Regeling vervallen per 21-12-2019

Verordening Starterslening Midden-Drenthe

Geldend van 06-06-2013 t/m 20-12-2019

Intitulé

Verordening Starterslening Midden-Drenthe

De raad van de gemeente Midden-Drenthe;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 mei 2013;

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende:

Verordening Starterslening gemeente Midden-Drenthe 2019

Artikel 1 Begrippen

Deze verordening verstaat onder:

a anvrager: de starter, die voor de eerste maal een eigen woning koopt of verkrijgt en op grond van deze verordening tot de doelgroep van de Starterslening behoort. Bij twee aanvragers ten aanzien van eenzelfde woning gelden deze gezamenlijk als aanvrager en dienen zij beide te voldoen aan de hiervoor gestelde eis niet eerder een woning te hebben gekocht of verkregen. Onder verkrijgen wordt onder meer begrepen: verkrijging door huwelijksvermogensrecht of geregistreerd partnerschap, verkrijging krachtens erfrecht, schenking, recht van gebruik en bewoning, verkrijging van een woning in economische zin of anderszins;

college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Drenthe;

Gemeenterekening Starterslening: een fondsrekening waaruit de gemeente, op grond van haar deelnemingsovereenkomst met SVn, Startersleningen kan toekennen en waarin de rente en de aflossingen over deze leningen kunnen worden teruggestort;

Starterslening: een lening die, na toekenning door het college, door SVn kan worden verstrekt aan aanvrager ten behoeve van de financiering van zijn eigen woning;

NHG: Nationale Hypotheek Garantie, de publicitaire naam van de door Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen, gevestigd ’s-Gravenhage, verstrekte borgtocht;

SVn: stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten, gevestigd te Hoevelaken.

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1.

    De gemeente Midden-Drenthe heeft een Gemeenterekening Starterslening ingericht waaruit aan aanvrager, die blijkens zijn aanvraag voldoet aan de hierna in lid 2 gestelde voorwaarden, een Starterslening kan worden toegekend. De Gemeenterekening Starterslening is ondergebracht bij SVn.

  • 2.

    Deze verordening is uitsluitend van toepassing op lening aanvragen:

  • a.

    van aanvrager(s), die op het moment van aanvraag van de Starterslening maatschappelijk of economisch gebonden zijn aan de gemeente Midden-Drenthe. Voor de definitie van ‘maatschappelijk of economisch gebonden’ wordt verwezen naar een aan deze verordening gehechte bijlage. In geval van twee aanvragers gelden de maatschappelijk of economische bindingseisen voor slechts één van beide aanvragers;

  • b.

    Voor het verwerven van bestaande en nieuwe koopwoningen in de gemeente Midden-Drenthe waarvan de kosten voor het verkrijgen in eigendom (verwervingskosten) van de woning niet hoger zijn dan € 175.000,=. Meerwerk en verbeterkosten zijn toegestaan voor de berekening van de hoogte van de Starterslening.

  • 3.

    De aanvrager moet de woning waarvoor een Starterslening wordt verstrekt zelf gaan bewonen.

Artikel 3 Budget

  • 1.

    De raad van de gemeente Midden-Drenthe heeft een (toekennings-)plafond vastgesteld voor een bedrag van € 300.000,= (gemeentelijk fondsdeel), dat beschikbaar is voor het toekennen van Startersleningen.

  • 2.

    Startersleningen worden alleen toegekend voor zover het vastgesteld budget hiervoor toereikend is.

  • 3.

    Aanvragen, die in verband met het tweede lid niet kunnen worden toegekend, worden door het college afgewezen.

Artikel 4 Deelnemingsovereenkomst

Op deze verordening is van toepassing de deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Midden-Drenthe en SVn.

Artikel 5 Bevoegdheid college

  • 1.

    Het college is bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, een Starterslening toe te kennen.

  • 2.

    Het college stelt de hoogte van de Starterslening vast, met dien verstande dat de hoogte van de Starterslening maximaal 20% bedraagt van de verwervingskosten met een maximum van € 25.000,=. De totale verwervingskosten kunnen niet meer bedragen dan het maximale bedrag volgens de, op het moment van offreren van de Starterslening, geldende actuele NHG normen.

