Regeling vervallen per 01-01-2019

Uitvoeringsbeleid evenementengemeente Leudal (2017)(actualisatie Uitvoeringsbeleid evenementen 2011)

Geldend van 20-12-2016 t/m 31-12-2018

Intitulé

Uitvoeringsbeleid evenementengemeente Leudal (2017)(actualisatie Uitvoeringsbeleid evenementen 2011)

1. Inleiding en doelstelling

In de gemeente Leudal vinden jaarlijks vele evenementen plaats. Deze evenementen dragen in positieve zin bij aan het culturele en sociaal-maatschappelijke leven in de gemeente Leudal. En deze bevorderen zo mogelijk het toerisme. Zij zorgen vaak voor extra inkomsten voor de organiserende verenigingen. Het belang van evenementen wordt dan ook onderstreept in de beleidsnota Evenementen Gemeente Leudal.

Naast de positieve kanten kunnen evenementen ook negatieve kanten hebben, zoals geluidsoverlast, verminderde bereikbaarheid van gebouwen/terreinen, parkeerproblemen, verkeersopstoppingen en vervuiling van de openbare ruimte.

Verder kan een evenement ook bepaalde risico’s met zich meebrengen. Bijvoorbeeld op het gebied van openbare orde, (brand)veiligheid, verkeer, vervoer en volksgezondheid.

Om te zorgen dat een evenement ook daadwerkelijk een feestelijke gebeurtenis is, is aandacht voor met name de veiligheid en gezondheid van burgers zeer belangrijk.

De gemeente heeft tot de taak de veiligheid en gezondheid van burgers bij evenementen zoveel mogelijk te waarborgen. Een evenement mag dan ook pas plaatsvinden als daarvoor door de burgemeester en/of het college van burgemeester en wethouders een vergunning is gegeven. Aan de vergunning worden onder andere met het oog op de veiligheid en/of de gezondheid voorwaarden verbonden. Hiervoor laat de gemeente zich vooraf adviseren door interne en externe diensten/instanties. De verantwoordelijkheid voor het veilig laten verlopen van een evenement hoort bij deevenementenorganisatie/de organisator.

Het is wenselijk dat voor alle bij de organisatie van een evenement betrokken partijen duidelijkheid bestaat over de procedurele en inhoudelijke aspecten, de (juridische) kaders voor evenementen in de gemeente Leudal. De kaders zijn regionaal vastgelegd in het Regionaal integraal beleid Veiligheid en Gezondheid bij evenementen van de Veiligheidsregio. De kaders voor de gemeente Leudal zijn in 2011 vastgelegd in het “Uitvoeringsbeleid evenementen gemeente Leudal”. De inhoud van dit beleid is aan een actualisatie toe omdat een en ander gewijzigd is in de loop van de jaren.

Doelstelling

De doelstelling van deze nota is het vaststellen van heldere en duidelijke (juridische) kaders waarbinnen evenementen kunnen plaatsvinden in de gemeente Leudal. Het vastleggen van heldere en duidelijke procedures zijn van belang voor de aanvragers van vergunningen, organisatoren, ambtenaren en bestuurders. Duidelijkheid over wat wel en niet mag, wat betrokkenen van elkaar kunnen en mogen verwachten en welke procedures gevolgd worden.

Hierbij is uiteraard de beperking van de risico’s voor veiligheid en gezondheid voor burgersvan groot belang.

2. Begripsomschrijving evenement, altijd een evenementenvergunning nodig?

2.1 Begripsomschrijvingevenement

Onder het begrip evenement wordt een veelheid van publieksgerichte activiteiten verstaan.

Voorbeelden zijn snuffel-, hobby-, jaarmarkten, braderieën, muziekevenementen, wedstrijden op of aan de weg, herdenkingsplechtigheden, optochten, straat- en buurtfeesten.

De precieze omschrijving van het begrip evenement zoals is opgenomen in de Algemene plaatselijke verordening (hierna: APV), is te vinden en opgenomen in bijlage 1.

Net als in de meeste gemeenten in Nederland is de APV voor de gemeente Leudal gebaseerd op de modelverordening van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (hierna: VNG). De definitie van het begrip evenement in de APV is ruim opgesteld in verband met de grote verscheidenheid van evenementen.

Van een evenement is sprake als wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • -

    het moet een publiek toegankelijke gebeurtenis zijn,

  • -

    die een tijdelijk incidenteel karakter heeft,

  • -

    die plaatsvindt op een vooraf bekende, afgebakende locatie,

  • -

    waarvoor op grond van de APV een evenementenvergunning is verleend (met uitzondering van de evenementen die zijn vrijgesteld van een evenementenvergunning);

  • -

    of plaatsvindt in een inrichting waarop een milieuvergunning rust, op grond van artikel 2.1 eerste lid, onder e Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en deze vergunning het organiseren van evenementen toelaat.

De evenementenvergunning wordt verleend voor het organiseren van een evenement. Voor veel deelactiviteiten tijdens de festiviteit zijn vaak nog een andere specifieke vergunningen of ontheffingen vereist op grond van bijvoorbeeld de Algemene plaatselijke verordening, de Drank- en Horecawet, Wet op de Kansspelen, Wegenverkeerswet, Wet ruimtelijke ordening/bestemmingsplannen.

Voorbeelden van andere benodigde vergunningen of ontheffingen zijn:

  • -

    ontheffing op grond van de wet Ruimtelijke Ordening, deze is met name bedoeld voor evenementen met een gemiddelde en hoge risicoclassificatie en voor evenementen in de natuurgevoelige gevoelige gebieden (toelichting op de risicoclassificatie is te vinden in 3.5);

  • -

    vergunning op grond van de Wet Natuurbescherming;

  • -

    tijdelijke verkeersmaatregel;

  • -

    ontheffing op basis van de Drank- en Horecawet;

  • -

    een loterijvergunning;

  • -

    een geluidsontheffing.

2.2 Geen evenementenvergunningnodig

Voor een evenement is meestal een evenementenvergunning nodig, echter er zijn een aantal uitzonderingen. Deze worden vervolgens toegelicht.

· Besloten feest

Omdat in de APV onder een evenement wordt verstaan een voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, is het niet nodig een evenementenvergunning aan te vragen voor een activiteit die zich in besloten kring afspeelt (zoals bijvoorbeeld een verjaardagsfeest in “huiskamersituatie”). Soms vindt zo’n feest plaats in een tent. Dan is mogelijk toestemming van de grondeigenaar nodig.

· Evenement in een horeca-inrichting

Voor een evenement in een horeca-inrichting hoeft ook geen evenementenvergunning te worden aangevraagd als dit valt binnen de reguliere exploitatie van de betreffende inrichting.Indien het evenement geheel of gedeeltelijk buiten de horeca-inrichting plaatsvindt of buiten de reguliere exploitatie plaatsvindt, is wel een evenementenvergunning nodig. Wordt het geluidsniveau overschreden van het Activiteitenbesluit dan dient een incidentele kennisgeving op grond van de APV te worden ingediend. Dit is maximaal twaalf keer per jaar mogelijk.

· Vergunningvrij evenement

Uit het oogpunt van verdergaande deregulering en lastenverlichting hoeven volgens de APV voor een aantal evenementen geenevenementenvergunningen te worden aangevraagd. Deze evenementen zijn vrijgesteld van een evenementenvergunning als voldaan wordt aan de voorwaarden zoals vermeld in bijlage 1.

Voor de vergunningvrije evenementen gelden de volgende algemene (spel)regels:

  • *

    de organisator of degene die feitelijk leiding heeft over het evenement wordt geadviseerd na te gaan of er sprake is van een goede verzekering tegen eventuele schade als gevolg van het evenement;

  • *

    de organisator is verplicht om eventueel aangerichte schade aan gemeente-eigendommen te vergoeden;

  • *

    de veiligheid van deelnemers en bezoekers moet gegarandeerd zijn;

  • *

    omwonenden moeten tijdig vooraf geïnformeerd worden over het evenement;

  • *

    er mag geen overlast voor omwonenden en verdere omgeving worden veroorzaakt;

  • *

    omwonenden moeten voor het evenement op de hoogte worden gebracht van het mobiele telefoonnummer van de organisator of degene die de feitelijke leiding heeft om overlast door te kunnen geven;

  • *

    voor het inzamelen van afval moeten op het terrein voldoende voorzieningen getroffen worden;

  • *

    na afloop van de activiteiten moet het gebruikte terrein en de directe omgeving schoon en in de oorspronkelijke staat achter gelaten worden;

  • *

    eventuele aanwijzingen van met toezicht en/of opsporing belaste personen moeten stipt en onmiddellijk opgevolgd worden.

De burgemeester kan besluiten een evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

De vrijgestelde evenementen zijn niet vatbaar voor bezwaar en beroep omdat deze niet onder de definitie van het besluit vallen zoals omschreven in de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb).

Belanghebbenden die problemen hebben met een evenement kunnen bij het bevoegde gezag een verzoek indienen om handhavend op te treden. De beslissing van het bevoegd gezag naar aanleiding van dit verzoek staat wel open voor bezwaar en beroep.

Voor alle overige evenementen die niet vallen onder de vrijstelling dient een evenementenvergunning te worden aangevraagd.

3. Procedure van totstandkoming van een evenementen-vergunning

3.1 Algemeen

De organisatoren van evenementen kunnen professioneel en niet professioneel zijn. Sommige organisatoren hebben een commercieel doel. Anderen hebben een cultureel-, charitatief-, buurtverbindend-, herdenkings-, of verenigingsondersteunend doel.

De procedures zijn voor alle soorten organisatoren hetzelfde. Uit het oogpunt van publieksgerichtheid dienen de procedures zodanig te zijn dat ze ook voor niet professionele partijen begrijpelijk zijn. Een begrijpelijke procedure leidt sneller tot acceptatie en medewerking.

Helaas bestaat er vaak een spanningsveld tussen de doelstellingen van enerzijds de gemeente zoals de veiligheidsmaximalisatie, de beperking van overlast voor de omgeving. En anderzijds de doelstellingen van de organisator, zoals weinig administratieve rompslomp en beperkte kosten, de maximalisatie van het rendement/winst.

Er moet steeds een goede balans gezocht worden tussen de strijdige belangen en risico’s.

3.2 Bevoegd bestuursorgaan

In de Gemeentewet is onder andere de veiligheid van het publiek met betrekking tot evenementen geregeld. De burgemeester is belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid en is bevoegd daartoe bevelen te geven (bijvoorbeeld beëindiging van het evenement). Daarnaast is de burgemeester ook belast met het toezicht op de openbare samenkomsten en vermakelijkheden, alsmede op de voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven.

Een evenementenvergunning op grond van de APV wordt verleend door de burgemeester.

Voor de overige vergunningen of ontheffingen is dit afhankelijk van het soort vergunning of ontheffing of de aanvraag wordt verleend door de burgemeester en/of door het college van burgemeester en wethouders.

Ondertekening van de evenementenvergunning, waarbij er sprake is van veiligheidsrisico’s of andere risico’s, gebeurd door de burgemeester. Voor de overige vindt de ondertekening plaats op basis van de geldende mandaatregeling.

