Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR391667
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR391667/3
Regeling vervallen per 01-01-2017
Verordening op de heffing en invordering van leges 2016
Geldend van 25-02-2016 t/m 31-12-2016
Intitulé
Legesverordening 2016De raad van de gemeente Lisse;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr W053416/85180;
gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
B e s l u i t :
vast te stellen:
De Verordening op de heffing en invordering van leges 2016
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- a.
‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- c.
‘maand’: het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalendermaand tot en met de laatste dag van dezelfde kalendermaand;
- d.
‘jaar‘ en ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de Dienst van het Kadaster en de openbare registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;
- b.
het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.
- c.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- d.
diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wabo.
- e.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
-
3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekend gemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen 8 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
-
1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
-
2. Voor de toepassing van artikel 28a van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
onderdeel 1.1.8 (akten burgerlijke stand);
- 2.
hoofdstuk 2 ( reisdocumenten);
- 3.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 4.
onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen)
- 5.
hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);
- 6.
onderdeel 1.9.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 7.
hoofdstuk 16 (kansspelen).
- 1.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van leges.
Artikel 12 Overgangsrecht
-
1. De ‘Verordening op de heffing en invordering van leges 2014’ van 18 december 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 13 Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.
Artikel 14 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Legesverordening Lisse 2016’.
Ondertekening
Aldus besloten door de raad van de gemeente Lisse in zijn openbare vergadering van
17 december 2015.
Tarieventabel 2016 Lisse
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2016
Inhoudsopgave |
|
Titel 1 Algemene dienstverlening |
|
Hoofdstuk 1 |
Burgerlijke stand |
Hoofdstuk 2 |
Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
Hoofdstuk 3 |
Rijbewijzen |
Hoofdstuk 4 |
Verstrekkingen uit de basisregistratie personen |
Hoofdstuk 5 |
Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
Hoofdstuk 6 |
Verstrekking op grond van Wet bescherming persoonsgegevens |
Hoofdstuk 7 |
Bestuursstukken |
Hoofdstuk 8 |
Vastgoedinformatie |
Hoofdstuk 9 |
Overige publiekszaken |
Hoofdstuk 10 |
Gemeentearchief |
Hoofdstuk 11 |
Huisvestingswet 2014 |
Hoofdstuk 12 |
Leegstandwet |
Hoofdstuk 13 |
Gemeentegarantie (niet van toepassing) |
Hoofdstuk 14 |
Standplaatsen |
Hoofdstuk 15 |
Winkeltijdenwet |
Hoofdstuk 16 |
Kansspelen |
Hoofdstuk 17 |
Telecommunicatie |
Hoofdstuk 18 |
Verkeer en vervoer |
Hoofdstuk 19 |
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning |
|
Hoofdstuk 1 |
Begripsomschrijvingen |
Hoofdstuk 2 |
Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag |
Hoofdstuk 3 |
Omgevingsvergunning |
Hoofdstuk 4 |
Vermindering |
Hoofdstuk 5 |
Teruggaaf |
Hoofdstuk 6 |
Intrekking omgevingsvergunning |
Hoofdstuk 7 |
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
Hoofdstuk 8 |
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
Hoofdstuk 9 |
Woonschepen |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
Hoofdstuk 1 |
Horeca |
Hoofdstuk 2 |
Organiseren van evenementen of markten |
Hoofdstuk 3 |
Prostitutiebedrijven |
Hoofdstuk 4 |
Huisvestingswet 2014 |
Hoofdstuk 5 |
Brandbeveiligingsverordening |
Hoofdstuk 6 |
Terrasvergunning |
Hoofdstuk 7 |
Uithangborden en andere daarmee gelijk te stellen voorwerpen |
Hoofdstuk 8 |
Overige verstrekkingen op grond van de APV |
Hoofdstuk 9 |
Kinderopvang/Gastouderopvang |
Hoofdstuk 10 |
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand |
||
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, in het gemeentehuis, op |
|
1.1.1.1 |
maandag om 09.00 en 10.00 uur: |
kosteloos |
1.1.1.2 |
maandag van 11.00 tot en met 16.00 uur, dinsdag tot en met donderdag van 09.00 |
|
tot en met 16.00 uur en vrijdag van 9.00 tot met 12.00 uur: |
€ 298,75 |
|
1.1.1.3 |
vrijdag van 13.00 tot en met 16.00 uur: |
€ 358,75 |
1.1.1.4 |
zaterdag van 9.00 tot en met 16.00 uur: |
€ 632,35 |
1.1.2 |
Het tarief bedraagt voor een voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op een andere locatie dan het gemeentehuis: |
€ 254,95 |
1.1.3 |
Als op verzoek het huwelijk wordt voltrokken of het partnerschap wordt geregistreerd door een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand van een andere gemeente, worden de leges als bedoeld in de onderdelen 1.1.1.2 tot en met 1.1.2 verhoogd met: |
€ 103,50 |
1.1.4 |
Het tarief bedraagt: |
|
1.1.4.1 |
voor het vastleggen van het tijdstip, de datum en de locatie voor het voltrekken van een huwelijk en/of registreren van een partnerschap als bedoeld in subonderdeel 1.1.1.1: |
€ 34,50 |
1.1.4.2 |
voor het op verzoek wijzigen van het tijdstip en/of de datum en/of de locatie voor het voltrekken van een huwelijk en/of registreren van een partnerschap als bedoeld in de onderdelen 1.1.1 en 1.1.2: |
€ 34,50 |
1.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|
1.1.5.1 |
een trouwboekje of partnerboekje ingeval van een huwelijksvoltrekking of een partnerschapsregistratie als bedoeld in subonderdeel 1.1.1.1: |
€ 25,45 |
1.1.5.2 |
een duplicaat van een trouwboekje of partnerboekje: |
€ 25,45 |
1.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het beschikbaar stellen van: |
|
1.1.6.1 |
gemeentelijke getuigen bij een huwelijksvoltrekking en/of bij een registratie |
|
van een partnerschap, per getuige: |
€ 103,50 |
|
1.1.6.2 |
een gemeentebode bij een huwelijksvoltrekking en/of een registratie van een |
|
partnerschap op een andere locatie: |
€ 103,50 |
|
1.1.7 |
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de |
|
Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan: |
€ 17,25 |
