Regeling waarnemingsvergoeding

Regeling waarnemingsvergoeding

• -

  Artikel 1

• -

  Artikel 2

• -

  Artikel 3

• -

  Artikel 4

• -

  Artikel 5

• -

  Artikel 6

De opdracht tot het waarnemen van een andere betrekking, als bedoeld in artikel 3:1:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeente Maastricht, wordt namens Burgemeester en Wethouders verstrekt door het hoofd van dienst waaronder de ambtenaar werkzaam is.

Deze opdracht wordt de ambtenaar schriftelijk gegeven.

Onder waarneming, wordt niet verstaan het vervangen van een ambtenaar gedurende vakantie en in gevallen, waarbij de waarneming slechts bestaat uit het lopende houden van de zaken en het eventueel afdoen van een enkele dringende aangelegenheid.

Onder waarneming van een andere betrekking die voor vergoeding in aanmerking komt, wordt mede begrepen de waarneming in het geval van een vacature.

Voor de ambtenaar, wiens salaris hoger is dan het maximum van salarisschaal 4 bestaat eerst aanspraak op vergoeding wegens waarneming, indien de waarneming in één aaneengesloten tijdvak van zes weken ten minste twintig volle werkdagen heeft geduurd, in welk geval hem de vergoeding over de dagen, waarop hij reeds waargenomen heeft, alsnog worden uitbetaald.

Indien de waarneming van een betrekking aan meerdere ambtenaren wordt opgedragen, ontvangen deze gezamenlijk over de tijd van de waarneming een vergoeding die gelijk is aan het bedrag dat de hoogst gesalarieerde ambtenaar van de groep aan vergoeding zou hebben ontvangen, indien hij alleen met de waarneming belast zou zijn geweest. De verdeling van het bedrag van de vergoeding geschiedt ponds ponds gewijze naar verhouding van het salaris dat door ieder van de ambtenaren met de waarneming belast, wordt genoten.

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 1970.