Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening op de Commissie voor de Bezwaarschriften 2011

Geldend van 09-06-2012 t/m 31-12-2014

Intitulé

Verordening op de Commissie voor de Bezwaarschriften 2011

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: de Commissie bezwaarschriften;

  • b.

    afdeling : een afdeling van de commissie, belast met de behandeling van een bezwaarschrift als bedoeld in een van de volgende hoofdstukken;

  • c.

    indiener : degene die een bezwaarschrift heeft ingediend;

  • d.

    wet : de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Taak

  • 1. De commissie is belast met de voorbereiding van de advisering over de beslissing op ingediende bezwaarschriften, zulks met uitzondering van bezwaarschriften die zijn ingediend op grond van een gemeentelijke belastingverordening,alsmede bezwaarschriften een personele aangelegenheid betreffende en zulks met uitzondering van bezwaarschriften die door de bestuursorganen zelf worden afgedaan.

  • 2. Het college stelt na overleg met de commissie een protocol vast waarin staat welke bezwaarschriften door de bestuursorganen zelf worden afgedaan.

  • 3. De commissie kan desgevraagd, de commissie gehoord, worden belast met de advisering op bezwaarschriften aan bestuursorganen als bedoeld in artikel 1:1 Algemene wet bestuursrecht die geen deel uitmaken van de gemeente Leiden. Het bepaalde in Hoofdstuk II is daarbij van toepassing.

  • 4. De commissie kan afzien van het behandelen van bezwaarschriften. Alsdan is afdeling 7.2 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1. De commissie is als volgt samengesteld:

    • a.

      er is een eerste voorzitter en er zijn voorts ten minste drie andere voorzitters, die door burgemeester en wethouders worden benoemd, met dien verstande, dat deze functies onverenigbaar zijn met het lidmaatschap van de raad, met het ambt van burgemeester van Leiden en met de in artikel 13 van de Gemeentewet genoemde betrekkingen. Bij de benoeming dragen burgemeester en wethouders er zorg voor dat ten minste één voorzitter de instemming heeft van het Georganiseerd Overleg;

    • b.

      er worden maximaal tien leden en zes plaatsvervangende leden door burgemeester en wethouders benoemd, met dien verstande dat deze functies onverenigbaar zijn met het lidmaatschap van de raad en met de in artikel 13 van de Gemeentewet genoemde betrekkingen.

    • c.

      vervallen.

    • d.

      vervallen.

  • 2. Het bepaalde in artikel 10 van de Gemeentewet ten aanzien van raadsleden is van overeenkomstige toepassing op de leden als bedoeld in het eerste lid, onder a. en b. van dit artikel, met uitzondering van het vereiste van ingezetenschap van de gemeente.

  • lid 3 vervallen.

  • 3. Alvorens een lid als bedoeld in het eerste lid, onder a, te benoemen horen burgemeester en wethouders de commissie.

  • 5. lid 5 vervallen.

Artikel 4 Beëdiging

De leden van de commissie, bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a, en de leden en plaatsvervangende leden als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder b, leggen zo spoedig mogelijk nadat zij door burgemeester en wethouders zijn benoemd in de vergadering van de commissie, in handen van de burgemeester, de volgende eed (verklaring en belofte) af:

"Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de commissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.

Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!" ("Dat verklaar en beloof ik").

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1. De leden van de commissie, bedoeld in artikel 3, onder a. en b. worden bij eerste benoeming benoemd voor een periode van twee of vier jaar en kunnen na afloop van die termijn terstond éénmaal worden herbenoemd voor een periode van vier jaar.

  • 2. De leden en de plaatsvervangende leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij dienen dit schriftelijk in bij burgemeester en wethouders, onder mededeling daarvan aan de voorzitter van de commissie. Leden die ontslag hebben genomen, blijven hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien.

Artikel 6 Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar.

  • 2. Burgemeester en wethouders wijzen tevens ten minste twee ambtenaren der gemeente als plaatsvervangers van de secretaris aan.

  • 3. De secretaris en plaatsvervangend secretarissen kunnen zich ten behoeve van de werkzaamheden voor de commissie en haar afdelingen door andere ambtenaren der gemeente laten bijstaan.

Artikel 7 Plenaire vergadering

  • 1. De eerste voorzitter fungeert als voorzitter van de commissie. Bij zijn afwezigheid wordt hij vervangen door een van de andere voorzitters.

  • 2. De commissie vergadert ter zake van in deze verordening genoemde en andere onderwerpen, die het functioneren van de commissie en haar afdelingen betreffen.