3.3 Ambtelijke ondersteuning

De medewerkers APV/bijzondere wetten van het Burger Bedrijvenplein (hierna: BBP), zorgen voor de coördinatie en voorbereiding van de evenementenvergunning. Dit doen ze samen met de coördinator evenementenvergunningen. Vanaf 2016 zorgt de coördinator evenementenvergunningen voor een goede samenwerking met de initiatiefnemer/organisator van het evenement. Door de coördinator evenementenvergunningen worden zo mogelijk de locaties van de evenementen bezocht. De coördinator evenementenvergunningen draagt er mede toe bij dat de vergunningprocedure eenvoudig, integraal en snel wordt afgehandeld.

3.4 Werkproces van verlening evenementenvergunning

De totstandkoming van de evenementenvergunning is gebaseerd op de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), het Regionaal integraal beleid Veiligheid en Gezondheid bij evenementen (hierna: Regionaal Evenementen Beleid), de APV. Op een aanvraag wordt in beginsel binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag beslist. In het kort wordt op de hoofdzaken van het werkproces van de vergunningverlening ingegaan.

  • a.

    Ontvangst van de aanvraag, opvraag ontb rekende gegevens (opschorting termijn)

  • De procedure start juridisch met de ontvangst van het ingevulde standaard aanvraagformulier van de organisator van het evenement. Het betreffende aanvraagformulier kan gedownload worden op de website. Dan wel worden opgevraagd bij de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP. Er wordt gewerkt aan het digitaliseren van de aanvraagformulieren.

  • De organisator van het evenement dient een volledig ingevulde, actuele vergunningaanvraag met actuele bijlagen in te dienen.

  • Afhankelijk van de aard van het evenement zijn aanvullende gegevens vereist, bijvoorbeeld een situatietekening van een gebouw of de plaatsing van een tent, een verkeersplan, een veiligheidsplan.

  • Door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP wordt gecontroleerd of de aanvraag volledig is, zodat een ontvangstbevestiging kan worden verzonden.

  • Ontbreekt informatie dan dient deze binnen een redelijke termijn (circa 2 weken) ingeleverd/nagezonden te worden. De aanvraag wordt dan opgeschort. De aanvrager ontvangt hiervan schriftelijk bericht van de medewerkers APV/bijzondere wetten.

  • De vergunningverleners van APV/bijzondere wetten ondervinden steeds vaker hinder van het te laat indienen van vergunningaanvragen. De vergunning moet dan vaak onder tijdsdruk met alle mogelijke gevaren en risico’s worden verleend. Er wordt daarom strikter toegezien op te laat ingediende vergunningaanvragen waarbij de veiligheid in het geding is.

  • In de APV is opgenomen dat indien een aanvraag voor een vergunning of ontheffing wordt ingediend minder dan drie weken vóór het tijdstip waar op de aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft, het bestuursorgaan kan besluiten de aanvraag niet te behandelen.

  • b.

    Beoordeling risicoclassificatie van het evenement, opvraag ontbrekende gegevens (opschorting termijn), advies aanvraag, publicatie

  • Na de ontvangst en verzending van de ontvangstbrief wordt door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP aan de hand van de risicoclassificatie van het evenement bekeken van wat voor een soort risico klasse evenement er sprake is. (Nadere uitleg hierover is te vinden in paragraaf 3.5). De risicoclassificatie is een interne ambtelijke aangelegenheid waarover geen discussie mogelijk is tussen de gemeente en organisator van het evenement. De score geeft richting aan de behandelaanpak van het vergunningsproces, conform het Regionaal Evenementen Beleid.

  • Het kan zijn dat op grond van de bepaling van de klasse-indeling van het evenement nog aanvullende informatie van de organisator van het evenement nodig is. In dat geval wordt de aanvraag schriftelijk opgeschort en dient de ontbrekende informatie binnen eenredelijke termijn (circa 2 weken) ingeleverd/nagezonden te worden.

  • Advies omtrent het op een veilige of verantwoorde wijze laten plaatsvinden van het evenement kan opgevraagd worden bij: - de afdeling Dienstverlening, Domein Ruimte; Brandweer Limburg-Noord; GHOR Limburg-Noord (loketfunctie voor GGD, GGZ en Ambulancezorg) en de Politie.

  • Omdat er belangen van derden geschaad kunnen worden wordt de aanvraag na ontvangst gepubliceerd in het (digitale) Gemeenteblad, www.leudal.nl/bekendmakingen.

  • Derden kunnen dan een zienswijze indienen.

  • Informatie over aanvragen kan worden opgevraagd bij de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP en/of de coördinator evenementenvergunningen.

  • c.

    Voorbereiding evenementenvergunning, verzending, publicatie

  • Als de adviezen zijn ontvangen worden deze kritisch zijn beoordeeld en op elkaar afgestemd. Mochten de adviezen niet worden opgevolgd dan wordt door de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten contact opgenomen met de adviserende instantie.

  • Als er geen reden is de vergunning te weigeren, (de weigeringsgronden worden nader toegelicht in paragraaf 5) wordt de evenementenvergunning voorbereid door medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP.

  • De vergunning bestaat uit een begeleidende informatiebrief én deelbesluit(en) met vergunningvoorschriften en mogelijke andere stukken. Zoals adviezen van de Politie, Veiligheidsregio Limburg-Noord (Brandweer en GHOR), verkeersbesluiten enzovoorts.

  • De ondertekening van de evenementenvergunning vindt plaats volgens de geldende mandaatregeling.

  • Evenementen waarbij er sprake kan zijn van bijvoorbeeld veiligheidsrisico’s of andere risico’s worden door de burgemeester ondertekend.

  • Vervolgens wordt de evenementenvergunning naar de organisator van het evenement gestuurd. Een afschrift van de evenementenvergunning wordt naar de adviseurs (interne en externe disciplines en/of hulpdiensten) gestuurd.

  • De verleende vergunning wordt geplaatst in het (digitale) Gemeenteblad. En is te vinden op de website onder het kopje www.leudal.nl/bekendmakingen. De bezwaar- en beroepsmogelijkheden zijn hierin opgenomen. Omdat het indienen van een bezwaarschrift geen schorsende werking heeft voor de vergunning, kan in geval van spoed een verzoek tot voorlopige voorziening worden ingediend bij de Rechtbank.

  • Evenementen in de gemeente Leudal zijn onder andere te vinden op de website van de gemeente Leudal, op de website Liefde voor Limburg, de website Kunst en Cultuur Leudal én op de website van VVV Midden-Limburg. Verder kan de burger zich aanmelden voor een attenderingsservice. De burger ontvangt vervolgens de gerichte opgevraagde informatie per e-mail. In de ‘Over uw buurt’- app (en e-mailservice) van de Rijksoverheid (zie www.overuwbuurt.overheid.nl) kunnen inwoners ook informatie over besluiten ontvangen die direct invloed hebben op hun omgeving, zoals vergunningen en plaatselijke regelgeving.

3.5 De evenementenvergunning

Een evenement wordt geregeld in een evenementenvergunning. Tenzij er geen evenementenvergunning is vereist

Volgens het Regionaal integraal beleid Veiligheid en Gezondheid kan een evenement in drie klassen (Klasse A, B en C) onderverdeeld worden.

De evenementenvergunning wordt verleend voor:

  • -

    een laag risicoklasse evenement, Klasse A;

  • -

    een gemiddeld risico klasse evenement, Klasse B; en

  • -

    een hoog risicoklasse evenement, Klasse C.

Laag, Klasse A

Straat- en buurtfeesten, wandelmarsen

Gemiddeld, Klasse B

Beurzen, jaarmarkten, braderieën en sportevenementen.

Hoog, Klasse C

Evenementen met een landelijk/sterke regionale uitstraling zoals het Oud Limburgs Schuttersfeest (OLS) of het Europees Schuttersfeest.

De klasse-indeling van het evenement is bij de aanvraag van de evenementenvergunning meestal niet bekend. Deze klasse-indeling wordt door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP bepaalt met behulp van een risicoberekingsmodel, zie bijlage2.

Over de klasse-indeling is geen discussie tussen gemeente en de organisator/aanvrager van het evenement mogelijk.

Voor evenementen met een gemiddelde en hoge risicoclassificatie vindt overleg plaats met diverse externe disciplines om het evenement goed en veilig te laten verlopen. De operationele hulpdiensten zoals Brandweer Limburg-Noord, GHOR Limburg-Noord, (deze vormen samen Veiligheidsregio Limburg-Noord) en de Politie adviseren en ondersteunen de gemeente hierin.

De adviezen van de operationele diensten zijn gericht op het voorkomen en beperken van risico’s bij evenementen en de voorbereiding op het bestrijden van een calamiteit. Daarbij is het van belang dat de adviezen van de hulpdiensten op elkaar afgestemd zijn, dan wel worden, door de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten.

3.5.1Behandelaanpak voor vergunning van laag risicoklasse evenement (A)

Het betreft een evenement waarbij het (zeer) onwaarschijnlijk is dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu.

Als het noodzakelijk is dat er wegen worden afgesloten dient de aanvrager van de evenementenvergunning een verkeerssituatieschets, zo mogelijk met bebording, bij te voegen bij de vergunningaanvraag.

Bij wandelmarsen in natuurgebieden kan het overigens noodzakelijk zijn dat de organisator van het evenement vooraf contact opneemt met Staatsbosbeheer. De wettelijke taak van Staatsbosbeheer is onder andere het beheren van de hen toevertrouwde natuurgebieden.

Standaard voorschriften gelden

Bij deze evenementen zijn de risico’s van dien aard dat er geen aanvullende maatregelen en specifieke voorzieningen getroffen hoeven te worden. De (standaard) voorschriften van het Regionale Evenementenbeleid gelden.

De voorschriften die verbonden worden aan de evenementenvergunning zijn door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP toegespitst op het betreffende evenement.

Als er specifieke activiteiten plaatsvinden met een bijzonder risico dan kan een specifiek advies van de hulpdiensten noodzakelijk zijn.

Vergunningverlening

De medewerkers BBP APV/bijzondere wetten zijn verantwoordelijk voor de coördinatie van de uitgebrachte adviezen. Deze adviezen worden meegenomen bij de vergunningverlening.

Als de standaardvoorwaarden en/of adviezen niet worden overgenomen dienen de hulpdiensten hiervan op de hoogte te worden gesteld.

Hulpdiensten informeren

De medewerkers BBP APV/bijzondere wetten informeren de hulpdiensten over de vergunningverlening.

Terreininspectie (optie)

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten kan/kunnen een (multidisciplinaire) terreininspectie laten uitvoeren voorafgaand en/of tijdens het evenement, mocht dit noodzakelijk zijn.

Toezicht en handhaving

De gemeente is verantwoordelijk om tijdens het evenement toezicht te houden en zo nodig handhavend op te treden.

Evaluatie (optie)

Indien nodig organiseert de coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten een evaluatie van het evenement.

3.5.2 Behandelaanpak vergunning voor gemiddeld risicoklasse evenement (B)

Bij een evenement met een gemiddeld risico is het mogelijk dat deze gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu.

Specifieke maatregelen of voorzieningen van het bevoegd gezag zijn nodig om de dreiging van het risico weg te nemen of schadelijke gevolgen te beperken. De vergunninghouder is te allen tijde eindverantwoordelijk voor de veilige plaatsing en het veilige gebruik van de objecten. De plaatsing van de objecten wordt aangegeven op een situatietekening. Wanneer er door het evenement wegen worden afgesloten of er gevolgen zijn voor het verkeer is een verkeersplan vereist van de aanvrager van het evenement. Zo nodig kan ook een ontheffing op grond van de Ruimtelijke Ordening vereist zijn. En/of een vergunning op grond van de Wet Natuurbescherming.

