Regeling vervallen per 20-12-2012

Beleidsregel uitstroomplaatsen gemeente Hoorn

Geldend van 26-08-2004 t/m 19-12-2012 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2004

Intitulé

Beleidsregel uitstroomplaatsen gemeente Hoorn

Registratienummer: 04.11762

gelezen het collegebesllit : beleidsregel 39: Uitstroomplaats van 22 juni 2004;

gelet op artikel 4.3 van de Algemene wet Bestuursrecht;

gelet op het beleidsplan WWB en de reintegratieverordening

besluit

vast te stellen de beleidsregel Uitstroomplaats in het kader van het reintegratiebeleid van de gemeente Hoorn

te bepalen dat deze beleidsregel wordt bekendgemaakt:

door opname in het Gemeenteblad en vervolgens bij de afdeling Communicatie gedurende zes weken op werkdagen van 09.00 tot 15.00 uur voor een ieder ter inzage leggen van dit besluit;

Artikel 1. Uitstroomplaats

  • 1.1 De gemeente kan ter uitvoering van het Beleidsplan WWB 2004 en de Reïntegratieverordening aan werkzoekenden een uitstroomplaats aanbieden.

  • 1.2 Een uitstroomplaats is een regulier dienstverband bij een werkgever, waarbij de werkgever gedurende een afgesproken periode loonkostensubsidie ontvangt.

  • 1.3 De uitstroomplaats dient bij te dragen aan de ontwikkeling van de deelnemer en dient te passen in het traject dat leidt tot ongesubsidieerde arbeid.

  • 1.4 Een uitstroomplaats kan onderdeel zijn van een traject en gecombineerd worden met scholing of een (taal)training.

Artikel 2. Doelgroep

  • 2.1 Tot de doelgroep van de uitstroomplaatsen behoren:

    • Uitkeringsgerechtigden op grond van de Wet Werk en Bijstand

    • Jongeren tot 23 jaar

    • Deelnemers die gedetacheerd zijn bij een werkgever vanuit de Detacherings- en uitstroompool.

  • 2.2 De casemanager beoordeelt of de kandidaat-deelnemer in aanmerking komt voor een uitstroomplaats. Deze beoordeling dient te zijn gemotiveerd. De casemanager meldt de kandidaat voor een uitstroomplaats aan bij de Detacherings- en uitstroompool.

  • 2.3 Indien de cliënt niet geheel uit de uitkering stroomt dient hij/zij als werkzoekende ingeschreven te zijn bij het CWI.

  • 2.4 De begeleiding tijdens deelname aan de uitstroomplaats wordt door de uitvoerder van de Detacherings- en uitstroompool verzorgd. De casemanager wordt op de hoogte gehouden van de stand van zaken en houdt de regie tijdens de periode waarin werkervaring wordt opgedaan.

  • 2.5 Indien de cliënt vanuit het casemanagement van de gemeente of via een trajectplan van het aangewezen reïntegratiebedrijf wordt bemiddeld, wordt de cliënt vanuit de gemeente of bij door het reïntegratiebedrijf op uitstroomplaats begeleid.

Artikel 3. Arbeidsvoorwaarden

  • 3.1 De deelnemer aan een uitstroomplaats treedt in dienst van de werkgever.

  • 3.2 Bij aanvang van de uitstroomplaats dient door de werkgever waar de deelnemer in dienst treedt, een arbeidsovereenkomst worden aangeboden als bedoeld in artikel 610, eerste lid, van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 3.3 Het salaris mag niet minder dan het wettelijk minimumloon bedragen. Er is geen maximum van toepassing op de hoogte van het salaris.

  • 3.4 De arbeidsovereenkomst moet worden aangegaan conform de bij uw instelling geldende rechtspositieregeling.

  • 3.5 Het arbeidscontract dient te zijn aangegaan voor ten minste zes maanden.

Artikel 4. Wijzigingen en beëindiging

  • 4.1 Tussentijdse wijzigingen dienen zo spoedig mogelijk, maar niet later dan twee weken na de inwerkingtreding van de wijziging, schriftelijk te worden doorgegeven aan Rentree als het een plaatsing vanuit de Dup betreft, bij het reïntegratiebedrijf als het een trajectplan betreft of bij de gemeente als het plaatsing is via het casemanagement van de gemeente is.

  • 4.2 Bij uitdiensttreding van de gesubsidieerde medewerker vervalt de grondslag van subsidiering op grond van dit reglement.

  • 4.3 De subsidie wordt ingetrokken, indien onjuiste of onvolledige informatie is verstrekt, de werkgever in staat van faillissement is gesteld, aan de werkgever surseance van betaling is verleend of indien de werkgever niet aan de subsidievoorwaarden voldoet.

Artikel 5. Hoogte en duur van de subsidie

  • 5.1 De Hoogte van de subsidie mag niet meer bedragen van 50% van de loonkosten.

