Regeling vervallen per 01-08-2016

Verordening Huurrechten, Begrafenisrechten en Onderhoudskosten Graven 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-07-2016

Intitulé

Verordening Huurrechten, Begrafenisrechten en Onderhoudskosten Graven 2016

Voorstel

Wij stellen u voor:

het bijgevoegde ontwerp van de Verordening Huurrechten, Begrafenisrechten en Onderhoudskosten Graven 2016 alsmede de bijbehorende tarieventabel, vast te stellen.

Burgemeester en wethouders van Hilversum,

de secretaris

I.C. de Vries

de burgemeester

P.I. Broertjes

RAADSBESLUIT

De raad van de gemeente Hilversum;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 september 2015;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

BESLUIT:

vast te stellen de:

Verordening Huurrechten, Begrafenisrechten en Onderhoudskosten Graven 2016

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de Noorderbegraafplaats, Zuiderhof en Bosdrift (officieel de Nieuwe Algemene Begraafplaats aan de Boschdrift);

  • b.

    graf: een zandgraf of een keldergraf;

  • c.

    grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin één of meerdere overledenen worden begraven of asbussen worden bijgezet. Grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

  • d.

    asbus: een hermetisch afgesloten bus ter berging van as van een overledene;

  • e.

    urn: een voorwerp ter bewaring van één of meer afzonderlijk verpakte assen van overledene(n);

  • f.

    particulier graf: een graf, een kindergraf (bestemd voor het begraven van overleden kinderen beneden het twaalfde levensjaar) en een grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van overledenen;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

      Dit uitsluitend recht wordt uitgegeven voor 10 of 20 jaar en kan telkens verlengd worden voor een periode van 5 of 10 jaar.

  • g.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van overledenen voor een periode van 10 jaar;

  • h.

    particulier urnengraf al dan niet in urnenheuvel: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon voor bepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

  • i.

    particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon voor bepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen en/of urnen;

  • j.

    verstrooiingsplaats: een daartoe bestemd terrein waarop gedurende bepaalde tijd as wordt verstrooid.

  • k.

    grafbedekking: gedenkteken (knuffel of foto of anderszins) of grafbeplanting op een graf dan wel gedenkplaats die vergunningplichtig is en aan vergunningvoorschriften dient te voldoen;

  • l.

    combinatie: een combinatie van huurrecht graf, urnennis of urnenheuvel met plaatsen grafbedekking of tegel en afkoop onderhoudskosten ten behoeve van de feitelijk rechthebbende (nabestaande).

Artikel 2

Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3

Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4

Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

het begraven van het lijk van een doodgeboren of kort na de geboorte overleden kind, dat tegelijk met het lijk van de kort na de bevalling overleden moeder in een afgescheiden graf wordt begraven.

Artikel 5

Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening als onderdeel behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 3.

    Aanslagen van € 10,00 of minder worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin, wordt het totaal van op één aanslagbiljet verenigde aanslagen aangemerkt als één aanslag.

Artikel 6

Belastingjaar

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten en onderhoudskosten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten en onderhoudskosten genoemd in artikel 8, tweede en derde lid, artikel 9, tweede lid, en artikel 10, tweede lid, van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7

Wijze van heffing

  • 1.

    De onderhoudskosten, bedoeld in artikel 8, eerste, tweede en derde lid, artikel 9, eerste en tweede lid, en artikel 10, eerste en tweede lid van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    Andere rechten of onderhoudskosten, dan die genoemd in het eerste lid, worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

  • 3.

    Indien er sprake is van een combi, als genoemd in artikel 1 van de bij deze verordening als onderdeel behorende tarieventabel, worden de onderhoudskosten genoemd in het eerste lid geheven door middel van dezelfde gedagtekende kennisgeving als genoemd in het tweede lid.

Artikel 8

Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

voor de verschuldigde onderhoudskosten

  • 1.

    De onderhoudskosten, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de onderhoudskosten bedoeld in artikel 8, eerste lid, artikel 9, eerste lid, en artikel 10, eerste lid, van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde onderhoudskosten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de onderhoudskosten als bedoeld in artikel 8, eerste lid, artikel 9, eerste lid, en artikel 10, eerste lid, van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde onderhoudskosten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9

Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten of onderhoudskosten

Andere rechten of onderhoudskosten dan die bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10

Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten en worden betaald in één termijn welke vervalt binnen 60 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voorzover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

  • 3.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de voorgaande gestelde termijnen.

