Regeling vervallen per 01-06-2011

Fraudeverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Kapelle

Geldend van 01-08-2010 t/m 31-05-2011

Intitulé

Fraudeverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Kapelle

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      de wet: de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren;

    • b.

      wet SUWI: de Wet Structuur Uitvoeringsorganisaties Werk en Inkomen;

    • c.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ;

    • d.

      belanghebbende: degene, waaronder ook wordt verstaan diens gezin, wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;

    • e.

      fraude: het verwijtbaar informatie achterhouden, of verwijtbaar onjuiste informatie verstrekken, met het doel een (hogere) uitkering te ontvangen anders als waar men op grond van de juiste en/of volledige informatie recht op zou hebben;

    • f.

      inlichtingenverplichting: de in de wet genoemde verplichting;

    • g.

      benadelingsbedrag: het netto bedrag dat als gevolg van het niet of niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenverplichting ten onrechte is verleend als bijstand;

    • h.

      grens aangiftebedrag Openbaar Ministerie: het bruto uitkeringsbedrag waarvoor de gemeente is benadeeld door een belanghebbende en waarboven het college aangifte doet bij het Openbaar Ministerie;

    • i.

      recidive: het binnen een bepaalde termijn opnieuw plegen van een verwijtbare handeling uit dezelfde of hogere categorie;

    • j.

      onverwijld uit eigen beweging: het via een daartoe beschikbaar gesteld formulier het Rechtsmatigheids Onderzoek Formulier (ROF) of ander mutatieformulier op de daarop opgenomen wijze en/of tijdstip mededeling doen van alle van belang zijnde feiten en omstandigheden;

    • k.

      langdurigheidstoeslag: de in artikel 36 van de Wwb bedoelde toeslag;

    • l.

      norm: de som van de norm, eventuele toeslagen en/of verlagingen en periodieke bijzondere bijstand voor de algemene kosten van het bestaan, inclusief vakantiegeld.

  • 2. Voor zover daar in deze verordening niet van wordt afgeweken, zijn de gehanteerde begrippen gelijk aan die in de wet.

HOOFDSTUK 2 FRAUDEBESTRIJDING

Artikel 2 Aangifte

Indien het benadelingsbedrag het bruto bedrag van € 10.000,— overschrijdt, wordt door of namens het college aangifte gedaan bij het Openbaar Ministerie.

Artikel 3 Verantwoording college

  • 1. De raad bepaalt jaarlijks de onderwerpen waarover het college dient te rapporteren.

  • 2. In ieder geval rapporteert het college aan de raad over:

    • a.

      het aantal gevallen waarin is vastgesteld dat bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend;

    • b.

      de verschillende vormen van fraude die zijn geconstateerd en de frequentie ervan;

    • c.

      of, en zo ja in hoeveel gevallen tot terugvordering is besloten onderscheidenlijk in hoeveel gevallen, met redenen omkleed, is afgezien van terugvordering;

    • d.

      of, en zo ja in hoeveel gevallen is ingevorderd en tot welk bedrag;

    • e.

      in hoeveel gevallen toepassing is gegeven aan het gestelde in artikel 4 van deze verordening;

    • f.

      in hoeveel gevallen aangifte heeft plaatsgevonden.

Artikel 4 Terugvordering

Terugvordering van bijstand gebeurt met inachtneming van de bepalingen van deze verordening.

De verdere wijze van terug- en invordering is vastgelegd in de beleidsregels inzake terugvordering.

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 5 Hardheidsclausule en onvoorziene omstandigheden

1.Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de uitkeringsgerechtigde afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden

van overwegende aard leidt.

  • 2.

    Van terugvordering kan worden afgezien in geval sprake is van dringende redenen, dit ter beoordeling van het college. Een en ander is nader uitgewerkt in de beleidsregels inzake terugvordering.

  • 3.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het college.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2010.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Fraudeverordening Wwb en WIJ gemeente