Regeling vervallen per 01-07-2016

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren

Geldend van 22-10-2010 t/m 30-06-2016

Intitulé

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren

De raad van de gemeente Hof van Twente;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

 

gelet op artikel 1, van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikel 5.4, vierde lid, en artikel 5.2 van de Telecommunicatiewet en artikel 149, 154, 156 en 229 van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de navolgende algemene verordening Ondergrondse Infrastructuren

Hoofdstuk 1 Inleidendebepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Telecommunicatiewet, Belemmeringenwet Privaatrecht, Gemeentewet

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente;

  • c.

    net of netwerk: samenstel van openbare ondergrondse kabel(s) en/of leiding(en), bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie (een, al dan niet, openbaar, elektronisch communicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1.onder e en h van de Telecommunicatiewet);

  • d.

    kabels en leidingen/voorzieningen: kabels en/of leidingen als onderdeel van een net(werk), daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer, en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken; voorbeelden van deze kabels en leidingen zijn telecommunicatie- en omroepkabels, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen), waterleidingen, rioleringen (buizen) en kabels en leidingen ten behoeve van industriële netwerken;

  • e.

    aansluiting: het gedeelte van de kabel of leiding door openbare grond dat een netwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt ten behoeve van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met d, van de Wet waardering onroerende zaken, of met een ander netwerk;

  • f.

    openbare gronden: openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1, onder aa, van de Telecommunicatiewet;

  • g.

    netbeheerder/netwerkbeheerder: rechtspersoon die is aangewezen als netwerkaanbieder beheerder van een net voor levering van elektriciteit, gas of water of van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk dan wel die aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk; de netbeheerder kan gedoogplichtige zijn en opdrachtgever/grondroerder;

  • h.

    opdrachtgever: degene die opdracht geeft tot het uitvoeren van een werk waarbij (graaf-) werkzaamheden worden verricht; (waaronder mede verstaan wordt degene die in eigen naam en voor eigen rekening kabels en/of leidingen ten dienste van een netwerk aanlegt, instandhoudt en opruimt);

  • i

    grondroerder: partij onder wiens verantwoordelijkheid of leiding (graaf-)werkzaamheden worden verricht die met inachtneming van het bepaalde in deze verordening een instemmingsaanvraag doet;

  • indien deze partij zich laat vertegenwoordigen door een (onder)aannemer of uitvoerder, dient deze te beschikken over een machtiging van de partij namens welke opgetreden wordt;

  • j

    gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1, van de Belemmeringenwet Privaatrecht of in artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet;

  • k.

    melder: netbeheerder (of degene die door de netbeheerder gemachtigd is namens deze op te treden), die met inachtneming van het bepaalde in deze verordening melding doet van (voorgenomen) werkzaamheden;

  • l.

    werkzaamheden: handmatige en mechanische (graaf)werkzaamheden in de openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen

  • m.

    minder ingrijpende werkzaamheden: het realiseren van incidentele (huis-)aansluitingen met een gezamenlijk lengte korter dan vijfentwintig meter in of op openbare gronden, waarbij geen gesloten verhardingen worden gekruist, en voor minder ingrijpende reparatie- of onderhoudswerkzaamheden;

  • n.

    instemmingsbesluit: besluit van het college op een aanvraag van voorgenomen werkzaamheden;

  • o.

    werken: een constructie, of werkzaamheden, niet zijnde een gebouw, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

  • p.

    verordening: Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren;deze dient tevens als gemeentelijke Telecomverordening zoals verplicht op grond van artikel 5.4 lid 4 en 5 Telecommunicatiewet;

  • q.

    niet-openbare kabels: kabels en leidingen (dan wel het netwerk waartoe deze behoren) die niet en leidingen gebruikt worden om openbare diensten aan te bieden, waaronder  verstaan wordt het aanbieden van diensten die beschikbaar zijn voor het publiek;

  • r.

    openbare gronden: openbare wegen en wateren voor zover de gemeente deze gronden beheert, in bezit heeft dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet en de Belemmeringenwet Privaatrecht,

  • s.

    marktconforme kosten: kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt;

  • t.

    breekverbod: verbod voor het uitvoeren van breek- en graafwerkzaamheden in de grond, geldend bij een gesloten sneeuwdek en/of vorst in de grond;

  • u.

    sleufbreedte: de gemiddelde breedte van het grondverzet, gemeten als breedte van de open gebroken verharding naar boven afgerond op 5 centimeter. Dit met een minimale breedte van 30 centimeter voor tegelverharding en een minimale breedte van 20 centi-meter voor klinkerverharding.

Artikel 2 Toepasselijkheid

Deze verordening is van toepassing op de procedures en voorschriften voor het aanleggen, instandhouden en opruimen van kabels en leidingen in openbare gronden, voor zover de gemeente deze gronden beheert, in bezit heeft dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet en de Belemmeringenwet Privaatrecht.

Artikel 3 Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Hoofdstuk 2 Aanvragen en melden van graafwerkzaamheden

Artikel 4 Instemmingsvereiste

  • 1.

    Het is verboden zonder, of in afwijking van, een voorafgaand door het college verleend instemmingsbesluit omtrent de plaats, het tijdstip en de wijze van uitvoering van de werkzaamheden, kabels en/of leidingen in of op openbare gronden aan te leggen, in stand te houden of op te ruimen.

