Regeling vervallen per 31-12-2018

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Molenwaard 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m 30-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 22-02-2018

Intitulé

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Molenwaard 2018

Burgemeester en wethouders van Molenwaard;

overwegende dat in de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2018 het college bevoegd is Nadere regels te stellen voor in de Verordening genoemde onderwerpen;

besluiten:

in te trekken de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Molenwaard 2017;

vast te stellen de volgende Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Molenwaard 2018.

afbeelding binnen de regeling

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Arrangement: op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een cliënt afgestemd geheel van activiteiten gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de cliënt opdat hij zolang mogelijk in zijn eigen leefomgeving kan blijven;

  • b.

    Begeleiding: bestaat uit verschillende vormen van begeleiding individueel, begeleiding groep en kortdurend verblijf.

  • c.

    Ondersteuningsplan: de concrete weergave van de adviezen, verwijzingen en afspraken die door de gemeente in samenspraak met de cliënt zijn gemaakt naar aanleiding van zijn melding, als mede de beoogde resultaten, globale frequentie van de ondersteuning en de evaluatie daarvan;

  • d.

    Participatie: deelnemen aan het maatschappelijk verkeer;

  • e.

    Persoonsgebonden budget (Pgb): bedrag waaruit namens het college betalingen worden gedaan voor diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen die tot een maatwerkvoorziening behoren, en die een cliënt van derden heeft betrokken;

  • f.

    Persoonsgebonden budgetplan (Pgb-plan): plan dat ingevuld moet worden bij de aanvraag van een Pgb voor Begeleiding;

  • g.

    Zelfredzaamheid: is de eigen vaardigheid en kennis om taken ten aanzien van zelfverzorging, zelfsturing en het onderhouden van sociale contacten te verrichten;

  • h.

    Zorg in natura (zin): hieronder wordt verstaan een maatwerkvoorziening in natura, geleverd door een gecontracteerde zorgaanbieder;

  • i.

    Woningaanpassingen voor 18-: nagelvaste/niet-roerende aanpassingen aan de woning van de ouders/verzorgers van minderjarigen;

  • j.

    ZZP’er: een zelfstandige zonder personeel die staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als zijnde een beroepskracht die valt onder de categorie gezondheids- en welzijnszorg van de Standaard Bedrijfsindeling (SBI 2008 versie 2017) en aan de daaraan verbonden bevoegde vaardigheden voldoet.

  • k.

    Mantelzorg: hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg voor overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep.

  • l.

    Mantelzorger: iemand die langdurig en onbetaald zorgt voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende persoon uit zijn/haar omgeving. Dit kan een partner, ouder of kind zijn, maar ook een ander familielid, vriend of kennis.

  • m.

    Mantelzorgwaardering: de regeling waarmee de gemeente jaarlijks haar blijk van waardering toont aan mantelzorgers van inwoners van de gemeente Molenwaard.

Artikel 2 Persoonsgebonden budget (Pgb)

2.1 Persoonsgebonden budget Begeleiding (artikel 4.3, lid 3 van de Verordening)

2.1.1 Kwaliteit voor Pgb Begeleiding

De noodzakelijke functionele en kwaliteitseisen van Begeleiding in de vorm van een Persoonsgebonden budget moeten worden vermeld in het Persoonsgebonden budgetplan (Pgb-plan) van cliënt waardoor veiligheid, doeltreffendheid en cliëntgerichtheid zijn gewaarborgd. De begeleider dient over competenties en vaardigheden te beschikken die nodig zijn voor het bereiken van de doelen van Begeleiding.

Cliënt dient het Pgb-plan binnen twee weken nadat het gesprek met de gemeente heeft plaatsgevonden aan te leveren. In het Pgb-plan staan de doelen, te behalen resultaten en de termijn waarin die te behalen zijn.

2.1.2 Tarieven voor Begeleiding

De hoogte van het Persoonsgebonden budget voor Begeleiding wordt bepaald op basis van een kostprijs per uur wanneer deze voorziening in natura zou zijn verstrekt. Hiervoor gelden de volgende percentages:

-Gecertificeerde zorgaanbieders: 100% van het natura tarief;

-ZZP’er (zelfstandige zonder personeel): 85% van het natura tarief;

-Ondersteuning vanuit sociaal netwerk: 50% van het natura tarief.

