Regeling vervallen per 09-03-2014

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010

Geldend van 01-01-2014 t/m 08-03-2014

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010

Besluit behorende bij het voorstel tot vaststelling en aanpassing van de belastingtarieven voor het belastingjaar 2013.

De raad van de gemeente Mill en Sint Hubert;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 12 november 2013;

gehoord de commissie Samenlevingszaken en Bestuur van 3 december 2013;

gelet op artikel 229,eerste lid aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb. 2011,440)

BESLUIT

vast te stellen de:

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor

a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

b. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

  • 1. Leges worden niet geheven voor stukken, inlichtingen of nasporingen waarvan de kosteloze afgifte, verstrekking of verrichting bij enig wettelijk voorschrift aan de gemeentebesturen is opgelegd.

  • 2. Leges worden voorts niet geheven voor:

    • a.

      diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

    • b.

      diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9 , eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4. (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 14 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De bepalingen die op grond van deze verordening worden gewijzigd blijven van toepassing op belastbare feiten:

    a. die zich voor de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan;

    b. waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor de inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de gewijzigde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 3. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 4. De datum van de ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 3. In afwijking in zoverre van het eerste en tweede lid, treedt titel 2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel in werking op het tijdstip waarop de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Staatsblad 2008, 496) en de Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Kamerstukken 31953) in werking treden. De datum waarop dit tijdstip valt is tevens de datum van ingang van de heffing voor die titel.

  • 4. In afwijking in zoverre van het eerste en tweede lid, treedt titel 3 van de bij deze verordening behorende tarieventabel in werking op 28 december 2009, welke datum tevens de datum van ingang van de heffing voor die titel is.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2010.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Mill en Sint Hubert in zijn openbare vergadering van 12 december 2013.
De raad voornoemd,
De Griffier, De Voorzitter,

Artikelsgewijze toelichting op de wijzigingen in de legesverordening 2010

Artikel 1 tot en met 3

Deze zijn ten opzichte van de vorige verordening niet gewijzigd.

Artikel 4 Vrijstellingen

Toegevoegd is een vrijstellingsbepaling (onderdeel b) dat ziet op het oprichten, het veranderen of veranderen van de werking of het in werking hebben van een (milieu-)inrichting of mijnbouwwerk (artikel 2.1, eerste lid, onderdeel e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Hiervoor kunnen geen leges worden geheven op grond van artikel 2.9, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Dit is dus een wettelijke vrijstelling, die wij voor een goed begrip hebben opgenomen in de legesverordening. Ook als u deze niet is opgenomen in de legesverordening, geldt deze vrijstelling. Zoals bekend zijn de milieuleges met ingang van 1 januari 1998 wettelijk onmogelijk geworden (artikel 15.34a Wet milieubeheer en artikel 86a Wet bodembescherming). Dat is in de Wabo doorgetrokken. Gemeenten zijn en worden gecompenseerd via het gemeentefonds. Andere wettelijk geregelde vrijstellingen hebben wij niet meer opgenomen.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

Toegevoegd is ‘maatstaven van heffing en’ in de titel en de tekst.

Artikel 6 Wijze van heffing

Ongewijzigd.

Artikel 7 Termijnen van betaling

Ongewijzigd.

Artikel 8 Kwijtschelding

Ongewijzigd.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Dit artikel is nieuw en houdt verband met hoofdstuk 4 van titel 2 van de tarieventabel. Hierin is opgenomen dat aanspraak bestaat op vermindering van leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning als de aanvraag op meer dan vijf activiteiten betrekking heeft. De vermindering of teruggaaf kan ambtshalve worden toegepast (artikel 65 AWR) – direct bij het berekenen van de leges – of op aanvraag (artikel 242 Gemeentewet).

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Dit is een nieuw artikel. Het college is, onder strikte voorwaarden, bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Ongewijzigd

Artikel 12 Overgangsrecht

Dit artikel is ook nieuw. Op grond van de Aanwijzingen voor de decentrale regelgeving moeten intrekking van de oude verordening, overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel in afzonderlijke artikelen geregeld worden. Wij hebben de oude verordening niet ingetrokken.