  • 3.

    De Starterslening kan niet worden verstrekt indien Koopsubsidie BEW+ en/of een ander koopinstrument, (rente)kortings- of financiële regeling, waaronder begrepen maar niet beperkt tot Koop Garant, is toegekend.

  • 4.

    Het college wijst, zonodig op advies van SVn, een aanvraag Starterslening af, in geval er sprake is van stapeling met andere koopinstrumenten, (rente)kortings- of financiële regelingen, die strijdig zijn met de Starterslening en/of de belangen aantasten van aanvrager, NHG of eerste geldverstrekker.

  • 5.

    Zowel de eerste hypotheek als de Starterslening moeten worden verstrekt met NHG.

  • 6.

    Het college kan aan de toekenning van Startersleningen nadere voorschriften verbinden.

Artikel 6 Procedure aanvraag en toekenning

  • 1.

    Een aanvrager die, op grond van artikel 2 binnen het toepassingsbereik van de Starterslening valt, kan een SVn-aanvraagformulier Starterslening verkrijgen.

  • 2.

    De verdere afhandeling en besluitvorming vindt plaats in overeenstemming met de hierna bedoelde Procedures en Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening (met inbegrip van de nadere toelichting van uitvoeringsaspecten Starterslening).

  • 3.

    Het college deelt de beslissing middels een toewijzing- of afwijzingsbesluit schriftelijk mee aan de aanvrager.

Artikel 7 Afwijzen aanvraag/intrekken toewijzing

  • 1.

    Het college wijst een aanvraag af of trekt een toewijzingsbesluit Starterslening in, indien:

  • a.

    het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;

  • b.

    er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen;

  • c.

    de Starterslening is toegekend of vastgesteld op grond van onjuiste gegevens;

  • d.

    de koopovereenkomst van de betreffende eigen woning wordt ontbonden.

  • 2.

    Bij de intrekking vordert het college de contante waarde van het al genoten en/of toekomstige rentevoordeel geheel of gedeeltelijk terug, eventueel met de mogelijkheid van beslaglegging.

  • 3.

    Indien bij overtreding van de bepalingen in deze verordening de aanvrager verschoonbaar is, kan het college besluiten de bovengenoemde sancties geheel of gedeeltelijk achterwege te laten.

Artikel 8 Voorwaarden SVn

Op een Starterslening zijn van toepassing: ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’, ‘Productspecificaties Starterslening’, ‘Procedures en Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening’, ‘Productspecificaties Bouwkrediet’ en ‘Toelichting op een SVn Financieringsplan (Starterslening)’, zoals die op het moment van toekenning zijn opgenomen in de dan geldende SVn Informatiemap, die deel uitmaakt van de Deelnemingsovereenkomst tussen gemeente Midden-Drenthe en SVn.

Artikel 9 Nadere regels

Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 10 Hardheidsclausule

Het college kan artikel 2 lid 2 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voorzover van toepassing gelet op het belang van de aanvrager leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 6 juni 2013.

Met de inwerkingtreding van de Verordening Starterslening wordt de verordening VROM Starterslening van 25 januari 2007 ingetrokken.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Starterslening gemeente Midden-Drenthe’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 30 mei 2013 te Beilen,

De griffier,

C.J. Onderwater,

De voorzitter,

J. Broertjes

Maatschappelijke of economische binding aan de gemeente Midden-Drenthe

Toelichting:

Er is sprake van maatschappelijke binding aan de gemeente Midden-Drenthe indien:

De aanvrager (of partner) ten minste 3 aaneengesloten jaren in de gemeente woont, of

de aanvrager (of partner) niet in de gemeente woont, maar

In de gemeente familie in de eerste graad heeft wonen, of

Niet langer dan 15 jaar buiten de gemeente heeft gewoond, of

Niet langer dan 20 jaar buiten de gemeente heeft gewoond en in de gemeente familie in de tweede of derde graad heeft wonen.

Er is sprake van economische binding indien de werkkring van de aanvrager (of partner) binnen de gemeente valt.