Besluit van de secretaris-directeur van de Gemeenschappelijke Regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag houdende regels omtrent ondermandaat subsidieverordening vervoersautoriteit Ondermandaatbesluit Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018

Geldend van 24-10-2018 t/m heden

Intitulé

Besluit van de secretaris-directeur van de Gemeenschappelijke Regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag houdende regels omtrent ondermandaat subsidieverordening vervoersautoriteit Ondermandaatbesluit Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018

De secretaris-directeur van de MRDH,

Gelet op,

  • de bepalingen van:

    • o

      de Algemene wet bestuursrecht;

    • o

      de Gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag 2014;

    • o

      de Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018;

    • o

      Het Mandaatbesluit Subsidieverordening vervoersautoriteit MRDH 2018;

Overwegende dat,

  • op 7 juli 2017 het algemeen bestuur de Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018 heeft vastgesteld;

  • deze subsidieverordening in werking treedt op 1 januari 2018;

  • de bestuurscommissie Vervoersautoriteit is belast met de uitvoering van deze subsidieverordening;

  • op 20 december 2017 de bestuurscommissie Vervoersautoriteit een mandaat met mogelijkheid tot ondermandaat heeft verstrekt aan de secretaris-directeur;

  • het in het kader van efficiëntie gewenst is een aantal bevoegdheden onder te mandateren;

BESLUIT:

Ondermandaat te verlenen aan de directeur Vervoersautoriteit van de MRDH om alle bevoegdheden ten aanzien  van de Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018 (verder:  de verordening) uit te voeren met uitzondering van de volgende  bevoegdheden:

  • 1.

    het vaststellen van nadere regels als bedoeld in artikel 2 lid 2, artikel 20 lid 2, artikel 28 lid 2 en artikel 35 lid 2 van de verordening;

  • 2.

    het vaststellen van subsidieplafonds als bedoeld in artikel 5 van de verordening;

  • 3.

    het wijzigen van subsidiepercentages als bedoeld in artikel 27  lid 2 en artikel 41 lid 2 van de verordening;

  • 4.

    het toepassen van de hardheidsclausule op grond van artikel 8 van de verordening;

  • 5.

    de bevoegdheden ten aanzien van het IPVA zoals opgenomen in artikel 10 van de verordening;

  • 6.

    het vaststellen van normbedragen zoals bedoeld in artikel 24 lid 4, artikel 31 lid2 en artikel 38 lid 2 van de verordening;

  • 7.

    het toepassen van de afwijzingsgronden als bedoeld in artikel 23 lid 1 sub d., artikel 42 sub d. en sub e., en sub e en artikel 57 lid 1 sub a. en sub c.;

  • 8.

    het nemen van een beslissing op bezwaar;

  • 9.

    het lager vaststellen van een verleende subsidie,  waarbij artikel 4:46 van de Algemene wet bestuursrecht wordt toegepast;

  • 10.

    het verlenen van een subsidie hoger dan 1,5 miljoen euro.

De uitoefening van de  onder 1 tot en met 10 genoemde bevoegdheden worden niet gemandateerd en kunnen uitsluitend door de bestuurscommissie Vervoersautoriteit worden uitgeoefend.

Het ondermandaat wordt verleend onder de volgende voorwaarden en voorschriften:

Artikel 1

Het ondermandaat omvat de bevoegdheid om het besluit:

  • a.

    voor te bereiden;

  • b.

    te nemen, alsmede te wijzigen, beëindigen, verlengen, in te trekken en op te zeggen;

  • c.

    te ondertekenen, en

  • d.

    af te doen.

Artikel 2

De ondergemandateerde is bevoegd tot het nemen van besluiten als hierboven vermeld, tenzij

  • a.

    mandaatverlener vooraf te kennen heeft gegeven zelf te willen beslissen;

  • b.

    het te nemen besluit de kaders van de begroting overschrijdt.

Artikel 3

De ondergemandateerde is bevoegd ondermandaat te verlenen ter uitoefening van een aan hem ondergemandateerde bevoegdheid aan de onder hem ressorterende  managers, onder minimaal gelijkluidende voorwaarden.

Artikel 4

  • 1.

    De ondergemandateerde houdt een registratie bij van de door hem in ondermandaat genomen besluiten.

  • 2.

    De ondergemandateerde informeert het ter zake bevoegd bestuursorgaan desgewenst over de krachtens ondermandaat genomen besluiten.

Artikel 5

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018.

  • 2.

    Dit besluit kan worden aangehaald  als Ondermandaatbesluit Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018.

Ondertekening

Rotterdam,

26 februari 2018

L.P. Vokurka

Waarnemend secretaris- algemeen directeur