, dit om een tekort aan parkeergelegenheid en de daaruit voortvloeiende parkeeroverlast op nabijgelegen locaties te voorkomen.

    • -

      Het hebben van een standplaats tijdens marktdagen op dezelfde locatie is niet toegestaan. Indien men een standplaats wenst tijdens marktdagen, dan dient deze standplaats binnen de regels van de marktverordening te vallen en zich dus tot het officiële marktterrein te beperken. Hiervoor dient een aparte vergunning te worden aangevraagd.

    • -

      Er mag geen standplaats in openbare groenvoorzieningen worden ingenomen.

  • b.

    in het belang van het voorkomen of beperken van overlast;

    Om overlast tegen te gaan zal per locatie slechts één vergunning per dag afgegeven worden.

    Tegelijkertijd wordt hiermee verkapte marktvorming tegengegaan. Van verkapte marktvorming is sprake bij het innemen van drie of meer standplaatsen op dezelfde locatie op dezelfde tijd. Tevens kan op basis van dit criterium een vergunning geweigerd worden indien sprake is van stankoverlast en brandgevaarlijkheid. Zie verder onder a.

  • c.

    in het belang van de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;

    Op basis van jurisprudentie is gebleken dat het weigeren van een standplaatsvergunning op basis van redelijke eisen van welstand terecht is. Dit is het geval als het innemen van een standplaats/meerdere standplaatsen het uiterlijk aanzien en het straatbeeld ernstig verstoren.

    Hiermee wordt niet alleen verkapte marktvorming tegengegaan, ook is het mogelijk om het aanzien van monumentale panden of een stedenbouwkundig ensemble te waarborgen. In principe vinden wij het innemen van meer dan één standplaats per locatie afbreuk doen aan het uiterlijk aanzien van de omgeving. In het voetgangersgebied in het centrum worden i.v.m. de gewenste beeldkwaliteit geen structurele standplaatsen toegestaan (zie beeldkwaliteitplan centrum). Verstoring van het aanzien van monumentale panden en stedenbouwkundige ensembles wordt bij voorbaat niet toegestaan. De Welstandcommissie kan in deze om advies gevraagd worden.

  • d.

    in het belang van de verkeersvrijheid of -veiligheid;

    Door hun aantrekkende werking kunnen standplaatsen gevolgen hebben voor de verkeersveiligheid. Genoemd kunnen worden: geparkeerde of stilstaande auto's, overstekende voetgangers, blokkades van zichtlijnen op zijwegen en bochten in wegen. Om deze reden wordt ten aanzien van het innemen van standplaatsen de volgende eisen gesteld:

    • -

      standplaatsen mogen alleen in exclusief voor voetgangers toegankelijk gebied worden geplaatst. Plaatsing in voor andere verkeersdeelnemers toegankelijke gebieden-/weg- gedeelten is gevaarlijk i.v.m. verkeersveiligheid en derhalve verboden.

    • -

      een vrij passeerbare ruimte voor voetgangers (incl. gehandicapten en rolstoelgebruikers) voor de standplaats van tenminste 2,5 meter dient gewaarborgd te zijn. Deze ruimte wordt gemeten vanaf het punt waar zich redelijkerwijs geen klanten/consumenten voor de standplaats meer bevinden. In deze ruimte mogen zich geen kabels, vuilnisbakken, generatoren en andere obstakels bevinden. Daarbij is het niet relevant of deze obstakels van de standplaatsondernemer, van de gemeente of van een derde zijn (bijvoorbeeld lichtmasten, hekken etc.)

    • -

      Standplaatsen dienen zo gesitueerd te worden dat het uitzicht op het kruispunt of de verkeersveiligheid op wegvakken niet in het geding is. Dit wordt o.a. bereikt door rekening te houden met het benodigde uitzicht.

  • e.

    wanneer als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel der gemeente redelijkerwijs te verwachten is dat door het verlenen van de vergunning een redelijk verzorgingsniveau voor de consument ter plaatse in gevaar komt;

    Een vergunning kan worden geweigerd door beroep te doen op een DPO (distributieplanologisch onderzoek). In een dergelijk onderzoek wordt aan de hand van uit onderzoek verkregen gegevens aangegeven wat de minimale voorzieningen moeten zijn in de gemeente of in een bepaalde wijk van de gemeente. Indien uit onderzoek blijkt dat er voldoende verkooppunten zijn, hoeft dit geen weigeringgrond voor de aanvraag voor het innemen van een standplaats te betekenen. In beginsel is de concurrentiepositie van een gevestigde winkelier geen zaak van openbare orde en als zodanig ook geen zaak van gemeentelijke afweging in het kader van het verlenen van een standplaatsvergunning. Ook kunnen winkeliers in een nieuw opgezet winkelcentrum op grond van een DPO beschermd worden tegen concurrentie door standplaatshouders. In het belang van het opzetten van een voldoende voorzieningenniveau voor de consument, kunnen de winkeliers gedurende een bepaalde aanloopperiode gevrijwaard worden van concurrentie. Indien blijkt dat binnen een verzorgingsgebied in een bepaalde branche nog slechts één winkelier is gevestigd is die door de concurrentie met een standplaatshouder ten onder dreigt te gaan, kan het verzorgingsniveau in het gedrang komen. De winkelier dient dan op basis van zijn boekhouding aan te tonen dat de levensvatbaarheid van zijn winkel in het gedrang is. Op de dagen dat de standplaatshouder zijn goederen niet aanbiedt, zou er in dat geval geen aanbod meer van het betreffende product in het verzorgingsgebied zijn. In een dergelijk geval kan een vergunning tot het innemen van een standplaats worden geweigerd omdat het verzorgingsniveau van de consument in het geding is. In beginsel is de concurrentiepositie van een gevestigde winkelier geen zaak van openbare orde en als zodanig ook geen zaak van gemeentelijke afweging in het kader van het verlenen van een standplaatsvergunning.

  • f.

    vanwege de strijd met een geldend bestemmingsplan;

    Besluiten op basis van de Wet op de ruimtelijke ordening, zoals een bestemmingsplan, vormen een zelfstandige weigeringgrond. Bij het innemen van een standplaats zal derhalve altijd gelet worden op de voorschriften uit het ter plaatse geldende bestemmingsplan.

Aanwijzing toegestane locaties op basis van bovenstaande weigeringgronden:

Bovenstaande weigeringgronden en de toelichting daarop leiden tot de volgende kaart voor de verschillende categorieën standplaatsen (structureel, tijdelijk/seizoensgebonden, incidenteel). De bestaande vergunningen zijn hierin opgenomen voor zover ze passen binnen de beleidsregels zoals hier opgenomen.

Structurele standplaatsen (zie bijgevoegde kaarten)

Potentiële Locatie

Soort locatie

Winkelcentrum Mierlo-Hout Hoofdstraat

Eén plaats op trottoir

Winkelcentrum Brouwhuis / Brouwhorst

Eén plaats nabij winkelcentrum

Winkelcentrum Helmond-noord / De Bus1

Eén plaats nabij winkelcentrum

Winkelcentrum Helmond-oost / Straakven

Eén plaats nabij winkelcentrum

Winkelcentrum Stiphout/ Dorpsstraat

Eén plaats nabij winkelcentrum

Winkelcentrum Brandevoort

Nog niet aan de orde aangezien het winkelcentrum nog niet gereed is.

1.Voor de gekozen locatie bij winkelcentrum De Bus is wegens strijd met het bestemmingsplan voorlopig niet mogelijk om standplaatsvergunningen te verlenen. Op termijn zal naar een alternatieve locatie worden gezocht.

Tijdelijke/seizoensgebonden en incidentele standplaatsen (zie bijgevoegde kaarten)

Locatie

Soort locatie

Centrum helmond, Kop v.d. markt

Eén plaats, seizoensproducten food, max. 4 maanden

Centrum Helmond, Ameideplein

Eén plaats, incidenteel, non-food, max. 1 week

Berkendonk

Eén plaats, seizoensproducten food, max. 4 maanden

Warandepark

Eén plaats, seizoensproducten food, max. 4 maanden

De volgende standplaatsen komen te vervallen:

Locatie

Reden

Stand van zaken 2007

Winkelcentrum Brouwhuis / Brouwhorst

Er is één structurele standplaats vergund op parkeerplaatsen.

Voor locaties in Brouwhuis en aan de Lage Dijk geldt het uitsterfbeleid: enkel voor de bestaande ondernemers zullen de overeenkomsten verlengd kunnen worden, maar deze locatie wordt niet aan een nieuwe ondernemers uitgegeven.

