Regeling vervallen per 29-11-2017

Protocol ongevallenonderzoek WLS en meldingen van incidenten en calamiteiten

Geldend van 01-01-2016 t/m 28-11-2017

Intitulé

Protocol ongevallenonderzoek WLS en meldingen van incidenten en calamiteiten

Tussen beheerders en MRDH heeft afstemming plaatsgevonden over de gewijzigde gezagsverhouding tussen MRDH als Vervoersautoriteit en beheerders, in lijn met de Wet lokaalspoor (WLS) die op 1 december 2015 in werking zal treden.

MRDH heeft de wens uitgesproken om via een gezamenlijke werkinstructie invulling te geven aan de informatieplicht in geval zich een calamiteit of (ernstig) incident voordoet binnen het systeem van personenvervoer. Enerzijds is dergelijke informatieverstrekking voor de MRDH als vervoersautoriteit van belang ter uitwerking van de verplichtingen uit de WLS, anderzijds om aangehaakt te blijven aan de actualiteit en om over de benodigde informatie te beschikken ingeval er directe vragen worden gesteld vanuit pers, bestuur of politiek.

Uitwerking op hoofdlijnen

Beheerders werken binnen haar BedrijfsNoodOrganisatie (BNO) met een gestructureerd systeem van onderverdeling van incidenten en calamiteiten naar aard/type en klasse (zwaarte). Aan deze structuur zijn scenario’s, operationele procedures en bellijsten gekoppeld. Het voorstel is om de informatieplicht te koppelen aan de gangbare werkwijze en op basis van de aard en verdeling in klassen van de te onderscheiden incidenttypes.

Concreet

Onderstaand voorstel voor een indeling in 4 klassen geeft een goede invulling aan de informatiewens en -plicht van MRDH.

afbeelding binnen de regeling

Aanvullende afspraken

  • a.

    In geval van bestuurlijk gevoelige incidenten of voorvallen, waarbij direct veel media aandacht ontstaat, wordt ongeacht de technische inschaling direct kennisgegeven aan MRDH.

  • b.

    MRDH denkt na over een (piket) telefoonnummer waarop 24x7 contact kan worden gemaakt met de bevoegde piketfunctionaris.

  • c.

    MRDH stelt een e-mailadres beschikbaar ter uitwisseling van schriftelijke informatie aangaande veiligheidsincidenten.

  • d.

    Beheerders zijn altijd bevoegd tot het instellen van een eigen, intern onderzoek

  • e.

    Beheerders hebben opgeleide en gecertificeerde railveiligheidsonderzoekers in dienst die in geval van een incident, calamiteit of ongeval een veiligheidsonderzoek instellen en hierover een rapportage met oorzaak, conclusies en aanbevelingen opstellen.

  • f.

    Indien beheerders een Incident Registratie en Management Systeem (IRMS) in gebruik nemen – een systeem dat geautoriseerde partners in staat stelt online mee te kijken bij de incidentbestrijding en andere informatie te lezen - wordt het autorisatieniveau voor de MRDH meegenomen.