Regeling vervallen per 01-01-2017

Integraal handhavingsbeleid gemeente Meerssen 2012-2016

Geldend van 03-05-2012 t/m 31-12-2016

Intitulé

Integraal handhavingsbeleid gemeente Meerssen 2012-2016

Integraal Handhavingsbeleid gemeente Meerssen 2012-2016

Inhoudsopgave

1. Samenvatting. 3

2. Inleiding. 7

3. Gemeentebrede uitgangspunten voor de handhaving. 9

4. Doelen. 11

4.1 Doelstellingen. 11

5. Beleidscyclus integrale handhaving. 14

5.1 Beleidscyclus. 14

5.2 Bestuurlijke vaststelling risicoanalyse, programma en beleid. 16

5.2.1 Risicoanalyse. 16

5.2.2 Prioriteitenstelling. 18

5.3 Jaarlijks integraal handhavingsprogramma. 19

5.3.1 Voorgenomen activiteiten. 19

5.3.2 Afstemming met bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhavingspartners. 20

5.4 Monitoring. 21

5.5 Evaluatie en rapportage. 22

6 Handhavingsinstrumenten. 23

6.1 Preventieve handhaving. 23

6.1.1 Deregulering. 23

6.1.2 Handhaafbaarheid van regels. 24

6.1.3 Communicatie en voorlichting. 24

6.1.4 Mediation. 25

6.1.5 Toezicht 25

6.2 Repressieve handhaving. 25

6.2.1 Bestuursrechtelijke handhaving. 25

6.2.2 Strafrechtelijke handhaving. 28

6.2.3 Privaatrechtelijke handhaving. 29

6.3 Gedogen. 29

7. Organisatie gemeentelijke handhaving en landelijke ontwikkelingen. 31

7.1 Scheiding vergunningverlening en handhaving. 31

7.2 Toezichtslast 31

7.3 Mandaatregeling. 31

7.4 Procesbeschrijvingen. 32

7.5 Borging capaciteit en middelen. 33

Bijlagen. 34

Bijlage 1: Nalevingsstrategie. 34

Bijlage 2: Besluit omgevingsrecht §7.1. 40

Bijlage 3: Uitgevoerde Risicoanalyses. 43

Bijlage 4 Leidraad handhavingsacties en begunstigingstermijnen. 44

1. Samenvatting

Voor u ligt het 2e integrale handhavingsbeleidsplan van de gemeente Meerssen. Het vorige beleidsplan dateerde van 2003 en was tot 2009 geldig. Het onderhavige beleidsplan is geldig voor de periode 2012 – 2016. Het beleidsplan beschrijft de bestuurlijke uitgangspunten en beleidskeuzes over de handhaving van de regelgeving op het gebied van de fysieke leefomgeving (Wabo+ taken: natuur en milieu, bouwen, ruimtelijke ordening,brandveiligheid, APV en bijzondere wetten).

De gemeente Meerssen wil blijkens haar toekomstvisie een prettige woon- en werkomgeving zijn voor haar burgers en bedrijven. Dit wil zij bereiken door de duurzaamheid, veiligheid en leefbaarheid in Meerssen te vergroten. Handhaving is daarbij één van de middelen die de gemeente hiervoor inzet. De centrale doelstelling hierbij is: “Het zorgdragen voor een correct naleefgedrag van regelgeving ten behoeve van het realiseren van een duurzame leefomgeving”.

Het handhavingsbeleid kent daarnaast de volgende doelstellingen:

  • Het geven van invulling aan de gemeentelijke handhavingstaak

  • Het tonen van bestuurskracht en het vergroten van het vertrouwen in het bestuur

  • Het opstellen van een leidraad voor handhaving

  • Integraliteit

  • Vergroting van de klantgerichtheid

  • Hoogste risico’s frequenter controleren

  • Het verbeteren van het naleefgedrag

  • Per 1 juli 2011 één monitoringssysteem voor de fysieke leefomgeving

  • Programmatisch handhaven

  • Rechtsgelijkheid

  • Leefbaarheid, veiligheid en gezondheid waarborgen

  • Belonen van goed naleefgedrag

  • Communicatie als preventief handhavingsinstrument

De gemeente heeft er voor gekozen om haar handhavingsbeleid en de uitvoering, monitoring en evaluatie daarvan cyclisch te laten plaatsvinden. Daarvoor is aansluiting gezocht bij een systematiek die landelijk veel wordt toegepast, de zogenaamde dubbele regelkring (ook wel Big 8 genoemd).