|
1.1.8 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
|
1.1.9 |
Voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, waarbij de aanwezigheid van de Buitengewoon Ambtenaar Burgerlijke Stand is gewenst, gelden de tarieven zoals genoemd in de subonderdelen 1.1.1.2 t/m 1.1.1.4 en de onderdelen 1.1.2 en 1.1.3. |
|
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
||
1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,40 |
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
heeft bereikt |
€ 51,20 |
|
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal |
|
paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
||
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,40 |
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
heeft bereikt |
€ 51,20 |
|
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende |
|
de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
||
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,40 |
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
heeft bereikt |
€ 51,20 |
|
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ 51,20 |
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 50,40 |
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
heeft bereikt |
€ 28,45 |
|
1.2.6 |
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde |
|
documenten, worden de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een |
||
bedrag van |
€ 47,30 |
|
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen |
||
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: |
€ 38,95 |
|
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij spoedlevering vermeerderd met: |
€ 34,10 |
1.3.3 |
Voor het uitreiken van een aanvraagformulier voor een geneeskundige verklaring |
|
bij het CBR geldt het tarief zoals dat is opgenomen op het aanvraagformulier. |
||
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen |
||
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of |
|
meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden |
||
geraadpleegd. |
||
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een uittreksel uit de basisregistratie, per verstrekking: |
€ 8,65 |
|
1.4.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een overzicht naar leeftijdsopbouw uit het geautomatiseerd systeem: |
€ 34,50 |
|
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van |
|
een overzicht anders dan naar leeftijdsopbouw uit het geautomatiseerd systeem: |
€ 69,00 |
|
1.4.5 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling |
|
nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, |
||
tweede lid van het Besluit basisregistratie personen |
€ 7,50 |
|
1.4.6 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie |
|
personen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan: |
€ 17,25 |
|
Hoofdstuk 5 Kiezersregister |
||
1.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer, |
||
bedoeld in artikel D4 van de Kieswet, per inlichting: |
€ 17,25 |
|
Hoofdstuk 6 Wet bescherming persoonsgegevens |
||
1.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens: |
||
1.6.1.1 |
bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: |
|
1.6.1.1.1 |
ten hoogste 100 pagina's, per pagina |
€ 0,23 |
met een maximum per bericht van |
€ 5,00 |
|
1.6.1.1.2 |
meer dan 100 pagina's |
€ 22,50 |
1.6.1.2 |
bij verstrekking anders dan op papier: |
€ 5,00 |
1.6.1.3 |
dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de |
|
verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking: |
€ 22,50 |
|
1.6.2 |
Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1 tot en met 1.6.1.3 |
|
meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. |
||
1.6.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld |
|
in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens: |
€ 4,50 |
|
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken |
||
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verstrekken van een verordening van de gemeente, de voorschriften, behorende bij |
||
bestemmingplannen daaronder begrepen: |
€ 16,40 |
|
vermeerderd met € 0,05 per geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde. |
||
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie |
||
1.8.1 |
Het tarief bedraagt voor van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.8.1.1 |
tot het verstrekken van een fotokopie of een lichtdruk van een plan, zoals een bestem- |
|
mingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger |
||
bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingplan: |
||
1.8.1.1.1. |
per bladzijde A4-formaat: |
€ 16,50 |
1.8.1.1.2 |
per bladzijde A3-formaat: |
€ 32,50 |
1.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een afschrift van of een uittreksel uit: |
||
1.8.2.1 |
de gemeentelijke gebouwenadministratie: |
€ 16,50 |
1.8.2.2 |
de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet: |
€ 16,50 |
1.8.2.3 |
van de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid van de Monumenten wet 1988: |
€ 16,50 |
1.8.2.4 |
het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988: |
€ 16,50 |
1.8.2.5 |
het register bedoeld in artikel 57, eerste lid, van de Woningwet: |
€ 16,50 |
1.8.2.6 |
de kadastrale massale output: |
€ 16,50 |
1.8.2.7 |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, |
|
dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als |
||
bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen: |
€ 16,50 |
|
1.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verstrekken van kopieën van: |
||
1.8.3.1 |
het gemeentelijk adressenbestand, per adres: |
€ 16,50 |
1.8.3.2 |
het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel, per perceel: |
€ 16,50 |
1.8.3.3 |
het gemeentelijke adres-coördinatenbestand, per adres-coördinaat: |
€ 16,50 |
1.8.3.4 |
de gebouwenregistratie, per bladzijde op A4-formaat: |
€ 16,50 |
1.8.4 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|
1.8.4.1 |
een kopie van een digitale fotokaart, op A4-formaat tot schaal 1:1000, per pagina |
€ 1,00 |
1.8.4.2 |
een kopie van een digitale fotokaart, op A3-formaat tot schaal 1:1000, per pagina |
€ 2,00 |
1.8.5 |
Het tarief voor het raadplegen van de geautomatiseerde kadastrale stukken bedraagt: |
|
1.8.5.1 |
per kadastraal perceel: |
€ 16,50 |
1.8.5.2 |
per hypotheekinschriijving: |
€ 16,50 |
1.8.5.3 |
per beslaglegging: |
€ 16,50 |
1.8.5.4 |
per inschrijving in het scheepsregister: |
€ 16,50 |
