Regeling vervallen per 01-01-2014

Verordening betreffende de zorg van burgemeester en wethouders voor de archiefbescheiden van de gemeentelijke organen, de aanwijzing van de archiefbewaarplaats en het toezicht op het beheer van de archiefbescheiden, voor zover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats

Geldend van 16-07-1998 t/m 31-12-2013

Intitulé

Verordening betreffende de zorg van burgemeester en wethouders voor de archiefbescheiden van de gemeentelijke organen, de aanwijzing van de archiefbewaarplaats en het toezicht op het beheer van de archiefbescheiden, voor zover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats

Verordening betreffende de zorg van burgemeester

en wethouders voor de archiefbescheiden van de

gemeentelijke organen, de aanwijzing van de

archiefbewaarplaats en het toezicht op het beheer

van de archiefbescheiden, voor zover deze niet

zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats

(Rb. 06-07-1998, nr. 8297)

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze verordening en de daarop berustende voorschriften wordt verstaan onder:

  • a.

    archiefbescheiden:

    bescheiden, ongeacht hun vorm (analoog of digitaal) door de gemeentelijke organen ontvangen of opgemaakt en naar hun aard bestemd daaronder te berusten.

  • b.

    archiefbewaarplaats:

    de door de gemeenteraad overeenkomstig artikel 31 van de wet aangewezen archiefbewaarplaats;

  • c.

    archiefruimte:

    een ruimte bestemd of aangewezen voor de bewaring van archiefbescheiden in afwachting van hun overbrenging ingevolge artikel 12, eerste lid of 13, eerste lid van de wet.

  • d.

    de archivaris:

    de overeenkomstig artikel 32 van de wet benoemde gemeentearchivaris, of zo geen zodanige archivaris mocht zijn of worden benoemd, de gemeentesecretaris.

  • e.

    beheerders:

    degenen die ingevolge artikel 4 zijn belast met het beheer van de archiefbescheiden van de gemeentelijke organen, die nog niet naar de archiefbewaarplaats zijn overgebracht;

  • f.

    beheerseenheid:

    een door burgemeester en wethouders als zodanig aan te wijzen organisatieonderdeel;

  • g.

    besluit:

    het Archiefbesluit 1995;

  • h.

    informatie:

    de in de wet in artikel 1, onder c, bedoelde archiefbescheiden (analoog of digitaal), voor zover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats;

  • i.

    informatiesysteem:

    systeem van documentatie, procedures, apparatuur en programmatuur, met behulp waarvan archiefbescheiden kunnen worden vervaardigd, bewerkt, verzonden, ontvangen en geraadpleegd.

  • j.

    wet:

    de Archiefwet 1995.

Hoofdstuk II De aanwijzing van de archiefbewaarplaats

Artikel 2

De in artikel 31 van de wet bedoelde archiefbewaarplaats is de gemeentelijke archiefbewaarplaats, die zich bevindt aan de Grote Kerkstraat 27 en 29, te Leeuwarden.

Hoofdstuk III De zorg van burgemeester en wethouders voor de archiefbescheiden

Artikel 3

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het inrichten en instandhouden van de archiefbewaarplaats bedoeld in artikel 2, alsmede van voldoende en doelmatige archiefruimten.

Artikel 4

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het aanwijzen van de beheerders.

Artikel 5

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de aanstelling van voldoende deskundig personeel voor de werkzaamheden verbonden aan het beheer van de gemeentelijke archiefbescheiden en de daarmee annex zijnde verzamelingen.

Artikel 6

  • 1. Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor, dat de vervaardiging en de bewaring van de archiefbescheiden geschiedt op zodanige wijze, dat het behoud van deze bescheiden voldoende is gewaarborgd.

  • 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de vervaardiging van bescheiden bestemd voor een overheidsorgaan of andere belanghebbende, van welke bescheiden redelijkerwijze kan worden aangenomen dat zij voor dezen als archiefbescheiden voor blijvende bewaring in aanmerking komen.

Artikel 7

Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor, dat jaarlijks op de gemeentebegroting voldoende middelen worden geraamd ter bestrijding van de kosten die aan zorg voor en beheer van de archiefbescheiden zijn verbonden.

