Verordening marktgelden 2010

Geldend van 08-01-2010 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2010

Intitulé

Verordening marktgelden 2010

Besluit van de raad van 10 december 2009 tot vaststelling van de Verordening Marktgelden 2010.

De raad van de gemeente Laarbeek;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 november 2009;

gelet op de artikelen 216, 219 en 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en invordering van marktgelden.

Artikel 1 Belastbaar feit

Voor het hebben van het recht op het innemen van een standplaats op de weekmarkt voor het ten verkoop uitstallen, aanbieden of voorradig hebben van goederen, eetwaren en andere artikelen, wordt onder naam van marktgelden een recht geheven overeenkomstig de navolgende bepalingen.

Artikel 2 Belastingplicht

Het marktgeld wordt geheven van degene, aan wie het recht tot het innemen van een standplaats, als bedoeld in artikel 1, is verleend.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    a. Het marktgeld bedraagt in Beek en Donk:

    voor een standplaats, waarbij gebruik wordt gemaakt van een op de markt aanwezige

    of te plaatsen opstal, per strekkende meter met een diepte als door burgemeester en

    wethouders wordt aangegeven danwel voor een standplaats, waarbij de uitstalling op

    de grond plaatsvindt, per vierkante meter:

    per markt € 0,72

    per kwartaal € 8,24

    • b.

      Het marktgeld bedraagt in Aarle-Rixtel:

voor een standplaats, waarbij gebruik wordt gemaakt van een op de markt aanwezige

of te plaatsen opstal, per strekkende meter met een diepte als door burgemeester en

wethouders wordt aangegeven danwel voor een standplaats, waarbij de uitstalling op de grond plaatsvindt, per vierkante meter:

per markt € 0,60

per kwartaal € 7,20

c.Het marktgeld bedraagt in Lieshout:

voor een standplaats, waarbij gebruik wordt gemaakt van een op de markt aanwezige

of te plaatsen opstal, per strekkende meter met een diepte als door burgemeester en

wethouders wordt aangegeven danwel voor een standplaats, waarbij de uitstalling op de grond plaatsvindt, per vierkante meter:

per markt € 0,72

per kwartaal € 5,88

2.Bij de berekening van het marktgeld wordt een gedeelte van een meter en een gedeel-

2. te van een vierkante meter voor respectievelijk een gehele meter en een gehele vier-

2. kante meter gerekend. Ter berekening van het getal ingenomen meters frontbreedte

2. wordt genomen de totale frontbreedte, die is ingenomen, daaronder begrepen de plaats

2. van kisten, karren, kruiwagens en andere voorwerpen, gevuld en/of ongevuld.

Artikel 4 Wijze van heffen / Tijdstip van betaling

  • 1. a. Het marktgeld wordt geheven per kwartaal.

    • b.

      Betaling van het marktgeld per markt is slechts toegestaan bij incidenteel gebruik.

  • 2. a. Het marktgeld als bedoeld onder artikel 4. 1.a. wordt geheven door middel van een ge-

    dagtekende nota en moet, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet

    1990, worden betaald binnen 14 dagen na dagtekening van de nota.

    • b.

      Het marktgeld als bedoeld onder artikel 4. 1.b. wordt geheven door middel van een

      voorbedrukt genummerd kaartje en moet, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de

      Invorderingswet 1990, worden betaald op het moment van uitreiken van het kaartje.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in voorgaande leden gestelde

    termijnen.

Artikel 5 Restitutie

Indien de gebruiker van een standplaats door omstandigheden, onafhankelijk van zijn wil, geen gebruik meer kan maken van een standplaats, waarvoor het marktgeld per kwartaal is voldaan, wordt teruggaaf verleend van het teveel betaalde marktgeld over de volle kalendermaanden, waarin van de standplaats geen gebruik is gemaakt.

Artikel 6 Vrijstellingen

Het marktgeld wordt niet geheven voor standplaatsen tijdens de jaarlijkse kermis.

Artikel 7 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de marktgelden.

Artikel 8 Kwijtschelding

Van de marktgelden wordt geen kwijtschelding, als bedoeld in artikel 255 van de Gemeentewet, verleend.

Artikel 9 Inwerkingtreding en overgangsbepaling

  • 1. De verordening marktgelden 2002, vastgesteld op 4 oktober 2001, wordt ingetrokken

    met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien

    verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum

    hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de

    bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van heffing is 1 januari 2010.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Marktgelden 2010”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Laarbeek van 10 december 2009.

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

M.H.C.M. van der Aa J.J.P.M. Gilissen
Besluit Verordening Marktgelden 2010