1.8.6 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een kopie (analoog) vanuit de digitale |
|
Grootschalige Basiskaart, per A4-formaat: |
€ 16,50 |
|
1.8.7 |
Het tarief bedraagt voor het uitvoeren van een historisch bodemonderzoek: |
€ 72,00 |
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken |
||
1.9.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.9.1.1 |
tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
€ 41,35 |
1.9.1.2 |
tot het legaliseren van een handtekening: |
€ 8,65 |
1.9.1.3 |
tot het waarmerken van een fotokopie: |
|
1.9.1.3.1 |
voor de eerste verstrekte pagina: |
€ 8,65 |
1.9.1.3.2 |
voor elke volgende gelijktijdig verstrekte pagina voor zover deze afkomstig is uit |
|
hetzelfde dossier: |
€ 0,50 |
|
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief |
||
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporingen in de in het |
|
gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier: |
€ 17,25 |
|
1.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van stukken geprint vanaf microfiches: |
||
1.10.2.1 |
voor de eerste pagina: |
€ 0,50 |
1.10.2.2 |
voor elke volgende gelijktijdig verstrekte pagina, voor zover deze afkomstig is |
|
uit hetzelfde dossier: |
€ 0,10 |
|
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014 |
||
1.11.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van de aanvraag± |
|
1.11.1.1 |
tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014: |
€ 72,00 |
Hoofdstuk 12 Leegstandwet |
||
1.12.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.12.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte |
|
als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet: |
€ 72,00 |
|
1.12.1.2 |
tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld |
|
in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet: |
€ 72,00 |
|
1.12.2 |
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden |
|
ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor |
||
betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. |
||
Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie |
||
waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend. |
||
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie |
||
n.v.t. |
||
Hoofdstuk 14 Standplaatsen |
||
1.14.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen |
|
van een vergunning voor een standplaats: |
€ 128,00 |
|
1.14.2 |
In afwijking van 1.14.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen |
|
van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het innemen van een |
||
standplaats voor de verkoop van snijbloemen, bloemslingers, souvenirs en waren |
||
gedurende het bloembollenseizoen: |
||
1.14.2.1 |
voor één dag t/m 1 week : |
€ 64,00 |
1.14.2.2 |
voor het gehele bloembollenseizoen: |
€ 128,00 |
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet |
||
1.15 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.15.1 |
tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het |
|
Vrijstellingsbesluit Winkeltijden: |
€ 64,00 |
|
1.15.2 |
tot het verlenen van toestemming om een in subonderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing |
|
over te dragen aan een ander: |
€ 64,00 |
|
1.15.3 |
tot het intrekken of wijzigen van een in subonderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing: |
€ 64,00 |
Hoofdstuk 16 Wet op de Kansspelen |
||
1.16.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen |
|
van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de |
||
Kansspelen: |
||
1.16.1.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat: |
€ 56,50 |
1.16.1.2 |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten: |
|
1.16.1.2.1 |
voor de eerste kansspelautomaat: |
€ 56,50 |
1.16.1.2.2 |
en voor iedere volgende kansspelautomaat: |
€ 34,00 |
1.16.1.3 |
voor de periode van vijf jaar voor één kansspelautomaat: |
€ 226,50 |
1.16.1.4 |
voor de periode van vijf jaar voor twee of meer kansspelautomaten: |
|
1.16.1.4.1 |
voor de eerste kansspelautomaat: |
€ 226,50 |
1.16.1.4.2 |
en voor iedere volgende kansspelautomaat: |
€ 136,00 |
1.16.2*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de Kansspelen |
||
(loterijvergunning): |
€ 64,00 |
|
1.16.2.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een herhalingsaanvraag tot |
|
het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de Kansspelen |
||
(loterijvergunning): |
€ 32,00 |
|
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie |
||
1.17.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een instemmingsbesluit |
|
of vergunning zoals bedoeld in artikle 2.1, lid 1 van de Algemene verordening ondergrondse |
||
infrastructuur gemeente Lisse |
€ 188,50 |
|
1.17.1.1 |
verhoogd per meter waarbij wordt uitgegaan van het theoretisch profiel van de beschikbaar |
|
gestelde tekeningen, met |
€ 1,71 |
|
1.17.1.2 |
Het in onderdeel 1.17.1 genoemde bedrag wordt: |
|
indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere |
||
beheerders van openbare gronden en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met |
€ 150,80 |
|
1.17.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met de uitvoering |
|
van werkzaamheden van niet ingrijpende aard zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 2 van de Algemene |
||
verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Lisse |
€ 45,24 |
|
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer |
||
1.18.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.18.1.1 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement |
|
verkeersregels en verkeerstekens 1990: |
€ 32,00 |
|
1.18.1.2 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling |
|
voertuigen: |
€ 32,00 |
|
1.18.1.3 |
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van |
|
het B.A.B.W.: |
€ 30,55 |
|
1.18.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een gehandicaptenparkeerkaart op basis van een keuring bij de GGD, indien: |
||
1.18.2.1 |
uit onderzoek blijkt dat de verlenging van de gehandicaptenparkeerkaart |
|
kan geschieden op basis van dossieronderzoek bij de GGD: |
€ 30,55 |
|
1.18.2.2 |
uit onderzoek blijkt dat voor de verlenging van de gehandicaptenparkeerkaart |
|
volstaan kan worden met de raadpleging van het dossier van de ISD: |
€ 30,55 |
|
1.18.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een duplicaat van een eerder afgegeven gehandicaptenparkeerkaart met dezelfde |
||
einddatum: |
€ 30,00 |
|
1.18.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.18.4.1 |