Bij een gemiddeld risicoklasse evenement is volgens het regionaal beleid de evenementenorganisatie verplicht een veiligheidsplan op te stellen. Dit plan dient meer dan een papieren vertaling van de veiligheid van het evenement te zijn. De organisator van het evenement dient zelf gestructureerd na te denken over de veiligheid van zijn evenement en de betrokken partijen hierover te informeren. Er bestaat een format voor een veiligheidsplan.

Dit format is ter invulling beschikbaar voor de organisator van het evenement. Het definitieve plan maakt deel uit van de vergunning.

Vooroverleg

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten organiseert/organiseren een vooroverleg/intake gesprek met de organisator, gemeentelijke disciplines en de hulpdiensten. De organisator geeft daarbij een toelichting over het evenement. Zo mogelijk worden aanvullende evaluaties hierbij betrokken.

Multidisciplinair beoordelen veiligheidsplan

Het ingediende veiligheidsplan wordt door de hulpdiensten multidisciplinair beoordeeld.

Advies van hulpdiensten

Vervolgens wordt aanvullend op de standaardvoorschriften door de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten advies gevraagd bij de gemeentelijke disciplines en bij de hulpdiensten zoals Politie, Brandweer Limburg-Noord, GHOR Limburg-Noord.

Gemeentelijke vergunningverlening

De adviezen van de hulpdiensten worden door medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP verwerkt in de vergunning. De gemeente is verantwoordelijk voor het verwerken van de informatie van de hulpdiensten, de coördinatie van de uitgebrachte adviezen en de uitvoering hiervan. Als de gemeente de adviezen van de hulpdiensten niet overneemt dienen de hulpdiensten hiervan op de hoogte te worden gesteld.

Doorleefsessie (optie)

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten organiseert/organiseren zo nodig een doorleefsessie met de organisator van het evenement en de hulpdiensten om het veiligheidsplan te testen. Indien nodig vindt er een aanpassing plaats van het veiligheidsplan.

Hulpdiensten informeren

De medewerkers BBP APV/bijzondere wetten informeren de hulpdiensten over de verleende evenementenvergunning. De gemeente organiseert de terreininspectie.

Terreininspectie (optie)

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten kan/kunnen een (multidisciplinaire) terreininspectie laten uitvoeren voorafgaand of tijdens het evenement.

Toezicht en handhaving

De gemeente zorgt zo nodig voor toezicht en handhaving tijdens het evenement.

Evaluatie

Na het evenement organiseert/organiseren de coördinator evenementenergunningen/de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP indien nodig een evaluatie. Het is van belang de leermomenten van de evaluatie met alle betrokken partijen te delen.

3.5.3 Behandelaanpak vergunning voor hoog risicoklasse evenement (C)

Bij een evenement met een verhoogd risico is het (zeer) waarschijnlijk dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu.

Maatregelen of voorzieningen van het bevoegd gezag zijn nodig om die dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken. De vergunninghouder is te allen tijde eindverantwoordelijk voor de veilige plaatsing en het veilige gebruik van de objecten. De plaatsing van de objecten wordt aangegeven op een situatietekening. Wanneer er door het evenement wegen worden afgesloten of er gevolgen zijn voor het verkeer is een verkeersplan vereist van de aanvrager van het evenement. Zo nodig kan ook een ontheffing op grond van de Ruimtelijke Ordening vereist zijn. En/of een vergunning op grond van de Wet Natuurbescherming.

De evenementenorganisatie is bij een hoog risicoklasse evenement volgens het regionaal beleid verplicht een veiligheidsplan op te stellen. Dit plan dient meer dan een papieren vertaling van de veiligheid van het evenement te zijn. De organisator van het evenement dient zelf gestructureerd na te denken over de veiligheid van zijn evenement en betrokken partijen hierover te informeren. Een format van het veiligheidsplan is ter invulling beschikbaar voor de organisator van het evenement. Het definitieve veiligheidsplan maakt deel uit van de vergunning.

Als er C evenementen gaan plaatsvinden zal dit waarschijnlijk in de vorm van een projectvorm behandeld worden.

Intakeoverleg/vooroverleg

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten start/starten met een multidisciplinair intakeoverleg/vooroverleg. Tijdens dit overleg dient de evenementenorganisatie het evenement toe te lichten aan de gemeente en hulpdiensten.

Mogelijke evaluaties van eerdere evenementen worden hierbij betrokken.

Multidisciplinaire scenarioanalyse

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten organiseert/organiseren vervolgens een multidisciplinaire bijeenkomst om een scenarioanalyse op te stellen. Daarmee worden de crisistypes en risicofactoren in beeld gebracht.

Multidisciplinair beoordelen van het veiligheidsplan

Het veiligheidsplan en ook het verkeersplan worden multidisciplinair beoordeeld.

Advies hulpdiensten

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers van APV/bijzondere wetten van het BBP vragen advies bij de gemeentelijke disciplines en bij de hulpdiensten zoals Politie, Brandweer Limburg-Noord, GHOR Limburg- Noord. Mogelijke evaluaties worden aan de hulpdiensten toegezonden.

Generieke MCP en inzetkaart

Het Multidisciplinair coördinatieplan (hierna: MCP) van de Veiligheidsregio is generiek van toepassing op hoog risicoklasse evenementen in de regio Limburg-Noord. Het MCP beoogt een gecoördineerde bestrijding van incidenten door de hulpdiensten, gemeente en veiligheidsorganisatie van het desbetreffende evenement te bevorderen. Dit plan is van toepassing op C-evenementen in de regio. Voor het betreffende evenement wordt een specificatieblad (inzetkaart) gemaakt door de Ambtenaar Openbare Veiligheid (hierna: AOV’er). Hierin worden de specifieke afspraken vastgelegd.

Vergunningverlening

De coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP zorgen voor de vergunningverlening aan de hand van de ontvangen adviezen. Mochten de adviezen niet overgenomen worden dan dienen de hulpdiensten hiervan op de hoogte te worden gesteld. De hulpdiensten ontvangen een kopie van de vergunning. De gemeente is verantwoordelijk voor de coördinatie van de uitgebrachte adviezen en de uitvoering en handhaving daarvan.

Toelichting vergunning aan evenementenorganisatie (optie)

Indien nodig wordt er een overleg georganiseerd door coördinator evenementenvergunning en/of door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP om de vergunning aan de evenementenorganisatie mondeling toe te lichten. De gemeentelijke disciplines en de hulpdiensten kunnen hiervoor worden uitgenodigd.

Doorleefsessie (optie)

Ook wordt zo nodig door de coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP een doorleefsessie met de veiligheidsorganisatie van het evenement en de hulpdiensten georganiseerd. Indien nodig kunnen er dan nog concrete aanpassingen aan het veiligheidsplan plaatsvinden.

Evenementeninformatie hulpdiensten

De coördinator evenementenvergunningen of de medewerkers BBP APV/bijzondere wetten verstrekken een kopie van de verleende evenementenvergunning aan de hulpdiensten.

Terreininspectie

Voorafgaand en/of tijdens het evenement organiseert de coördinator evenementenvergunning en/of de medewerkers APV/bijzondere wetten een (multidisciplinaire) evenementenvergunningen een terreininspectie.

Toezicht en handhaving

De gemeente is verantwoordelijk voor toezicht en handhaving tijdens het evenement.

Evaluatie

Na het plaatsvinden van het evenement organiseert/organiseren de coördinator evenementenvergunningen en/of de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP een multidisciplinaire evaluatie. Het is van belang de leermomenten van de evaluatie met alle betrokken partijen te delen.

4. Beslistermijnen

Voor de beslissing van een vergunning gelden de volgende termijnen zoals die zijn opgenomen in de APV en Awb (zie bijlage 3).

  • a.

    Beslistermijn op aanvraag

    In principe wordt binnen een termijn van acht weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen beslist door het bestuursorgaan.

    Gelet op de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen, is het van groot belang op vergunningaanvragen tijdig te beslissen. Aan het overschrijden van de beslistermijn zijn consequenties verbonden.

  • b.

    Opschorting termijn voor aanvulling ontbrekende gegevens

    Als er bij de vergunningaanvraag onvoldoende gegevens en/of bescheiden zijn toegevoegd wordt de organisator van het evenement zo snel mogelijk schriftelijk in kennis gesteld om binnen een redelijke termijn (circa twee weken) de vergunningaanvraag aan te vullen, anders wordt de vergunningaanvraag niet in behandeling genomen. De termijn voor het geven van een beslissing wordt dan opgeschort.

    Indien de gegevens en/of bescheiden niet binnen de gestelde termijn worden ontvangen wordt de vergunningaanvraag niet in behandeling genomen. Dit wordt de aanvrager door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP schriftelijk medegedeeld. Wil de aanvrager het evenement toch laten plaatsvinden, dan dient er een nieuwe vergunningaanvraag met de betreffende gegevens en bescheiden te worden ingediend.

  • c.

    Beslistermijn te kort, verdaging van termijn

    In sommige gevallen is de termijn van acht weken te kort (bijvoorbeeld bij verhoogd risico evenementen). Dan kan beslist worden de termijn met acht weken gemotiveerd uit te stellen/te verdagen. De verdaging wordt door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP aan de aanvrager schriftelijk medegedeeld. De termijn kan voor ten hoogste acht weken worden verdaagd. De beslistermijn is dan maximaal zestien weken.

  • d.

    Besluit tot het niet behandelen van de aanvraag – risicovolle evenementen

  • Het is de bedoeling dat vergunningaanvragen tijdig voor het evenement worden aangevraagd. Van laat en te laat ingediende vergunningaanvragen ondervinden de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP steeds vaker hinder.

    De aanvragen van de evenementenvergunningen worden vaak zonder de vereiste situatie- en locatietekeningen en andere benodigde bescheiden vlak voor het evenement ontvangen. Dit betekent dat aanvragers in de gelegenheid moeten worden gesteld om de aanvraag aan te vullen. En dat vervolgens op zeer korte termijn de nodige adviezen moeten worden opgevraagd. De evenementenvergunning dient dan vaak onder tijdsdruk met alle mogelijke gevaren en risico’s te worden verleend. Met name bij risicovolle evenementen, zoals motorcross, evenementen met monster trucks, evenementen van motorclubs, vechtevenementen, houseparty’s, dancefeesten en festivals is dit niet aan te bevelen. De veiligheid van het evenement dient te allen tijde voorop te staan. Kan die veiligheid niet gegarandeerd worden omdat de vergunningaanvraag te laat is ingediend kan de burgemeester besluiten het evenement niet te laten plaatsvinden. De consequenties kunnen namelijk gigantisch zijn als er iets mis gaat. Dit is gebleken tijdens het ongeval met de monstertruck in de gemeente Haaksbergen.

    Er is daarom door de burgemeester besloten strikter toe te zien op de te laat ingediende vergunningaanvragen waarbij de veiligheid in het geding is. Volgens de APV kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag voor een vergunning of ontheffing niet te behandelen indien de aanvraag minder dan drie werken voor het tijdstip wordt ingediend waarop de aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft.

5. Weigeringsgronden, samenloop van evenementen

5.1 Weigeringsgronden

In de APV worden de algemene, facultatieve weigeringsgronden benoemd wanneer het bevoegd gezag een vergunning of ontheffing kan weigeren. (zie bijlage 4).

Een vergunning of ontheffing kan geweigerd worden in het belang van:

  • a.

    de openbare orde;

  • b.

    de openbare veiligheid;

  • c.

    de volksgezondheid;

  • d.

    de bescherming van het milieu.

