Regeling vervallen per 08-06-2011

Verordening regelende de taken, de bevoegdheden en samenstelling van de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer 2007

Geldend van 08-06-2011 t/m 07-06-2011

Intitulé

Verordening regelende de taken, de bevoegdheden en samenstelling van de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer 2007

De raad van de gemeente Landsmeer;

Gelezen het voorstel van het college van 23 januari 2007;

Gehoord het advies van de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken van 8 februari 2007;

Overwegende, dat

de Verordening op de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer 2 jaar na vaststelling dient te worden geëvalueerd;

bedoelde verordening is vastgesteld bij raadsbeluit van 8 februari 2005;

met de voorzitter van de commissie overleg is gepleegd over de evaluatie

gelet op artikel 83 van de Gemeentewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de Verordening regelende de taken, de bevoegdheden en samenstelling van de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer 2007.

Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer;

  • b.

    Internationale Zaken: jumelage-aangelegenheden en ontwikkelingssamenwerking;

  • c.

    lid: lid van de commissie;

  • d.

    voorzitter: voorzitter van de commissie of diens vervanger;

  • e.

    secretaris: secretaris van de commissie of diens vervanger;

  • f.

    penningmeester: penningmeester van de commissie of diens vervanger;

  • g.

    vergadering: vergadering van de commissie;

  • h.

    jumelage-gemeenten: Bergneustadt (Duitsland), Châtenay-Malabry (Frankrijk), Landsmeer;

  • i.

    vergaderquorum: de helft van het aantal zitting hebbende leden op een heel getal afgerond;

Hoofdstuk 2: Instelling, Taken, Samenstelling en Zittingsduur

Artikel 2

De raad stelt een bestuurscommissie voor Internationale Zaken in.

Artikel 3 Taken

  • a. het organiseren, coördineren en stimuleren van diverse evenementen tussen de jumelage-gemeenten;

  • b. het maken van keuzes voor ontwikkelingsprojecten die worden gesubsidieerd door de jumelage-gemeenten;

  • c. het anderszins besteden van subsidiegelden en deze controleren;

  • d. het werven van fondsen;

  • e. het bevorderen van zowel de samenwerking met de jumelage-gemeenten als de ontwikkelingssamenwerking;

  • f. het bevorderen van de contacten met Landsmeerders die in ontwikkelingslanden werken.

Artikel 4 Samenstelling

De commissie bestaat uit ten hoogste negen leden, te weten:

  • 1.

    a. een lid door de gemeenteraad uit zijn midden te benoemen;

    b.acht leden door de gemeenteraad te benoemen, op voordracht van de commissie, waarbij in acht wordt genomen, dat alle geledingen uit de bevolking vertegenwoordigd zijn.

  • 2.

    De artikelen 10,11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op de leden als bedoeld in lid 1 sub b.

Artikel 5 Voorzitter, Secretaris en Penningmeester

De commissie kiest uit haar midden een voorzitter, secretaris en penningmeester, alsmede hun plaatsvervangers.

Artikel 6 Voorzitter

  • a. de voorzitter is lid van de commissie;

  • b. de voorzitter is belast met:

    • ·

      het leiden van de vergadering

    • ·

      het handhaven van de orde

    • ·

      het ondertekenen van alle stukken die van de commissie uitgaan

    • ·

      het vertegenwoordigen van de commissie in en buiten rechte

    • ·

      het doen naleven van deze verordening

    • ·

      hetgeen deze verordening hem opdraagt.

Artikel 7 Secretaris

  • a.

    de secretaris verzendt, behalve in spoedgevallen ter beoordeling van de voorzitter, ten minste één week van tevoren de uitnodiging voor de vergadering aan de leden;

  • b.

    de uitnodiging bevat de voorlopige agenda van de te behandelen onderwerpen;

  • c.

    de secretaris draagt zorg voor het opstellen van een besluitenlijst. De besluitenlijst, die eveneens aan de raad wordt toegezonden, maakt melding van de besluiten van de commissie; de beweegredenen welke tot het besluit hebben geleid en wanneer de besluiten bij meerderheid van stemmen zijn genomen de vermelding van het gevoelen van de minderheid van de commissie.

    Bij het staken van de stemmen wordt het gevoelen van verdeeldheid van de commissie vastgelegd.

  • d.

    ondertekent mede de stukken die van de commissie uitgaan.