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats: |
€ 96,00 |
1.18.4.2 |
tot het realiseren van een gehandicaptenparkeerplaats: |
€ 219,00 |
1.18.4.3 |
voor het wijzigen van een gehandicaptenparkeerplaats: |
€ 47,00 |
1.18.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van |
|
een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Wet personenvervoer: |
€ 32,00 |
|
1.18.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van |
|
een schriftelijke ontheffing van de verplichting gevaarlijke stoffen te vervoeren langs |
||
de route aangegeven in de route gevaarlijke stoffen: |
€ 64,00 |
|
1.18.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.18.7.1*) |
tot het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 2.6 van de APV, lid 1, |
|
per week, per aanvraag |
€ 32,00 |
|
1.18.7.2*) |
tot het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 2.6 van de APV, lid 1, |
|
langer dan een week, per aanvraag |
€ 128,00 |
|
1.18.8 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van |
|
een ontheffing op grond van artikel 10, lid 1, van de Wegenverkeerswet 1994 (het houden |
||
van wedstrijden op de openbare weg): |
€ 32,00 |
|
1.19.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verlenen van een vergunning, ontheffing, of toestemming op grond van de |
||
Algemene Plaatselijke Verordening Lisse, voorzover daaromtrent in deze verordening |
||
niet anders is bepaald, voor elke gelegenheid, waarvoor vergunning, ontheffing of |
||
toestemming is vereist: |
€ 128,00 |
|
1.19.1.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een herhalingsaanvraag tot |
|
het verlenen van een vergunning, ontheffing, of toestemming op grond van de |
||
Algemene Plaatselijke Verordening Lisse, voorzover daaromtrent in deze verordening |
||
niet anders is bepaald, voor elke gelegenheid, waarvoor vergunning, ontheffing of |
||
toestemming is vereist: |
€ 96,00 |
|
1.19.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verstrekken van: |
||
1.19.2.1 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel |
|
of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
€ 16,40 |
|
vermeerderd met € 0,10 per geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde. |
||
1.19.2.2 |
afschriften, doorslagen of fotokopiën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in |
|
deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, uitgaande |
||
van A4 formaat: |
€ 0,50 |
|
vermeerderd met € 0,05 per geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde. |
||
1.19.2.3 |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de subonderdeel 1.19.2.1 |
|
genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een |
||
andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk, |
||
omgerekend naar A4 formaat, per A4 formaat: |
€ 0,50 |
|
vermeerderd met € 0,10 per geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde. |
||
1.19.2.4 |
de stukken als bedoeld in de subonderdelen 1.19.2.2 en 1.19.2.3, maar dan in kleur: |
€ 1,00 |
vermeerderd met € 0,10 per geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde. |
||
1.19.2.5 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of andere |
|
wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
€ 16,40 |
|
1.19.2.6 |
stukken of uittreksels, welke op verzoek van de aanvrager moeten worden opgemaakt, |
|
voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een |
||
een tarief is opgenomen: |
€ 16,40 |
|
vermeerderd met € 0,10 per geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde. |
||
1.19.3 |
Indien de stukken, genoemd in de bovenstaande artikelen, op A0 formaat afgedrukt |
|
worden, bedraagt het tarief: |
||
1.19.3.1 |
voor de 1e afdruk: |
€ 5,45 |
1.19.3.2 |
voor elke volgende afdruk, uit hetzelfde dossier: |
€ 4,35 |
1.19.4 |
Voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling |
|
een tarief is opgenomen, wordt bij intrekking en/of weigering van de aanvraag, |
||
op schriftelijk verzoek van de aanvrager, teruggaaf van 75% van de geheven |
||
leges (exclusief de externe kosten) verleend. Bovenstaande geldt niet voor |
||
artikel 1.1.4.1. en 1.1.4.2. |
||
1.19.5 |
Teruggaaf van een bedrag, kleiner dan € 5,00, vindt niet plaats. |
|
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
||
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
|
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de |
||
Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van |
||
technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of |
||
voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet |
||
inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door |
||
zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: |
||
de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald |
||
voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; |
||
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de |
||
Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische |
||
installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze |
||
ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten |
||
behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzet- |
||
belasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt, |
||
wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch |
||
verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop |
||
de aanvraag betrekking heeft. |
||
2.1.1.3 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
|
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde |
|
betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
||
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die |
|
betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een andere wettelijk |
||
voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift |
||
bedoeld. |
||
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag (principeverzoek) |
||
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag (principeverzoek): |
|
tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een |
||
voorgenomen project of plan in het kader van de Wabo vergunbaar is of tot het |
||
beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning: 25% van de leges |
||
berekend op basis van de bouw- en/of realisatiekosten met een minimum van € 144,00 |
||
en een maximum van € 1.000,00. |
||
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
||
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een |
|
omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de |
