Regeling vervallen per 15-11-2016

Verordening naamgeving en nummering gemeente Lansingerland

Geldend van 19-04-2007 t/m 14-11-2016

Intitulé

Verordening naamgeving en nummering gemeente Lansingerland

De raad van de gemeente Lansingerland;gelezen het voorstel van het college van 30 januari 2007; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;besluit vast te stellen de volgende:Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de nummering van gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen (adressen)

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:College: het college van burgemeester en wethouders van Lansingerland. Openbare ruimte: alle voor het openbaar rijverkeer of ander verkeer openstaande wegen of paden, pleinen, plaatsen, plantsoenen, bruggen, viaducten, knooppunten of daarmee vergelijkbare plaatsen of constructies en alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin begrepen alle bouwwerken die daar deel van uitmaken. Woonplaats: een door het college aangewezen gebied waaraan een woonplaatsnaam is toegekend. Bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond en bedoeld is om ter plaatse te functioneren. Gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt. Complex: een afgebakend samengesteld geheel van gebouwen en bouwwerken (industriecomplex, complex met vakantiehuisjes, kazernecomplex, agrarisch complex, jachthavencomplex, etc.). Afgebakend terrein: een terrein met afsluitbare toegang, waarop zich geen bouwwerken bevinden. Ligplaats: een deel van het openbare water dat is bestemd voor het permanent afmeren van een (woon)schip of een woonark. Standplaats: een kavel, die is bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop (nuts)voorzieningen aanwezig zijn. Nummer: een nummer dat bestaat uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter of cijfer, of combinatie van letters en cijfers. Object: een gebouw, complex, afgebakend terrein, ligplaats of standplaats. Rechthebbende: eenieder die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht de beschikking heeft over een onroerende zaak, alsmede de beheerder. Uitvoeringsvoorschriften: nadere bepalingen van technische en administratieve aard.

Hoofdstuk 2 Het benoemen van openbare ruimten en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen en ligplaatsen of standplaatsen

Artikel 2 Naamgeving

Het college verdeelt de gemeente, al dan niet op basis van bouwblokken, in wijken en buurten en kent daaraan namen en nummers, zo nodig aangevuld met letters, toe. Het college kent voor het totale grondgebied van de gemeente namen toe aan te onderscheiden delen van de openbare ruimte en zonodig aan bouwwerken zoals gebouwen, bruggen, tunnels, viaducten e.d. Onder vaststellen, verdelen en toekennen, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken van de vaststelling, verdeling en toekenning.

Artikel 3 Nummering

Het college kan aan een object of een te onderscheiden deel daarvan een nummer toekennen. Aan een object dat een nummer heeft gekregen, moet het nummer op een doeltreffende wijze zijn aangebracht. Onder toekennen, zoals bedoeld in het eerste lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken van de toekenning.

Hoofdstuk 3 Plaatsen van naam- en nummerborden

Artikel 4 Aanbrengen van namen en nummers

De door het college aan delen van de openbare ruimte toegekende namen worden zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht. Het is een ieder die daartoe niet bevoegd is, verboden aan delen van de openbare ruimte, aan de daaraan liggende gemeentelijke bouwwerken en aan ligplaatsen of standplaatsen namen of nummers toe te kennen door ze op zichtbare wijze aan te brengen. Het is een ieder die daartoe niet bevoegd is, verboden aan zijn onroerende zaak nummers toe te kennen door ze op zichtbare wijze aan te brengen.

Artikel 5 Gedoogplicht naamborden

Indien het college het nodig oordeelt dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met straatnamen en verwijsborden aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een andere soort terreinafscheiding worden aangebracht, is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden overeenkomstig de aanwijzingen van het college worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd. De rechthebbende dient er zorg voor te dragen dat de in het eerste lid genoemde borden vanaf de openbare weg duidelijk leesbaar blijven.

Artikel 6 Nummerborden aanbrengen

De rechthebbende is verplicht het nummer, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, binnen vier weken na kennisgeving van het besluit van het college aan te brengen. Tenzij door het college anders is besloten, is de rechthebbende van een object verplicht het in het eerste lid genoemde nummer, alsmede daarmee verband houdende verwijs- en verzamelborden aan te brengen op een wijze zoals krachtens artikel 7 is bepaald. Indien een object nog niet is voltooid, wordt het nummer binnen vier weken na voltooiing aangebracht. Het college kan de in het eerste en derde lid genoemde termijn verlengen.

Hoofdstuk 4 Uitvoeringsvoorschriften

Artikel 7 Uitvoeringsvoorschriften

Het college is bevoegd nadere (technische) uitvoeringsvoorschriften vast te stellen betreffend het bepaalde in deze verordening.

Hoofdstuk 5 Straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 8 Strafbepaling

Overtreding van artikel 4, tweede lid, of het niet voldoen aan de bepalingen in artikel 5 en 6, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie. De opsporing van de in het eerste lid strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordening genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door het college met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voorzover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

Artikel 9 Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van zes weken na de datum van bekendmaking in de huis-aan-huisblad de Heraut.

Artikel 10 Vervallen oude regels

Met de inwerkingtreding van deze verordening vervallen de eerdere gemeentelijke regels en voorschriften voor het benoemen van delen van de openbare ruimte en het nummeren van de daaraan liggende objecten.

Artikel 11 Overgangsbepalingen

Namen en nummers die op grond van de in artikel 10 genoemde regels en voorschriften aan delen van de openbare ruimte en objecten zijn toegekend, blijven na het in werking treden van deze verordening bestaan. Het college kan in afwijking van het eerste lid besluiten dat de op grond van de in het eerste lid genoemde regels en voorschriften aangebrachte namen en nummers binnen een door hem te bepalen termijn moeten worden vervangen door namen en nummers die voldoen aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften. Bij het wijzigen van een naam of nummer, als bedoeld in het tweede lid, zullen zowel de oude en de nieuwe naam als het oude en het nieuwe nummer gedurende een jaar mogen worden gebruikt op de wijze die bepaald is in de uitvoeringsvoorschriften, bedoeld in artikel 7.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening naamgeving en nummering gemeente Lansingerland’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 1 maart 2007.De griffier, C.J. van ’t Hart De voorzitter, drs. H.B. Eenhoorn