  • 2.

    Voor minder ingrijpende werkzaamheden is geen instemming van het college, als bedoeld in het eerste lid, noodzakelijk.

Artikel 5 Aanvragen en melden

  • 1.

    Een grondroerder die werkzaamheden wil verrichten, vraagt daarvoor een instemmings-besluit, als bedoeld in artikel 4 lid 1 van deze verordening, aan bij het college met een door het college vastgesteld formulier.

  • 2.

    Een grondroerder die werkzaamheden wil verrichten kan hierover vooroverleg voeren met het college ten einde de aanvraag, als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, voor te bereiden.

  • 3.

    Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt uiterlijk vier weken na ontvangst van de aanvraag, als genoemd in het eerste lid, het college schriftelijk in kennis gesteld van de uitkomsten van het (voor)overleg tussen de aanvrager  en de andere gedoogplichtige(n).

  • 4.

    Voor het verrichten van minder ingrijpende werkzaamheden, als bedoeld in artikel 1 lid sub l, kan de grondroerder volstaan met een melding aan het college minimaal twee dagen voorafgaande aan de werkzaamheden met een daarvoor door het college vastgesteld formulier. Op grond van de belangen zoals genoemd in artikel 8 lid 1 kan het college bepalen dat de realisatie van deze werkzaamheden op een later tijdstip dient plaats te vinden.

  • 5.

    In geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing, waarvan uitstel niet mogelijk is en de belemmering of storing mogelijkerwijs buiten de normale werktijden plaatsvindt,  volstaat de grondroerder met een melding bij voorkeur voorafgaand aan de start van de werkzaamheden volgens een door het college vastgesteld formulier. Indien een melding vooraf niet mogelijk is, dient de melding doch uiterlijk binnen één werkdag na de uitvoering gemotiveerd te worden gedaan aan het college met een daartoe vastgesteld formulier door het college.

  • 6.

    Het college kan nadere regels stellen over de informatie die moet worden overgelegd en het tijdstip en de wijze waarop kabel-en leidingbeheerders en andere beheerders van infrastructuur informatie verstrekken over de werkzaamheden in de openbare ruimte

Artikel 6 Gegevensverstrekking

  • 1.

    1.       Voor het aanvragen van een instemmingsbesluit en het melden van minder ingrijpende- of spoedeisende werkzaamheden dient gebruik te worden gemaakt van daartoe door het college vastgestelde formulieren.

  • 2.

    Bij de aanvraag voor een instemmingsbesluit verstrekt de aanvrager de volgende gegevens:

  • a.

    een actueel uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel bij de eerste aanvraag indien de aanvrager daar ingeschreven is;

  • b.

    een machtiging indien het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels of leidingen voor of namens een opdrachtgever;

  • c.

    NAW-gegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen en van de (onder)aannemer, alsmede de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden;

  • d.

    een opgave van het aantal, de soort en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen;

  • e.

    welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en aard van de werkzaamheden;

  • f.

    een uitvoeringsplan met daarin opgenome

  • i.      een opgave van het gewenste tracé;met daarbij duidelijke tekeningen en daarop aangegeven wat de locaties zijn

  • ii.      de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek inzake de beschikbare ruimte;

  • iii.      een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, van permanente als tijdelijke aard, alsmede van de situering daarvan;

  • iv.      een omschrijving van eventuele opbrekingen van de verhardingen;

  • v.      de maatregelen voor de bereikbaarheid van in de openbare gronden aanwezige kabels en leidingen;

  • vi.      de bereikbaarheid van percelen en opstallen in de nabijheid van de uit te voeren werkzaamheden

  • vii.      het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;

  • 3.

    Indien de werkzaamheden betrekking hebben op kabels van elektronische communicatie-netwerken dienen, aanvullend op lid 2 van dit artikel, bij de melding tevens de volgende gegevens te worden verstrekt:

  • a.

    een kopie van de door de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) afgegeven registratie;

  • b.

    aanvullend op het uitvoeringsplan wordt daarin ook opgenomen:

  • viii.      een opgave van het aantal kabels dat direct in gebruik wordt genomen en een opgave van het aantal kabels dat niet direct in gebruik wordt genomen;

  • ix.      de doorsnede van de kabel(goot) en lengte en breedte van de kabelsleuf.

  • 4.

    Bij de melding voor minder ingrijpende of spoedeisende werkzaamheden, als bedoeld in artikel 5 lid 4 en 5, dient te worden verstrekt:

  • a.

    naam, adres en ondertekening van de melder;

  • b.

    naam en adres van de aannemer(s) en onderaannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, alsmede de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden;

  • c.

    de dagtekening van de melding;

  • d.

    de lengte van de sleuf die wordt opengebroken;

  • e.

    het oppervlak van het lasgat dat wordt opengebroken.

  • 5.

    Het college kan nadere regels stellen aan de te verstrekken gegevens als ook over de wijze waarop de gegevens worden verstrekt. Voor het verkrijgen van een instemmingsbesluit of het doen van een melding leges verschuldigd op grond van de Legesverordening van de Gemeente Hof van Twente.

Artikel 7 Termijnen

  • 1.