||
verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk |
||
bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor |
||
de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend |
||
naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van |
||
deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere |
||
grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
||
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
|
2.3.1.1*) |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouw- |
|
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het |
||
tarief: |
€ 144,00 |
|
vermeerderd met 2,3% van de bouwkosten met een maximum legesbedrag |
||
van € 1.000.000,00 |
||
2.3.1.2 |
Welstandstoets |
|
2.3.1.2.1 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien |
|
een welstandstoets noodzakelijk is: |
||
bij vastgestelde bouwkosten van: |
||
2.3.1.2.1.a |
€ 0,00 tot € 25.000,00 |
€ 45,00 |
2.3.1.2.1.b |
€ 25.000,00 en hoger |
1,8‰ |
van de bouwkosten met een maximum legesbedrag van |
€ 2.250,00 |
|
De op grond van 2.3.1.2.1.a en 2.3.1.2.1.b berekende bedragen worden naar boven |
||
afgerond op € 5,00. |
||
2.3.1.2.2 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.2.1 bedraagt het tarief voor extra |
|
werkzaamheden (kwaliteitsteam, locatiebezoek, etc) per uur: |
€ 96,00 |
|
2.3.1.2.3 |
Onverminderd het bepaalde in de subonderdelen 2.3.1.1 en 2.3.1.2.1 t/m 2.3.1.2.2 wordt |
|
het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan, |
||
de ruimtelijke activiteit of de gebruiksverandering en daarvoor een nieuwe |
||
welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met de tarieven genoemd in subonderdeel |
||
2.3.1.2.1 t/m 2.3.1.2.2. |
||
Verplicht advies agrarische commissie |
||
2.3.1.3 |
Onverminderd het bepaalde in de subonderdelen 2.3.1.1 en 2.3.1.2 bedraagt het tarief, indien |
|
krachtens wettelijk voorschrift voor de in die subonderdelen bedoelde aanvraag een advies |
||
van de agrarische commissie wordt gevraagd: |
€ 592,90 |
|
2.3.2 |
Aanlegactiviteiten |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanleg- |
||
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief |
||
2.3.2.1 |
bij vastgestelde aanlegkosten t/m € 10.000,00: |
€ 288,00 |
2.3.2.2 |
bij vastgestelde aanlegkosten hoger dan € 10.000,00: vermeerderd met 1% van de aanlegkosten |
|
met een maximum legesbedrag van € 100.000,00 |
||
2.3.3 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een |
||
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van |
||
een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het |
||
tarief, onverminderd het bepaalde in ondereel 2.3.1: |
||
2.3.3.1 |
Binnenplanse afwijking |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 144,00 |
|
2.3.3.2 |
Buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 396,00 |
|
2.3.3.3 |
Buitenplanse afwijking |
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast: |
||
2.3.3.3.1 |
bij vastgestelde bouwkosten t/m € 100.000,00 : |
€ 2.880,00 |
2.3.3.3.2 |
bij vastgestelde bouwkosten hoger dan € 100.000,00 : |
|
vermeerderd met 1% van de vastgestelde bouwkosten |
||
met een maximum legesbedrag van € 6.000,00 |
||
2.3.3.4 |
Afwijking van het exploitatieplan |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 468,00 |
|
2.3.3.5 |
Afwijking van provinciale wetgeving |
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is |
||
met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet Ruimtelijke |
||
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 720,00 |
|
2.3.3.6 |
Afwijking van nationale wetgeving |
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is |
||
met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke |
||
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 720,00 |
|
2.3.3.7 |
Afwijking van voorbereidingsbesluit |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 468,00 |
|
2.3.4 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een |
||
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is |
||
van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, |
||
bedraagt het tarief: |
||
2.3.4.1 |
Binnenplanse afwijking |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 144,00 |
|
2.3.4.2 |
Buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 396,00 |
|
2.3.4.3 |
Buitenplanse afwijking |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast |
€ 2.880,00 |
|
2.3.4.4 |
Afwijking exploitatieplan |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b van de Wabo wordt toegepast: |
€ 720,00 |
|
2.3.4.5 |
Afwijking provinciale regelgeving |
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is |
||
met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke |
||
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 720,00 |
|
2.3.4.6 |
Afwijking van nationale wetgeving |
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is |
||
met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke |
||
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 720,00 |
|
2.3.4.7 |
Afwijking voorbereidingsbesluit |
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast: |
€ 720,00 |
|
2.3.4.a |
Vaststellen bestemmingsplan (postzegelbestemmingsplan) |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vast- |
||
stellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de |
||
Wet ruimtelijke ordening: |
€ 4.320,00 |
|
2.3.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
|
2.3.5.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit |
|
als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
bij een gebruiksoppervlakte van: |
||
2.3.5.1.a |
0 t/m 100 m²: |
€ 432,00 |
2.3.5.1.b |
101 t/m 500 m²: |
€ 720,00 |
2.3.5.1.c |
meer dan 500 m²: |
€ 1.080,00 |
vermeerderd met € 0,07 per m² met een maximum van € 1.224,00. |
||
2.3.5.2 |
Wijziging dan wel uitbreiding van een vergunning |
|
Indien de aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 betrekking heeft |
||
op een vergunning tot wijziging, danwel uitbreiding van een vergunning, bedraagt |
||
het legestarief, indien het gaat om: |
||
2.3.5.2.1 |
uitbreiding van het bouwwerk, het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.5.1 met dien |
|
verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de |
||
uitbreiding; |
||
2.3.5.2.2 |
herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van het gehele bouwwerk, dan- |
|
wel een deel van het bouwwerk, 50% van het legestarief vermeld onder onderdeel 2.3.5.1 |
||