De Aanwijzingen voor de decentrale regelgeving bepalen dat een regeling niet kan worden ingetrokken als een deel daarvan nog van toepassing moet blijven. Dat kan wel als de bepalingen die van toepassing moeten blijven worden opgenomen in de nieuwe verordening. Hoofdstuk 5, Bouwgerelateerde leges, van de tarieventabel van de bestaande legesverordening moet nog van toepassing blijven op feiten waarop de pre-Wabo-bepalingen nog van toepassing zijn.

Dit kan zich blijkens de Invoeringswet Wabo voordoen bij eerste en tweede fasebouwvergunningen (artikel 1.3 van paragraaf 1.2 van hoofdstuk 1 van de Invoeringswet Wabo).

Omdat hoofdstuk 5 van de bestaande tarieventabel een zeer omvangrijk hoofdstuk is, hebben wij ervoor gekozen om deze niet in de nieuwe legesverordening op te nemen. Wij laten met artikel 12 alle bepalingen uit de bestaande verordening vervallen, met uitzondering dus van hoofdstuk 5. De vervallen bepalingen blijven wel van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de inwerkingtreding van de (bepalingen in de) nieuwe verordening hebben voorgedaan. Achtereenvolgens bevat artikel 12 het overgangsrecht dat verband houdt met de inwerkingtreding van:

  • -

    de jaarlijkse aanpassing van de legestarieven (1 januari 2010) (eerste lid);

  • -

    de Europese Dienstenrichtlijn (EDR), die 28 december 2009 in onze regelgeving moet zijn geïmplementeerd (tweede lid);

  • -

    de Wabo (nog niet bekend, maar waarschijnlijk 1 januari 2010) (derde lid)

In het derde lid is geregeld dat de beoogde verhoging van de legestarieven met 2 % en het nieuwe bouwlegesregiem ter verbetering van de kostendekking ook na 1 januari 2010 tot de inwerkingtreding van de Wabo toch kan worden toegepast.

Omdat voor 2010 een nieuwe legesverordening wordt vastgesteld, hebben wij het vijfde lid opgenomen. Hierdoor blijft de bestaande uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen die het college heeft vastgesteld ook onder de nieuwe legesverordening van kracht.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Door de splitsing overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel is in artikel 13 alleen de inwerkingtreding en de datum van ingang van de heffing geregeld. Het eerste en tweede lid betreffen de reguliere legesaanpassingen. Het derde lid betreft de Wabo-aanpassingen. Het vierde lid ziet op de aanpassingen als gevolg van de Europese Dienstenrichtlijn (EDR). De EDR is op 28 december 2006 in werking getreden en moet uiterlijk 28 december 2009 in de nationale wetgeving zijn geïmplementeerd.

Artikel 14 Citeertitel

Het laatste lid van de gebruikelijke inwerkingtredingsbepaling hebben wij nu in een afzonderlijk artikel vormgegeven.

Inhoud legestarieventabel 2014

Titel 1

Algemene dienstverlening

Hoofdstuk

1

Burgerlijke stand

2

Paspoorten en identiteitskaarten

3

Rijbewijzen

4

Verstrekkingen uit de basisregistratie personen (BRP)

5

Verstrekkingen uit het Kiezersregister

6

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

7

Bestuursstukken

8

Vastgoedinformatie

9

Overige publiekszaken

10

Gemeentearchief

11

Leegstandwet

12

Gemeentegarantie

13

Winkeltijdenwet

14

Kansspelen

15

vervallen

16

Telecommunicatie

17

Verkeer en vervoer

18

Diversen

Titel 2

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk

1

Begripsomschrijvingen

2

Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

3

Omgevingsvergunning

4

Vermindering

5

Teruggaaf

6

Intrekking omgevingsvergunning

7

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

8

Overschrijven vergunningen

9

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

10

In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk

1

Horeca

2

Evenementen c.a.