    Een beslissing op een instemmingsaanvraag wordt genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de aanvraag. Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichten zijn betrokken dan beslist het college binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag en alle bijbehorende instemmingen van de betreffende gedoogplichtigen.

  • 2.

    De termijnen zoals bedoeld in het eerste lid kunnen eenmaal met acht weken worden verlengd met inachtneming van de Wet Dwangsom en Beroep.

  • 3.

    Indien van de bevoegdheid tot verlenging gebruik wordt gemaakt, doet het college daarvan vóór afloop van de termijnen zoals genoemd in lid 1, een schriftelijke bevestiging met motivering toekomen aan de aanvrager.

  • 4.

    Het instemmingsbesluit vervalt indien daarvan niet binnen maximaal 1 jaar na het onherroepelijk zijn van het besluit gebruik wordt gemaakt.

Artikel 8 Voorschriften en beperkingen

  • 1.

    Het college kan aan de werkzaamheden, zoals bedoeld in artikel 5, voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van:

  • a.

    de openbare orde;

  • b.

    veiligheid, waaronder mede verstaan wordt de verkeersveiligheid

  • en/of een goede doorstroming van het verkeer;

  • c.

    het voorkomen of beperken van schade of overlast; waaronder mede verstaan wordt de bescherming van eventuele archeologische vondsten, van groenvoorzieningen, bomen en beplantingen en van het uiterlijke aanzien van de omgeving;

  • d.

    de bereikbaarheid van gronden of gebouwen; waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik van openbare gronden en gebouwen en het doelmatig beheer en onderhoud ervan en het belang van nader aan te geven grote lokale evenementen als weekmarkten en kermissen;

  • e.

    de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor reeds in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede verstaan worden werken ten behoeve van de riolering en de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit.

  • 2.

    Het college kan aan het instemmingsbesluit nadere voorschriften of beperkingen verbinden omtrent

  • a.

    het tijdstip, de plaats en wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en leidingen,

  • b.

    een zekerheidsstelling voor de nakoming van verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het instemmingsbesluit.

  • c.

    afmetingen van kasten en andere toebehoren behorende bij het netwerk

  • 3.

    De aanvrager dient omwonenden ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden minimaal drie werkdagen voor de start van de werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden.

  • 4.

    De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en leidingen en medegebruik van voorzieningen dient te geschieden conform  de Leidraad voor gemeenten en nutsbedrijven inzake (her-) straatwerkzaamheden. In dat kader is het college tevens bevoegd voorschriften te stellen op het gebied van markering, afzetting en het toepassen van proefsleuven. Bij tegenstrijdigheden van de bepalingen van deze verordening en de bepalingen uit de leidraad, hebben de bepalingen van deze verordening voorrang.

  • 5.

    De aanvrager vergoedt aan de gemeente de schade voortvloeiend uit de werkzaamheden, waarbij de omvang beperkt is tot vergoeding van de marktconforme kosten van de voorzieningen en van de meerdere marktconforme kosten van onderhoud.

  • 6.

    De aanvrager is verplicht na het einde van de werkzaamheden de grond, eventuele verhardingen en beplanting  terug te brengen in de oude staat, tenzij de gemeente vooraf heeft aangegeven hier zelf zorg voor te willen dragen. De aanvrager draagt de marktconforme kosten voor herstel die gebaseerd zijn op de VNG richtlijn “Tarieven (graaf)werkzaamheden Telecom” en de “Tarieven

  • (her)straatwerkzaamheden kabels- en/of leidingwerken, die jaarlijks opnieuw worden vastgesteld,  gebaseerd op de Leidraad voor gemeenten en nutsbedrijven inzake (her-) straatwerkzaamheden”.

  • Voor het herstel van asfalt verharding worden de werkelijke kosten van herstel in rekening gebracht.

  • 7.

    Indien binnen één jaar na groot onderhoud of herinrichting van de openbare gronden de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college specifiek schadeherstel. De hiermee gepaard gaande kosten zijn voor rekening van de aanbieder.

  • 8.

    Indien de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren in bijzondere bestrating, verlangt het college specifiek schadeherstel. De hiermee gepaard gaande kosten zijn voor rekening van de aanbieder.

Artikel 9 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

  • 1.

    Een aanvrager is verplicht om bij de aanleg van kabels in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door andere netbeheerders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde voorzieningen.

  • 2.

    Het vooroverleg als bedoeld in artikel 5, tweede lid, dan wel een door het college geïnitieerd overleg naar aanleiding van een aanvraag als bedoeld in artikel 4, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of  en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Indien de aanvrager een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van de vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de aanvrager verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.

  • 4.

    Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels, dient de aanvrager een alternatief tracé te kiezen, of aan andere netbeheerders een billijk verzoek tot medegebruik van kabels te doen.

  • 5.

    Het college kan aan het instemmingsbesluit nadere voorschriften of beperkingen verbinden omtrent het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, die door derden of de gemeente tegen marktconforme prijzen ter beschikking worden gesteld,

Hoofdstuk 3 Overige bepalingen

Artikel 10 Verleggingen

  • 1.

    Op verleggingen van openbare telecommunicatiekabels op verzoek van de gemeente zijn de wettelijke regels van toepassing.

  • 2.

    Op verleggingen van kabels en/of leidingen, die ten dienste staan van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen, in of op openbare gronden zijn de contractuele afspraken van toepassing.