Er kunnen ook andere weigeringsgronden van toepassing zijn. Deze worden aangegeven in het specifiek van toepassing zijnde artikel van de APV.

Klachten uit het verleden worden meegewogen bij de beoordeling van de vergunningaanvraag. Dit kan reden zijn de vergunningaanvraag te weigeren of strengere voorschriften aan de vergunning te verbinden. Alvorens tot weigering wordt overgegaan dient de organisator van het evenement op grond van de Awb in de gelegenheid worden gesteld zijn zienswijze of bedenkingen naar voren te brengen. De medewerker APV/bijzondere wetten van het BBP neemt hierover contact op met de vergunningaanvrager.

Een weigering van een evenementenvergunning is uiteraard goed gemotiveerd. Ondertekening van de weigering vindt plaats volgens de geldende mandaatregeling. Weigeringen van evenementenvergunningen op grond van veiligheidsrisico’s worden door de burgemeester ondertekend.

5.2 Samenloop van evenementen

Per vergunningaanvraag wordt ook bekeken of het tijdstip waarop en de gevraagde locatie het toestaan dat een evenement wordt georganiseerd. Soms kan het voorkomen dat twee of meer evenementen op een gelijk moment zijn gepland. Het samenvallen van evenementen kan bijvoorbeeld gevaarlijke verkeerssituaties opleveren.

Bij het samenvallen van evenementen wordt het uitgangspunt gehanteerd dat jaarlijks terugkerende evenementen vóór een nieuw te organiseren evenement gaan.

In de overige situaties geldt het principe van volgorde van de binnenkomst van de aanvraag.

Dit wordt bepaald door de nummerregistratie in het digitale postregistratiesysteem van de gemeente.

Weigering op grond van samenloop van evenementen kan alleen plaatsvinden op grond van de specifieke weigeringsgronden. Als voor een bepaald terrein al een vergunning is verleend, kan voor het zelfde terrein geen andere vergunning worden verleend op dat zelfde tijdstip.

6. Vergunningvoorschriften, overige aandachtspunten

Aan de evenementenvergunning kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

Deze voorschriften en beperkingen moeten strekken tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de vergunning is vereist. Bijvoorbeeld de veiligheid of de gezondheid. Verder mogen de voorschriften niet in strijd zijn met een enige wettelijke regeling en niet in strijd zijn met enig beginsel van behoorlijk bestuur.

Degene aan wie een evenementenvergunning is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen ook daadwerkelijk na te komen. Zo nodig zal door de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP en/of door de coördinator evenementenvergunningen een mondelinge toelichting worden gegeven over de verleende evenementenvergunning en de daaraan verbonden voorschriften.

Vervolgens wordt kort ingegaan op de onderwerpen waarop de vergunningvoorschriften betrekking hebben en de overige aandachtspunten, zonder de pretentie te hebben volledig te zijn.

· Openbare orde

Het begrip openbare orde is een ruim begrip. Het omvat de bescherming tegen een werkelijke en voldoende ernstige bedreiging van een fundamenteel belang van de samenleving. En kan ook betrekking hebben op de menselijke waardigheid, de bescherming van minderjarige en kwetsbare volwassenen, als ook het dierenwelzijn.

D ieren

Onder evenementen met dieren wordt verstaan het gebruik van dieren ter vermaak, zoals bij kunst, reclame, promotieactiviteiten, circussen, volksvermaak en tentoonstellingen.

Evenementen met dieren kunnen niet zomaar worden gehouden. De Wet dieren stelt beperkingen aan de mogelijkheden om dieren te gebruiken bij evenementen en wedstrijden.

Zo is het verboden om dieren als prijs, beloning of gift uit te reiken naar aanleiding van wedstrijden, verlotingen, weddenschappen of andere dergelijke evenementen. Verder is het verboden dierengevechten te organiseren of bij een dier onnodig pijn of letsel te veroorzaken of gezondheid of welzijn aan te tasten.

Op grond van het motief openbare orde en veiligheid kan een evenement met dieren worden verboden.

· Openbare veiligheid

De veiligheid van de betrokkenen (bezoekers, deelnemers, omwonenden, passanten) dient bij een evenement gewaarborgd te zijn. Risico’s worden vooraf beoordeeld aan de hand van de informatie die de organisator van het evenement onder andere verstrekt in het vergunningaanvraagformulier. De organisator van het evenement dient zich bewust te zijn van de mogelijke gevaren. Vandaar dat er ook een veiligheidsplan dient te worden ingediend bij evenementen met een gemiddeld (B) en hoog (C) risicoklasse niveau.

Bereikbaarheid hulpdiensten

De bereikbaarheid van panden en percelen dient voor de hulpdiensten van politie, brandweer en ambulance te allen tijde gewaarborgd te zijn. Zo nodig en in samenwerking met de hulpdiensten dienen voor deze diensten aparte aanrijroutes geregeld te worden.

Beveiliging

De organisator van het evenement dient voor voldoende toezicht op het evenement te zorgen. Naar aanleiding van het advies van de Politie kan het nodig zijn vrijwilligers of een professioneel beveiligingsbedrijf in te zetten. Het professioneel beveiligingsbedrijf dient aan opgelegde voorwaarden te voldoen. De kosten van beveiliging zijn voor rekening van de organisator van het evenement.

Voor de Politie en andere hulpdiensten is het in verband met de bezetting van groot belang tijdig vooraf te weten wanneer bepaalde evenementen zijn gepland. Daarom wordt aan de organisatoren met klem verzocht mee te werken aan het jaarlijks doorgeven van de planning van evenementen. Dit wordt dan verwerkt in evenementenoverzicht van de Veiligheidsregio.

· Verkeersveiligheid

De veiligheid van weggebruikers is van groot belang en mag als gevolg van een evenement niet in gevaar worden gebracht. Bij de verkeersaspecten wordt gekeken naar de mogelijke negatieve gevolgen voor bezoekers en derden. Verder dient in de nabijheid van het evenement voldoende parkeergelegenheid aanwezig te zijn.

In de evenementenvergunningaanvraag dient de aanvrager onder andere aan te geven:

  • -

    welke wegen dienen te worden afgesloten;

  • -

    of een omleidingsroute nodig is;

  • -

    of er sprake is van voldoende/aanvullende parkeergelegenheid;

  • -

    of een omleiding van de bus nodig is.

Bij alle evenementen waar het noodzakelijk is dat er wegen worden afgesloten is een verkeersplan vereist.

Tijdelijke verkeersmaatregel, verkeersbesluit

Soms zijn verkeersmaatregelen nodig, dienen wegen afgesloten te worden en zijn omleidingsroutes nodig. De organisatie van een evenement voert zo nodig de tijdelijke verkeersmaatregelen uit, zoals die deze door de gemeente zijn opgenomen in een tijdelijke verkeersmaatregel of in een verkeersbesluit.

· Gebruik gemeentelijke materialen

Na het nemen van een besluit tot tijdelijk verkeersmaatregelen stelt de gemeente de materialen die hiervoor nodig zijn ter beschikking. Heeft de gemeente de betreffende materialen niet of zijn deze al uitgeleend, dan dient de organisatie zelf voor de betreffende materialen te zorgen door deze te huren bij een bedrijf dat deze materialen (bijvoorbeeld verkeersborden) verhuurd.

Zelf ophalen

De ter beschikking gestelde materialen hoeven niet apart aangevraagd te worden. Wel dient de organisator van het evenement deze zelf op te halen.

Uitzondering voor het zelf ophalen

Bij een klein aantal evenementen worden de materialen wel geleverd door de gemeente en hoeven deze niet door de organisator van het evenement opgehaald te worden. Deze uitzondering geldt voor de volgende evenementen:

  • -

    een carnavalsoptocht, welke plaats vindt op een gebiedsontsluitingsweg (hierna: GOW), waarvoor afzetting van de GOW-weg goedgekeurd is door de gemeente c.q. de Provincie;

  • -

    Koningsdagactiviteit georganiseerd voor kinderen;

  • -

    Nationale straatspeeldag;

  • -

    Kindervakantiewerkevenement;

  • -

    St. Maartensviering waarbij verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn;

  • -

    herdenking bij een oorlogsmonument;

  • -

    activiteit georganiseerd door de Politie, ambulance en/of Brandweer;

  • -

    evenement georganiseerd door de gemeente.

De organisatie dient de geleverde materialen, borden dan wel op de juiste plaats te plaatsen.

Informatie

De organisator van het evenement dient uiterlijk één week voorafgaand aan het evenement omwonenden in kennis te stellen van een wegafzetting en een eventueel verzoek om voertuigen ergens anders te plaatsen.

De organisator van het evenement dient voor verwijzingsbordjes voor bedrijven/instellingen te zorgen die niet op normale wijze bereikbaar zijn door de (tijdelijke) verkeersmaatregelen.

Verkeersmaatregelen en wegafzettingen worden in 1 Leudal en in het (digitale) Gemeenteblad opgenomen. Op de gemeentelijke website zijn deze te vinden op www.leudal.nl/bekendmakingen en in de Staatscourant (www.overheid.nl).

· Eventuele grondverankering, klicmelding

Indien voor het plaatsen van materialen, van bijvoorbeeld verkeersborden, graafwerkzaamheden noodzakelijk zijn of er pinnen of andere voorwerpen ter verankering in de grond dienen te worden gebracht dient rekening te worden gehouden met de in de grond aanwezige kabels en leidingen. Hiervoor moet dan een klic-melding worden gedaan door de organisator van het evenement. Informatie hierover is te vinden op de website: www.klicmelding.nl. Schade aan bestrating of kabels is voor rekening van de organisator van het evenement.

· Wegsleepregeling

De gemeente Leudal beschikt over een wegsleepverordening. Deze wegsleepverordening is met name van groot belang bij evenementen waarbij een groot aantal mensen op een klein gebied samenkomen en zich extreme parkeerproblemen voordoen (bijvoorbeeld een blokkering van een calamiteitenroute).

Daarnaast kan het ook wenselijk zijn om bij andere extreme parkeerproblemen waarbij de veiligheid en vrijheid van het verkeer beperkt wordt direct handhavend op te treden.

· Verkeersregelaars

Bij activiteiten op de openbare weg zijn vaak voor de veiligheid van de deelnemers en overige weggebruikers, verkeersregelaars vereist. Dit moeten dan evenementenverkeersregelaars zijn die in het bezit zijn van een geldige instructieverklaring of aanstellingspas.

De gemeente bepaalt in overleg met de Politie of het nodig is verkeersregelaars in te zetten bij evenementen, optochten of demonstraties. De medewerker Verkeer en Vervoer van de Afdeling Dienstverlening adviseert hierover aan de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP.

De bevoegdheden van de verkeersregelaars zijn opgenomen in de regeling Verkeersregelaars 2009.

Evenementenverkeersregelaars zijn personen die bij evenementen eenvoudige verkeersregelende taken verrichten.

Onderscheid bij evenementenverkeersregelaars wordt gemaakt in:

  • a.

    Personen die eenmalig voor één concreet aangegeven evenement kunnen worden ingezet als verkeersregelaar, en

  • b.

    Personen die voor een periode van maximaal twaalf maanden als verkeersregelaar worden aangewezen en die kunnen worden ingezet bij evenementen die in die periode vallen (de evenementenverkeersregelaar voor bepaalde tijd).

Evenementenverkeersregelaars worden ingezet op de plekken die zijn aangegeven op de verkeerssituatieschets, die al dan niet bij een verkeersbesluit hoort.

E-learning cursus

Om als evenementenverkeersregelaar te kunnen optreden moet een e-learning cursus gevolgd worden. Met name verenigingen die regelmatig verkeersregelaars nodig hebben kunnen hun leden deze cursus online laten volgen.

Vrijwilligersverzekering

Evenementenverkeersregelaars uit de gemeente Leudal zijn via de vrijwilligersverzekering van de gemeente Leudal verzekerd wanneer ze een aanstellingsbesluit van de gemeente Leudal hebben. Worden evenementenverkeersregelaars van buiten de gemeente Leudal ingezet, dan moeten deze een aanstellingsbesluit van de gemeente Leudal krijgen, anders zijn ze niet verzekerd via deze vrijwilligersverzekering.

· Leveren van diensten, bijvoorbeeld water- en elektriciteitsvoorziening

Als er een water- en/of elektriciteitsvoorziening aanwezig is op de locatie van het evenement kan hiervan gebruik worden gemaakt voor het evenement. De organisator van het evenement kan hiertoe een verzoek doen via het aanvraagformulier voor evenementen.

· Bouwconstructie

De bouwconstructie van een tijdelijk bouwwerk ten behoeve van een evenement wordt zo nodig beoordeeld/gecontroleerd voorafgaand aan het evenement. De vergunninghouder is overigens te allen tijde eindverantwoordelijk voor de veilige plaatsing en het veilige gebruik van objecten.

· Brandveiligheid

In het belang van de brandveiligheid worden specifieke brandpreventieve maatwerkvoorschriften verbonden aan de evenementenvergunning. De Brandweer Limburg-Noord bekijkt onder andere de benodigde blusapparatuur, het vrijhouden van terreingedeelten, het gebruik van bak- en braadapparatuur enzovoorts. De brandpreventieve controles worden in overleg met de gemeente en/of steekproefsgewijs uitgevoerd door de Brandweer Limburg-Noord.

· Brandveiligheid en overnachten in sport-, verenigingsgebouwen en scholen

Voor het incidenteel overnachten in sport-, verenigingsgebouwen en scholen zijn door het college van burgemeester en wethouders aparte beleidsregels vastgesteld zodat het overnachten in deze gebouwen onder specifieke regels en brandpreventieve voorschriften is toegestaan.

· Vuurwerk

Er zijn twee soorten vuurwerk: consumentenvuurwerk en professioneel vuurwerk.

Consumentenvuurwerk is vuurwerk dat particulieren mogen afsteken tijdens de jaarwisseling. De verkoop van consumentenvuurkoop is volgens het Vuurwerkbesluit alleen toegestaan op 29, 30 en 31 december. Als een van deze dagen een zondag is, geldt 28 december ook als verkoopdatum.

Consumentenvuurwerk mag alleen tijdens de jaarwisseling van 31 december van 18.00 uur tot 1 januari 02.00 uur worden afgestoken.

Professioneel evenementenvuurwerk mag alleen afgestoken worden door een gespecialiseerd bedrijf. Het bedrijf heeft hiervoor een toepassingsvergunning nodig. En moet elke keer dat het vuurwerk gaat afsteken een melding doen of een ontbrandingstoestemming aanvragen bij de Provincie Limburg. Daarnaast is ook nog vaak een gemeentelijke evenementenvergunning nodig.

· Helikopters, Luchtballonnen

Gedeputeerde Staten (GS) van Limburg hebben beleidsregels vastgesteld voor de ontheffingen voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik van luchtvaart in Limburg. De Provincie kan op basis daarvan ontheffingen verlenen voor het tijdelijk gebruiken van terreinen, voor het opstijgen en landen van bijvoorbeeld helikopters en luchtballonen (zogenaamde TUG-ontheffingen).

Er bestaan drie soorten TUG-ontheffingen:

  • *

    Locatiegebonden ontheffing

    De locatiegebonden ontheffing betreft, zoals de naam al zegt, een ontheffing die is verbonden aan een bepaalde locatie voor meerdere starts en landingen op één dag, maar wel met een maximum van 12 dagen per jaar en per terrein.

  • *

    Generieke ontheffing

    De generieke ontheffing is geldig binnen de Provincie Limburg, met een melding 24 uur van te voren, voor maximaal 2x2-vliegbewegingen (= 2 vluchten) per dag, voor maximaal 12 dagen per jaar per terrein en af te geven voor maximaal 12 maanden.

  • *

    Combinatie generieke en locatiegebonden ontheffing

    Een combinatie van de locatiegebonden en generieke ontheffing is bijvoorbeeld mogelijk wanneer een aantal vliegbewegingen zijn gewenst, maar vooralsnog onbekend is wanneer deze vluchten zullen plaatsvinden. Deze ontheffing is geldig voor maximaal 24 vluchten per jaar die vrij kunnen worden gebruikt over een aantal dagen met een maximum van 12 dagen.

· Vliegen met drones

Drones of te wel op afstand bestuurde onbemande luchtvaartuigen, komen steeds vaker voor in het luchtruim. Om het vliegen met drones veilig te laten verlopen zijn er regels die zijn opgenomen in de regeling modelvliegen. Deze regels gelden voor alle drones. Zelfs voor kleine speelgoed-drones.

Belangrijk is dat met een drone niet boven groepen mensen of aaneengesloten bebouwing, (spoor)wegen of andere bouwwerken wordt gevlogen. Ook mag niet hoger dan 120 meter boven de grond worden gevolgen. Omdat drones een risico vormen voor andere luchtvaartuigen, zoals traumahelikopters, moet een drone direct aan de grond worden gezet als er een ander luchtvaarttuig aankomt. Ook is het verboden om in de buurt van luchthavens of andere no fly zones te komen. Filmen en fotograferen met een drone mag, mits de privacy van anderen wordt gerespecteerd. Verder mag er alleen bij daglicht gevlogen worden.

Het is overigens belangrijk er voor te zorgen dat de vlieger met een drone voldoende verzekerd is.

Voor het beroepsmatig vliegen met drones, bijvoorbeeld om in opdracht foto’s te maken of om inspecties te doen is een certificaat nodig. Hier voor wordt verwezen naar de website www.rijksoverheid.nl/drones.

De Politie ziet toe op het vliegen met drones. Voor het niet naleven van de regels kan een boete worden gegeven en kan in drone in beslag worden genomen.

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) onderzoekt de (aanvullende) verordende bevoegdheid van gemeenten ten aanzien van drones.

· Ballonnen oplaten

Jarenlang was het gebruikelijk dat er geen vergunning nodig was voor het oplaten van ballonnen tijdens een evenement of bij andere activiteiten in het de openbare ruimte. Dit is echter geen vanzelfsprekendheid meer. Om milieubelasting te voorkomen wordt steeds vaker afgeraden om ballonen op te laten.

Geen vergunning is nodig als de doorsnee van de (speelgoed)ballonnen minder is dan 75 cm en het aantal ballonnen niet meer bedraagt dan 1000 stuks.

Voor het oplaten van meer dan 1.000 speelgoedballonnen is volgens de Luchtvaartwet een vergunning nodig die aangevraagd dient te worden bij de Luchtverkeersleiding Nederland.

De regels zijn te vinden in de landelijke regeling kabelvliegers en kleine ballons.

Voor het oplaten van wensballonnen, geluksballonnen zijn aparte voorschriften van toepassing die zijn opgesteld door de Voedsel en Warenautoriteit (VWA).

· Volksgezondheid

Ter bescherming van de Volksgezondheid worden aparte voorschriften verbonden aan een evenementenvergunning.

Algemene regel inzet EHBO’ers

De algemene regel voor inzet van EHBO hulpverleners is 1 hulpverlener per 1.000 gelijktijdig aanwezige bezoekers, met een minimum van 2 hulpverleners. Een ondergrens waarbij eerste hulpverleners niet nodig zijn, is niet op voorhand aan te geven. Hiervoor wordt aanspraak gemaakt op het gezond verstand van de evenementenorganisator.

Overigens wanneer er sprake is van verzwarende omstandigheden (bv risicoverwachting alcohol- of genotsmiddelengebruik, fysieke inspanning, ruimtelijke factoren) is een specifiek advies over het aantal en de kwaliteit/opleidingsniveau van de EHBO’ers nodig.

De organisator van het evenement dient voor EHBO-assistentie zelf contact op te nemen met een EHBO-aanbieder naar eigen keuze. Vaak is dat een plaatselijke EHBO-vereniging.

Voor het leveren van een bepaald niveau is een overzicht van aanbieders op te vragen bij de GHOR.

Bereikbaarheid hulpdiensten

De bereikbaarheid van panden en percelen dient voor de hulpdiensten van politie, brandweer en ambulance te allen tijde gewaarborgd te zijn. Zo nodig en in samenwerking met de hulpdiensten dienen voor deze diensten aparte aanrijroutes geregeld te worden.

Toiletvoorziening

De aanwezigheid van voldoende toiletvoorzieningen tijdens evenementen is uit het oogpunt van hygiëne een belangrijk onderdeel van een evenement. Hiervoor dient de organisator van het evenement zelf zorg te dragen. Verder kan er aandacht nodig zijn voor andere hygiënemaatregelen en legionellapreventie.

Oordopjes om gehoorschade te voorkomen

Om gehoorschade te voorkomen wordt steeds vaker door bezoekers van evenementen gebruik gemaakt van oordopjes tijdens evenementen. De organisator van het evenement kan deze oordopjes de bezoekers (te koop) aanbieden bij evenementen.

· “Extreme” weersomstandigheden

Indien tijdens het evenement sprake is van “extreme” weersomstandigheden is extra aandacht voor veiligheid, gezondheid en hygiëne nodig. Bij noodweer is nauw overleg nodig door de gemeente, Veiligheidsregio Limburg-Noord, Brandweer Limburg Noord, Politie Limburg en de organisator. Tijdens een hittegolf zal het bijvoorbeeld lastiger zijn om eet- en drinkwaren op de juiste temperatuur te houden. En is het gratis aanbieden van water door de organisator van het evenement aan te bevelen. Bij extreme kou kunnen waterleidingen bevriezen en bestaat de kans op onderkoeling van de bezoekers. Het weer is drie dagen voor het evenement redelijk nauwkeurig te voorspellen. Bij “extreme” weersomstandigheden dient de organisator van het evenement hierover te communiceren met de bezoekers. Ook dient er aandacht te zijn voor de windbelasting van tijdelijke bouwwerken.

Wat te doen bij extreem weer is te vinden in het overzicht van bijlage 5.

· Bescherming van het milieu,overlast, afval

Om een evenement in een natuurgebied te kunnen laten plaatsvinden is vaak een aparte vergunning nodig op grond van de Wet Natuurbescherming.

Door Staatsbosbeheer wordt onder andere toegezien op de hen toevertrouwde natuurgebieden.

Geluidsoverlast, overlast veroorzaakt door stof, afval enzovoorts valt onder bescherming van milieu. De organisator van het evenement is voor de overlast verantwoordelijk. De gemeente kan herstelbare schade herstellen of laten herstellen op kosten van de organisatie van het evenement.

Afvalbakken en/of containers

De gemeente Leudal stelt geen afvalbakken en/of containers beschikbaar. Dit dient de organisator zelf te regelen. Indien de organisator niet of in onvoldoende mate reinigingsverplichtingen of andere verplichtingen nakomt die zijn opgelegd in de vergunningvoorschriften, zal de gemeente de nalatige situatie herstellen op kosten van de vergunninghouder.