3

Prostitutiebedrijven

4

Brandveiligheidsverordening

5

Gastouderopvang

6

Algemene plaatselijke verordening (diversen)

7

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Behoort bij het raadsbesluit

van 12 december 2013

Mij bekend,

De Griffier,

Titel 1

Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief * bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in de O.L. Vrouw ten Hove kapel of het gemeentehuis op:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.1 ta.1.1

maandag tot en met donderdag van 09.00 tot 17.00 uur

€ 533,00

€ 541,00

1.1.1.2

vrijdag van 9.00 tot 16.00 uur

€ 533,00

€ 541,00

1.1.1.3

zaterdag van 9.00 tot 16.00 uur

€ 533,00

€ 541,00

1.1.1.4

vrijdag van 16.00 tot 20.00 uur

€ 597,00

€ 606,00

1.1.1.5

zaterdag van 16.00 tot 20.00 uur

€ 711,00

€ 722,00

1.1.2

Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in kasteel Tongelaar of op een andere, dan wel een eigen locatie op:

1.1.2.1

maandag tot en met donderdag van 09.00 tot 17.00 uur

€ 457,00

€ 464,00

1.1.2.2

vrijdag van 9.00 tot 16.00 uur

€ 457,00

€ 464,00

1.1.2.3

zaterdag van 9.00 tot 16.00 uur

€ 457,00

€ 464,00

1.1.2.4

vrijdag van 16.00 tot 20.00 uur

€ 533,00

€ 541,00

1.1.2.5

zaterdag van 16.00 tot 20.00 uur

€ 685,00

€ 695,00

1.1.3

Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op een andere, dan wel een eigen locatie, buiten de openingstijden van het bureau van de burgerlijke stand:

€ 249,00

€ 253,00

1.1.4

Voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk van niet-ingezetenen van de gemeente Mill en Sint Hubert wordt boven de onder 1.1.1. tot en met 1.1.3. vermelde bedragen een tarief geheven van:

€ 183,00

€ 186,00

*

1.1.5

Kosteloze huwelijksvoltrekkingen zoals bedoeld in artikel 5, lid 1 van het Reglement burgerlijke stand gemeente Mill en Sint Hubert 2009 vinden plaats in het gemeentehuis op maandag tot en met donderdag van 09.00 tot 17.00 uur en op vrijdag van 09.00 tot 12.00 uur.

1.1.6

Bij de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk wordt, bij het gebruik maken van een ambtelijke getuige boven het verschuldigde bedrag genoemd in 1.1.1. tot en met 1.1.5., per ambtelijke getuige een tarief berekend van:

€ 30,00

€ 30,50

1.1.7

Het tarief bedraagt terzake van het verstrekken van:

1.1.7.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€ 25,40

€ 25,80

1.1.7.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering

€ 50,75

€ 51,50

1.1.7.3

Voor het kalligraferen van een trouwboekje of partnerschapboekje wordt het onder 1.1.6.1 en 1.1.6.2 vermelde bedrag verhoogd:

1.1.7.3.1

voor het kalligraferen van het ambtelijke gedeelte met

€ 22,80

€ 23,10

1.1.7.3.2

voor het kalligraferen van het Kerkelijk gedeelte met

€ 13,20

€ 13,40

1.1.7.3.3

voor het kalligraferen van een geboorte inschrijving

€ 13,20

€ 13,40

1.1.7.3.4

voor het kalligraferen van een getuige

€ 3,80

€ 3,85

1.1.7.3.5

voor het kalligraferen van de naam van de ambtenaar van de burgerlijke stand

€ 3,80

€ 3,85

1.1.8

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een lijst waarop zijn vermeld:

1.1.8.1

alle op één dag, in één week of in één maand geborenen en overledenen, voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend voor elke lijst

€ 24,10

€ 24,50

1.1.8.2

alle op één dag, in één week of in één maand ondertrouwde en getrouwde paren, alsmede geregistreerde partners, voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elke lijst.

€ 24,10

€ 24,50

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.1.9.