Artikel 11 Breekverbod

  • 1.

    Als er sprake is van een gesloten sneeuwdek of vorst in de grond is het college bevoegd een breekverbod in te stellen. Of er sprake is van een gesloten sneeuwdek of vorst in de grond is naar oordeel van het college.

  • 2.

    Tijdig of in ieder geval één dag voor beëindiging van het breekverbod, zal het college de betrokken bedrijven hierover informeren.

  • 3.

    Indien er sprake is van een breekverbod is het verboden breek- en graafwerkzaamheden uit te voeren in de grond en/of bestrating.

  • 4.

    Het breekverbod zal onderdeel uitmaken van het instemmingsbesluit, dan wel de melding die gedaan wordt.

  • 5.

    Overtreding van het breekverbod zal leiden tot stillegging van het werk conform artikel 20 van deze verordening.

  • 6.

    Het breekverbod is niet van toepassing in geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing, waarvan uitstel niet mogelijk is en de belemmering of storing mogelijkerwijs buiten de normale werktijden plaatsvindt.

Artikel 12 Eigendom

  • 1.

    Indien de eigendom, exploitatie of beheer van de kabel of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, gaan de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabel of leiding van de oude netbeheerder over op de nieuwe netbeheerder. De oude netbeheerder draagt zorg voor het daadwerkelijk overdragen van de rechten en plichten op de nieuwe netbeheerder.

  • 2.

    De netbeheerder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.

Artikel 13 Niet-openbare kabels en leidingen

  • 1.

    Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en leidingen in openbare wegen en wateren is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing.

  • 2.

    Met betrekking tot verzoeken voor het verleggen van niet-openbare kabels en leidingen geldt dat deze op verzoek van de gemeente, altijd op kosten van de eigenaar van de kabels en leidingen, uitgevoerd dienen te worden.

Artikel 14 Informatieplicht

  • 1.

    De netbeheerder stelt het college onverwijld en schriftelijk in kennis van het feit dat een kabel of leiding niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden.

  • 2.

    Op verzoek van het college moet de netbeheerder een overzicht overleggen van alle (niet) in gebruik zijnde kabels, leidingen en ondersteuningsnetwerken. De bewijslast van ingebruikname ligt bij de netbeheerder.

Artikel 15 Digitale gegevens

Het college kan van de aanvrager en/of aanmelder verlangen dat de te verstrekken gegevens in digitale vorm worden verstrekt.

Artikel 16 Overleg

  • 1.

    De gemeente organiseert periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente bekende netbeheerders c.q. aanvragers worden uitgenodigd.

  • 2.

    In dit overleg worden de plannen van de gemeente en van de diverse netbeheerders c.q. andere belanghebbenden en betrokkenen besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

  • 3.

    Aan dit overleg kunnen geen rechten worden ontleend.

Hoofdstuk 4 Handhavings- en toezichtbepalingen

Artikel 17 Toezicht en handhaving

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen ambtenaren.

Artikel 18 Overtreding

Overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 19 Naleving voorschriften

Indien een aanvrager zich niet houdt aan de voorschriften uit het instemmingsbesluit, dan kan het college het instemmingsbesluit intrekken en de oorspronkelijke situatie (laten) herstellen voor rekening van de aanvrager.

Artikel 20 Bevoegdheid college

Het college is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

  • 1.

    zonder voorafgaande melding of aanvraag, als bedoeld in artikel 5 van deze verordening;

  • 2.

    in afwijking van de voorschriften uit in het instemmingsbesluit.

  • 3.

    in strijd met het geldende breekverbod.

Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 21 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na bekendmaking. Gelijktijdig vervalt de Telecommunicatieverordening gemeente Hof van Twente. Bekendmaking geschiedt in het gemeentelijke huis-aan-huis blad: Hofweekblad.

Artikel 22 Overgangsbepalingen

De aanwezigheid van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden, voor zover deze zijn aangelegd met toepassing van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren van de Gemeente Hof van Twente en/of op basis van andere aantoonbare en gelegaliseerde afspraken, zoals die hebben gegolden tot de inwerkingtreding van deze Verordening, wordt met de inwerkingtreding van deze verordening eveneens beheerst door de regels daarvan.

Artikel 23 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: "Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Hof van Twente".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hof van Twente d.d. 28 september 2010.
 
 
 
 
De raad van de gemeente Hof van Twente,
de griffier,                        de voorzitter,
 
 
A.W. Averink                        H. Kok

Toelichting algemene verordening ondergrondse infrastructuren

Hoofdstuk 1            inleidende bepalingen

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

 

College/coördinator

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente. Het college is bevoegd de taken voortvloeiende uit de verordening af te handelen, waarbij deze voor wat betreft de uitvoering naar wens en behoefte uit praktische overweging deels gemandateerd kunnen worden aan één of meer daartoe aangewezen ambtenaren, in deze verordening coördinator genoemd.

 

Net of netwerk

De definitie is afgeleid van de omschrijving zoals die gehanteerd wordt in de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION). De omschrijving maakt met name duidelijk dat het om ondergrondse netten gaat, en dan zowel de distributie- en transportnetten voor energie (gas, water, elektriciteit, riool) als de elektronische communicatienetwerken (zoals specifiek geregeld in en krachtens de Telecommunicatiewet).

