Regeling vervallen per 01-05-2020

Besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018

Geldend van 05-01-2018 t/m 30-04-2020 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018

Het college van Heusden;

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, het Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2015, de Jeugdwet en de Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018;

overwegende dat de raad in de hiervoor genoemde verordening heeft bepaald dat het college nadere regels dient te stellen;

besluit

vast te stellen het navolgende:

Besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018.

Dit besluit treedt, met terugwerkende kracht, in werking op 1 januari 2018.

Met de inwerkingtreding van dit besluit komt het Besluit Wmo en jeugdhulp gemeente Heusden 2017, vastgesteld op 20 december 2016, te vervallen.

Aldus besloten in de vergadering van het college van de gemeente Heusden, gehouden op 2 januari 2018.

De secretaris, mr. H.J.M. Timmermans

de wnd. burgemeester, drs. R.H. Augusteijn

Hoofdstuk 1: Algemeen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In dit Besluit wordt verstaan onder:

  • -

    Besluit: het Besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018;

  • -

    Uitvoeringsbesluit: het landelijk Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, vastgesteld op 27 oktober 2014.

 

Alle begrippen die in dit Besluit worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Algemene wet bestuursrecht, Wmo, Jeugdwet, de Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018 en het landelijk Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2015.

  

Hoofdstuk 2: Persoonsgebonden budget (pgb)

 

Artikel 2. Toekenning in de vorm van eenmalig pgb

Voor een aantal vormen van maatwerkondersteuning, kan een eenmalig pgb toegekend worden. Het gaat hier om de volgende maatwerkvoorzieningen:

  • -

    een woningaanpassing;

  • -

    een verhuiskostenvergoeding;

  • -

    een vergoeding voor een sportvoorziening.

 

In een eenmalig pgb kan een bedrag voor onderhoud en verzekering opgenomen zijn. De maximale vergoeding van kosten voor onderhoud en verzekering, is gelijk aan de kosten van een zelfde voorziening in zorg in natura.

 

Artikel 3. vastgestelde pgb’s

De pgb-bedragen voor persoonlijke ondersteuning en voor een aantal vormen van informele ondersteuning, zijn vaste bedragen. In onderstaande tabel is het vastgestelde bedrag opgenomen.

 

  • Ondersteuning

    Waardering

    Eenheid

    Informele ondersteuning jeugdhulp

     

     

    Begeleiding individueel

    € 22,11

    Uur

    Begeleiding groep

    € 22,11

    Dagdeel

    Persoonlijke verzorging individueel

    € 22, 11

    Uur

    Kortdurend verblijf dag

    € 44,21

    Dag

    Schoon en leefbaar huis

     

     

    Schoon en leefbaar huis informeel

    € 30,00

    Week

    Persoonlijke ondersteuning Wmo

     

     

    Persoonlijke ondersteuning formeel

    € 19,20

    Uur

    Persoonlijke ondersteuning organiseren formeel

    € 22,08

    Uur

    Persoonlijke ondersteuning informeel

    € 15,00

    Uur

    Begeleiding Wmo

     

     

    Begeleiding informeel sociaal netwerk

    € 18,00

    Uur

    Sportvoorziening

     

     

     Pgb sportvoorziening

    € 2.500,00

    3 jaar

 

Hoofdstuk 3: Eigen bijdrage maatwerkondersteuning

 

Artikel 4. Eigen bijdrage voor maatwerkondersteuning

Voor de meeste vormen van maatwerkondersteuning is de inwoner een eigen bijdrage verschuldigd. Deze eigen bijdrage wordt berekend, vastgesteld en geïnd door het Centraal Administratie Kantoor (CAK). De eigen bijdrage wordt geïnd per vier weken.

 

Artikel 5. Uitzonderingen eigen bijdrage

Een aantal vormen van maatwerkondersteuning wordt geen eigen bijdrage gevraagd. Dit zijn:

  • -

    rolstoelen (inclusief accessoires die onlosmakelijk met de rolstoel verbonden zijn);

  • -

    verhuiskostenvergoeding;

  • -

    hulpmiddelen voor jeugdigen;

  • -

    het tegen gereduceerd tarief gebruik maken van het collectief vervoer (regiotaxi);

  • -

    maatwerkondersteuning op basis van de Jeugdwet.

 

Toelichting accessoires rolstoel

Een motor voor een rolstoel of een aankoppelfiets zijn accessoires die bedoeld zijn voor lokaal verplaatsen. In huis heb je dit soort hulpstukken namelijk niet nodig. De rolstoel verandert daarmee in een vervoersvoorziening, echter voor de rolstoel zelf kan nog steeds geen bijdrage gevraagd worden. Voor de motor of de aankoppelfiets wel. Deze zijn namelijk niet onlosmakelijk verbonden met de rolstoel. Zonder deze accessoires functioneert de rolstoel namelijk nog steeds als rolstoel.