met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de |
||
oppervlakte van de herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik. |
||
2.3.5.3 |
Tijdelijke omgevingsvergunning |
|
Indien een aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 betrekking |
||
heeft op het tijdelijk gebruik voor maximaal vier weken, bedraagt het tarief |
||
indien de gebruiksoppervlakte is: |
||
2.3.5.3.1 |
minder dan 500 m²: |
€ 144,00 |
2.3.5.3.2 |
500 m² of meer: |
€ 288,00 |
2.3.5.4 |
Herhalingsaanvraag |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een herhalingsaanvraag |
||
tot het verstrekken van een tijdelijke omgevingsvergunning als bedoeld in |
||
onderdeel 2.3.5.1 waarin een gebruiksoppervlakte wordt gebruikt van: |
||
2.3.5.4.1 |
minder dan 500 m²: |
€ 126,00 |
2.3.5.4.2 |
500 m² of meer: |
€ 252,00 |
2.3.5.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
overschrijven van een verleende omgevingsvergunning op naam van een ander: |
€ 36,00 |
|
2.3.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten (nvt) |
|
2.3.7 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van |
||
een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of |
||
voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g. van de Wabo |
||
bedraagt het tarief: |
€ 324,00 |
|
2.3.8 |
Aanleggen of veranderen weg |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen |
||
van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor |
||
ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.7 van de |
||
Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld |
||
in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 126,00 |
|
2.3.9 |
Uitweg/inrit |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, |
||
veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een |
||
bepaling in een provinciale verordening of een bepaling in de Algemeen Plaatselijke |
||
Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel |
||
2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 144,00 |
|
2.3.10 |
Kappen |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen van |
||
doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale |
||
verordening of artikel 2 van de Bomenverordening Lisse 2015 een |
||
vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en |
||
onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 112,00 |
|
2.3.11 |
Opslag van roerende zaken |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag |
||
van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, |
||
waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:29 |
||
van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, |
||
bedraagt het tarief: |
||
2.3.11.1 |
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in |
|
artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: |
€ 112,00 |
|
2.3.11.2 |
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van |
|
van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden |
||
opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: |
€ 126,00 |
|
2.3.12 |
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 |
|
2.3.12.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen |
|
in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, |
||
de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in |
||
artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: |
€ 592,90 |
|
2.3.12.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren |
|
van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitas en soorten in een |
||
door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied |
||
als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998: |
€ 592,90 |
|
2.3.13 |
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling |
||
waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing |
||
nodig is, bedraagt het tarief: |
€ 592,90 |
|
2.3.14 |
Andere activiteiten |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten |
||
van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit |
||
hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
||
2.3.14.1 |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten |
|
die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, |
||
eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 324,00 |
|
2.3.14.2 |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschaps- |
|
verordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de |
||
fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt |
||
het tarief: |
||
2.3.14.2.1 |
als het een gemeentelijke verordening betreft: |
€ 324,00 |
2.3.14.2.2 |
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de |
|
voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevings- |
||
vergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door |
||
het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als |
||
bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen |
||
op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis |
||
is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.15 |
Omgevingsvergunning in twee fasen |
|
2.3.15.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen |
|
plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking |
||
tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven |
||
in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase |
||
betrekking heeft; |
||
2.3.15.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking |
|
tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven |
||
in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase |
||
betrekking heeft. |
||
2.3.16 |
Beoordeling bodemrapport |
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens |
||
wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport |
||
wordt beoordeeld: |
||
2.3.16.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: |
€ 144,00 |
2.3.16.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: |
€ 144,00 |
2.3.17 |
Advies |
|
2.3.17.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt |
|
het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of |
||
gemeentelijk verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies |
||
moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag |
||
om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: |
||
het bedrag van de (voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag |
||
om een omgevingsvergunning) aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een |
||
begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