Artikel 8 Penningmeester

  • a. de penningmeester is belast met het beheer van de gelden die aan de commissie zijn toevertrouwd;

  • b. met betrekking tot het financieel beheer van de commissie zijn de artikelen 212 en 213 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. De boekhouding moet zodanig zijn ingericht, dat daaruit steeds een volledig overzicht van de bezittingen, vorderingen en schulden van de bestuurscommissie alsmede een gedetailleerd overzicht van de uitkomsten van de exploitatie daarvan kan worden samengesteld.

  • c. voor het effectueren van betalingen ten laste van de bestuurscommissie heeft de penningmeester een tweede handtekening nodig.

  • d. de commissie wijst uit haar midden de functionaris en een plaatsvervanger aan die de betaling mede autoriseert.

  • e. er mogen alleen uitgaven worden gedaan die op de begroting van de bestuurscommissie zijn geraamd en goedgekeurd door de gemeenteraad of via een besluit van de gemeenteraad op de begroting zijn gebracht.

Artikel 9 Benoeming

  • 1. De leden worden benoemd voor een periode van vier kalenderjaren volgend op de datum van benoeming en zijn terstond daarna voor een gelijke periode herbenoembaar.

  • 2. Een lid kan te allen tijde ontslag nemen.

  • 3. Het ontslag wordt verleend zodra in de vacature is voorzien. In bijzondere gevallen kan de raad deugdelijk gemotiveerd, op verzoek van betrokkene, om zwaarwegende redenen het ontslag eerder verlenen.

Hoofdstuk 3: Vergaderingen

Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen

Artikel 10 Vergaderfrequentie

  • 1. De bestuurscommissie komt tenminste driemaal per jaar bijeen.

  • 2. De voorzitter belegt een vergadering, indien deze of tenminste twee andere leden dat nodig achten.

  • 3. De voorzitter bepaalt dag en plaats van de vergaderingen.

  • 4. De vergaderingen vangen aan om 20.00 uur en eindigen uiterlijk 23.30 uur, tenzij de commissie anders beslist.

  • 5. De voorzitter kan in bijzondere gevallen een ander aanvangsuur bepalen.

Artikel 11 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. De stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorzitter maakt van de ter inzage legging melding in de openbare kennisgeving bedoeld in artikel 12. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de commissie en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.

  • 2. Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

  • 3. Indien omtrent stukken op grond van artikel 25, eerste of tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de secretaris en verleent de secretaris de commissieleden inzage.

Artikel 12 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt door aankondiging in Kompas en door plaatsing op de website van de gemeente ter openbare kennis gebracht.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      de wijze waarop en de plaats waar een ieder de voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien;

    • c.

      de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 14.

Paragraaf 2 Orde der vergadering

Artikel 13 Opening vergadering; quorum

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, wanneer het vergaderquorum aanwezig is.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat tenminste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.

  • 3. Op de vergadering, zoals bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De commissie kan echter over andere aangelegenheden alleen beraadslagen of besluiten, indien het vergaderquorum aanwezig is.

Artikel 14 Spreekrecht burgers

  • 1. De aanwezige burgers kunnen het woord voeren bij geagendeerde onderwerpen. De voorzitter geeft, voordat de commissie met de beraadslaging over het geagendeerde agendapunt begint, de insprekers in volgorde van aanmelding het woord. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 2. Het woord kan niet gevoerd worden over:

    • a.

      een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar of beroep openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      een gedraging waarover een klacht ex. artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

  • 3. Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit tenminste vóór de aanvang van de vergadering aan de secretaris. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.

  • 4. Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. In bijzondere gevallen kan de voorzitter eveneens afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

  • 5. De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de spreker.

  • 6. De voorzitter kan degene die van het spreekrecht gebruik heeft gemaakt voor de tweede maal het woord verlenen, nadat de commissie in eerste termijn over het voorstel en de inbreng van de insprekers heeft beraadslaagd.

  • 7. Aan het begin van de vergadering stelt de voorzitter de aanwezigen in de gelegenheid één korte vraag te stellen over onderwerpen die niet zijn geagendeerd de commissie betreffende.

Artikel 15 Besluitenlijst

  • 1. De ontwerpbesluitenlijst van de voorgaande vergadering wordt, zo mogelijk, gelijktijdig met de schriftelijke oproep aan de leden toegezonden. De ontwerpbesluitenlijst wordt op hetzelfde moment aan de overige personen die het woord hebben gevoerd, toegezonden.

  • 2. Bij het begin van de vergadering wordt, zo mogelijk, de besluitenlijst van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 3. De leden hebben het recht een voorstel tot wijziging van de besluitenlijst aan de commissie te doen, indien deze onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor de vaststelling van de besluitenlijst schriftelijk bij de secretaris te worden ingediend.