  • 3. De in het vorige lid bedoelde vergadering wordt belegd door de voorzitter van de commissie, die de leden ten minste acht dagen voor de te houden vergadering oproept, onder toezending van de agenda. De voorzitter van de commissie belegt een vergadering zo dikwijls hij of een derde deel van het aantal leden dit nodig oordeelt. In het laatste geval wordt de vergadering gehouden binnen twee weken nadat het verzoek is gedaan, bij gebreke waarvan de verzoekers zelf tot oproeping bevoegd zijn.

  • 4. Vergaderingen van de commissie vinden geen doorgang, indien niet meer dan de helft van het aantal leden aanwezig is. Indien een vergadering geen doorgang kan vinden, wordt een nieuwe vergadering belegd ter behandeling van dezelfde onderwerpen. In deze vergadering kunnen besluiten worden genomen ongeacht het aantal aanwezige leden, doch alleen over de onderwerpen, in de oproeping tot die vergadering vermeld. Tussen de eerste en de tweede vergadering moet een tijdvak van ten minste twee weken liggen.

  • 5. Besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen. Over personen wordt schriftelijk, over zaken mondeling gestemd.

  • 6. De vergaderingen van de commissie zijn openbaar; het bepaalde in artikel 23, tweede en derde lid, van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

  • 7. De van de commissie uitgaande stukken worden ondertekend door de secretaris. In daartoe in aanmerking komende gevallen, ter beoordeling van de voorzitter, worden de stukken zowel door de voorzitter als door de secretaris ondertekend.

Artikel 8 Afdelingen

  • 1. De commissie stelt afdelingen in, die elk afzonderlijk belast worden met de behandeling van een bepaalde categorie bezwaarschriften, als bedoeld in de volgende hoofdstukken.

  • 2. De behandeling van bezwaarschriften door een afdeling geschiedt overeenkomstig hetgeen daaromtrent is bepaald in de volgende hoofdstukken.

  • 3. Als secretaris treedt één van de ambtenaren als bedoeld in artikel 6, tweede lid, op. De secretaris levert de afdeling de nodige bijstand.

  • 4. De leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien zij een persoonlijk belang bij de zaak hebben.

Artikel 9 Archief

De archiefbescheiden van de commissie en haar afdelingen worden beheerd door de secretaris van de commissie.

Hoofdstuk II: bezwaarschriften

Artikel 10

  • 1. De afdelingen welke zijn belast met de voorbereiding van beslissingen op bezwaarschriften, als bedoeld in dit hoofdstuk, bestaan uit een voorzitter, zijnde een van de voorzitters als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a, en twee vaste leden, door de commissie aan te wijzen uit de in artikel 3, eerste lid onder b, bedoelde leden.

  • 2. De commissie wijst uit haar midden bij rooster voor elk lid, als bedoeld in het vorige lid, een eerste en een tweede plaatsvervanger aan.

  • 3. Een lid, als bedoeld in het vorige lid, wordt bij afwezigheid of ontstentenis, dan wel in het geval als bedoeld in artikel 8, vierde lid, vervangen door een plaatsvervanger met inachtneming van het rooster.

  • 4. Indien het belang van de zaak zich daar niet tegen verzet, kan het horen geschieden door de voorzitter van de afdeling.

  • 5. De behandeling van in dit hoofdstuk bedoelde bezwaarschriften geschiedt overeenkomstig het bepaalde in de hoofdstukken 6 en 7 van de wet.

Artikel 11 Beraadslaging en advies

  • 1. De afdeling beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. De afdeling beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies. Indien bij een stemming de stemmen staken beslist de stem van de voorzitter. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien de minderheid dat verlangt.

  • 3. Het advies is gemotiveerd en bevat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4. Het advies wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

  • 5. Gelijktijdig met het uitbrengen van het advies aan het bestuursorgaan wordt het advies toegezonden aan de indiener en eventuele andere belanghebbenden.

  • 6. Het bestuursorgaan zendt de afdeling een afschrift van zijn beslissing op het bezwaarschrift.

Hoofdstuk III: Bezwaarschriften op het terrein van ambtenarenzaken: vervallen

Artikel 12 Vervallen

Artikel 13 Vervallen

Hoofdstuk IV: Slotbepalingen

Artikel 14

De commissie dan wel de desbetreffende afdeling beslist in alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet.

Artikel 15

  • Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van haar afkondiging ten aanzien van bezwaarschriften betreffende personele aangelegenheden die bij burgemeester en wethouders en de raad zijn ingekomen op of na 1 mei 2012. Ten aanzien van voor die tijd ingekomen bezwaarschriften blijft de Commissie bezwaarschriften van de gemeente Leiden bevoegd totdat met betrekking tot die bezwaarschriften advies zal zijn uitgebracht.