In de tekst wordt geen inhoudelijk onderscheid gemaakt tussen de termen net en netwerk.

 

Kabels en leidingen

De AVOI ziet op netwerken bestaande uit fysieke kabels en/of leidingen inclusief ondergrondse ondersteuningswerken (zoals mantelbuizen, kabelgoten, handholes, lasdozen, duikers), beschermingswerken, signaalinrichtingen zoals optische en elektrische versterkers en kasten en dergelijke enerzijds en componenten voor het verbinden van kabels in de openbare grond met die in de gebouwen anderzijds. Inhoudelijk is er procedureel geen onderscheid gemaakt in de begrippen kabels en leidingen.

 

Netbeheerder, opdrachtgever, aanbieder, aanvrager/ grondroerder

- Het begrip netbeheerder wordt gehanteerd als uniforme term voor enerzijds de beheerders van de netten voor levering van energie en anderzijds de aanbieders van de openbare elektronische communicatienetwerken.

- Veelal zal deze netbeheerder in het geval van voorgenomen graafwerkzaamheden de opdrachtgever zijn. Aan het begrip opdrachtgever komt in het kader van deze verordening een eigen rol toe,omdat deze in aansluiting bij de recente wet- en regelgeving op het gebied van graafrechten meer dan voorheen medeverantwoordelijk wordt gehouden voor een juiste uitvoering en naleving van de rechten en verplichtingen.

- De grondroerder/ aanvrager is de partij die daadwerkelijk de graafwerkzaamheden verricht of laat verrichten. Dit zal veelal een aannemer of installateur zijn, maar kan ook een interne afdeling van een netbeheerder betreffen als die dergelijke werkzaamheden zelf uitvoeren. Anderzijds kan de grondroerder ook een partij zijn die voor eigen naam en rekening netwerken aanlegt, maar niet zelf exploiteert en het netwerk daarna verhuurt of verkoopt. De grondroerder is verplicht om over een instemmingsbesluit te beschikken voor aanvang van de werkzaamheden.

- De aanvrager is veelal de grondroerder (of degene die daartoe gemachtigd is), die gehouden is de melding van de voorgenomen graafwerkzaamheden te verzorgen richting de gemeente en eventuele overige betrokken partijen.

 

Gedoogplichtige

De gemeentelijke betrokkenheid is vooral gericht op haar rol als beheerder van de openbare gronden. Hiertoe worden conform wettelijke omschrijving gerekend de openbare wegen inclusief trottoirs/voetpaden, glooiingen, bermen, sloten, bruggen, viaducten, duikers, tunnels, beschoeiingen en andere werken, alsmede wateren inclusief bruggen, plantsoenen en pleinen, die voor ieder toegankelijk zijn. In deze hoedanigheid is de gemeente voor wat betreft de elektronische openbare communicatienetwerken gedoogplichtige althans voor zover van toepassing conform de Telecommunicatiewet. Het begrip gedoogplichtige slaat tevens op andere partijen die krachtens de Telecommunicatiewet gedoogplichtig zijn en op partijen en personen die krachtens de Belemmeringenwet Privaatrecht gedoogplichtig zijn. Gedoogplichtigen moeten de ligging van kabels en leidingen toestaan in hun gronden.

 

Werkzaamheden

Hoewel gezien de consequenties ervan de regelingen van de AVOI met name betrekking hebben op mechanische werkzaamheden, vallen handmatige werkzaamheden er ook onder. Voor zover die beperkt van karakter zijn, zullen ze overigens veelal betrekking hebben op de separaat onderscheiden categorieën spoedeisende werkzaamheden of minder ingrijpende werkzaamheden, waarvoor een ander lichter regime in deze AVOI is vastgelegd. Tot de werkzaamheden die deze AVOI betreffen behoren eveneens de werkzaamheden in verband met het medegebruik van voorzieningen zoals dat van kabelgoten of geleidingen. Vanuit de te behartigen belangen kan het nastreven of voorschreven van medegebruik door de gemeente gestimuleerd worden.

 

Instemmingsbesluit

Werkzaamheden als bedoeld in deze verordening dienen steeds (in principe) vooraf gemeld te worden, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de reguliere (graaf) werkzaamheden, werkzaamheden van minder ingrijpende aard en aan werkzaamheden in verband met spoedeisende zaken zoals storingen. Met name voor de reguliere (graaf) werkzaamheden geldt dat eerst gestart mag worden met die werkzaamheden als vanuit de gemeente op basis van een aanvraag een instemmingsbesluit is verleend.

 

Verordening

Deze AVOI geeft invulling aan de wettelijke verplichting voor de gemeente om een Telecommunicatieverordening op te stellen. Voor zover de gemeente reeds een Telecommunicatieverordening had, wordt tegelijk met de vaststelling van deze AVOI door de gemeenteraad besloten deze Telecommunicatieverordening in te trekken. Vooralsnog is niet voorzien in een algemene wettelijke grondslag voor een vergelijkbare regeling voor de energienetten. Daarom wordt vooruitlopend op mogelijke toekomstige nationale basisregelgeving hiermee voorzien in uniforme, lokale afspraken met daarbij een zo gelijk mogelijke behandeling van beheerders/aanbieders van deze infrastructuren. Dit vereist afstemming met de (al dan niet) contractuele afspraken tussen de gemeente en de aanbieders van de energienetten.

