Regeling vervallen per 01-01-2020

Regeling Functiewaardering 2007

Geldend van 29-05-2007 t/m 31-12-2019

Intitulé

Regeling Functiewaardering 2007

Wettelijke grondslag: artikel 125 Ambtenarenwet

Artikel 1 Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Functiehuis: het functiehuis zoals dat door burgemeester en wethouders is vastgesteld bij besluit van 11 september 2001, registratienummer 2001/10149, en bij besluit van 27 november 2001, registratienummer 2001/13045.

b. In het functiehuis is/zijn opgenomen:

  • 1.

    Generieke functieprofielen;

  • 2.

    Specifieke functieprofielen;

  • 3.

    Functiereeksen;

  • 4.

    Matrix functiehuis generieke functies;

  • 5.

    supplementen algemene functie;

  • 6.

    Algemene functies;

  • 7.

    Specifieke functies;

  • 8.

    Competentiewoordenlijst.

c. vakorganisatie: een toegelaten vakorganisatie als bedoeld in artikel 12:1 van de CAR.

d. afgevaardigde vakorganisatie: een door de vakorganisatie in onderling overleg aangewezen vertegenwoordiger die geen ambtenaar in de zin van artikel 1:1 van de CAR is;

e. Commissie functiewaardering: de commissie die tot taak heeft om aan burgemeester en wethouders advies uit te brengen met betrekking tot wijzigingen en/of uitbreiding van het functiehuis en/of de financiële waardering van een functie en/of een supplement.

f. Arbitragecommissie: de advies- en arbitragecommissie als bedoeld in artikel 12:3:1 van de UWO.

Artikel 2 Commissie functiewaardering

  • 1. De commissie functiewaardering bestaat uit:

    • 1.

      de gemeentesecretaris, voorzitter;

    • 2.

      het hoofd van de afdeling Middelen. Bij de waardering van een specifieke functie wordt het hoofd van de Afdeling Middelen vervangen door de direct leidinggevende onder wie de specifieke functie valt;

    • 3.

      twee afgevaardigden van de vakorganisaties;

    • 4.

      de P&O-adviseur van de concernstaf en de secretaris van de Commissie voor Georganiseerd Overleg, secretarissen.

  • 2. De afgevaardigden als bedoeld in het eerste lid, onder c, wijzen hun plaatsvervangers aan. De afgevaardigde van de ene vakorganisatie kan de afgevaardigde van de andere vakorganisatie aanwijzen als zijn plaatsvervanger. Bij afwezigheid van de functionarissen genoemd in het eerste lid onder a, b en d, worden zij vervangen volgens de binnen de gemeente IJsselstein geldende regels van plaatsvervanging.

Artikel 3

De commissie functiewaardering brengt aan burgemeester en wethouders advies uit over een wijziging en/of uitbreiding van het functiehuis en/of de financiële waardering van een functie en/of een supplement.

Artikel 4

  • 1. Ten minste drie weken voor de commissie functiewaardering vergadert, stuurt de gemeentesecretaris een voorstel tot wijziging en/of uitbreiding van het functiehuis en/of de financiële waardering van een functie en/of een supplement naar de commissieleden.

  • 2. De commissie functiewaardering brengt een advies uit aan burgemeester en wethouders.

  • 3. Alle leden van de commissie functiewaardering zijn stemgerechtigd, met uitzondering van de secretarissen van de commissie functiewaardering. Als de afgevaardigde van een vakorganisatie de vertegenwoordiger van de andere vakorganisatie heeft aangewezen als zijn plaatsvervanger, heeft deze persoon stemrecht namens beide vakorganisaties.

  • 4. Een advies kan ook zonder hoofdelijke stemming tot stand komen.

Artikel 5

  • 1. De vergaderingen van de commissie functiewaardering zijn niet openbaar.

  • 2. De discussies en standpuntwisselingen in de vergadering zijn vertrouwelijk.

  • 3. Een vergadering vindt geen doorgang indien niet alle commissieleden vertegenwoordigd zijn.

Artikel 6

  • 1. Van de beraadslagingen in de vergadering stelt de secretaris een verslag samen dat zo spoedig mogelijk, zonodig met bijbehorende bescheiden, wordt toegezonden naar de commissieleden.

  • 2. De commissie functiewaardering doet van haar advies schriftelijke mededeling aan burgemeester en wethouders, onder toezending van het verslag van de vergadering.

Artikel 7 Ondernemingsraad

  • 1. Als een voorstel tot wijziging en/of uitbreiding van het functiehuis en/of de financiële waardering van een functie en/of een supplement tevens inhoudt een aangelegenheid ten aanzien waarvan de Ondernemingsraad adviesrecht heeft (art. 25 WOR), stuurt de gemeentesecretaris zijn voorstel als bedoeld in artikel 4, eerste lid, tegelijkertijd naar de Ondernemingsraad.

  • 2. De gemeentesecretaris brengt de commissie functiewaardering op de hoogte van zijn adviesaanvraag aan de Ondernemingsraad.

Artikel 8 Burgemeester en wethouders

  • 1. Burgemeester en wethouders nemen naar aanleiding van het advies van de commissie functiewaardering en, in voorkomende gevallen, tevens naar aanleiding van het advies van de Ondernemingsraad, een besluit over de wijziging en/of uitbreiding van het functiehuis en/of de financiële waardering van een functie en/of een supplement.

  • 2. Wanneer burgemeester en wethouders niet kunnen instemmen met het advies van de commissie functiewaardering, dan wordt een bindende uitspraak gevraagd aan de arbitragecommissie.

Artikel 9 Intrekking oud recht

De Regeling functiewaardering 1990 wordt ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking nadat daarover overeenstemming is bereikt in de commissie voor georganiseerd overleg.