 

Toelichting eigen bijdrage vanaf 18 jaar

Jeugdigen tot 18 jaar, zijn geen eigen bijdrage verschuldigd voor hulpmiddelen. Vanaf 18 jaar zijn zij wel een eigen bijdrage verschuldigd voor hulpmiddelen die voor een 18e verjaardag zijn toegekend. Bij een hulpmiddel dat in bruikleen is verstrekt, is de eigen bijdrage verschuldigd zolang het hulpmiddel in gebruik is. Bij een hulpmiddel dat is aangekocht door middel van een pgb, is een eigen bijdrage verschuldigd tot het hulpmiddel is afgeschreven. De afschrijvingstermijn gaat daarbij in op het moment dat het pgb verstrekt wordt.

 

Voorbeeld:

 

Er wordt een aangepaste fiets van € 3000 verstrekt op de 17e verjaardag van de inwoner. Het gaat om een fiets met een afschrijvingstermijn van 10 jaar. In principe is maximale eigen bijdrage € 300 per jaar, dus € 25 per maand. Aangezien de inwoner nog geen 18 is, wordt er nog geen eigen bijdrage geïnd. Vanaf de 18e verjaardag wordt er wel een eigen bijdrage in rekening gebracht, voor de resterende looptijd. In dit geval wordt voor de resterende 9 jaar, iedere periode € 25 aan het CAK doorgegeven. Over het eerste jaar, en de daarbij behorende kosten van € 300 wordt dus geen eigen bijdrage in rekening gebracht.

 

Artikel 6. Berekening hoogte eigen bijdrage

De hoogte van de eigen bijdrage wordt berekend op basis van het bijdrage plichtig inkomen. Dit bestaat uit het verzamelinkomen plus een deel van het vermogen waarbij het inkomen en vermogen van twee jaar geleden gebruikt wordt. Het verzamelinkomen is vastgesteld door de Belastingdienst op basis van de aangifte of het belastbaar loon dat bekend is bij de belastingdienst. Ook telt een deel van het vermogen mee bij de berekening van de eigen bijdrage.

      

Artikel 7. Uitzonderingen hoogte eigen bijdrage

De inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd op de website van het CAK. Inwoners die recht hebben op een HeusdenPas, met een inkomen tot 120% van de bijstandsnorm, worden vrijgesteld van een eigen bijdrage.

 

Voor een aantal maatwerkvoorzieningen is een maximale eigen bijdrage vastgesteld. Deze maximale eigen bijdragen zijn opgenomen in onderstaande tabel.

 

  •  Maatwerkvoorziening

    Maximale eigen bijdrage

    Schoon en leefbaar huis

    € 30 per week

    Persoonlijke ondersteuning

    € 15 per uur

  

Hoofdstuk 5: Aanvullende regels

 

Artikel 8. Afschrijvingstermijnen

Bij vervanging van maatwerkondersteuning worden de afschrijvingstermijnen gehanteerd zoals zijn opgenomen in de raamovereenkomsten met de leveranciers. Voor overige voorzieningen worden bij vervanging van maatwerkondersteuning onderstaande afschrijvingstermijnen gehanteerd.

 

  • Soort voorziening

    Afschrijvingstermijn

    Woonvoorziening in de vorm van aanpassingen aan badkamer/toilet

    360 maanden (30 jaar)

    Woonvoorziening in de vorm van aanpassingen aan keuken

    240 maanden (20 jaar)

    Bedrag

    Afschrijvingstermijn

    Overige voorzieningen tot en met € 500

    24 maanden (2 jaar)

    Overige voorzieningen tot en met € 1.000

    60 maanden (5 jaar)

    Overige voorzieningen tot en met € 5.000

    120 maanden (10 jaar)

    Overige voorzieningen tot en met € 10.000

    180 maanden (15 jaar)

    Overige voorzieningen vanaf € 10.000

    240 maanden (20 jaar)

 

De hierboven genoemde afschrijvingstermijnen worden ook meegenomen in de beoordeling van nieuwe aanvragen voor woonvoorzieningen. Dit wil zeggen dat we bij de toekenning en het vaststellen van de hoogte van de vergoeding, rekening kunnen houden met de afschrijvingstermijn en de algemeen gebruikelijke levensduur. Een badkamer of keuken die toe is aan vervanging, hoeft niet geheel op kosten van de Wmo aangepast te worden. Dit zal altijd beoordeelt worden in het grotere geheel, waarbij alle factoren die van belang zijn meegenomen worden. Bovenstaande houdt in dat we (onafhankelijk of de woningaanpassing voorzienbaar was) rekening kunnen houden met de afschrijvingstermijn ofwel de algemeen gebruikelijke levensduur.

 

Artikel 9. Inwerkingtreding en citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Heusden 2018.

 

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018.

 

Met de inwerkingtreding van dit besluit komt het Besluit Wmo en jeugdhulp 2017, vastgesteld op 22 december 2015, te vervallen.