De feitelijke situatie is zo dat de fysieke ondergrond vol raakt met een veelheid aan kabels en leidingen en dit noodzaakt tot betere afstemming van werkzaamheden en belangen.

Bij verleggingen blijven de contractuele afspraken met de aanbieders van energienetten gelden.

 

Breekverbod

In de verordening zijn bepalingen over het breekverbod opgenomen die het college de bevoegdheid geven een verbod op te leggen tot uitvoering van breekwerkzaamheden bij een gesloten sneeuwdek of vorst in de grond. Dit ter voorkoming van schade door deze werkzaamheden. Het verbod wordt opgelegd naar oordeel van het college.

 

 

Artikel 2 Toepasselijkheid

De toepasselijkheid is reeds hiervoor toegelicht bij de diverse begripsomschrijvingen.

 

Artikel 3

Met het oog op verdere praktijkontwikkelingen krijgt het college de mogelijkheid toegekend door de raad om in voorkomende gevallen nadere regels ter uitvoering van deze verordening vast te stellen.

Hoofdstuk 2            Aanvragen en melden van graafwerkzaamheden

 

Artikel 4 Instemmingsvereiste

Het in de Telecommunicatiewet nu reeds wettelijk vastgelegde principe van graafrechten in relatie tot de vereisten instemming van het college is vertaald naar de AVOI in dit artikel en wordt toegepast op alle werkzaamheden. Conform het wettelijk bepaalde geldt dat die instemming betrekking heeft op de plaats, het tijdstip en de wijze van uitvoering van de werkzaamheden.

 

Het reguleringsonderscheid tussen reguliere werkzaamheden en werkzaamheden van minder ingrijpende aard wordt in dit artikel duidelijk gemaakt. Tot de minder ingrijpende werkzaamheden behoren werkzaamheden waarvoor slechts gedurende relatief korte tijd in een beperkt gedeelte van het netwerk werkzaamheden worden verricht, en waarvan de impact voor de omgeving relatief beperkt en kortstondig is. Er wordt als afbakening een norm een lengte van kabels en leidingen korter of gelijk aan 25 meter gehanteerd. Voor deze categorie is een melding voorafgaand aan de werkzaamheden wel noodzakelijk.

 

Artikel 5 Aanvragen en melden

Voor de voorgenomen werkzaamheden wordt aangegeven dat de aanvraag of melding bij de gemeente moet plaatsvinden. Dat kan bij het college van burgemeester en wethouders of bij de coördinator als die daarvoor aangewezen is. De maximale aanvraagtermijn van acht weken is afgeleid van de Algemene Wet Bestuursrecht. Voor minder ingrijpende werkzaamheden moet de melding twee dagen voor aanvang van de werkzaamheden zijn gedaan. Voor spoedeisende werkzaamheden en storingen wordt een uitzondering gemaakt. Deze moeten zoveel mogelijk voor aanvang van de werkzaamheden gemeld worden, als dit niet mogelijk is moet dit in ieder geval binnen één werkdag na uitvoering van de werkzaamheden zijn gedaan.

 

In dit artikel wordt beschreven dat de voorgenomen (graaf) werkzaamheden ook betrekking kunnen hebben op gronden van andere gedoogplichtigen. Dit kunnen andere instanties of rechtspersonen zijn. Ook kan de situatie aan de orde zijn dat er naast het instemmingsbesluit ook nog andere vergunningen aangevraagd moeten worden voor aanvang van de werkzaamheden. De grondroerder/ aanvrager is allereerst zelf verantwoordelijk voor afstemming en overeenstemming tussen al deze partijen. Echter als de aanvrager dat verzoekt kan de gemeente inhoudelijke afstemming van de beoordeling van de aanvragen bij andere bestuursorganen nastreven. De aanvrager is zelf verantwoordelijk voor de afstemming met private partijen.

Aanvrager doet een terugkoppeling aan het college over de uitkomst van het overleg dat is gevoerd met alle betrokken partijen.

 

Als werkzaamheden worden verricht in nader door het college aan te wijzen gebieden is de uitzonderingsbepaling voor minder ingrijpende of spoedeisende werkzaamheden niet van toepassing.

 

Artikel 6 Aanvraag- en meldingsvoorwaarden

In dit artikel is verduidelijkt op welke wijze de aanvraag of melding dient te worden gedaan en welke gegevens daarbij verstrekt moeten worden. Het betreft informatie die de gemeente als beheerder van de openbare gronden nodig heeft om een juiste beoordeling te maken en inzicht te krijgen in de belangen die door de voorgenomen werkzaamheden worden geraakt. Duidelijk is ook gemaakt dat instemming steeds op aanvraag van de verzoekende partij zal plaatsvinden en niet op eigen initiatief van de gemeente.

 

De aanvraag en de melding dient te geschieden door middel van de door de gemeente vastgestelde formulieren. Voor meldingen voor minder ingrijpende werkzaamheden moeten slechts een beperkt aantal gegevens verstrekt worden. Voor een aanvraag tot een instemmingsbesluit moeten meer gegevens verstrekt worden.