  • 5.2 Met in achtneming van artikel 1 stelt de gemeente Hoorn de volgende bedragen beschikbaar ingedeeld naar leeftijdscategorieën.

    Leeftijdscategorie

    Subsidiebedrag per maand

    Voor 16 en 17 jarigen € 240,-

    Voor 18 en 19 jarigen € 250,-

    Voor 20 jarigen € 300,-

    Voor 21 jarigen € 400,-

    Voor 22 jaar en ouder € 500,-

  • 5.3 Verhoging van het subsidiebedrag in verband met verandering van de leeftijd, geschied jaarlijks, namelijk aan het begin van het kalenderjaar (januari) nadat de leeftijdswijziging heeft plaatsgevonden.

  • 5.4 Het volledige subsidiebedrag wordt verleend bij een 32-urige werkweek. Indien de werkweek minder bedraagt dan 32 uur, dan wordt de subsidie naar rato van het aantal werkzame uren toegekend. Bedraagt de werkweek meer dan 32 uur dan geldt dit niet en wordt niet meer dan de volledige subsidie verstrekt.

  • 5.5 De uitstroomplaats kan, als de werkgever de deelnemer direct aansluitend aan de uitkering in dienst neemt, voor maximaal drie jaar worden toegekend. Na een periode van detachering wordt een uitstroomplaats maximaal één jaar toegekend.

  • 5.6 Tweederde van het subsidiebedrag wordt beschikbaar gesteld tijdens de dienstbetrekking. Eenderde van het bedrag wordt pas beschikbaar gesteld indien de werkgever de deelnemer na de uitstroomplaats voor minimaal één jaar regulier in dienst neemt. Indien de deelnemer niet in reguliere dienst wordt genomen bij dezelfde werkgever vervalt dit deel van de subsidie.

  • 5.7 De beschikbaarstelling van de subsidie geschiedt per kwartaal, nadat de loonstrookjes over dat betreffende kwartaal ontvangen zijn. De loonstrookjes dienen aan het eind van het kwartaal opgestuurd te worden naar de uitvoerder van de Detacherings- en uitstroompool indien het een plaatsing via de DUP betreft en bij plaatsing via het casemanagement van de gemeente of het reïntegratiebedrijf aan de gemeente. De loonstrookjes dienen ter bewijs van de verrichte uren werk door de werknemer. De betaling van het eenderde deel van de subsidie vindt plaats nadat de arbeidsovereenkomst van de reguliere functie is ontvangen door de gemeente.

  • 5.8 De subsidie verlening wordt verstrekt op basis van gewerkte maanden. Bij instroom tot en met de15e van de maand wordt subsidie verleend voor een hele maand subsidie. Bij instroom na de 15e van de maand wordt een halve maand subsidie verleend. Bij uitstroom tot en met 15e wordt een halve maand subsidie verleend en bij uitstroom na de 15e wordt een hele maand subsidie verleend.

  • 5.9 Door de werkgever ontvangen andere subsidiegelden worden in mindering gebracht op de door de werkgever ontvangen subsidie. Uitzondering hierop is subsidie die in het kader van de REA is ontvangen.

  • 5.10 De totale subsidie die ondernemingen gedurende een periode van drie jaar ontvangen mag niet hoger zijn dan € 100.000 (conform de verordening minimis-steun (EG) Nr. 69/2001)).

  • 5.11 Subsidieverlening vindt plaats onder de voor-waarden, zoals die worden genoemd in de beleidsaanbeveling: loonkostensubsidie en Europese regelgeving opgenomen in de verzamelbrief van april 2004 van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het Beleidsplan, de WWB, de gemeentelijke subsidieverordening en de beleidsregel uitstroomplaatsen.

Artikel 6. Uitvoering uitstroomplaatsen

  • 6.1 Alleen uitstroomplaatsen die zijn bemiddeld door de uitvoerder van de Detacherings- en uitstroompool of een reïntegratiebedrijf waarmee de gemeente een contract heeft afgesloten komen in aanmerking voor subsidie.

  • 6.2 De gemeente kan ook zelf afspraken met werkgevers maken en loonkostensubsidie toekennen.

  • 6.3 De uitvoerder van de Detacherings- en uitstroompool is verantwoordelijk voor de subsidieadministratie indien het cliënten betreft die geplaatst zijn. De administratie moet zo zijn ingericht dat door de gemeente en of de accountant kan worden vastgesteld dat de subsidie terecht is toegekend. De gemeente houdt de administratie bij van uitstroomplaatsen geregeld door de gemeente of het reïntegratiebedrijf.

Artikel 7. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 7.1 Deze regeling kan worden aangehaald als beleidsregel uitstroomplaatsen gemeente Hoorn.

  • 7.2 Deze regeling treedt in werking na bekendmaking met terugwerkende kracht naar 1 januari 2004.