2.3.17.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in |
|
behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting |
||
aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag |
||
schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.18 |
Verklaring van geen bedenkingen |
|
2.3.18.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt |
|
het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen |
||
bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de |
||
omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, |
||
van de Wabo: |
||
2.3.18.1.1 |
indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een verklaring van geen |
|
bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling |
||
nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager mee- |
||
gedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en |
||
wethouders is opgesteld. |
||
2.3.18.2 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.18.1.1 is uitgebracht, wordt een |
|
aanvraag in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting |
||
aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag |
||
schriftelijk is ingetrokken. |
||
Hoofdstuk 4 Vermindering |
||
2.4.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag |
|
om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag (principeverzoek) als bedoeld |
||
in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake |
||
van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges, in |
||
mindering gebracht op de kosten voor het in behandeling nemen van de aanvraag |
||
om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3, mits de aanvraag om de |
||
omgevingsververgunning is ingediend binnen een jaar na de datum van beslissing op |
||
de aanvraag om vooroverleg of beoordeling van de conceptaanvraag (principeverzoek). |
||
2.4.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf |
|
activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het |
||
legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld |
||
in de onderdelen 2.3.16, 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering beloopt: |
||
2.4.2.1 |
bij 5 tot 10 activiteiten: 2% van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
2.4.2.2 |
bij 10 tot 15 activiteiten: 3% van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
2.4.2.3 |
bij 15 of meer activiteiten: 5% van de voor die activiteiten verschuldigde leges. |
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf |
||
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, |
|
aanleg- of sloopactiviteiten |
||
Als een aanvrager zijn, in behandeling genomen, aanvraag om een omgevingsver- |
||
gunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of |
||
sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7, intrekt, binnen |
||
12 maanden na het indienen van de aanvraag, bestaat er aanspraak op teruggaaf |
||
van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 75% van de op grond van die |
||
onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.2 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, |
|
aanleg- of sloopactiviteiten |
||
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel |
||
of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld |
||
in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder |
||
houder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze |
||
aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de |
||
vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van |
||
die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, |
|
aanleg- of sloopactiviteiten |
||
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk |
||
bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen |
||
2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel |
||
van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van die onderdelen voor de |
||
betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.4 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
Een bedrag minder dan € 5,00 wordt niet teruggeven. |
||
2.5.5 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.1.3, 2.3.16, |
||
2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. |
||
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning |
||
2.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of |
|
gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede |
||
lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: |
€ 72,00 |
|
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
||
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging |
|
van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden be- |
||
oordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 144,00 |
|
Hoofdstuk 8 In deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
||
2.8.1 |
Overige in deze titel niet genoemde beschikking |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een |
||
andere, in deze titel niet benoemde beschikking: |
€ 324,00 |
|
2.8.2 |
Overschrijving |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
||
wijzigen van de tenaamstelling van de omgevingsvergunning: |
€ 72,00 |
|
2.8.3 |
Definitief buiten behandeling laten |
|
Het tarief bedraagt indien een aanvraag omgevingsvergunning definitief buiten |
||
behandeling wordt gelaten vanwege het niet voldoen aan de indieningsvereisten |
||
zoals aangegeven in de Ministriële regeling Omgevings Recht (MOR). |
€ 126,00 |
|
2.8.4 |
Vergunningvrije bouwwerken |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het ver- |
||
strekken van een schriftelijke verklaring met betrekking tot de vraag of een bepaald |
||
bouwplan of gebruik al dan niet omgevingsvergunningvrij is: |
€ 126,00 |
|
Hoofdstuk 9 Woonschepen |
||
2.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen |
|
van een vergunning tot het innemen van een ligplaats, het overschrijven van een ligplaats- |
||
vergunning op de naam van een nieuwe rechtsverkrijger, of het wijzigen van de |
||
ligplaatsvergunning: |
€ 128,00 |
Titel 3 Dienstverlenening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2
Hoofdstuk 1 Horeca |
||
3.1.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verlenen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet: |
€ 320,00 |
|
3.1.1.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een herhalingsaanvraag tot |
|
het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet: |
€ 224,00 |
|