Het onderhavige beleidsplan is voorts opgesteld aan de hand van de kwaliteitseisen voor handhaving die in het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor) zijn opgenomen. Het Bor en het Mor maken onderdeel uit van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) die op 1 oktober 2010 in werking is getreden.

Door samenhangend op de genoemde terreinen te blijven handhaven, worden tegenstrijdige eisen zoveel mogelijk voorkomen en bereiken we maximale effectiviteit en een verbeterde klantgerichtheid. De inzet van handhaving moet leiden tot voldoende naleefgedrag waarbij veiligheid, kleine ergernissen en excessen belangrijk zijn.

De inspanningen op het gebied van handhaving zullen primair worden gericht op de objecten met de grootste risico’s. Hiervoor is een risico-analyse uitgevoerd voor de taakvelden milieu, bouwen en ruimtelijke ordening, brandveiligheid en APV en bijzondere wetten. Daarnaast zijn de inwoners en bedrijven middels een internetpoll (digitale enquête via de website van de gemeente Meerssen) in de gelegenheid gesteld om aan te geven welke vijf handhavingsonderwerpen volgens hun met prioriteit dienen te worden opgepakt door de gemeente. Aan deze enquête hebben 181 personen deelgenomen. Conclusie is dat mensen zich het meest storen aan achtereenvolgens:

  • §

    niet opruimen van hondenpoep

  • §

    zwerfafval

  • §

    illegaal dumpen van (huishoudelijk)afval

  • §

    hangjongeren

  • §

    parkeren buiten de vakken

Niet alleen veiligheid en gezondheid moeten prioriteit krijgen binnen het handhavingsbeleid, maar ook zaken die burgers en bedrijven als storend ervaren op het gebied van leefbaarheid. De personele capaciteit voor toezicht en handhaving is echter niet voldoende om alle verplichte wettelijke taken volledig te kunnen uitvoeren. Hierdoor moeten er prioriteiten worden gesteld en binnen de prioriteiten keuzes worden gemaakt. Op basis van de prioriteiten die voortvloeien uit de risicoanalyse en de uitkomsten van de internetpoll is er gewerkt aan een concept handhavingsprogramma. Daarvoor zijn drie varianten ontwikkeld: de maximale, de gewenste en de huidige variant. Op 13 september heeft het college besloten om te kiezen voor de gewenste variant. De werkzaamheden die voortvloeien uit deze variant kunnen worden verricht binnen de huidige personele bezetting. Deze variant is vervolgens gehanteerd voor de verdere uitwerking van het handhavingsprogramma.

De handhavingsaandachtspunten liggen bij de thema’s risicovolle milieu-inrichtingen, illegale bouw, illegale sloop, woningsplitsing, illegaal gebruik (strijdigheid bestemmingsplannen), (risicovolle)sloop, monumentenbescherming, reguliere bouwvergunningen, evenementen, ontheffing geluidhinder, vergunning Drank- en Horecawet, ontheffing vuur stoken, Gebruiksbesluit (brandveiligheid), bijzondere objecten, buitengebied en centrum Meerssen, lokale aandachtspunten waaronder hangjongeren, hondenoverlast, afval en parkeren en excessen. De handhavingscapaciteit zal vooral op deze thema’s worden ingezet.

De gemeente Meerssen wil met name verbeterde naleving op de genoemde aandachtspunten bereiken door inzet van preventie, intensief toezicht tijdens de uitvoering, juridische follow-up en door het gericht inzetten van informatie en voorlichting.

Zowel positief naleefgedrag als slecht naleefgedrag zal in de communicatie meer aandacht krijgen. Jaarlijks worden activiteiten op het terrein van communicatie in het handhavingsprogramma opgenomen.

Om naleving te bereiken maakt de gemeente Meerssen gebruik van de bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten, waarbij bij voorkeur een last onder dwangsom wordt gebruikt. Waar dwangsom niet kan of niet effectief is wordt bestuursdwang gehanteerd. De instrumenten van het strafrecht worden doelgericht ingezet om naleving van APV gerelateerde zaken te bewerkstelligen. Nieuw is het instrument om een bouw stil te leggen onder oplegging van een last onder dwangsom. Verwacht wordt dat dit instrument ertoe leidt dat de bouw daadwerkelijk stil wordt gelegd en de overtreder voor de bouw een aanvraag om omgevingsvergunning bij de gemeente indient.