Begeleiding kan per uur, per dagdeel en per etmaal worden geboden. Vervoer wordt vergoed per dag dat de cliënt aanwezig is. In de kolom 'Prestatiecode' zijn daarom afkortingen opgenomen: 'pu' = per uur; 'dd' = dagdeel (4 uur); 'pd' = per dag of per etmaal.

Tabel van de verschillende vormen van Begeleiding met de bijbehorende tarieven.

afbeelding binnen de regeling

2.2 Persoonsgebonden budget huishoudelijke ondersteuning

2.2.1. Tarief huishoudelijke ondersteuning

  • a.

    De vaststelling van de hoogte van het persoonsgebonden budget voor HO en HO+ vindt plaats op basis van het aantal geïndiceerde uren.

  • b.

    Er wordt voor HO en HO+ een uurtarief gehanteerd van respectievelijk maximaal € 13,97 indien de budgethouder beschikt over een geldige arbeidsovereenkomst met een hulp.

2.2.2. Omvang huishoudelijke ondersteuning

Voor de normering van het PGB voor huishoudelijke ondersteuning wordt verwezen naar het protocol ‘Indicatiestelling voor Huishoudelijke Verzorging’, uitgegeven door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), april 2005. Dit protocol maakt als bijlage onderdeel uit van dit besluit.

De onderstaande tijdsnormering is afkomstig van dit protocol dat ontwikkeld is door de Landelijke Vereniging van Indicatie Organen, later CIZ. Deze normtijden worden gehanteerd als uitgangspunt waarbij maatwerk, voor de handelingen die bij een bepaalde cliënt nodig zijn, het uitgangspunt is.

Afhankelijk van de situatie van de cliënt kan gemotiveerd worden afgeweken.

De omvang per taak in de daarbij vermelde resultaatgebieden is weergegeven in de volgende tabel. De uiteindelijk te verstrekken indicatie huishoudelijke ondersteuning wordt afgerond op een veelvoud van 15 minuten, naar boven afgerond.

a. Huishoudelijke ondersteuning bij alleenstaande (seniorenwoning/flat)

Resultaten

  • Beschikken over boodschappen voor het dagelijks leven, broodmaaltijd, warme maaltijd

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • Boodschappen doen voor het dagelijks leven 60 p week 1u per week

  • Broodmaaltijd bereiden 15 p keer 1u45 per week

  • Warme maaltijd bereiden 30 p keer 3u30 per week

  • Schoon en leefbaar huis (licht en zwaar huishoudelijk werk)

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen etc.) 60 p week 1u per week

  • Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken,

  • stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc.) 90 p week 1u30 per week

  • Beschikken over schone kleding (de wasverzorging)

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • De was doen (kleding/linnengoed wassen) 60 p week 1u per week

  • b.

    Huishoudelijke ondersteuning bij alleenstaande (eengezinswoning)

Resultaten

  • Beschikken over boodschappen voor het dagelijks leven, broodmaaltijd, warme maaltijd

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • Boodschappen doen voor het dagelijks leven 60 p week 1u per week

  • Broodmaaltijd bereiden 15 p keer 1u45 per week

  • Warme maaltijd bereiden 30 p keer 3u30 per week

  • Schoon en leefbaar huis (licht en zwaar huishoudelijk werk)

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen etc.) 60 p week 1u per week

  • Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken,

  • stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc.) 180 p week 3u per week

  • Beschikken over schone kleding (de wasverzorging)

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • De was doen (kleding/linnengoed wassen) 60 p week 1u per week

c. Huishoudelijke ondersteuning bij meerpersoonshuishoudens (woonsituatie niet van belang)

Resultaten

  • Beschikken over boodschappen voor het dagelijks leven, broodmaaltijd, warme maaltijd

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • Boodschappen doen voor het dagelijks leven 60 p week (evt. +) 1u per week

  • Broodmaaltijd bereiden 15 p keer (evt. +) 1u45 per week

  • Warme maaltijd bereiden 30 p keer (evt. +) 3u30 per week

  • Schoon en leefbaar huis (licht en zwaar huishoudelijk werk)

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen etc.) 90 p week 1u30 per week

  • Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken,

  • stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc.) 180 p week 3u per week

  • Beschikken over schone kleding (de wasverzorging)

Hieronder vallen de volgende activiteiten:

  • De was doen (kleding/linnengoed wassen) 90 p week (evt. +) 1u per week

(‘evt. +’ houdt in, dat extra tijd geïndiceerd kan worden bij grotere leefeenheden, aanwezigheid kleine kinderen, extra bewassing etc.)

d. Overige activiteiten huishoudelijke ondersteuning bij alleenstaanden en meerpersoonshuishoudens

Zorg voor inwonende kinderen

  • Anderen helpen in huis met zelfverzorging

  • Anderen helpen in huis bij bereiden maaltijd tot max 40 uur p week

Organisatie van het huishouden (regievoering op het huishouden)

  • Dagelijkse organisatie van het huishouden 30 p week 0u30 per week

Leren omgaan met het huishouden (instructie) (versterken zelfredzaamheid)

  • Psychologische begeleiding 30 p week 0u30 per week

  • Advies, instructie, voorlichting 30 p keer (max 3 keer p week, 6 weken) 1u30

2.3 Persoonsgebonden budget hulpmiddelen en woningaanpassingen

2.3.1 Vaststellen budget

  • a.

    De hoogte van een Pgb voor een maatwerkvoorziening in de vorm van een hulpmiddel of woningaanpassing wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de voorziening die de cliënt op dat moment zou hebben ontvangen als de voorziening in natura zou zijn verstrekt. Het bedrag is inclusief aanpassing, onderhoud en verzekering van de voorziening.

  • b.

    Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, met een looptijd gelijk aan de verkorte termijn waarop de voorziening technisch is afgeschreven, rekening houdend met aanpassing, onderhoud en verzekering.

  • c.

    Als de naturaverstrekking een nieuwe voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, rekening houdend met een eventueel door de gemeente te ontvangen korting en rekening houdend met aanpassing, onderhoud en verzekering.

  • d.

    In een programma van eisen, toegevoegd aan de beschikking, worden de vereisten en kwaliteit van de aan te schaffen maatwerkvoorziening in de vorm van een hulpmiddel of woningaanpassing zo nauwkeurig mogelijk omschreven.

2.3.2 Duur

  • a.

    Een met een Pgb aangeschafte woonvoorziening, vervoersvoorziening of rolstoelvoorziening wordt geacht, bij ongewijzigde omstandigheden, minimaal 7 jaar te voorzien in de opheffing van de beperking, tenzij de leverancier van de voorziening in natura een andere afschrijvingstermijn aangeeft.

  • b.

    Een met een Pgb aangeschafte sportvoorziening wordt geacht minimaal 3 jaar te voorzien in de mogelijkheid tot participeren via sport.

  • c.

    Er kan alleen opnieuw een Pgb worden verstrekt als een afkeuringsrapport van de voorziening wordt overgelegd en de vastgestelde afschrijvingstermijn van de voorziening is verstreken.

  • d.

    Er kan alleen tussentijds opnieuw een Pgb worden verstrekt indien er sprake is van gewijzigde omstandigheden of indien er sprake is van niet aan cliënt verwijtbare calamiteiten.

2.4 Persoonsgebonden budget verhuiskosten

Het Pgb voor een maatwerkvoorziening als tegemoetkoming in de verhuiskosten bedraagt:

  • a.

    € 3.000,00 bij verhuizing naar een adequate en/of beter aanpasbare woning;

  • b.

    € 5.500,00 indien op verzoek van de gemeente een voor meer dan € 15.000,00 aangepaste woning wordt vrijgemaakt door achterblijvende gezinsleden na overlijden of definitieve opname elders van de cliënt. De vergoeding wordt in principe uitbetaald aan de medehuurder.

Uitbetaling van de tegemoetkoming vindt plaats na overlegging van het getekende huurcontract of het getekend koopcontract. Indien de verhuizing niet plaatsvindt, dient het uitbetaalde bedrag per omgaande te worden terugbetaald.

2.5 Persoonsgebonden budget individueel vervoer (artikel 4.9 van de Verordening)

2.5.1. Hoogte budget

Aan hen die op grond van een onafhankelijk medisch advies niet in staat zijn van Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) gebruik te maken, kan een individuele tegemoetkoming in de kosten van gebruik van bepaald vervoer worden toegekend. Deze vergoedingen zijn gemaximaliseerd en worden op basis van declaratie per kwartaal uitbetaald:

  • a.