3.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in |
|
artikel 30 van de Drank- en Horecawet: |
€ 256,00 |
|
3.1.3 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing |
|
of een verklaring als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet bedraagt het |
||
tarief: |
€ 64,00 |
|
3.1.4 |
In afwijking van het in onderdeel 3.1.1 bepaalde bedraagt het tarief voor het in behandeling |
|
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 |
||
van de Drank- en Horecawet, voor zover het uitsluitend gaat om een wijziging |
||
van de rechtsvorm: |
€ 32,00 |
|
3.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen |
|
van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid van de Drank- en Horecawet: |
€ 32,00 |
|
3.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen |
|
van de inrichtingseisen als bedoeld in artikel 10 van de Drank- en Horecawet |
€ 32,00 |
|
Hoofdstuk 2 Organiseren van evenementen of markten |
||
3.2.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen een |
|
vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.14 van |
||
de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het |
||
betreft: |
||
3.2.1.1*) |
een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel: |
€ 256,00 |
3.2.1.2*) |
een herdenkingsplechtigheid: |
€ 128,00 |
3.2.1.3*) |
een braderie: |
€ 128,00 |
3.2.1.4*) |
een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg: |
€ 128,00 |
3.2.1.5*) |
een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg: |
€ 256,00 |
3.2.1.6*) |
een klein evenement dat niet voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 2.25, tweede |
|
lid, van de Algemene plaatselijke verordening: |
€ 256,00 |
|
3.2.2*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van |
|
een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5.21 van de |
||
Algemene plaatselijke verordening: |
€ 256,00 |
|
3.2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van |
|
een vergunning voor het organiseren van een markt als bedoeld in artikel 4 van de |
||
Marktverordening 2008 (vergunning organisatie): |
€ 256,00 |
|
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven |
||
3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
|
3.3.1 |
het verlenen van een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning |
|
als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders |
||
dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2.: |
||
3.3.1.1 |
voor een seksinrichting: |
€ 2.160,00 |
3.3.1.2 |
voor een escortbedrijf: |
€ 2.160,00 |
3.3.2 |
het wijzigen van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging |
|
van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.16, |
||
tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening: |
||
3.3.2.1 |
voor een seksinrichting: |
€ 320,00 |
3.3.2.2 |
voor een escortbedrijf: |
€ 320,00 |
Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014 |
||
3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.4.1 |
tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de |
|
bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de |
||
Huisvestingswet 2014: |
€ 144,00 |
|
3.4.2 |
tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere |
|
woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014: |
€ 144,00 |
|
3.4.3 |
tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in |
|
onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de |
||
Huisvestingswet 2014: |
€ 144,00 |
|
3.4.4 |
tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huis- |
|
vestingswet 2014: |
€ 144,00 |
|
Hoofdstuk 5 Brandbeveiligingsverordening |
||
3.5.1*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verlenen van een (tijdelijke) gebruiksvergunning met betrekking tot het brandveilig |
||
gebruik van een inrichting als bedoeld in artikel 2.1 van de brandbeveiligingsverordening: |
€ 144,00 |
|
3.5.2*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een herhalingsaanvraag tot het |
|
verlenen van een (tijdelijke) gebruiksvergunning met betrekking tot het brandveilig |
||
gebruik van een inrichting als bedoeld in artikel 2.1 van de brandbeveiligingsverordening |
€ 126,00 |
|
3.5.3*) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het overschrijven |
|
van een verleende gebruiksvergunning als bedoeld in onderdeel 3.5.1 op naam van |
||
een ander: |
€ 36,00 |
|
Hoofdstuk 6 Terrasvergunning |
||
3.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.6.1 |
tot het verlenen van een vergunning voor het inrichten van een terras: |
€ 192,00 |
3.6.2 |
tot wijziging van een vergunning als bedoeld in onderdeel 3.6.1: |
€ 64,00 |
Hoofdstuk 7 Uithangborden en andere daarmee gelijk te stellen voorwerpen |
||
3.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van |
|
een vergunning tot het hebben van een uithangbord, reclamebord, lichtreclame en andere |
||
daarmede gelijk te stellen voorwerpen, per aanvraag: |
€ 324,00 |
|
3.7.2 |
Indien met betrekking tot een aanvraag op grond van onderdeel 3.7.1 door een wel- |
|
standscommissie een advies over de welstandsaspecten en/of door een monument- |
||
encommissie wordt uitgebracht, bedragen de leges onverminderd het vermelde |
||
onder onderdeel 3.7.1 en ongeacht of tot verlening van een vergunning wordt overgegaan: |
€ 45,00 |
|
Hoofdstuk 8 Overige verstrekkingen op grond van de APV |
||
3.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|
3.8.1.1 |
een nachtverblijfregister: |
€ 32,00 |
3.8.1.2 |
een register op grond van het Honden- en Kattenbesluit: |
€ 32,00 |
3.8.1.3 |
een register op grond van de Waarborgwet: |
€ 32,00 |
Hoofdstuk 9 Kinderopvang/gastouderopvang |
||
3.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.9.1.1 |
tot het bieden van gastouderschap voor het eerste adres |
€ 234,50 |
3.9.1.2 |
tot het bieden van gastouderschap voor het tweede e.v. adres, mits de eerdere |
|
aanvraag ook betrekking had op een adres in de gemeente Lisse |
€ 131,50 |
|
3.9.2.2 |
tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum, gastouderbureau of peuter- |
|
speelzaal |
€ 449,50 |
|
Hoofdstuk 10 In deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
||
3.10 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een |
|
andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking: |
€ 324,00 |
*) Voor deze artikelen kan de compensatieregeling van toepassing zijn.
Behorende bij raadsbesluit van 17 december 2015.
De griffier van de gemeente Lisse
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl