Regeling vervallen per 09-10-2021

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Losser houdende regels omtrent subsidiëring van peuter- en VVE arrangementen (Subsidieverordening peuter- en VVE arrangementen)

Geldend van 22-07-2020 t/m 08-10-2021

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Losser houdende regels omtrent subsidiëring van peuter- en VVE arrangementen (Subsidieverordening peuter- en VVE arrangementen)

De raad van de gemeente Losser;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening gemeente Losser;

BESLUIT:

vast te stellen de Subsidieverordening peuter- en VVE arrangementen gemeente Losser.

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    College: het College van burgemeester en wethouders van Losser;

  • 2.

    Wet: Algemene wet bestuursrecht;

  • 3.

    Asv: de op het moment van de subsidieaanvraag geldende algemene subsidieverordening van de gemeente Losser;

  • 4.

    Een peuterarrangement : Een peuterarrangement bestaat uit minimaal 2 dagdelen van 3 uur per week en maximaal 2 dagdelen van 4 uur per week, gedurende tenminste 40 weken per jaar.

  • 5.

    VVE (voor- en vroegschoolse educatie) arrangement: de opvang van 2,5 en 3 jarigen waarbij op gestructureerde en samenhangende wijze activiteiten worden aangeboden die gericht zijn op het stimuleren van de ontwikkeling van kinderen op het gebied van rekenen, taal, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Kinderen tot 4 jaar en 6 weken kunnen gebruik blijven maken van een VVE arrangement indien het kind is ingeschreven op een school voor primair onderwijs.

    Een VVE-arrangement is minimaal 16 uur per week, verdeeld over minimaal 4 verschillende weekdagen, gedurende tenminste 40 weken per jaar.

  • 6.

    houder: degene aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet toebehoort

  • 7.

    Ouders of verzorgers: degenen die het ouderlijk gezag of de voogdij uitoefenen.

Artikel 2 Bevoegdheid college

Het college besluit met inachtneming van deze verordening op subsidieaanvragen voor Peuter en VVE arrangementen.

Hoofdstuk 2: peuter- en VVE arrangementen

Artikel 3 Doel

Doel van subsidieverstrekking op grond van dit hoofdstuk is het voor ouders of verzorgers financieel toegankelijk maken van peuter- en VVE-arrangementen voor kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar in de gemeente Losser en daarmee het voorkomen van taal- en ontwikkelachterstanden.

Artikel 4 Vereisten subsidieaanvrager

Om voor subsidie in aanmerking te kunnen komen dient een aanvrager aan de volgende criteria te voldoen:

  • a.

    staat ingeschreven in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP);

  • b.

    voldoet aan de vereisten uit de Wet Innovatie en kwaliteitseisen Kinderopvang (IKK) en de hier uit voortvloeiende regelgeving;

  • c.

    voldoet aan de aanvullende kwaliteitseisen die het college stelt inzake de uitvoering van VVE-arrangementen.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Subsidie wordt verstrekt voor het uitvoeren van een peuter- en/of VVE-arrangement in de gemeente Losser.

Artikel 6 Subsidiecriteria

  • 1. Peuter- en/of VVE-arrangementen vallend onder deze subsidieverordening zijn bedoeld voor:

    • a.

      peuters die in de gemeente Losser wonen;

    • b.

      peuters uit Enschede, Oldenzaal of Dinkelland indien de kinderopvang waar deze peuters van het aanbod van de peuter- en VVE- arrangementen gebruik maken, de meest nabij gelegen kinderopvang is ten opzichte van het woonadres van de ouder(s)/verzorger(s) van de peuter;

  • 2. De uitvoering van een VVE-arrangement is alleen subsidiabel voor zover het arrangement betrekking heeft op een peuter waarvoor een VVE indicatie is afgegeven door het Consultatiebureau JGZ (Jeugdgezondheidszorg) van de GGD Twente.

Artikel 7 Subsidieplafond; verdeling beschikbaar subsidiebedrag

Het college kan jaarlijks een subsidieplafond en de wijze van verdeling vaststellen.

Artikel 8 Subsidiehoogte

  • 1. De hoogte van de subsidie is afhankelijk van de soort opvang, de mate waarin ouder(s) recht hebben op een eventuele kinderopvangtoeslag en de hoogte van het gezamenlijke inkomen van de ouder(s)/verzorger(s).

  • 2. Het college stelt jaarlijks de normtarieven voor peuter- en VVE-arrangementen vast, alsmede de subsidie per arrangement en de daaruit resulterende eigen bijdrage per kind per arrangement.

Artikel 9 Aanvraag subsidie

  • 1. Een aanvraag voor subsidie voor peuter- en VVE-arrangementen kan door de houder schriftelijk worden ingediend tot uiterlijk 1 november voorafgaand aan het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

  • 2. De subsidieaanvraag wordt ingediend middels een door het college vastgesteld aanvraagformulier dat volledig ingevuld en ondertekend is.

Artikel 10 Beslistermijn; subsidieverlening; voorschotten of subsidiebedrag

  • 1. Het college beslist binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag of, indien de aanvraag niet volledig is, na aanvulling van de aanvraag;

  • 2. Het college kan voornoemde termijn, met redenen omkleed, eenmalig met 4 weken verlengen. Hiervan wordt schriftelijk mededeling gedaan aan de aanvrager;

  • 3. Het college beslist in geval van toekenning tot subsidieverlening;

  • 4. De subsidieverleningsbeschikking vermeldt de eventuele voorschotverlening en de wijze van betaling ervan.

Artikel 11 Vaststelling van de subsidie

  • 1. De houder dient uiterlijk 15 maart na afloop van het kalenderjaar waarvoor subsidie is verleend een aanvraag tot vaststelling in bij het college met een door de gemeente beschikbaar gesteld verantwoordingsformulier.

  • 2. De vaststelling van de subsidie voor peuter- en/of VVE-arrangementen gebeurt op basis van het aantal gerealiseerde arrangementen en het gemiddelde gezamenlijke gezinsinkomen van de ouders;

  • 3. Het college stelt de subsidie vast binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling. Het college kan dit besluit met ten hoogste zes weken verdagen. Het college stelt de houder hiervan schriftelijk in kennis;

  • 4. De subsidievaststellingsbeschikking vermeldt het uiteindelijke subsidiebedrag en de wijze waarop verrekening van betaalde voorschotten plaatsvindt.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van deze verordening leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 13 Inwerkingtreding en overgangsbepaling

  • 1. De verordening treedt in werking op de dag na de bekendmaking.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in artikel 9, lid 1 kan een aanvraag voor subsidie voor het resterende deel van het kalenderjaar 2020 voor 15 juli 2020 worden ingediend.

Artikel 14 Citeertitel

De verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening peuter- en VVE arrangementen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad op 23 juni 2020,

griffier,

voorzitter,