  • 4. De besluitenlijst moet inhouden:

    • a.

      de namen van de ter vergadering aanwezige leden, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben. Afzonderlijk wordt vermeld welke leden afwezig waren;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      een zakelijke samenvatting van het besprokene;

    • d.

      een samenvatting van de besluiten onder vermelding van de namen van de leden die mededeling hebben gedaan van hun goed- of afkeuring.

    • e.

      Bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie op grond van het bepaalde in artikel 21 door de commissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • 5. De vastgestelde besluitenlijst wordt door de voorzitter en secretaris ondertekend.

Artikel 16 Aantal spreektermijnen

  • 1. De beraadslaging over een agendapunt geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de commissie anders beslist.

  • 2. Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten.

  • 3. Een lid mag in een termijn niet meer dan éénmaal het woord voeren over hetzelfde agendapunt.

  • 4. Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde agendapunt het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 17 Spreektijd

Een lid kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden.

Artikel 18 Voorstellen van orde

  • 1. De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht.

  • 2. Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen.

  • 3. Over een voorstel van orde beslist de commissie terstond.

Artikel 19 Handhaving; schorsing

  • 1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    • b.

      een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

  • 2. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord – de vergadering sluiten.

  • 4. De voorzitter kan de commissie voorstellen aan een lid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen.

  • 5. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zonodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 20 Beraadslaging

  • 1. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de commissie beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen.

  • 2. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de commissie beslissen de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde de leden de gelegenheid te geven tot nader onderling beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.

Artikel 21 Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • 1. De commissie kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

  • 2. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 22 Beslissing

  • 1. De algemene subsidieverordening is van toepassing op het nemen van besluiten op verzoeken om subsidie.

  • 2. Wanneer de voorzitter vaststelt, dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslaging, tenzij de commissie anders beslist.

  • 3. Nadat de beraadslaging is gesloten, vindt de stemming over het voorstel in zijn geheel plaats, tenzij geen stemming wordt gevraagd.

Hoofdstuk 4: Besloten vergadering

Artikel 23 Algemeen

Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voorzover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 24 Besluitenlijst

  • 1. De besluitenlijst van een besloten vergadering wordt niet rondgedeeld, maar ligt uitsluitend voor de leden ter inzage bij de secretaris.

  • 2. Deze besluitenlijst wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de commissie een beslissing over het al dan niet openbaar maken van deze besluitenlijst. De vastgestelde besluitenlijst wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

Artikel 25 Geheimhouding

Vóór afloop van de besloten vergadering beslist de commissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De commissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

Artikel 26 Opheffing geheimhouding

Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt daarover, indien de commissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met commissie overleg gevoerd.

Hoofdstuk 5: Toehoorders en pers

Artikel 27 Toehoorders en pers

  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

  • 3. De voorzitter is bevoegd toehoorders die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren, te doen vertrekken. Toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren kan hij voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering ontzeggen.

Artikel 28 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Artikel 29 Verbod gebruik mobiele telefoons

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het standby houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering, zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.

Hoofdstuk 6: Begroting en verantwoording

Artikel 30

  • 1. De commissie zendt ieder jaar vóór 1 april een begroting voor het volgende jaar aan de raad inclusief een meerjarenbegroting voor de volgende drie jaren. De begroting dient te voldoen aan de bepalingen van het Besluit Begroten en Verantwoorden.

  • 2. De rekening over het afgelopen jaar, bedoeld in het Besluit Begroten en Verantwoorden, inclusief het jaarverslag wordt jaarlijks door de commissie vóór 1 maart van het lopende jaar aan de raad aangeboden.

  • 3. De leden van de commissie zijn, ieder afzonderlijk en tezamen, voor de uitoefening van de taak van de commissie aan de raad verantwoording schuldig en geven daartoe alle inlichtingen.

Hoofdstuk 7: Vergoeding commissieleden

Artikel 31

De commissieleden, niet zijnde raadslid, ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergadering op grond van de door de raad vastgestelde verordening.

Hoofdstuk 8: Slotbepalingen

Artikel 32 Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de commissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 33 Evaluatie

Deze verordening wordt geëvalueerd twee jaar na het inwerkingtreden.

Artikel 34 Aanhalen verordening

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening op de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer 2007”.

Artikel 35 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt op de dag volgende op de dag van de bekendmaking.

  • 2.

    Op dat tijdstip vervalt de “Verordening op de bestuurscommissie Internationale Zaken Landsmeer” vastgesteld bij raadsbesluit van 8 februari 2005.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 20 februari 2007 ,
de voorzitter,
de griffier,