Deze regeling verwijst naar de Regeling schriftelijke kennisgeving aanleg kabels die voor aanleg van kabels van elektronische communicatienetwerken voorschrijft dat een aanvraag aangetekend moet worden verstuurd. De vereiste dat een melding of instemming aangetekend verstuurd moet worden is niet  als uniforme eis opgenomen in de AVOI. De verzending is voor risico van de aanvrager. Het kan veelal in het belang zijn van de verzoekende partij zijn om via aangetekende verzending duidelijkheid te hebben over datum en tijd van de verzending.

 

Op basis van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten is registratie van kabels en leidingen wettelijk verplicht. Dit wordt in de AVOI niet als specifieke verplichting opgenomen. Het gevraagde inzicht hierin moet wel te allen tijde geboden kunnen worden.

 

In dit artikel is geregeld dat de Telecommunicatiebedrijven leges zijn verschuldigd voor de aanvraag of een melding op basis van de Legesverordening van de gemeente. De netbeheerders van energienetten zijn hier op basis van de veelal al bestaande contractuele afspraken niet toe verplicht.

 

Artikel 7 Termijnen

De beslistermijn van het college is gelijk aan de aanvraagtermijn teneinde zoveel mogelijk na te streven dat de werkzaamheden waar mogelijk op de geplande datum uitgevoerd kunnen worden, mits aan de gestelde voorwaarden tijdig en geheel voldaan is.

De termijn is afgeleid uit de Algemene Wet Bestuursrecht. Op grond van de AWB is de gemeente verplicht binnen een redelijke termijn een besluit te nemen, waarbij die redelijke termijn geacht te zijn verstreken na verloop van acht weken. In navolging van de Wet Dwangsom en Beroep moet de gemeente zich bewust zijn van het belang van de voortgang van de activiteiten en zich inspannen om de termijn tot besluitvorming zo kort mogelijk te houden.

Het college kan slechts onder bepaalde voorwaarden de termijn tot besluitvorming verlengen, met inachtneming van de bepalingen uit de Wet Dwangsom en Beroep.

 

Artikel 8 Voorschriften en beperkingen

Grondroerders moeten aan een aantal verplichtingen voldoen indien zij werkzaamheden gaan verrichten als bedoeld in de AVOI. Daarnaast kan het college aan het instemmingsbesluit aanvullende voorschriften of beperkingen verbinden. Omwille van de uniformiteit is in de verordening geregeld onder welke voorwaarden dit kan en welke soort voorschriften en beperkingen dit zijn. De voorschriften hebben vooral te maken met de wijze van uitvoering en zijn gericht op de (deels wettelijk vastgelegde) belangen die de gemeente geacht wordt te behartigen. Daarnaast kunnen door het College lokaal geldende regels van toepassing worden verklaard indien die er ten aanzien van de aanleg van kabels en leidingen zijn.

 

Dit artikel omschrijft ook dat toegebrachte schade vergoed moet worden en op basis waarvan de hoogte van deze vergoeding berekent wordt. Uitgangspunt hierbij is dat de vergoeding beperkt is tot marktconforme kosten. De aanvrager moet eventuele verhardingen en beplanting terugbrengen in de oude staat, tenzij de gemeente vooraf heeft aangegeven hiervoor zelf zorg te dragen. Dit is naar keuze van de gemeente.

Ook is geregeld dat als er binnen één jaar na uitvoering van groot onderhoud werkzaamheden uitgevoerd moeten worden speciale eisen gesteld kunnen worden. Dit geldt ook voor gebieden waar bijzondere bestrating is toegepast. Dit naar oordeel van het college.

 

Artikel 9 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

Dit artikel beschrijft dat een grondroerder op verzoek van een gedoogplichtige verplicht is gebruik te maken van reeds aanwezige voorzieningen indien deze tegen een marktconforme prijs worden aangeboden. Het doel hiervan is te voorkomen dat onnodig gegraven wordt in gemeentegrond. De verplichting tot medegebruik wordt opgenomen in het instemmingsbesluit.

Artikel 10 Verleggingen

Ten aanzien van het verleggen van kabels van elektronische communicatiewerken zijn de wettelijk geformuleerde regels van toepassing. Hiervoor geldt het principe “leggen om niet, verleggen om niet”

 

Voor verleggingen van kabels en nutsvoorzieningen gelden geen wettelijke regels. Basis hiervoor zijn de contractuele afspraken waarin is geregeld dat een netbeheerder verplicht is te verleggen als dat noodzakelijk is voor werken door of vanwege de gemeente. De gemeente moet aantonen dat die noodzakelijkheid er is. De bijdrage van de gemeente wordt berekend op basis van de regels die zijn opgenomen in de specifieke contracten.

 

Artikel 11 Breekverbod

Het college is bevoegd een breekverbod in te stellen als er sprake is van een gesloten sneeuwdek of vorst in de grond. Dit naar oordeel van het college. Een afweging die gemaakt wordt is de kans op de omvang van schade aan de openbare gronden als er gegraven wordt. Het breekverbod wordt op de dag dat het breekverbod geldt gecommuniceerd naar de betrokken partijen. In ieder geval één dag voor het beeindigen van het breekverbod wordt dit medegedeeld aan de betrokken partijen.

Ten tijde van het breekverbod mogen er op geen enkele wijze breek- en/of graafwerkzaam-heden plaatsvinden in de grond en/of bestrating. In het geval van spoedeisende werkzaam-heden is het breekverbod niet van toepassing.