Akten burgerlijke stand

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 eerste lid, onder a, b en d van de Wet rechten burgerlijke stand

€ 12,10

€ 12,50

Terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2, eerste lid onder c van de Wet rechten burgerlijke stand

€ 21,70

€ 22,30

1.1.9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in behandeling nemen van:

1.1.9.2

een afschrift van een akte van de burgerlijke stand als bedoeld in artikel 23b, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, per afschrift

€ 12,10

€ 12,50

1.1.9.3

een uittreksel als bedoeld in artikel 23b, eerste lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, per uittreksel

€ 12,10

€ 12,50

1.1.9.4

een verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, per verklaring

€ 21,70

€ 22,30

1.1.9.5

een meertalig uittreksel uit een akte van de burgerlijke stand, per uittreksel

€ 12,10

€ 12,50

1.1.9.6

een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita)

€ 12,10

€ 12,50

1.1.10

Uitstel tot begraven of cremeren.

1.1.10.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van toestemming tot het uitstel van begraven of cremeren als bedoeld in art.17, lid 2 van de Wet op de Lijkbezorging

€ 17,75

€ 18,00

1.1.11

Laissez passez voor lijken

1.1.11.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van uitstel tot begraven of cremeren

€ 32,50

€ 33,00

1.1.12

Nasporingen

1.1.12.1

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 30,00

€ 30,50

Hoofdstuk 2 Paspoorten en identiteitskaarten

1.2.1

Het tarief bedraagt terzake het in behandeling nemen van een aanvraag:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.2.1.1

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen, inclusief rijksleges

€ 50,35

€ 50,35

1.2.1.2

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort), inclusief rijksleges

€ 50,35

€ 50,35

1.2.1.3

Tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van molukkers van 9 september 1976 (Stb. 468) als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort), inclusief rijksleges

€ 50,35

€ 50,35

1.2.1.4

Het tarief (inclusief rijksleges) bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet:

1.2.1.4.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van veertien jaar nog niet heeft bereikt

€ 31,85

€ 31,85

1.2.1.4.2

in andere gevallen dan bedoeld in subonderdeel 1.2.1.5.1

€ 41,90

€ 41,90

1.2.1.5

Toeslag voor een spoedaanvraag van een document als bedoeld in 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.4 per reisdocument

€ 46,60

€ 46,60

1.2.1.6

Indien de aanvrager van een reisdocument reeds eerder een reisdocument werd verstrekt, welk document bij de aanvraag door de aanvrager niet compleet kan worden overlegd, wordt boven het tarief verschuldigd ingevolge subonderdeel 1.2.1.1, 1.2.1.2, 1.2.1.3 en 1.2.1.4 een bedrag geheven van

€ 25,00

€ 25,40

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2013)

1.3.1.1

Tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een Nieuw Rijbewijs Document

€ 40,50

€ 38,45

1.3.1.2

Het tarief genoemd in subonderdeel 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

€ 34,10

1.3.2

Indien de aanvrager van een rijbewijs reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt, welk document bij de aanvraag - anders dan door overmacht - door de aanvrager niet compleet kan worden overlegd, wordt boven het tarief verschuldigd ingevolge 1.3.1.1 een bedrag geheven van

€ 25,00

€ 25,40

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen (BRP)

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.4.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens per verstrekking

€ 17,00

€ 17,25

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 510,00

€ 518,00

1.4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 1.482,00

€ 1.504,00

1.4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 2.548,00

€ 2.586,00

1.4.2.2.4

Voor 5.000 verstrekkingen

€ 5.522,00

€ 5.605,00

1.4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 10.190,00

€ 10.343,00

1.4.3

Voor de toepassing van subonderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen

1.4.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 17,00

€ 17,25

1.4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.4.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 510,00

€ 518,00

1.4.4.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 1.482,00

€ 1.504,00

1.4.4.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 2.548,00

€ 2.586,00

1.4.4.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 5.522,00

€ 5.605,00

1.4.4.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 10.190,00

€ 10.343,00

1.4.5

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 30,00

€ 30,50

1.4.6

Verstrekkingen aan BRP-afnemers (wettelijk tarief)

1.4.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen met behulp van alternatieve media bdoeld in artikel 16, tweede lid van het Besluit basisregistratie personen

€ 22,69

€ 22,69

1.4.6.2

In afwijking van de voogaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid van het Besluit basisregistratie personen