De hoogte van een dwangsom wordt berekend op grond van de door de overtreder bespaarde kosten dan wel de kosten die gemoeid zijn met het ongedaan maken van de overtreding, vermeerderd met een extra prikkel op maat van maximaal 50% (bron: Beleidsnota integrale handhaving 2003). Hierbij wordt ook de landelijke leidraad voor dwangsombedragen geraadpleegd die Wabo breed is en gebaseerd is op ontwikkelingen her en der in het land.

Voor de bestuursrechtelijke handhaving past de gemeente Meerssen in deze beleidsperiode in de regel het 3-stappenplan toe (waarschuwing, vooraankondiging, besluit) uit de “Gezamenlijke handhavingsstrategie Limburg”. In zeer bijzondere situaties kan een extra herstelmogelijkheid worden gegeven. In geval van gezondheidsrisico’s en/of veiligheidsaspecten en/of onomkeerbare gevolgen worden (naast strafrechtelijke aangifte) direct bestuursrechtelijke maatregelen genomen.

In heel uitzonderlijke situaties wordt er gedoogd. Uitgangspunt in de gemeente Meerssen is dat indien er gedoogd wordt, het rijksbeleid zoals vastgelegd in de nota “grenzen aan gedogen” als uitgangspunt wordt genomen.

De gemeente Meerssen streeft ernaar om zoveel mogelijk integraal toezicht te houden. Hierbij beoogt de gemeente een situatie waarbij 1 toezichthouder zoveel mogelijk onderdelen van de fysieke leefomgeving (milieu, bouwen, ro, brandveiligheid, APV en bijzondere wetten en natuur) controleert. Ook bij hercontroles van meervoudige omgevingsvergunningen wordt ernaar gestreefd om zoveel mogelijk aspecten van de fysieke leefomgeving te laten meenemen door 1 persoon. Dit vergt een goede interne afstemming. Specialisten blijven daarnaast ad hoc noodzakelijk.

De gemeente Meerssen onderschrijft een goede regionale samenwerking en een goede afstemming met haar handhavingspartners.

Het college van burgemeester en wethouders brengt jaarlijks verslag uit aan de gemeenteraad hoe uitvoering is gegeven aan het handhavingsbeleid en het handhavingsuitvoeringsprogramma. Het verslag voor de uitvoering van het handhavingsbeleid maakt deel uit van het integrale jaarverslag van de afdeling BOMIL.

Om te kunnen rapporteren over de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de handhaving en de bereikte doelen is het noodzakelijk dat de gemeente voor alle beleidsvelden van de fysieke leefomgeving (bouwen, milieu, natuur, ro, brandveiligheid, APV en bijzondere wetten) beschikt over een tool om controlegegevens weg te zetten. De gemeente beschikt over het systeem Squit-XO dat in de 2e helft van 2011 hiervoor is geoperationaliseerd.

2. Inleiding

De handhaving van het bestuursrecht is van wezenlijk belang voor de geloofwaardigheid van de overheid en van de regels die zij stelt. Handhaving draagt bij aan een leefbare, veilige en duurzame gemeente waar het prettig is om te wonen, werken en te verblijven.

Het huidige handhavingbeleid van de gemeente Meerssen dateert uit 2003 en had een geldigheid tot 2009. Handhaving is een dynamisch proces, waarbij vanuit de dynamiek moet worden bezien of de achtergrond en de kaders, gevormd door het beleid nog van toepassing zijn. In de periode 2003-2010 zijn tal van landelijke en lokale ontwikkelingen en veranderingen in de wet- en regelgeving geweest die nopen tot een actualisering van het bestaande handhavingsbeleid. Zo kent de nieuwe Wet ruimtelijke ordening een handhavingsbeleid- en verslagleggingsverplichting. De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), die op 1 oktober 2010 in werking is getreden, vereist van de gemeenten dat de handhaving van de omgevingsvergunning integraal plaats vindt en dat er actief (zowel intern als extern) samengewerkt dient te worden. Daarnaast is in 2009 een provinciebrede stuurgroep opgesteld die zich bezig houdt met het opstellen van een regionale uitvoeringsdienst voor vergunningverlening en handhaving in Limburg. Tevens is in het Besluit omgevingsrecht (Bor) een verplichting opgenomen voor de bestuursorganen om handhavingsbeleid voor het omgevingsrecht (o.a. milieu, ruimtelijke ordening, bouwen, brandveiligheid etc.) vast te stellen en zijn hiervoor kwaliteitseisen opgenomen. Daarnaast is de handhavingstaak van de gemeente vergroot door de komst van nieuwe wet- en regelgeving (zoals het activiteitenbesluit, het Gebruiksbesluit, Bestuurlijke strafbeschikking en de verwachte wijziging van de Drank- en horecawet ).

Door het bestaande handhavingsbeleid te actualiseren wordt de mogelijkheid geboden om nieuwe prioriteiten vast te leggen, de inzet van de beschikbare personele capaciteit te prioriteren en om keuzes te maken over de benodigde en gewenste samenwerking.

Onderhavig handhavingsbeleid geldt voor de periode 2012-2016 en handelt over alle beleidsvelden onder de fysieke leefomgeving (bouwen, milieu, ruimtelijke ordening, brandveiligheid, APV en bijzondere wetten en natuur). De gemeente heeft nog meer handhavende taken (belasting, leerplicht etc.) maar omdat een directe relatie met de fysieke leefomgeving ontbreekt, maken deze geen onderdeel uit van dit handhavingsbeleidsplan.

Het onderhavige handhavingsbeleid is opgesteld aan de hand van de kwaliteitseisen voor handhaving die in het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor) zijn opgenomen. Het Bor en het Mor maken onderdeel uit van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Het voorgestelde handhavingsbeleid van de gemeente Meerssen is in overeenstemming met deze nieuwe regelgeving.

Als basis voor het integrale handhavingsbeleid zijn in hoofdstuk 3 gemeentebrede uitgangspunten voor de handhaving geformuleerd. In hoofdstuk 4 komen de doelstellingen voor handhaving aan bod. Hoofdstuk 5 gaat in op de beleidscyclus. In hoofdstuk 6 worden de handhavingsinstrumenten behandeld en de gemeentelijke organisatie wordt in hoofdstuk 7 behandeld.

3. Gemeentebrede uitgangspunten voor de handhaving

Goede handhaving begint bij het bepalen van breed binnen de organisatie en het bestuur gedragen uitgangspunten die de basis vormen voor het werk van handhaving en keuzes die daarbinnen gemaakt worden. De uitgangspunten zoals onderstaand geformuleerd, en de uitwerking daarvan moeten ertoe leiden dat de gemeente Meerssen op basis van bestuurlijk vastgestelde prioriteiten planmatig, programmatisch, meetbaar en volgens vaste uitgangspunten en juridische randvoorwaarden haar handhavingstaak uitvoert.

Deze uitgangspunten zijn het fundament voor het op te stellen handhavingsbeleid en –programma.

Gemeentebrede uitgangspunten

De gemeentebrede uitgangspunten voor de handhaving in Meerssen zijn:

  • 1.

    In de regel wordt een overtreding, conform de “Gezamenlijke handhavingsstrategie Limburg”, in maximaal drie stappen ongedaan gemaakt. De 1e stap wordt gebruikt om in minnelijkheid tot een oplossing te komen. In geval van gezondheidsrisico’s en/of veiligheidsaspecten en/of onomkeerbare gevolgen worden (naast strafrechtelijke aangifte) direct bestuursrechtelijke maatregelen genomen.

  • 2.

    Handhaven is de regel, actief gedogen moet daarop de uitzondering zijn. In lijn met het landelijk beleidskader vindt gedogen van overtredingen door de gemeente Meerssen enkel plaats in tijdelijke overgangs- of overmachtsituaties en/of nadeel voor het milieu bij handhavend optreden en schriftelijk in de vorm van een gedoogbeschikking onder voorwaarden (alleen actief gedogen). Voor passief gedogen is geen plaats.

  • 3.

    Om de vereiste samenwerking in de handhaving verder te bevorderen en om redenen van efficiency zal het gemeentebestuur actief samenwerken met haar handhavingspartners.

  • 4.

    Effectief en efficiënt toezicht op de naleving van regelgeving. Dus zoveel mogelijk integraal toezicht door één persoon per inrichting c.q. gebied.

  • 5.

    De gemeente past maatwerk toe in de keuze van in te zetten instrumenten om overtredingen ongedaan te maken. Effectiviteit en resultaatgerichtheid zijn daarbij relevante criteria.

  • 6.

    Vergunningverlening en handhaving zijn functioneel van elkaar gescheiden.

  • 7.

    Voorkomen van rechtsongelijkheid. Voor de rechtsgelijkheid is het van belang dat een ieder op dezelfde wijze wordt behandeld.

  • 8.

    De gemeente dient zowel preventief (communicatie) als repressief (bestuursdwang of dwangsom) te handhaven.

  • 9.

    De inspanningen op het gebied van handhaving zullen primair moeten worden gericht op de objecten met de grootste risico’s.

  • 10.

    Illegale bouw c.q. aanleg wordt direct stilgelegd middels het opleggen van een last onder dwangsom.

  • 11.

    Het centrale thema voor het op te stellen handhavingsbeleid is “duurzaamheid, veiligheid en leefbaarheid”.

  • 12.

    Bij nieuwe en te wijzigen normstelling dient een handhaafbaarheidtoets te worden uitgevoerd.

  • 13.

    Het voldoen aan de kwaliteitseisen voor handhaving conform het Besluit Omgevingsrecht

Voornoemde uitgangspunten vormen de basis voor het onderliggende gemeentelijke handhavingsbeleid en het handhavingsprogramma. De schuingedrukte uitgangspunten waren reeds opgenomen in het vigerende handhavingsbeleid Meerssen. De uitgangspunten 7 en 8 en 10 t/m 13 zijn nieuw.

4. Doelen

4.1 Doelstellingen

De gemeente Meerssen wil blijkens haar toekomstvisie een prettige woon- en werkomgeving zijn voor haar burgers en bedrijven. Dit wil zij bereiken door de duurzaamheid, veiligheid en leefbaarheid in Meerssen te vergroten. Handhaving is daarbij één van de middelen die de gemeente hiervoor inzet. De centrale doelstelling hierbij is: “Het zorgdragen voor een correct naleefgedrag van regelgeving ten behoeve van het realiseren van een duurzame leefomgeving”.

Het handhavingsbeleid van de gemeente Meerssen kent de volgende doelstellingen:

  • 1.

    Het geven van invulling aan de gemeentelijke handhavingstaak

  • In het verlengde van het voorgaande toont het opstellen en vaststellen van de diverse handhavingsdocumenten aan dat het bestuur waarde toekent aan handhaving en dat zij haar taak daarin serieus oppakt. De gemeente Meerssen wil dat geformuleerd beleid daadwerkelijk gerealiseerd wordt.

  • 2.

    Het tonen van bestuurskracht en het vergroten van het vertrouwen in het bestuur

  • Naar buiten toe laat het bestuur zien dat zij haar handhavingstaak als belangrijk beoordeelt en dat zij ook daarnaar handelt. Burgers, bedrijven en instellingen zien dat de gemeente Meerssen beschikt over een eenduidig en transparant handhavingsbeleid en het vertrouwen in de gemeente zal hierdoor worden vergroot. Op het gebied van handhaving toont de gemeente dat zij een serieuze en betrouwbare partner is. Zij laat zien dat zij krachtig inzet op handhaving en preventie.

  • 3.

    Het opstellen van een leidraad voor handhaving

  • Het handhavingsbeleid vervult niet alleen naar buiten toe een functie, zoals hiervoor is aangegeven, maar is ook van belang naar binnen toe. De eigen organisatie (bestuur en ambtenaren) weet hoe zij met handhaving in brede zin zal omgaan. Met het handhavingsbeleid heeft de gemeente het spoorboekje voor handhaving in handen. Aldus wordt ook gekomen tot uniformiteit en transparantie in de aanpak van handhaving.

  • 4.

    Integraliteit

  • De gemeente Meerssen wil de administratieve lastendruk voor bedrijven en burgers verminderen door zoveel mogelijk in- en extern integraal te werken waarbij zoveel als mogelijk sprake is van één controlemoment. Het operationaliseren van deze doelstelling zal plaatsvinden in het jaarlijks op te stellen integrale handhavingsprogramma.

  • 5.

    Vergroting van de klantgerichtheid

  • Doordat handhaving thans nog meer integraal wordt opgepakt, zal naar verwachting verhoging van de klantgerichtheid worden geboekt. Handhaving wordt immers niet louter meer sectoraal uitgeoefend, waarbij handhaving op ieder beleidsveld apart wordt behandeld. Hierdoor kan bijvoorbeeld met één controle een beeld worden verkregen van naleving van de regels op de genoemde beleidsvelden.

  • 6.

    Hoogste risico’s frequenter controleren

  • Objecten met de grootste risico’s dienen frequent (1x per jaar) gecontroleerd te worden. Zo ook objecten/subjecten waarbij sprake is van non-conform handelen en de klachten top-vijf.

  • 7.

    Bereiken van een naleefgedrag van 100% na doorlopen van een handhavingstraject

  • Door gebruikmaking van de ter beschikking staande handhavingsinstrumenten wordt naleving van de desbetreffende regel(s) als het ware afgedwongen. Daarmee zal het naleefgedrag na afloop van een bestuursrechtelijk handhavingstraject (op dat moment) 100% zijn.

  • 8.

    Het verbeteren van het naleefgedrag

  • Hiermee wordt gedoeld op naleving van de regels zonder dat hieraan enige concrete handhavingsactie vooraf gaat. Het ligt in de lijn der verwachting dat, nadrukkelijker dan voorheen, met het naar buiten toe kenbaar maken van het nieuwe handhavingsbeleid en van concrete handhavingsacties burgers, bedrijven en instellingen meer bewust worden van het feit dat regels moeten worden nageleefd en dat de gemeente hierop ook actief toeziet. Het meten van deze doelstelling is niet direct mogelijk. Wel kan de gemeente, als er bij de hercontroles een groter % wordt nageleefd, bepalen of het aantal overtredingen afneemt.

  • 9.

    Eén monitoringssysteem voor de fysieke leefomgeving

  • Om te kunnen rapporteren over de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de handhaving en de bereikte doelen is het noodzakelijk dat de gemeente voor alle beleidsvelden van de fysieke leefomgeving (bouwen, milieu, natuur, ro, brandveiligheid, APV en bijzondere wetten) beschikt over een tool om controlegegevens weg te zetten. De gemeente beschikt hiervoor over het systeem Squit-XO dat in 2011 moet zijn geoperationaliseerd.

  • 10.

    Programmatisch handhaven

  • Handhaving dient programmatisch, planmatig en cyclisch opgepakt te worden, waarbij jaarlijks een integraal handhavingsprogramma wordt vastgesteld, jaarlijks aan het bestuur wordt gerapporteerd over de handhavingsactiviteiten en het bestuur zo nodig prioriteiten en doelstellingen bijstelt.

  • 11.

    Rechtsgelijkheid

  • Iedereen dient op dezelfde wijze te worden behandeld. Het meten van deze doelstelling is mogelijk door jaarlijks te rapporteren aan het bestuur of er gedoogbeschikkingen zijn afgegeven conform het vastgestelde gedoogbeleid en of de handhaving volgens het vastgestelde stappenplan heeft plaatsgevonden.

  • 12.

    Leefbaarheid, veiligheid en gezondheid waarborgen

  • Bouwwerken moeten voldoen aan constructieve-, brandveiligheidseisen en gezondheidsvoorschriften en voorschriften met betrekking tot gebruik of opslag van gevaarlijke stoffen. Deze moeten in acht worden genomen en potentieel gevaarlijke handelingen of situaties in de openbare ruimte moeten worden voorkomen.

  • 13.

    Het belonen van goed naleefgedrag

  • Door een onderscheid te maken in voorlopers (bedrijven met een goed naleefgedrag), middenmoters en achterblijvers en hierop de toezichtfrequentie aan te passen, (achterblijvers intensief controleren en voorlopers niet of minder frequent) worden bedrijven met een goed naleefgedrag beloond.

  • 14.

    Communicatie als preventief handhavingsinstrument

  • Een goede communicatie over de inhoud en eisen van (nieuwe) wet- en regelgeving moet ertoe leiden dat burgers, bedrijven en instellingen goed geïnformeerd zijn en voorkomen dat er teveel zaken in een vervelend en tijdrovend bestuurlijk handhavingstraject terecht komen.

Het centrale uitgangspunt is dat niet de overheid, maar burgers, bedrijven en instellingen primair verantwoordelijk zijn voor de naleving van regels. De overheid is belast met het toezicht op het naleefgedrag van burgers, bedrijven en instellingen en de eventuele sanctionering van dat gedrag. Handhaving draait aldus om gedragsbeïnvloeding. Hiermee kan een belangrijke bijdrage worden geleverd aan het vergroten van de leefbaarheid van de gemeente en het veiligheidsgevoel van de burgers

handavingsbeleid bijlage 1 pdf

handhavingsbeleid bijlage 2 pdf

handhavingsbeleid bijlage 3

handhavingsbeleid bijlage 4 pdf

handhavingsbeleid deel 2 hoofdstuk 5 pdf

handhavingsbeleid deel 3, hoofdstuk 6 pdf

handhavingsbeleid deel 4, hoofdstuk 7 pdf