Regeling vervallen per 01-01-2012

Spaarloonregeling

Geldend van 20-04-1994 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-1994

Intitulé

Spaarloonregeling

Spaarloonregeling

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1

    werkgever: de gemeente Helmond

  • 2

    deelnemer: de werknemer die overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 vrijwillig deelneemt aan deze regeling

  • 3

    spaarinstelling: de instelling die van overschrijving van het spaarloon zonder verdere administratieve verplichtingen van de werkgever

    • -

      spaartegoeden van de deelnemer administreert,

    • -

      verzoeken om deblokkering beoordeelt op grond van de voor de spaarloonregeling geldende wettelijke bepalingen en

    • -

      de belastbare opnames van spaartegoeden ten behoeve van belastinginhouding overschrijft naar de werkgever, voorzover niet op andere wijze tot belastingafdracht wordt overgegaan.

  • 4

    spaarloon: elk overeenkomstig de bepalingen van de regeling op de spaarrekening

  • 5

    spaarrekening: de bij de spaarinstelling ten name van de deelnemer geopende rekening.

Artikel 2 Deelneming

De deelname aan de spaarregeling is vrijwillig

Deelname staat open voor:

  • a

    de ambtenaar die met toepassing van artikel B4 van het Ambtenarenreglement 1990:

    • -

      in vaste dienst is aangesteld;

    • -

      in tijdelijke dienst is aangesteld voor onbepaalde tijd tenzij die aanstelling is geschied op grond van het tweede lid onder a, b, c, en d;

    • -

      in tijdelijke dienst is aangesteld voor tijd tenzij die aanstelling is geschied van het tweede lid onder a, b, c, d, en g

  • b

    de werknemer in de zin van het Arbeidsovereenkomstenbesluit.

Nieuw indiensttredende werknemers kunnen burgemeester en wethouders verzoeken hun bij vorige werkgevers opgebouwde saldo in te brengen in de spaarloonregeling van de gemeente Helmond onder overlegging van de jaaroverzichten en een opgave van het gespaarde bedrag in het lopende jaar onder de voorwaarde dat de vorige spaarinstelling daaraan haar medewerking verleent.

Artikel 3 Deelneming

Deelname aan de spaarregeling kan per de eerste van iedere maand ingaan, waarbij een vast spaarbedrag wordt opgegeven, met inachtneming van het wettelijk vastgesteld maximum.

Wijziging van het spaarbedrag is alleen mogelijk per 1 januari van een nieuw kalenderjaar.

Lid 3 Het spaarloon wordt zonder aftrek van loonheffing en sociale premies op het maandsalaris van de deelnemer ingehouden en overgemaakt naar zijn spaarrekening.

Lid 4 Dedeelname aan de spaarregeling eindigt bij beëindiging van de dienstbetrekking of indien de deelnemer zulks schriftelijk verzoekt.

Artikel 4

Het spaarloon van een bepaald kalenderjaar zal nadat het gedurende tenminste 4 kalenderjaren gerekend vanaf de eerste januari volgend op het jaar van bijschrijving op de spaarrekening heeft gestaan, overgeboekt worden naar de door de deelnemer opgegeven tegenrekening.

Artikel 5 Uitvoering

In afwijking van het bepaalde in artikel 3 kan het spaarloon geheel of gedeeltelijk vrij opgenomen en zal het op verzoek van de deelnemer worden overgeboekt naar zijn tegenrekening indien:

  • a

    Eigen woning de opname wordt aangewend voor de verwerving van een tot hoofdverblijf dienende eigen woning door deelnemer of diens echtgeno(o)t(e). Onder eigen woning wordt mede verstaan een lidmaatschap van een coöperatie waarvan de leden enkel op grond van hun lidmaatschap het recht van uitsluitend gebruik hebben van een aan de coöperatie in eigendom toebehorend gebouw, danwel van een afzonderlijk gedeelte van een zodanig gebouw. De hier bedoelde vrije opname moet uiterlijk plaatsvinden binnen een (1) maand na het passeren van de notariële (transport)akte.

  • b

    Levensverzekering de opname wordt aangewend ter voldoening van premies of koopsommen verschuldigd ingevolge een overeenkomst van levensverzekering gesloten door de deelnemer of diens echtgeno(o)t(e).

  • c

    Effecten de opname wordt aangewend voor belegging in effecten mits de effecten onbezwaard deel uitmaken en deel uit blijven maken van het vermogen van de deelnemer. Bij verkoop van effecten binnen de in artikel 3 genoemde termijn van vier kalenderjaren, dient de opbrengst - tot het bij de aankoop ten laste van de spaarloonregeling voor die aankoop opgenomen bedrag - onverwijld op de spaarloonrekening te worden teruggestort. Indien de opbrengst niet toereikend is, is het toegestaan de terugstorting aan te vullen uit eigen middelen tot het bij de aankoop ten laste van de spaarloonregeling opgenomen bedrag.

De deelnemer die in de gevallen genoemd onder a tot en met c wenst te beschikken over het spaarloon dient hiertoe schriftelijk bewijs te overleggen aan de spaarinstelling.

Artikel 6

Indien de deelnemer bij aanvaarding van een betrekking elders tijdig daartoe verzoekt en de betreffende spaarinstelling daartoe de gelegenheid biedt kan het spaarloon op een spaarloonrekening geldend bij de nieuwe werkgever worden overgemaakt.

Artikel 7

Burgemeester en wethouders beslissen in alle gevallen waarin over de uitleg van de bepalingen van deze regeling verschil van inzicht bestaat.

Artikel 8

Deze regeling welke kan worden aangehaald als Spaarloonregeling treedt met onmiddellijke ingang in werking en werkt terug tot en met 1 januari 1994.