Artikel 11

Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffingen de invordering van de rechten en onderhoudskosten.

Artikel 12

Kwijtschelding

  • 1

    Behoudens het bepaalde in het tweede lid van dit artikel wordt de in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 bedoelde kwijtschelding voor deze belasting niet verleend.

  • 2

    Het vorige lid is niet van toepassing op de onderhoudskosten van graven zoals bedoeld in artikel 8, eerste lid, artikel 9, eerste lid en artikel 10, eerste lid, van de tarieventabel.

Artikel 13

Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening Grafrechten en Begrafenisrechten 2015', vastgesteld bij besluit van 12 november 2014 en de '1e gewijzigde Verordening Grafrechten en Begrafenisrechten 2015 en bijbehorende Tarieventabel', vastgesteld bij besluit van 1 april 2015, worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de 'Verordening Huurrechten, Begrafenisrechten en Onderhoudskosten Graven 2016'.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

van 11 november 2015,

De griffier,

P.M.H. van Ruitenbeek

De voorzitter,

P.I. Broertjes

Gemeente Hilversum

TARIEVENTABEL

behorende als onderdeel bij de

Verordening Huurrechten, Begrafenisrechten en Onderhoudskosten Graven 2016

Hoofdstuk 1 Combinaties Huurrecht graf/urnennis/urnenheuvel inclusief grafbedekking/tegel en afkoop onderhoudskosten

Artikel 1 Combinaties

  • 1. Combinatie A: Nieuw particulier graf 20 jr met recht op verlenging inclusief onderhoud 6.141,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €2.040,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €3.179,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €922,-

  • 2. Combinatie B: Nieuw particulier graf 10 jr met recht op verlenging inclusief onderhoud €3.506,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €1.010,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €1.574,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €922,-

  • 3. Combinatie C: Algemeen graf 10 jr inclusief onderhoud €1.940,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €450,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €650,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €840,-

  • 4. Combinatie D: Bijzetting in een bestaand graf €1.052,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter eventuele verrekening met erfgenamen: €1.052,-

  • 5. Combinatie E: Urnengraf of Urnenheuvel 10 jr inclusief onderhoud €1.332,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €450,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €400,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €482,-

  • 6. Combinatie F: Urnennis (columbarium) voor 10 jr inclusief onderhoud €2.319,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €1.050,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €787,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €482,-

  • 7. Combinatie G: Kindergraf voor kind vanaf 1 tot 12 jaar 10 jr inclusief onderhoud €1.372,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €280,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €540,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €552,-

  • 8. Combinatie H: Kindergraf voor kind jonger dan 1 jaar 10 jr inclusief onderhoud €1.252,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €280,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €540,-

    Waarvan voor de uitvaartondernemer ter evt. verrekening met erfgenamen: €432,-

  • 9. Combinatie I: Verlenging particulier graf met 10 jr inclusief afkoop onderhoud 10 jr €2.584,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €1.010,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €1.574,-

  • 10. Combinatie J: Verlenging particulier graf met 5 jr inclusief afkoop onderhoud 5 jr €1.292,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €505,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €787,-

  • 11. Combinatie K: Verlenging kindergraf met 10 jr inclusief afkoop onderhoud 10 jr €820,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €280,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €540,-

  • 12. Combinatie L: Verlenging kindergraf met 5 jr inclusief afkoop onderhoud 5 jr € 410,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op het graf (huurrechten): €140,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €270,-

  • 13. Combinatie M: Verlenging urnengraf/urnenheuvel met 5 jr incl. afkoop onderhoud 5 jr €425,-

    Waarvan voor de feitelijk rechthebbende op urnengraf/heuvel (huurrechten): €225,-

    Waarvan voor de erfgenamen van de overledene (onderhoudskosten): €200,-

Hoofdstuk 2 Verlenen van huurrechten

Artikel 2 Graven

  • 1. Voor het verlenen van het uitsluitend huurrecht op een particulier of boven- gronds graf wordt voor een periode van20 jaar geheven: €2.040,-