€ 2,27

€ 2,27

Hoofdstuk 5 Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 17,00

17.25

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens (wettelijk maximum)

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2013)

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,23

€ 0,23

met een maximum per bericht van

€ 5,00

€ 5,00

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 22,50

€ 22,50

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 5,00

€ 5,00

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 22,50

€ 22,50

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 4,50

€ 4,50

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.7.1.1

een afschrift van de gemeentebegroting

€ 127,00

€ 129,00

1.7.1.2

een afschrift van de een afschrift van de gemeenterekening

€ 127,00

€ 129,00

1.7.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

1.7.2.1.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering

€ 4,80

€ 4,90

1.7.2.1.2

een afschrift van stukken behorende bij een raadsvergadering, per stuk

€ 4,80

€ 4,90

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar

1.7.2.2.1

op de verslagen van de raadsvergaderingen

€ 44,70

€ 45,40

1.7.2.2.2

op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen

€ 63,50

€ 64,50

1.7.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag

1.7.3.1

tot het verstrekken van:

1.7.3.1.1

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie

€ 4,80

€ 4,90

1.7.3.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per stuk

€ 4,80

€ 4,90

1.7.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.3.2.1

op de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie

€ 35,50

€ 36,00

1.7.3.2.2

op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

€ 35,50

€ 36,00

1.7.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.4.1

tot het verstrekken van een afschrift van de openbare besluitenlijst van het college

€ 4,80

€ 4,90

1.7.4.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op de openbare besluitenlijst van het college

€ 35,50

€ 36,00

1.7.5

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verordening:

1.7.5.1

– omvattende 1 tot 50 pagina’s

€ 35,50

€ 36,00

1.7.5.2.

– omvattende meer dan 50 pagina’s

€ 63,50

€ 64,50

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

tot het verstrekken van langs geautomatiseerde weg vervaardigde afschriften van perceelskaarten en/of naampercelenlijsten:

1.8.1.1

per perceelskaart

€ 13,20

€ 13,40

1.8.1.2

per naam-percelenlijst

€ 17,25

€ 17,50

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de geautomatiseerde kadastrale registratie voor het verstrekken van een lichtdruk of fotokopie met

1.8.2.1

Formaat A4 (210 x 297 mm.)

€ 13,20

€ 13,40

1.8.2.2

Formaat A3 (297 x 420 mm.)

€ 26,40

€ 26,80

1.8.2.3

Formaat A2 (420 x 594 mm.)

€ 26,40

€ 26,80

1.8.2.4

Formaat A1 (594 x 841 mm.)

€ 35,50

€ 36,00

1.8.2.5

Formaat A0 (841 x 1139 mm.)

€ 44,70

€ 45,40

1.8.2.6

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.2.6.1

Voor het aanvragen en/of vernummeren van een huisnummer

€ 26,40

€ 26,80

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.9.1.1

Tot afgifte van een verklaring omtrent het gedrag (wettelijk vastgesteld tarief)

€ 30,05

€ 30,05

1.9.2

Legalisaties

1.9.2.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.2.2

tot het verlenen van een legalisatie van een handtekening

€ 17,75

€ 18,00

1.9.3

Verklaring omtrent persoon

1.9.3.1

Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.3.2

Tot afgifte van alle andere verklaringen, tot welker afgifte het gemeentebestuur op verlangen van particulieren bevoegd is, een en ander voor zover niet begrepen in enige andere paragraaf van deze verordeningen daarbij behorende tabel

€ 17,75

€ 18,00

1.9.4

Gemeenteplattegrond

1.9.4.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.4.2

tot het verlenen van een plattegrond van de gemeente

€ 6,10

€ 6,20

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.10.1

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€30,00

€ 30,50

1.10.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 2,25

€ 2,30

1.10.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 2,25

€ 2,30

Hoofdstuk 11 Leegstandswet

1.11

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.11.1

Tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 177,50

€ 180,00

1.11.2

Tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet

€ 177,50

€ 180,00

Hoofdstuk 12 Gemeentegarantie

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.12

Voor in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening worden geen leges geheven.

