Beleidsregel voorschoolse voorzieningen

Geldend van 01-06-2012 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel voorschoolse voorzieningen

Burgemeester en wethouders stellen op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht de volgende beleidsregel voorschoolse voorzieningen vast.

1. Algemeen

Het gemeentelijke beleid voorschoolse voorzieningen is vastgelegd in de notitie voorschoolse voorzieningen 2012- 2015 door de gemeenteraad op 26 maart 2012. De navolgende beleidsregel sluit aan bij deze vastgestelde notitie.

2. Begripsomschrijving

Voor van toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Algemene wet bestuursrecht.

  • b.

    College: het college van burgemeester en wethouders van gemeente Lisse.

  • c.

    Algemene subsidieverordening: Kaderverordening subsidies Lisse 2009

  • d.

    Peuteropvang: peuteropvang voor kinderen van 2 tot 4 jaar met als functies spelen, ontmoeten, ontwikkelen, signaleren en ondersteunen.

  • e.

    Kinderdagverblijf: een plaats waar jonge kinderen (baby's en peuters) worden opgevangen die valt onder Wet Kinderopvang.

  • f.

    Peuterplaats: een plek van een kind van 2 tot 4 jaar op de kinderdagopvang

  • g.

    Zorgpeuter: een peuter met een indicatie van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)

  • h.

    Ouderbijdrage: financiële vergoeding die ouders moeten betalen voor de deelname van hun peuter aan de peuteropvang.

  • i.

    Schooljaar: jaar lopend van 1 augustus tot 1 augustus

3. Toelating

Het college bepaalt of een instelling in aanmerking komt voor subsidie.

4. De subsidieaanvraag peuteropvang

  • 1.

    De subsidieaanvraag moet uiterlijk vóór 1 juni voorafgaand aan het schooljaar bij het college ingediend worden.

  • 2.

    Een volgende subsidieaanvraag moet uiterlijk vóór 1 januari van het schooljaar ingediend worden.

  • 3.

    De subsidieaanvraag bevat een beschrijving van de visie op de voorschoolse educatie

  • 4.

    De subsidieaanvraag bevat de bewijzen van inschrijving.

  • 5.

    Bij de subsidie aanvraag moet de begroting worden overlegd waaruit duidelijk blijkt:

    • a.

      Het totaal bedrag van de aanvraag en onderbouwing van de kosten

    • b.

      Voor hoeveel kindplaatsen subsidie wordt aangevraagd

    • c.

      De openstelling en bezetting van iedere locatie

    • d.

      Het aantal (peuteropvang)kindplaatsen t.o.v. het aantal Wet Kinderopvang plaatsen

5. Specifieke eisen

  • 1.

    Het kinderdagverblijf moet gevestigd zijn in de gemeente Lisse.

  • 2.

    De subsidie is bestemd voor kinderen uit Lisse.

  • 3.

    Het kinderdagverblijf voldoet aan de kwaliteitseisen van de Wet Kinderopvang.

  • 4.

    De peuteropvanggroep wordt alleen bezocht door peuters van 2- 4 jaar.

  • 5.

    Een peuterplaats bestaat uit 2 dagdelen van 5 uur per week.

  • 6.

    De peuteropvang is minimaal 40 weken per jaar open.

  • 7.

    De ouders/ verzorgers betalen een door de gemeente vastgestelde inkomensafhankelijke ouderbijdrage per uur zoals staat omschreven in de bijlage bij deze beleidsregel.

  • 8.

    Er is een specifieke korting voor ouders/ verzorgers van zorgpeuters en ouder/ verzorgers met een inkomen minder dan 110% van het bijstandsniveau.

6. Grondslag

  • 1.

    Er wordt geen subsidie beschikbaar gesteld voor een peuterplaats indien van deze peuterplaats gebruik wordt gemaakt door een ouder/verzorger, die aanspraak kan maken op de fiscale kinderopvangregeling.

  • 2.

    Voor de zorgpeuters is een aparte procedure. Aanvragen worden ingediend bij de gemeente, er vindt een beoordeling door het Centrum voor Jeugd en Gezin plaats.

  • 3.

    Voor peuters die vanaf 1 januari aangemeld worden, krijgt de peuteropvang de helft (7/12de) van het subsidiebedrag uitgekeerd.

  • 4.

    Voor peuters die tijdens het schooljaar de overstap maken van een kinderdagverblijf naar de andere, wordt aan de nieuwe aanvrager slechts de helft (7/12de) van het subsidiebedrag uitgekeerd.

7. De subsidieverlening

  • 1.

    De gemeente betaalt aan de hand van de inkomensgroep een subsidie bijdrage per peuterplaats zoals staat omschreven in de bijlage bij deze beleidsregel.

  • 2.

    De subsidieaanvrager rapporteert vóór 1 januari over het aantal bezette kindplaatsen.

  • 3.

    Indien zich tussen de periode van 1 augustus 2012 tot 1 januari 2013 mutaties voordoen, dan vindt er geen verrekening plaats. De enige uitzondering is indien onjuiste gegevens zijn verstrekt.

  • 4.

    Voor 1 januari 2013 is het mogelijk een aanvullende aanvraag in te dienen voor die peuters die voor 1 juni 2012 nog niet bekend waren.

  • 5.

    Per jaar stelt het college bij de subsidieverlening het maximum totaal aantal kindplaatsen vast waarvoor een subsidie kan worden verkregen. Dit is het subsidieplafond.

  • 6.

    De voorlopige subsidie wordt uitgekeerd op basis van de ingediende aanvraag met de daarbij gevoegde bewijzen van inschrijving en met inachtneming van het subsidieplafond.

8. De subsidie vaststelling

  • 1.

    Voor 1 september van het schooljaar vindt verantwoording plaats.

  • 2.

    Bij de subsidieaanvraag voor vaststelling moet de verantwoording worden overlegd waaruit duidelijk blijkt:

    • a.

      Een overzicht van het aantal kindplaatsen van het afgelopen schooljaar per, door de gemeente vastgestelde, inkomensgroep.

    • b.

      Een overzicht van het aantal nieuwe kindplaatsen vanaf 1 januari van het betreffende schooljaar.

    • c.

      De bewijzen van inschrijving van de ouders per aangevraagde kindplaats en de daarbij horende IB-60 formulieren en/of andere bewijzen van inkomen.

  • 3.

    Geen subsidie wordt toegekend wanneer:

    • a.

      het subsidieplafond is bereikt

    • b.

      een aanvraag niet voldoet aan de in deze regeling gestelde subsidiecriteria.

9. Herziening bedragen

Het college indexeert de subsidiebijdrage per peuterplaats zoals omschreven in de bijlagen overeenkomstig het indexcijfer dat het rijk hanteert bij het standaard uurtarief kinderdagopvang.

10. Inwerkingtreding

Deze beleidsregel wordt gepubliceerd binnen twee weken na vaststelling en treedt in werking op 1 juni 2012

Ondertekening

Aldus vastgesteld op in de vergadering van het college d.d. 15 mei 2012
Het college van Lisse,
J.W. Schellevis mevrouw A.W.M. Spruit
secretaris burgemeester

Bijlagen

Bijlage beleidsregels voorschoolse voorzieningen