    Een vergoeding voor gebruik van een individuele taxi tot een maximum van € 795,60, - per kwartaal.

  • b.

    Een vergoeding voor gebruik van een individuele rolstoeltaxi tot een maximum van € 1484,10, - per kwartaal.

  • c.

    Een vergoeding voor gebruik van een bij de aanvrager of partner in het bezit zijnde eigen auto ad € 0,28 per kilometer tot een maximum van € 137,70 per kwartaal;

  • d.

    Een vergoeding voor gebruik van een aan de aanvrager in bruikleen gegeven bruikleenauto ad € 0,21 per kilometer tot een maximum van € 107,00 per kwartaal;

  • e.

    Een vergoeding voor gebruik van een auto van derden ad € 0,21 per kilometer tot een maximum van € 107,00 per kwartaal;

  • f.

    Een vergoeding voor gebruik van een aan de aanvrager in bruikleen gegeven gesloten buitenwagen ad € 0,11 per kilometer tot een maximum van € 56,00 per kwartaal.

2.5.2 Gebruik ander verplaatsingsmiddel

Indien de aanvrager een individuele vervoersvoorziening heeft (zoals onder 2.5.1) en bovendien recht heeft of verkrijgt op een scootmobiel of een ander verplaatsingsmiddel wordt een korting op het maximum van de toegekende individuele vervoersvoorziening toegepast van respectievelijk 40% bij gebruik van een scootmobiel en 30% bij gebruik van een aangepaste fiets.

2.5.3 Vrijwilligerswerk

Inwoners met een beperking die structureel vrijwilligerswerk doen, kunnen de voor hun rekening zijnde extra reiskosten, die niet verhaalbaar zijn op de instantie voor wie zij dat vrijwilligerswerk verrichten, declareren tot maximaal 2500 kilometer per jaar. Voor het overige zijn alle voorwaarden van toepassing die ook op de andere vervoersvergoedingen gelden.

2.6. Mantelzorgwaardering

  • a.

    De mantelzorger ondersteund een zorgvrager, die in de gemeente Molenwaard woont.

  • b.

    De mantelzorger en de zorgvrager staan geregistreerd in het gemeentelijk mantelzorgbestand.

  • c.

    Per zorgvrager worden maximaal 2 mantelzorgwaarderingen uitgereikt.

2.7 Vrij besteedbaar bedrag

Per kalenderjaar mag de budgethouder van uit het toegekende Pgb voor een arrangement huishoudelijke ondersteuning, zelfredzaamheid, participatie en/of kortdurend verblijf maximaal € 272,00 vrij besteden. Indien de budgethouder beschikt over zowel een Pgb voor huishoudelijke ondersteuning als een Pgb voor Begeleiding geldt voor beide Pgb’s het vrij besteedbare bedrag van maximaal € 272,00.

Dit bedrag is bestemd voor kosten die het Pgb eventueel met zich kan meebrengen, waaronder administratieve kosten, werving van een hulpverlener, feestdagenuitkering en dergelijke.

Het is de budgethouder toegestaan uit het toegekende Pgb reiskosten te vergoeden.

2.8 Terugvordering

Bij terugvordering ingevolge artikel 6.4 van de verordening dient het ten onrechte toegekende Pgb te worden terugbetaald met inachtneming van de reeds betaalde eigen bijdrage. Voor zover van toepassing wordt het terug te vorderen Pgb naar rato berekend.

Artikel 3 Woonvoorzieningen

3.1 Woningsanering (artikel 4.7 van de Verordening)

Wanneer sprake is van plotselinge beperkingen ten gevolge van COPD of continu rolstoelgebruik waardoor vervanging van vloerbedekking noodzakelijk is kan hiervoor (onder voorwaarden) een maatwerkvoorziening worden verstrekt.

Woonvoorziening/-sanering:

De leeftijd van de huidige vloerbedekking is van belang bij het vaststellen van de hoogte van de vergoedingen:

Maximum normbedrag vloerbedekking: € 12,60 per m2.

De vloerbedekking mag niet ouder zijn dan 8 jaar.

Vaststelling afschrijvingspercentage:

Leeftijd vloerbedekking Vergoeding op basis van normbedrag

0 - 2 jaar oud 100%

2 - 4 jaar oud 75%

4 - 6 jaar oud 50%

6 - 8 jaar oud 25%

De vergoeding wordt pas uitbetaald als bewijsstukken van de gemaakte kosten worden ingediend.