Standplaats aan de Lage Dijk

Dit betreft een standplaats op het industrieterrein en niet nabij detailhandel/ winkelcentrum. Echter de standplaats veroorzaakt geen overlast of gevaarlijke situaties.

Standplaats Dierdonk

Bij winkelcentrum Dierdonk is geen locatie beschikbaar die voldoet aan het beleid zoals hier omschreven. De huidige locatie geeft overlast voor m.n. minder validen / kinderwagens.

Geen vergunningen verleend en geen overeenkomsten gesloten

Een tijdelijke/incidentele standplaats kan nooit een structurele standplaats worden. Een structurele standplaats kan wel tijdelijk of incidenteel bezet worden indien zich geen potentiële standplaatshouder heeft gemeld voor een structurele vergunning.

Indien er een wachtlijst is voor een structurele standplaats, dan hebben structurele standplaatshouders voorrang op de tijdelijke/incidentele standplaatshouders.

Beleidscriteria procedure

  • -

    De vergunning is persoonsgebonden en voor de duur van max. 1 jaar verleend;

  • -

    Indien gewenst door de aanvrager wordt de vergunning na afloop van 1 jaar verlengd. Anders zal vergunning verleend worden aan de eerstvolgende op de wachtlijst;

  • -

    De vergunning kan worden ingetrokken in geval de standplaats langdurig (>3 maanden) en onaangekondigd niet ingenomen wordt. Ook kan de vergunning ingetrokken worden bij overtreding van de regels.

Beleidscriteria voorwaarden vergunningvoorschriften

  • -

    Maximale afmetingen (breedte X diepte): 10 meter X 2,5 meter (excl. luifel);

  • -

    Een luifel mag maximaal 1,5 meter diep zijn. De doorloophoogte onder de luifel moet minimaal 2,2 meter zijn;

  • -

    Afval: Vergunninghouders moeten zelf zorgen voor afvalbakken. Gemeente verzorgt geen afvalinzameling voor standplaatshouders. Al het afval op en rondom de standplaats (binnen omtrek van 50m) zelf opruimen en meenemen;

  • -

    Uitstraling en kwaliteit standplaats: het uiterlijk aanzien en de technische staat van het materiaal dienen in goede staat van onderhoud te verkeren, alsmede eenvoudig verwijderbaar te zijn;

  • -

    Nutsvoorzieningen: Gemeente verzorgt geen elektriciteit of andere nutsvoorzieningen. Het gebruik hiervan mag echter niet leiden tot overlast en/of gevaarlijke situaties;

  • -

    Kosten: het huidige systeem met huurcontracten zal per 1 januari 2006 overgaan in leges en precario (de legesverordening en de verordening precariobelasting). De huidige huurcontracten zullen na afloop van het huurcontract overgaan op het nieuwe systeem;

  • -

    De huurder is verplicht te gedogen, dat door werkzaamheden in de openbare ruimte tijdelijk geen gebruik gemaakt kan worden van de standplaats;

  • -

    Telkens na beëindigen van de bedrijfsactiviteiten dient de standplaats te worden verlaten;

  • -

    De standplaats mag uitsluitend gedurende de openingstijden van de winkels worden ingenomen;

  • -

    De vergunninghouder mag de standplaats niet aan derden in gebruik geven.

Beleidscriteria aanvraagprocedure

  • -

    geldig legitimatiebewijs;

  • -

    een recent uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel (niet ouder dan 6 maanden);

  • -

    een geldige WA-bedrijfsverzekering voor de markthandel;

  • -

    Opgave van het gewenst object en schaaltekening met vermelding van afmetingen;

  • -

    Duidelijke recente (voorbeeld-)foto van het gewenste materiaal in gesloten en uitgeklapte toestand.

Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze beleidsregel: ‘Beleidsregel standplaatsen Helmond 2008’ treedt in werking met terugwerkende kracht op 1 januari 2008;

  • 2.

    De beleidsregel standplaatsen ingevolge artikel 8 APV Helmond 1978 wordt ingetrokken met het van kracht worden van deze beleidsregel.

Ondertekening

 
Besloten in de vergadering van 15 januari 2008.
Burgemeester en wethouders van Helmond,
De burgemeester,
drs. A.A.M. Jacobs.
De secretaris,
mr. A.C.J.M. de Kroon.
Bekend gemaakt op:
21 januari 2008
De secretaris,
mr. A.C.J.M. de Kroon.