Overtreding van het breekverbod leidt tot stillegging van het werk.

 

 

Hoofdstuk 3            Overige bepalingen

 

Artikel 12 Eigendom

Het zakelijk karakter van de verkregen instemming is gewenst opdat ook een nieuwe aanbieder, die gebruik maakt van de kabel de betreffende graafrechten heeft, maar ook gehouden is aan de geldende voorschriften. Het college moet op de hoogte gesteld worden van het feit dat het eigendom wordt overgedragen. Als dit niet wordt gedaan, vervalt de geldigheid van het instemmingsbesluit.

De wettelijke bepalingen zijn van toepassing op het eigendom van kabelnetwerken in grond van anderen.

 

Artikel 13 Niet openbare kabels en leidingen

Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet- openbare kabels- en leidingen in openbare wegen en wateren is het bepaalde in de algemene verordening ondergrondse infrastructuren overeenkomstig van toepassing. Met betrekking tot verzoeken voor het verleggen van niet- openbare kabels en leidingen geldt dat deze op verzoek van de gemeente altijd op kosten van de eigenaar van de kabels en leidingen uitgevoerd dienen te worden.

 

Artikel 14 Geldigheidsduur gedoogplicht kabels en leidingen

Wettelijk is voor wat betreft openbare elektronische communicatienetwerken voorzien in regels ten aanzien van kabels (en bijbehorende voorzieningen) voor wat betreft de duur van de gedoogplicht. Het is van groot belang om inzichtelijk te hebben of kabels en leidingen nog deel uitmaken van een netwerk. Ook gezien de mogelijkheden tot medegebruik van al bestaande voorzieningen.

Op basis van de Wet informatieuitwisseling ondergrondse netten is de netbeheerder verplicht kabels en leidingen te registreren. Eigenaren zijn verplicht het college te informeren over het al dan niet in gebruik zijn van bepaalde voorzieningen. Op verzoek van het college moeten zij gegevens kunnen overleggen van alle al dan niet in gebruik zijnde kabels en leidingen.

 

Wijzigingen kunnen ook optreden door het vervallen van het openbare karakter van gronden. Dit heeft ook gevolgen voor het karakter van kabels en leidingen in deze gronden.

Artikel 15 Digitale gegevens

Zowel de registratie bij netwerkaanbieders als bij de gemeentelijke informatievoorziening gebeurt steeds meer langs elektronische gedigitaliseerde weg. Indien de gemeente dit wenst moeten gegevens op digitale wijze verstrekt worden. Dit echter op verzoek van de gemeente. Indien er geen verzoek ligt tot digitale verstrekking moet een aanvraag op schrift aangeleverd worden.

 

Artikel 16 Overleg

Ter afstemming van allerlei zaken wordt een overleg gepland tussen de gemeente en netbeheerders/ aanvragers. Dit op initiatief van de gemeente.

Dit kan ook in samenwerking met andere gemeenten gebeuren.

 

 

Hoofdstuk 4            Handhavings- en toezichtbepalingen

 

Artikel 17 Toezicht en handhaving

Dit artikel geeft aan dat het college ambtenaren kan aanwijzen die belast zijn met toezicht op de naleving van het bepaalde krachtens deze AVOI.

 

Artikel 18 Overtreding

Dit artikel heeft vooral ten doel alle partijen bewust te maken van het niet-vrijblijvende karakter van deze AVOI. Uitgangspunt is dat partijen zich houden aan de bepalingen van de AVOI, waarmee nagestreefde doeleinden bereikt kunnen worden.

Indien één of meer partijen zich echter niet houden aan de voorschriften en beperkingen van deze AVOI behoudt de gemeente zich nadrukkelijk het recht voor gebruik te maken van de haar toekomende bevoegdheden en mogelijkheden zowel bestuursrechtelijk als civielrechtelijk en eventueel strafrechtelijk.

Bestuursrechtelijk zijn met name de AWB en de gemeentewet van belang met de huidige bepalingen inzake bestuursdwang, last onder dwangsom en bestuurlijke boete. Civielrechtelijk blijven de opties van onrechtmatige daad van toepassing. Strafrechtelijk is naast het wetboek van Strafrecht in algemene zin ook de Wet economische mededinging relevant, omdat daarin rechtstreeks bepalingen uit de Telecommunicatiewet van toepassing zijn verklaard.

 

Artikel 19 Naleving voorschriften

Afgezien van de in artikel 18 genoemde straf- of handhavingsmogelijkheden heeft de gemeente de mogelijkheid als er niet voldaan is aan de voorschriften ter zake van plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden in de omschreven de verleende instemming in te trekken.

 

Artikel 20 Bevoegdheid college

Afgezien van voornoemde preventieve en vooral correctieve of repressieve acties kan het college in voorkomende gevallen ook ingrijpen in het lopende proces en werkzaamheden (onder bepaalde voorwaarden) ook tijdelijk stil leggen. In dit artikel staat beschreven in welke gevallen dit kan.

 

 

Hoofdstuk 5            Overgangs- en slotbepalingen

 

Artikel 21 Inwerkingtreding

Geen nadere toelichting.

Artikel 22 Overgangsbepalingen

Geen nadere toelichting.

 

Artikel 23 Benaming

Geen nadere toelichting.