Artikel 8

Burgemeester en wethouders stellen voor het beheer van de gemeentelijke informatie, die nog niet naar de archiefbewaarplaats is overgebracht, voorschriften vast.

Artikel 9

Burgemeester en wethouders bevorderen, dat bij deelname door de gemeente in privaatrechtelijke rechtspersonen die overheidstaken uitvoeren, het beheer van de archiefbescheiden bij deze rechtspersonen geschiedt overeenkomstig de bepalingen van de wet.

Artikel 10

Burgemeester en wethouders doen tenminste éénmaal per jaar aan de raad verslag omtrent hetgeen zij hebben verricht ter uitvoering van artikel 30 van de wet. Zij leggen daarbij over de verslagen die door de archivaris aan hen zijn uitgebracht in verband met het beheer en het toezicht.

Hoofdstuk IV Toezicht van de archivaris op het beheer van de archiefbescheiden, welke niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats

Artikel 11

De archivaris ziet erop toe, dat het beheer van de archiefbescheiden, welke niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats, geschiedt overeenkomstig de bepalingen van de wet en de ter uitvoering daarvan gegeven voorschriften.

Artikel 12

De archivaris is bevoegd, ter uitoefening van het hem bij artikel 32, tweede lid, van de wet opgedragen toezicht, zich te doen vervangen door aan hem ondergeschikte ambtenaren die in het bezit zijn van een diploma archivistiek als bedoeld in artikel 22 van de wet.

Artikel 13

  • 1. De beheerders verstrekken aan de archivaris of aan degene die namens hem met het toezicht is belast, alle bescheiden en inlichtingen die voor een goede vervulling van zijn taak noodzakelijk zijn en verlenen de nodige medewerking om inzicht te verschaffen in de ordening en toegankelijkheid van de archiefbescheiden, alsmede in de opzet en werking van hulpmiddelen en systemen waarin archiefbescheiden zijn opgenomen.

  • 2. De archivaris en degenen die hem in de uitoefening van het toezicht vervangen of bijstaan, hebben met inachtneming van de voorschriften ten aanzien van de beveiliging van geheimen, toegang tot de archiefbescheiden die nog niet naar de archiefbewaarplaats zijn overgebracht en de ruimten waarin deze zich bevinden.

Artikel 14

De archivaris doet van zijn bevindingen bij de uitoefening van het toezicht mededeling aan de beheerders, alsmede, indien hij hiertoe aanleiding vindt, aan burgemeester en wethouders. Hij geeft daarbij aan welke voorzieningen naar zijn mening in het belang van een goed beheer moeten worden getroffen.

Artikel 15

De beheerders doen aan de archivaris tenminste tijdig mededeling van het voornemen tot:

  • a.

    opheffing, samenvoeging of splitsing van een beheerseenheid of overdracht van één of meer taken aan een andere beheerseenheid, overheidsorgaan of rechtspersoon;

  • b.

    bouw, verbouwing, inrichting, of verandering van inrichting en ingebruikneming van ruimten als archiefruimte;

  • c.

    verandering van de plaats van bewaring van niet naar de archiefbewaarplaats overgebrachte archiefbescheiden;

  • d.

    ontwerp, vervanging, aanschaf of invoering van een informatiesysteem;

  • e.

    voorbereiding, invoering en wijziging van ordeningssystemen.

Artikel 16

De archivaris doet ten minste eenmaal per twee jaar aan burgemeester en wethouders verslag betreffende de uitoefening van het toezicht.

Hoofdstuk V Slotbepalingen

Artikel 17

De "Archiefverordening Leeuwarden", vastgesteld bij raadsbesluit van 22 februari 1972, inclusief de uitvoeringsvoorschriften, wordt ingetrokken, op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

De Verordening op de aanwijzing van de archiefbewaarplaats Leeuwarden, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 februari 1972, wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 18

Artikel 18

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.

Artikel 19

Deze verordening kan worden aangehaald als "Archiefverordening Leeuwarden 1998".

Ondertekening

De bekendmaking van deze verordening heeft plaatsgevonden op 15 juli 1998.