· Eindtijden

Volgens de APV mogen openbare inrichtingen geopend zijn tussen 07.00 uur en 02.00 uur.

Afwijkingen

Hierop zijn een aantal uitzonderingen gemaakt.

  • -

    Een cafetaria, snackbar, shoarmazaak, broodjes zaak, grillroom of afhaalbedrijf van etenswaren mag geopend zijn tussen 07.00 uur en 03.00 uur.

  • -

    Op 1 januari (nacht van Oudjaar op Nieuwjaar) zijn de sluitingsuren verruimd tot 05.00 uur.

  • -

    Gedurende de carnavalsdagen, de zaterdag van de carnaval (nacht van vrijdag op zaterdag) tot en met woensdag (nacht van dinsdag op woensdag) zijn de openingstijden verruimd tot 03.00 uur.

Aparte regels voor sluitingstijden gelden voor de terrassen bij de openbare inrichtingen. Een terras bij een openbare inrichting mag geopend zijn van 10.00 uur tot 00.00 uur. Een uitzondering geldt voor de vrijdag en zaterdag gedurende de zomervakantie van de basisscholen Regio Zuid én op de dag voorafgaande aan een (nationale) feestdag, dan mag het terras 10.00 uur tot 02.00 uur geopend zijn.

Verder zijn er aparte regels voor de openbare inrichtingen waarvoor een nachtontheffing is verleend, deze mogen maximaal open zijn tot 05.00 uur. De precieze eindtijden en afspraken zijn opgenomen in de nachtontheffing.

· Geluid

Het ten gehore brengen van geluid bij evenementen kan gevoelig zijn voor de degenen die in de omgeving van het evenement wonen. Daarom is het van belang dat er duidelijke controleerbare regels zijn.

Begin- en eindtijden

Het gemeentelijk geluidsbeleid gaat vooralsnog uit van begin- en eindtijden. Voor begin- en eindtijden is gekozen, in plaats van specifieke geluidswaarden, omdat die voor een ieder duidelijk en makkelijker controleerbaar dan decibelwaarden. De vraag is of begin- en eindtijden altijd realistisch zijn bij alle geluidsbronnen. Als een DJ muziek maakt bij housefeesten/festivals is het niet realistisch om geen geluidsbegrenzing op te nemen in de evenementenvergunningen. De mogelijke invoering van geluidsnormen wordt op dit moment ambtelijk nader onderzocht. Ook wordt het intergemeentelijk geluidsbeleid van de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD) afgewacht. Wellicht dat in de toekomst met decibelwaarden gewerkt gaat worden bij evenementenvergunningen.

Geluidsoverlast

Het gebruik van begin- en eindtijden betekent niet dat er onbeperkt geluid kan worden gemaakt gedurende de aangegeven tijdstippen. Wanneer er overmatige overlast wordt verwacht wordt gekeken naar preventieve maatregelen. Er kan gekeken worden naar de inrichting van de tent of het terrein en de opstelling van de geluidsboxen om overlast voor de omgeving te beperken. Verder wordt de voorkoming van geluidsklachten gezocht in de communicatie met de evenementenorganisator, de omwonenden, de mogelijke klagers. De evenementenorganisator dient tijdens het evenement per (mobiele)telefoon bereikbaar te zijn zodat er meteen gemeld en ingegrepen kan worden bij mogelijke geluidsklachten.

Het is de verantwoordelijkheid van de organisatie/organisator om geluidhinder te beperken. Mocht er desondanks sprake zijn van aantoonbare geluidsoverlast dan kan dit een reden voor de toekomst zijn om een vergunning te weigeren.

Klachten/meldingen over geluid kunnen kenbaar worden gemaakt bij de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD).

De basis met betrekking tot de eindtijden bij een evenement sluit aan bij de openingstijden van openbare inrichtingen zoals opgenomen in de APV.

Inrichting

Eindtijd

Eindtijd geluid

Gebouw

02:00 uur

02:00 uur

Openlucht, tent

02:00 uur

01:30 uur

Het geluidsbeleid wordt meegenomen in het jaarlijks vast te stellen collegebesluit collectieve festiviteiten.

Twaalfdagen regeling

Voor een evenement dat incidenteel in een openbare inrichting, bijvoorbeeld in een café wordt georganiseerd waarbij meer geluid wordt geproduceerd dan normaal kan een melding op grond van de twaalfdagenregeling worden ingediend. Er kan maximaal twaalf keer per jaar van gebruik worden gemaakt.

· Muziek en film

Iedereen die buiten de familie- of vriendenkring muziek ten gehore brengt, moet hiervoor betalen aan Buma/Stemra. Dit geldt ook voor evenementen, bijvoorbeeld als er achtergrond muziek wordt gedraaid. Op www.bumastemra.nl is informatie te vinden over het betalen voor muziek.

Voor het vertonen van beeldmateriaal, bijvoorbeeld van een sportwedstrijd is ook toestemming nodig. VIDEMA bewaakt het intellectuele eigendom van de rechthebbenden en zorgt voor regelingen met gebruikers. Op www.videma.nl is hierover informatie te vinden.

· Verstrekking van alcoholhoudende drank – gebruik van glaswerk en plastic bekers

Bij evenementen wordt vaak alcohol geschonken. Nadere regels hierover zijn te vinden in de Drank- en Horecawet en in ontheffing op grond van artikel 35 Drank- en Horecawet.

Ontheffing op grond van artikel 35 Drank- en Horecawet

Voor het op andere plekken dan in de horeca-inrichting inclusief terras bedrijfsmatig verstrekken van alcoholhoudende drank is een ontheffing nodig van de burgemeester op grond van de Drank- en Horecawet. Een dergelijke ontheffing kan slechts worden verleend voor bijzondere gebeurtenissen van zeer tijdelijke aard (maximaal twaalf aaneengesloten dagen).

Een dergelijke ontheffing kan slechts verleend worden aan een persoon:

  • a.

    die de leeftijd van eenentwintig jaar bereikt;

  • b.

    niet in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

De regelgeving rond alcoholverstrekking tijdens evenementen is versoepeld. De persoon die leiding geeft aan de alcoholverstrekking tijdens evenementen hoeft volgens de Drank- en Horecawet niet meer verplicht te beschikken over een Verklaring van Sociale Hygiëne dan wel een Verklaring kennis en inzicht sociale hygiëne. Dit maakt het voor burgers en ondernemers zonder horeca- of slijtersbedrijf gemakkelijker een dergelijke ontheffing aan te vragen, bijvoorbeeld voor een eendaags kleinschalig evenement. Ook wordt niet meer geëist dat de leidinggevende niet onder curatele staat, dan wel het uit het ouderlijk gezag of voogdij is ontzet.

De burgemeester is bevoegd een ontheffing op grond van de Drank- en Horecawet te verlenen voor bijzondere tijdelijke evenementen. Er kunnen aan de ontheffing voorschriften worden verbonden. Zo kan bijvoorbeeld bij een gemiddeld of hoog risicoklasse evenement of een meerdaags evenement de verplichting worden opgenomen dat de persoon die de leiding geeft aan de alcoholverstrekking toch beschikt over een Verklaring van Sociale Hygiëne dan wel een Verklaring kennis en inzicht sociale hygiëne.

Tijdstip alcoholverstrekking

Gelet op de ervaringen met evenementen bij sporttoernooien kan de burgemeester overwegen de drankverstrekking bij een sporttoernooi te beperken. Dit kan bijvoorbeeld naar aanleiding van de evaluatie van een evenement worden besloten.

Leeftijd

De organisator van het evenement is verantwoordelijk voor de drankverstrekking tijdens het evenement. Aandacht dient er gegeven te worden aan maatregelen die nodig zijn om het gebruik van alcohol onder de 18 jaar te voorkomen tijdens het evenement. In het aanvraagformulier voor de evenementenvergunning wordt specifiek naar de te nemen preventieve maatregelen gevraagd. Er zijn standaardvoorschriften hierover opgenomen door de GHOR.

Gebruik van glaswerk of kunststof bekers

Het gebruik van (duurzaam) glaswerk of kunststof bekers in een horeca-inrichting is niet wettelijk geregeld. Aan een evenementenvergunning kunnen met het oog op de veiligheid nadere voorschriften worden verbonden voor het gebruik van kunststof bekers. De gemeente kan de organisator wijzen op het belang van het gebruik van kunststof bekers dan wel verplichten tot het gebruik van kunststof bekers.

Kunststof bekers zijn onder andere verplicht voor evenementen die plaatsvinden op openbare plaatsen (bijvoorbeeld op pleinen tijdens de carnaval, kermissen), in feesttentenen/of op sportvelden. Ook in andere gevallen, zoals uit veiligheidsoverwegingen of ter voorkoming van overlast, kan besloten worden het gebruik van kunststof bekers verplicht te stellen.

· Circussen

Voor het houden van circusvoorstellingen is ook een evenementenvergunning op grond van de APV nodig.

Er zijn slechts enkele plaatsen in de gemeente Leudal waar een circus voorstellingen mag geven. Het betreft de volgende plaatsen:

Heythuysen

Evenemententerrein aan de Noorderbaan

Roggel

Evenemententerrein aan de Berkenlaan

Neer

Evenemententerrein aan het Ligteveld

Met de komst van een circus worden de volgende uitgangspunten gehanteerd.

  • -

    Een aanvraag dient vóór 1 december voorafgaand aan het daarop volgende kalenderjaar zijn ingediend. Circussen die tijdig een aanvraag indienen krijgen te horen van de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP of in principe een vergunning verleend kan worden. Een definitieve vergunning word verleend als de aanvraag inhoudelijk getoetst is.

  • -

    Het bezoek van een circus is iets bijzonders. Er worden per kalenderjaar maximaal twee circussen toegestaan. Deze worden in overleg ingepland in het voor- en najaar. Zogenaamde “uitkoopvoorstellingen” waarbij de circuskassa gesloten blijft, worden hierbij meegeteld.

  • -

    De vergunning wordt, rekening houdende met de toestand van het evenemententerrein, afgegeven in de zogenaamde droge periode, gedurende de maanden mei tot en met september.

  • -

    Op het terrein zijn de nutsvoorzieningen van elektriciteit en water aanwezig.

  • -

    Bij de vergunningverlening van een circus dient rekening te worden gehouden met jaarlijks terugkerende evenementen. De jaarlijks terugkerende evenementen hebben dan voorrang.

  • -

    Geen vergunning voor een circus wordt verleend als er in een kern van de gemeente Leudal kermis wordt gevierd of tijdens de carnavalsdagen.

  • -

    Bij een relatief onbekend circus dienen de medewerkers APV/bijzondere wetten van het BBP bij het secretariaat van de Vereniging van Nederlandse Circus Ondernemingen (VNCO) na te vragen of het circus in het bezit is van de vereiste papieren en belasting wordt voldaan.

  • -

    De VNCO heeft in overleg met het Landelijk Netwerk Brandpreventie- een circus(brandweer)boek ontwikkeld. Dit is een instrument voor gemeentelijke ambtenaren om de veiligheid van bouwconstructie en de brandveiligheid te beoordelen.

  • -

    Wilde d ieren

    Op 15 september 2015 is het verbod wilde dieren in circussen zoals verwoord in het Besluit verbod wilde dieren in circussen in werking getreden. Vanaf de genoemde datum bestaat er een verbod op de vertoning en het vervoer van wilde zoogdieren ten behoeve van een circus of ander optreden, vanwege de aantasting van het welzijn en de integriteit van het dier.