Hoofdstuk 13 Winkeltijdenwet

1.13.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.13.1

Tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 53,30

€ 54,10

1.13.2

Tot het wijzigen van een in onderdeel 1.13.1 bedoelde ontheffing

€ 53,30

€ 54,10

Hoofdstuk 14 Kansspelen

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.14.1

Tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning ingevolge artikel 30b van de Wet op de kansspelen (wettelijk maximum):

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.14.1.1

a. voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

€ 56,50

1.14.1.2

b. voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten:

1.14.1.3

- voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

€ 56,50

1.1.4.1.4

- en voor iedere volgende kansspelautomaat per automaat

€ 34,00

€ 34,00

1.14.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

voor een organisatie met ideeële doeleinden

€ -

€ -

voor een organisatie met commerciële doeleinden

€ 50,75

€ 51,50

Hoofdstuk 15 Kinderopvang (vervallen)

1.15

Op dit onderdeel waren tariefbepalingen opgenomen voor het verstrekken van inlichtingen uit het kinderopvangregister. Dat is een landelijk register geworden, dat voor iedereen via internet te raadplegen is. De tariefbepalingen zijn daardoor een dode letter geworden en geschrapt.

In titel 3 zijn vanaf 2012 legestarieven opgenomen voor aanvragen voor exploitatie van gastouderopvang.

Hoofdstuk 16 Kabels en Leidingen

1.16

Aanvraag/Melding voor instemming/vergunning voor werkzaamheden aan kabels en/of leidingen

Oud tarief (2013)

Nieuw tarief (2014)

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 eerste lid Telecommunicatiewet, dan wel een aanvraag voor een vergunning voor het aanleggen van overige kabels en/of leidingen, gezamenlijk benoemd in artikel 4 eerste en tweede lid van de AVOI

€ 481,46

€ 488,70

1.16.1.1

Het bedrag genoemd in 1.16.1 wordt, bij aaneengesloten graafwerkzaamheden over een lengte van 25 meter of meer, voor het uitvoeren van coördinatie en toezicht met een toeslag over de bemeten sleuflengte per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 154,76

€ 157,10

1.16.1.2

Het bedrag genoemd in 1.16.1 wordt, indien overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 103,17

€ 104,70

1.16.1.3

Het bedrag genoemd in 1.16.1 wordt, indien de aanvrager verzoekt om inhoudelijke afstemming bij de beoordeling, of het bijwonen van een bouwvergadering per vergadering verhoogd met

€ 103,17

€ 104,70

1.16.1.4

Het bedrag genoemd in 1.16.1 wordt, indien met betrekking tot een aanvraag/melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college is opgesteld.

1.16.1.5

Indien een begroting als bedoeld in 1.16.1.4 is uitgebracht, wordt een aanvraag/melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

1.16.2

Indien het betreft werkzaamheden van niet ingrijpende aard bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van de melding de helft van het bedrag genoemd in 1.16.1.

€ 240,73

€ 244,30

1.16.2.1

Indien het betreft de melding voor een proefsleuf wordt het legesbedrag verrekend met de aanvraag of melding waartoe deze proefsleuf dient, indien en zodra de aanvraag of melding wordt ingediend conform 1.16.1

1.16.3

Indien het betreft spoedeisende werkzaamheden dan wel calamiteiten bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van de melding de helft van het bedrag genoemd in 1.16.1.

€ 240,73

€ 244,30

Hoofdstuk 17 Verkeer en vervoer

1.17.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.17.1.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (stb.459) voor zover noodzakelijk voor en indirect samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten

€ 58,75

€ 59,60

1.17.1.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (stb.459) anders dan bedoeld in subonderdeel 1.17.1.1

€ 26,00

€ 26,40

1.17.1.3

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigenreglement (stb.1994,450)

€ 59,00

€ 60,00

1.17.1.4

tot het verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) ,

€ -

€ -

1.17.1.4

tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Wet personenvervoer

€ 17,75

€ 18,00

1.17.2

Wedstrijden met voertuigen op een weg

1.1.7.2.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 10, vierde lid van de Wegenverkeerswet

€ 17,75

€ 18,00