  • 2. Voor het verlengen van het uitsluitend huurrecht op een particulier of bovengronds graf, als bedoeld in het eerste lid, met 10 jaar wordt geheven: €1.010,-

  • 3. Voor het verlengen van het uitsluitend huurrecht op een particulier of bovengronds graf, als bedoeld in het eerste lid, met 5 jaar wordt geheven: €505,-

  • 4. Voor het verlenen van het huurrecht op een algemeen graf wordt

    voor een periode van 10 jaar geheven: €450,-

  • 5. Voor het verlenen van het uitsluitend huurrecht op een kindergraf

    wordt voor een periode van10 jaar geheven: €280,-

  • 6. Voor het verlengen van het uitsluitend huurrecht op een kindergraf,

    als bedoeld in het vijfde lid, met10 jaar wordt geheven: €280,-

  • 7. Voor het verlengen van het uitsluitend huurrecht op een kindergraf,

    als bedoeld in het vijfde lid, met5 jaar wordt geheven: €140,-

Artikel 3 Urnen en Verstrooiingsplaats

  • 1. Voor het verlenen van het uitsluitend huurrecht op een urnengraf of

    urnenheuvel wordt voor een periode van 10 jaar geheven: €450,-

  • 2. Voor het verlengen van het uitsluitend huurrecht op een urnengraf of

    urnenheuvel, als bedoeld in het eerste lid, met 5 jaar wordt geheven: €225,-

  • 3. De verlenging, als bedoeld in het tweede lid, heeft alleen betrekking

    op het huurrecht en ziet dus niet op de onderhoudskosten.

  • 4. Voor het verlenen van het uitsluitend huurrecht op een urnennis wordt

    voor een periode van 10 jaar geheven: €1.050,-

  • 5. Voor het verlengen van het uitsluitend huurrecht op een urnennis, als bedoeld in het vierde lid, met 5 jaar wordt geheven: €525,-

  • 6. Voor het verlenen van het huurrecht op een verstrooiingsplaats wordt geheven: €200,-

Hoofdstuk 3 Verlenen van begrafenisrechten

Artikel 4 Begrafenis

  • 1.

    Voor het begraven van een overleden persoon van 12 jaar ofouder in een particuliergraf of algemeen graf wordt geheven: €640,-

  • 2.

    Voor het begraven van een overleden kind jonger dan 1 jaar in een particuliergraf of algemeen graf wordt geheven: €200,-

  • 3.

    Voor het begraven van een overleden kind van 1 jaar of ouder maar jonger dan 12 jaar in een particuliergraf of algemeen graf wordt geheven: €320,-

  • 4.

    De begrafenisrechten als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid zijn inclusief het gebruikvan de ontvangkamer gedurende 60 minuten en het gebruik van het orgel of de geluidsapparatuur (exclusief de vergoeding te betalen aan degene die de muziek verzorgt).

  • 5.

    Het begrafenisrecht bedraagt voor het begraven op een maandag, dinsdag, woensdag, donderdag of vrijdag vóór 07.30 uur of ná 15.00 uur of op een zaterdag:

    100% boven de begrafenisrechten als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid.

  • 6.

    Het begrafenisrecht bedraagt voor het begraven op zondag of op specifieke dagen zoals vermeld in de Algemene termijnenwet:

    100% boven de begrafenisrechten bedoeld in het eerste, tweede en derde lid.

  • 7.

    Het vijfde en zesde lid zijn niet van toepassing als het begraven door de burgemeester in het belang van de openbare orde of de volksgezondheid is geëist.

Artikel 5 Begrafenisceremonie

  • 1. Voor het gebruik van de ontvangkamer met inbegrip voor het bespelen

    van het orgel of geluidsapparatuur (exclusief de vergoeding, te betalen

    aan degene die de muziek verzorgt) wordt ná 60 minuten geheven per half uur: €110,-

  • 2. Indien er gebruik gemaakt wordt van de ontvangkamer en het orgel

    of geluidsapparatuur, anders dan bij een plechtigheid (exclusief de

    vergoeding te betalen aan degene die de muziek verzorgt), wordt

    per half uur geheven: €180,-

  • 3. Op zaterdag en zondag worden de genoemde tarieven met 100% verhoogd.

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

Artikel 6 Vergunningplicht bij grafbedekking

Voor het plaatsen of vernieuwen van de onderstaande voorwerpen is een vergunning vereist.