    In de circussen mag overigens wel opgetreden worden met de zogenaamde gedomisticeerde zoogdieren zoals ezels, paarden, runderen, lama’s, alpaca’s, kamelen, dromedarrissen enz. Vogels en reptielen zijn ook nog toegestaan.

    De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) zal handhaven op het verbod op deelname en vervoer.

    Voor het welzijn van dieren die nog wel tentoongesteld mogen worden in het circus, is het belangrijk dat noodzakelijke voorzieningen ter plaatse aanwezig zijn als het circus arriveert.

    Daarom dient de gemeente er voor te zorgen dat na aankomst de dieren snel de transportwagens kunnen verlaten en gevoerd kunnen worden en er water aanwezig is.

    Het terrein dient voldoende groot te zijn voor de dieren. Hiervoor dienen goede afspraken gemaakt te worden.

7. Verantwoordelijkheid organisator evenement, aansprakelijkheid,verzekeringen

De organisator van een evenement is ten opzichte van de bezoekers en/of deelnemers van het evenement en de gemeente verantwoordelijk voor een goed en ordelijk verloop van het evenement en is hiervoor aansprakelijk. Ook is de organisator voor alle schade aansprakelijk die door het gebruik van de vergunning aan eigendommen van de gemeente of van anderen wordt toegebracht.

Om deze aansprakelijkheid te dekken wordt de organisator van het evenement geadviseerd na te gaan of er een goede verzekering is afgesloten tegen eventuele schade als er een evenement wordt georganiseerd. Er kan een aansprakelijkheid bestaan bij schade of het niet doorgaan van het evenement door externe omstandigheden. Met een evenementenverzekering is de organisator verzekerd tegen financiële gevolgen.

De gemeentelijke aansprakelijkheidsverzekering biedt uitsluitend dekking bij evenementen welke mede, door of namens de gemeente worden georganiseerd.

8. Bezwaar en beroep

Als de organisator van het evenement de evenementenvergunning ontvangt, kan het zijn dat er hierover vragen of opmerkingen zijn. Dan kan contact worden opgenomen met de behandelend ambtenaar.

Het kan ook gebeuren dat organisator van het evenement het niet eens is met een besluit van de gemeente. Bijvoorbeeld omdat de vergunning is aangevraagd maar niet is verleend.

Het kan ook zijn dat omwonenden het niet eens zijn met een verleende evenementenvergunning.

De verleende evenementenvergunningen worden opgenomen in het (digitale)Gemeenteblad, op de website opgenomen onder www.leudal.nl/bekendmakingen.

Hierbij wordt de bezwaar- en beroepsmogelijkheid vermeld.

Er kan binnen 6 weken (beginnende op de dag ná de dag waarop het besluit is

gestuurd/bekend is gemaakt) een bezwaar gemaakt worden tegen het besluit van de gemeente. Dit dient te gebeuren door een bezwaarschrift.

In het bezwaarschrift dient te worden vermeld:

  • -

    de naam, adres;

  • -

    datum van het bezwaar;

  • -

    om welk besluit het gaat;

  • -

    waarom men het niet eens is met het besluit;

  • -

    handtekening.

De gemeente beslist vervolgens op het bezwaarschrift binnen 12 weken door tussenkomst van een bezwaarschriftencommissie.

Ingeval van spoed kan gelijktijdig met het indienen van het bezwaarschrift bij de Rechtbank een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend.

Wanneer men het niet eens is met het tweede besluit van de gemeente kan binnen 6 weken beroep worden ingediend bij de rechter.

In de besluiten die ten behoeve van het evenement worden verleend wordt de bezwaarclausule opgenomen. Hierin wordt de rechtsgang beschreven.

9. Klachten, meldingen

Klachten, meldingen over evenementen, bijvoorbeeld geluidsoverlast kunnen worden ingediend op de gemeentelijke website.

Daarnaast is ook een telefonische melding mogelijk bij de gemeente en bij het centraal meldpunt van de Politie. Deze werkwijze is met name voor minder dringende meldingen.

Het kan natuurlijk ook gebeuren dat direct actie nodig is, bijvoorbeeld bij geluidsoverlast. Vanaf 1 januari 2016 kan dan telefonisch gemeld worden via het centraal meldpunt van de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD) Limburg Noord (tel: 0475 – 859 859).

10. Toezicht en handhaving

Voor toezicht en handhaving worden na verlening van de evenementenvergunningen zo nodig afschriften verzonden aan de adviseurs en toezichthouders/BOA’s

Ook worden er wekelijks evenementenoverzichten bijgehouden en verzonden naar de betrokkenen. Voor de Veiligheidsregio Limburg-Noord wordt een apart evenementenoverzicht bijgehouden met alle A-evenementen, B- en C-evenementen. Door de Veiligheidsregio wordt de input van alle gemeenten verwerkt en maandelijks doorgegeven aan de gemeenten.

Toezicht en handhaving van evenementen gebeurd hoofdzakelijk door de gemeente en de Politie Limburg. Gekozen is voor de volgende rolverdeling bij de verschillende onderwerpen.

Eindtijden horeca

Toezicht

Handhaving

Openbare orde

Politie Limburg

Gemeente

Politie Limburg

Brandveiligheidsaspecten

Toezicht

Handhaving

Gemeente (afdeling Dienstverlening) en Veiligheidsregio Limburg Noord (Brandweer)

Gemeente

Geluidsnormen

Toezicht

Handhaving

Gemeente; RUD

Gemeente

Handhaving parkeren

Politie Limburg en Gemeente, BOA’s

Reclameborden en overige APV aangelegenheden

Gemeente, BOA’s

Toezicht op aanwezigheid van sandwich- en/of driehoeksborden

Gemeente, Serviceteam

Handhaving Drank- en Horecawet

Gemeente, BOA’s

Voor een uitvoerigere beschrijving van de Toezicht en Handhavingstaken wordt verwezen naar het (nog vast te stellen) Vergunningen, Toezicht en Handhavingsbeleidsplan. In het bij deze nota behorende Uitvoeringsprogramma wordt de prioritering met betrekking tot toezicht en handhavingstaken opgenomen zoals bijvoorbeeld met betrekking tot de evenementenvergunning.

De constatering van overtredingen bij evenementen kan verschillende gevolgen hebben.

Afhankelijk van de aard en de ernst van de overtreding zal deze onmiddellijk beëindigd worden en/of zal een proces-verbaal worden opgemaakt en/of zal de overtreding gevolgen hebben voor een toekomstige vergunningverlening.

Goede afstemming door het BBP APV/bijzondere wetten met de toezichthouders en handhaving is van groot belang. De wederzijdse uitwisseling van kennis en ervaringen is daarbij van groot belang.

11. Kosten evenementen, legeskosten

Voor een evenementenvergunning werden legeskosten in rekening gebracht op grond van de gemeentelijke legesverordening en de hierbij behorende tarieventabel.

De gemeenteraad heeft besloten de kosten voor de evenementenvergunning vanaf 2017 af te schaffen.

Voor de actuele stand van zaken wordt verwezen naar de jaarlijks geactualiseerde legesverordening en de bij behorende tarieventabel.

Overigens de aanverwante vergunningen, zoals de ontheffing op grond van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, het gebruik van gemeentelijke materialen op eigen verzoek , het gebruik van water en elektriciteit worden wel in rekening gebracht.

12. Samenvatting

In deze nota zijn de kaders voor de evenementen beschreven en geactualiseerd zodat het voor de aanvragers van vergunningen, organisatoren, ambtenaren en bestuurders duidelijk is wat wel en niet kan en mag. Wat de betrokkenen van elkaar mogen verwachten en welke procedures gevolgd worden en hoe deze er uit zien.

Deregulering en vermindering van administratieve lasten en rompslomp hebben de laatste jaren een grote rol gespeeld. Het meldingssysteem af te schaffen is hiervan een verdergaand voorbeeld.

Het geheel afschaffen van de evenementenvergunning is echter niet mogelijk op grond van de landelijke wettelijke vereisten (bijvoorbeeld op grond van de Drank- en Horecawet) en in verband met de risico’s voor de openbare orde, veiligheid en gezondheid. Met het oog op onder andere de veiligheid en gezondheid worden voorschriften verbonden aan de evenementenvergunning. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het veilig laten verlopen van een evenement hoort bij de evenementenorganisatie/de organisator.

Deze nota biedt de nodige handvatten voor degenen die bij evenementen zijn betrokken.

Mochten er vragen, opmerkingen en tips zijn over de dit Uitvoeringsbeleid evenementen in de gemeente Leudal dan zijn deze altijd welkom. Deze kunnen telefonisch, schriftelijk en ook per e-mail worden doorgegeven op info@leudal.nl.

Bijlage 1 Omschrijving begrip evenement

Artikel 2:24 Begripsbepaling

  • 1.

    In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van:

  • a.

    bioscoopvoorstellingen;

  • b.

    markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 5:22 van deze verordening;

  • c.

    kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen;

  • d

    het in een inrichting in de zin van de Drank- en Horecawet gelegenheid geven tot dansen;

  • e.

    betogingen, samenkomsten en vergadering als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;

  • f.

    activiteiten als bedoeld in artikel 2:39 van deze verordening.

  • 2.

    Onder evenement wordt mede verstaan:

  • a.

    een herdenkingsplechtigheid;

  • b.

    een braderie;

  • c.

    een optocht niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3 van deze verordening, op de weg:

  • d.

    een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg;

  • e.

    een straatfeest of buurtbarbecue en de door de burgemeester aangewezen categorieën evenementen op één dag (klein evenement).

Artikel 2:25 Evenement

1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.

2. Geen vergunning is vereist voor een klein evenement indien:

a. het aantal aanwezigen niet meer bedraagt dan 100 personen;

b. het evenement tussen 09:00 uur en 24:00 uur plaats vindt;

c. geen muziek ten gehore wordt gebracht voor 09:00 uur of na 24:00 uur;

d. er geen tijdelijke verkeermaatregel nodig is;

e. er geen verkeersregelaar(s) nodig is/zijn;

f. slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van in totaal maximaal 50m2;

g. er geen gemeentelijke materialen nodig zijn en/of door tussenkomst van de gemeente geen water en/of elektriciteit nodig is/zijn;

h. er een organisator is of iemand die feitelijk leiding heeft, die verantwoordelijk is voor het veilig laten verlopen van het evenement.

3. (vervallen)

4.De burgemeester kan besluiten een evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

5. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin voorzien wordt door artikel 10 juncto 148, van de Wegenverkeerswet 1994.

6. De organisator van het evenement of degene die daarbij de feitelijke leiding heeft, is verplicht:

a.het evenement onverwijld te beëindigen indien daartoe door namens de burgemeester een bevel gegeven wordt;

b. ervoor te zorgen dat, nadat het onder a. bedoeld bevel is gegeven, geen deelnemers meer tot het terrein worden toegelaten waarop het evenement plaatsvindt;

c. ervoor te zorgen dat de aanwijzingen van de buitengewone opsporingsambtenaren, ambtenaren van de politie en brandweer stipt en onverwijld worden opgevolgd.

7. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

Bijlage 2 Format Risicoclassificering

Categorie: risicopotentie evenement

Risicopunt

Score

Hoog Evenementen met landelijke / sterke regionale uitstraling zoals OLS, Boëtegewoëne Boëtezitting, Zomerparkfeest Venlo, Bevrijdingsfestival Roermond, Kermis Weert, Solar Roermond

3

Gemiddeld Beurzen, jaarmarkten / braderieën met muziekpodia, regionale / landelijke sportevenementen, lokale / regionale popconcerten

2

Laag Straat- en buurtfeesten, braderieën, lokale sportevenementen, wandelmarsen

1

Categorie: samenstelling publiek

Risicopunt

Score

1. Aantal gelijktijdige deelnemers en/of bezoekers

0 – 5.000

0,2

5.000 – 10.000

0,4

10.000 – 15.000

0,6

15.000 – 20.000

0,8

> 20.000

1

2. Leeftijdsopbouw (zwaartepunt, max. 1 categorie toewijzen)

0 – 15 jaar (zonder aanwezigheid ouders)

0,5

0 – 15 jaar (met aanwezigheid ouders)

0,25

15 – 30 jaar

1

30 – 45 jaar

0,5

> 45 jaar

0,25

Alle leeftijden

0,75

3. Conditie / gezondheidstoestand

Goed

0

Redelijk

0,25

Matig

0,5

Slecht

1

4. Gebruik alcohol / drugs

Niet aanwezig

0

Mogelijk aanwezig, maar geen risicoverwachting

0,25

Aanwezig met risicoverwachting

1

5. Aanwezigheid van publiek

Als toeschouwer

0,5

Als toeschouwer en/of deelnemer

0,75

Als deelnemer

1

Categorie: plaats en tijdstip evenement

Risicopunt

Score

1. Locatie evenement

In een gebouw

0,75

In een tijdelijk onderkomen (tent, partyboot e.d.)

0,75

In open lucht; op locatie die daarvoor is bestemd en ingericht

0,5

In open lucht; op locatie die daar niet voor is bestemd en ingericht

0,75

Gemeentegrens overstijgend

1

2. Toegankelijkheid aan- en afvoerwegen

Goede aan- en afvoerwegen

0

Redelijk ( 1 weg voor aan- en afvoer)

0,5

Matig (weg met obstakels)

0,75

Slecht (geen toegangsweg)

1

3. Seizoen

Lente of herfst

0,25

Zomer of winter

0,5

4. Duur evenement

0 – 3 uur, (maandag t/m donderdag) daguren

0,25

0 – 3 uur, (maandag t/m donderdag) avond- / nachturen

0,5

0 – 3 uur, (weekend vrijdag t/m zondag) daguren

0,5

0 – 3 uur, (weekend vrijdag t/m/ zondag) avond- / nachturen

0,75

3 – 12 uur, daguren

0,75

3 – 12 uur, avond- / nachturen

1

1 dag

1

Meerdere dagen

1

5. Ondergrond

Harde ondergrond; steen, asfalt, e.d.

0,25

Zachte ondergrond, vochtdoorlatend; zand, gras, e.d.

0,5

Zachte ondergrond, drassig; zand, gras, e.d.

0,75

Categorie: Verwijdbaarheid/ relevantie/media geniekheid/ politieke aandacht (pleuris factor) Bijv: Evenementen waar het de vorige keer bij mis is gegaan. Komst van VIPS (koninklijk gezelschap/ bekende artiest) Er spelen tegenstrijdige belangen tussen groeperingen

Risicopunt

Score

Poltieke aandacht Hoog

1

Poltieke aandacht Middel

0,75

Poltieke aandacht Laag tot geen

0

Totaal

0

Klasse evenement

C: Hoog risico-evenementen

>9

B: Gemiddeld risico-evenementen

>6 + <9

A: Laag risico evenemente

<6

Bijlage 3

Artikel 1:2 Beslistermijn

  • 1.

    Het bevoegde bestuursorgaan beslist op een aanvraag voor een vergunning of ontheffing binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan de termijn voor ten hoogste acht weken verdagen.

  • 3.

    Het bepaalde in het eerste en tweede lid geldt niet voor de beslissing op een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid.

  • 4.

    In afwijking van het tweede lid is artikel 3.9 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van toepassing indien beslist wordt op een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10, vierde lid, of een vergunning als bedoeld in artikel 2:11, tweede lid, aanhef en onder a, of artikel 4:11.

Artikel 1:3 Indiening aanvraag

  • 1.

    Indien een aanvraag voor een vergunning of ontheffing wordt ingediend minder dan drie weken vóór het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft, kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag niet te behandelen.

  • 2.

    Voor bepaalde, door het bestuursorgaan aan te wijzen, vergunningen of ontheffingen kan de in het eerste lid genoemde termijn worden verlengd tot ten hoogste acht weken.

Artikel 4:5 Aanvraag niet behandelen

  • 1.

    Het bestuursorgaan kan besluiten de aanvraag niet te behandelen, indien:

  • a.

    de aanvrager niet heeft voldaan aan enig wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag, of

  • b.

    de aanvraag geheel of gedeeltelijk is geweigerd op grond van artikel 2:15 , of

  • c.

    de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking,

  • mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad de aanvraag binnen een door het bestuursorgaan gestelde termijn aan te vullen.

  • 2.

    Indien de aanvraag of een van de daarbij behorende gegevens of bescheiden in een vreemde taal is gesteld en een vertaling daarvan voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking noodzakelijk is, kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag niet te behandelen, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door het bestuursorgaan gestelde termijn de aanvraag met een vertaling aan te vullen.

  • 3.

    Indien de aanvraag of een van de daarbij behorende gegevens of bescheiden omvangrijk of ingewikkeld is en een samenvatting voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking noodzakelijk is, kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag niet te behandelen, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door het bestuursorgaan gestelde termijn de aanvraag met een samenvatting aan te vullen.

  • 4

    Een besluit om de aanvraag niet te behandelen wordt aan de aanvrager bekendgemaakt binnen vier weken nadat de aanvraag is aangevuld of nadat de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken.

Bijlage 4 Weigeringsgronden

Artikel 1:8 Weigeringsgronden

De vergunning of ontheffing kan door het bevoegd gezag of het bevoegde bestuursorgaan worden geweigerd in het belang van:

a. de openbare orde;

b. de openbare veiligheid;

c. de volksgezondheid;

d. de bescherming van het milieu.

Bijlage 5

Wat te doen bij extreem weer tijdens evenementen

Het weer speelt een grote rol in Nederland. Gedurende het hele jaar is extreem weer mogelijk en geen maand kan op voorhand worden uitgesloten. Ons klimaat brengt wisselvalligheid met zich mee, dat zich kan uiten in allerlei extremen.

Wees voorbereid op extreem weer!

NEERSLAG

  • 1.

    Zorg voor voldoende poncho’s op het evenemententerrein, want intensieve regenval kan sterke onderkoeling veroorzaken.

  • 2.

    Daarnaast kan de regen ophopen op tentdoeken en deze zwaar belasten, verwijder het regenwater dus regelmatig.

  • 3.

    Zomerse onweersbuien kunnen gepaard gaan met (grote) hagel. Dit kan verwondingen opleveren en schade aan materiaal.

  • 4.

    Accumulatie van hagelstenen kan de tentconstructie verzwakken, zorg dat de hagel makkelijk van de tent afrolt.

GLADHEID

  • 1.

    Vooral tijdens (sport)evenementen kunnen winterse neerslag en bevriezing een rol spelen.

    - Het parcours kan glad worden. Het is daarom raadzaam om een strooiplan te hebben.

    - Daarnaast kan winterse neerslag onderkoeling veroorzaken.

KRACHTIGE ZON

  • 1.

    Waarschuw bij hoge zonkracht in verband met het risico op verbranden en een zonnesteek.

  • 2.

    Zorg ervoor dat zonnebrandcrème gekocht kan worden op het evenemententerrein en bij extreem hoge zonkracht: deel het gratis uit.

  • 3.

    Verkoop petjes, zonnehoedjes e.d.

EXTREME HITTE

  • 1.

    Zorg voor een hitteplan

    - Adviseer mensen om voldoende water te drinken en niet te veel alcohol te nuttigen.

    Alcohol verhoogt de kans op uitdroging.

    - Zorg voor gratis drinkwater.

    - Drugsgebruik levert extra risico’s op tijdens hitte.

    - Zorg voor koelmogelijkheden, bijvoorbeeld door extra douches te plaatsen.

    - Denk aan voldoende EHBO-medewerkers.

    - Ventileer tenten voldoende, de temperatuur kan hierin namelijk nog hoger oplopen dan buiten.

    - Zorg voor extra drinkwaterposten tijdens (sport)evenementen. Las het evenement af bij extreme

    hitte en hoge luchtvochtigheid.

ONWEER

  • 1.

    schade tijdens blikseminslag te verkleinen.

  • 2.

    Metalen voorwerpen en elektrische installaties zijn extra gevoelig voor blikseminslag

  • 3.

    Laat mensen niet onbeschermd op een open terrein of in de buurt van water tijdens onweer. Schuilen onder een boom, bij lichtpalen of in de buurt van een metalen afrastering is levensgevaarlijk.

  • 1.

    Is er geen goede schuilplaats voor handen, adviseer mensen dan om zich zo klein mogelijk te maken, bijvoorbeeld door op de hurken te gaan zitten met de voeten tegen elkaar aan.

WIND

  • 1.

    Onderzoek bij het plannen van een evenement of er windgevoelige bomen in de omgeving staan. Het verwijderen van zwakke takken kan het risico op ‘stormschade’ verminderen.

  • 2.

    Bij buien met zware windstoten of stormachtige condities:

    - Haal losse en windgevoelige voorwerpen weg van het terrein en/of zorg voor extra verankering van materialen en tenten.

    - Breng mensen in veiligheid door ze weg te halen bij voorwerpen die om kunnen waaien.

    Een veilige tent die tegen zware wind bestand is kan uitkomst bieden.

    - Zorg voor windmeters in hoge stages.

EXTREME KOU

  • 1.

    Een combinatie van wind en lage temperaturen kan extreem lage gevoelstemperaturen veroorzaken.

    - Sporters dienen zich extra goed te kleden.

    - Kans op onderkoelingsverschijnselen.

    - Overleg met de aanwezige medische dienst of poncho’s uitgedeeldmoeten worden om mensen warm te houden.

    - Laat de medische dienst voor extra aluminium dekens zorgen op het terrein.

Inhoudsopgave

1. Inleidingen doelstelling

2. Begripsomschrijving evenement, altijd eennodig?

2.1 Begripsomschrijving evenement

2.2 Geen evenementenvergunning nodig

3 Procedure van totstandkoming van een evenementenvergunning

3.1 Algemeen

3.2 Bevoegd bestuursorgaan

3.3 Ambtelijke ondersteuning

3.4 Werkproces van verlening evenementenvergunning

3.5 De evenementenvergunning

3.5.1 Behandelaanpak voor vergunning voor laag risicoklasse evenement (A)

3.5.2 Behandelaanpak voor vergunning voor gemiddeld risicoklasse evenement (B)

3.5.3 Behandelaanpak voor vergunning voor hoog risicoklasse evenement (C)

4. Beslistermijnen

5. Weigeringsgronden, samenloop van evenementen

5.1 Weigeringsgronden

5.2 Samenloop van evenementen

6. Vergunningvoorschriften, overige aandachtspunten

7. Verantwoordelijkheid organisator, aansprakelijkheid, verzekeringen

8. Bezwaar en beroep

9. Klachten, meldingen

10.Toezicht en handhaving

11.Kosten evenementen, legeskosten

12.Samenvatting