De bijbehorende administratieve kosten (leges) voor deze vergunning zijn:

  • a.

    voor de aanleg van een grafkelder of bovengronds graf €660,-

  • b.

    voor het plaatsen van een (urnen)tegel op een algemeen graf of aan een urnennis €200,-

  • c.

    voor het plaatsen van grafbedekking op een kindergraf €200,-

  • d.

    voor het plaatsen van grafbedekking op een particulier of bovengronds graf of aan een urnennis €250,-

Artikel 7 Onderhoudskosten graven

  • 1. Voor de onderhoudskosten van een kindergraf wordt geheven:

    voor een periode van 10 jaar €540,-

    voor een periode van 5 jaar €270,-

  • 2. Voor de onderhoudskosten van een algemeen graf wordt geheven:

    voor een periode van 10 jaar €650,-

  • 3. Voor de onderhoudskosten van een urnengraf/urnenheuvel wordt geheven:

    voor een periode van 10 jaar €400,-

    voor een periode van 5 jaar €200,-

Artikel 8 Onderhoudskosten graven in kelder of graven met grafbedekking

  • 1. Voor het door of vanwege de gemeente algemeen onderhouden van voorwerpen, zoals bedoeld in artikel 6, onderdelen a, c en d (exclusief een urnennis) wordt geheven per jaar: €156,-

  • 2. Het afkopen van de onderhoudskosten als bedoeld in het eerste lid voor

    een periode van 20 jaar geeft een heffing van: €3.179,-

  • 3. Het afkopen van de onderhoudskosten als bedoeld in het eerste lid voor

    een periode van 10 jaar geeft een heffing van: €1.574,-

  • 1. Het afkopen van de onderhoudskosten als bedoeld in het eerste lid voor

    een periode van 5 jaar geeft een heffing van: €787,-

Artikel 9 Onderhoudskosten graven zonder grafbedekking of beplanting

  • 1. Voor het door of vanwege de gemeente in stand houden van particuliere graven waarop géén grafbedekking (géén grafsteen en géén beplanting) is aangebracht wordt geheven per jaar: €78,-

  • 2. Het afkopen van de in stand houdingskosten als bedoeld in het eerste lid

    voor een periode van 10 jaar geeft een heffing van: €787,-

Artikel 10 Onderhoudskosten urnennissen (columbaria)

  • 1. Voor het door of vanwege de gemeente algemeen onderhouden van voorwerpen, zoals bedoeld in artikel 6, onderdeel b wordt geheven per jaar: €78,-

  • 2. Het afkopen van de onderhoudskosten als bedoeld in het eerste lid voor

    een periode van 10 jaar geeft een heffing van: €787,-

Artikel 11 Inschrijvingen en overschrijvingen

Aan het op naam van de feitelijk rechthebbende inschrijven of overschrijven in het daartoe bestemde register van particuliere graven, particuliere urnengraven en urnennissen zijn kosten (leges) verbonden. Deze kosten (leges) voor het inschrijven of overschrijven zijn: €32,-

Hoofdstuk 5 Begrafenisrechten inzake opgraven, ruimen, verstrooien en bijzetten.

Artikel 12 Begrafenisrechten inzake opgraven, ruimen, verstrooien

  • 1.

    Het begrafenisrecht voor het opgraven van een overledene bedraagt voor elke afzonderlijke overledene dan wel elke afzonderlijke bekisting: €470,-

  • 2.

    Artikel 12, eerste lid, is niet van toepassing indien er sprake is van het op gerechtelijk gezag ruimen van een graf op aanvraag van de rechthebbende of voor het verzetten dan wel verschikken van lijkkisten,

  • 3.

    Voor het opgraven van een urn/asbus wordt geheven: €270,-

  • 4.

    Voor het openen en weer sluiten van een graf wordt geheven: €380,-

  • 5.

    Voor het, na opgraven, herbegraven in een ander graf wordt het recht geheven zoals aangegeven in Hoofdstuk 3.

Artikel 13 Bijzetten van asbussen en urnen

Voor het bijzetten van een urn wordt geheven: € 250,-

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

van 11 november 2015,

De griffier,

P.M.H. van Ruitenbeek

De voorzitter,

P.I. Broertjes