Artikel 4 Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) (artikel 4 en 5.3 lid 2 van de Verordening)

  • Met de vervoerspas kan per enkele reis maximaal 5 openbaar vervoerszones worden gereisd tegen een gereduceerde tarief;

  • Met de vervoerspas kan per kalenderjaar circa 500 reiszones (circa 2.000 km) worden gereisd tegen dit gereduceerde tarief;

  • Indien er op grond van de Wmo sprake is van een grotere vervoersbehoefte dan 500 reiszones, kan er een aanvraag worden ingediend voor uitbreiding van het aantal reiszones;

  • De vervoerskosten voor een begeleider, die meereist met de cliënt op grond van een medische indicatie voor begeleiding tijdens het vervoer, komen voor rekening van de gemeente;

  • De ritbijdrage van het CVV bedraagt een door de vervoerder bepaalde ritprijs per zone.

Artikel 5 Grondslag bijdrage maatwerkvoorziening (artikel 5.4 van de Verordening)

5.1 Begeleiding

Het Centraal Administratie Kantoor (CAK) hanteert als grondslag voor de berekening van de bijdrage een vast bedrag van € 55,00 per periode van 4 weken, waarbij de eigen bijdrage niet hoger mag zijn dan de kostprijs.

5.2 Huishoudelijke ondersteuning

De bijdrage voor huishoudelijke ondersteuning wordt berekend aan de hand van een vast bedrag van €110,00 van een periode per 4 weken, waarbij de eigen bijdrage niet hoger mag zijn dan de kostprijs.

Artikel 6 Kwaliteit en deskundigheid beroepskrachten (artikel 7.1 lid 2 van de Verordening)

Zorgaanbieder:

De zorgaanbieder is verplicht bij het verstrekken van de maatwerkvoorziening de CAO Verpleeg- en verzorgingshuizen en Thuiszorg (CAO VVT of soortgelijke), de Collectieve Arbeidsovereenkomst Geestelijke Gezondheidszorg (CAO GGZ), de CAO Gehandicaptenzorg of de CAO Welzijn, afhankelijk van welke CAO van toepassing is, in acht te nemen. De zorgaanbieder zet personeel in dat beschikt over de gangbare, aantoonbare competenties en vaardigheden die nodig zijn om de benodigde activiteiten uit te voeren. De competentie en vaardigheden moeten in overeenstemming zijn met de functieprofielen in de genoemde CAO’s en/of de wettelijke eisen en/of door de branche vastgestelde basisprofielen. Deze eisen gelden zowel voor medewerkers als voor ingehuurd personeel zoals zzp’ers. De zorgaanbieder dient zijn dienstverlening van voldoende kwaliteit te laten zijn, blijkend uit het insturen van een geldig, binnen zijn branche gangbaar, kwaliteitscertificaat (HKZ), in ieder geval betrekking hebbend op de zorg, maatschappelijke en/of aanpalende dienstverlening of een gelijkwaardig bewijs of certificaat.

Zelfstandige zonder personeel (zzp’er):

De competenties en vaardigheden van een zzp’er moeten in overeenstemming zijn met een functieprofiel en/of door de branche vastgesteld basisprofiel voor de betreffende beroepsgroep. De zzp’er kan gevraagd worden een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) te overleggen.

Artikel 7 Indexering (artikel 9.4 Verordening)

De in dit besluit geldende bedragen kunnen jaarlijks door burgemeester en wethouders worden aangepast conform het CBS-indexcijfer ‘cao-lonen particuliere bedrijven, contractuele loonkosten en arbeidsduur (inclusief bijzondere beloningen); indexcijfer (2010 = 100; Q gezondheidszorg en welzijnszorg)’ en conform navolgende formule:

index T-1

(------------ x 100) = mutatiepercentage

index T-2

Hierbij geldt: T = maand Juli van het kalenderjaar waar dit besluit betrekking op heeft; T-1 = maand juli van het voorgaande kalenderjaar.

De PGB-tarieven voor (rolstoel)taxivervoer kunnen jaarlijks worden aangepast conform de afspraken die gemaakt zijn met de vervoerders (NEA-index).

Artikel 8 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de cliënt met een vastgestelde ondersteuningsbehoefte afwijken van dit besluit, als toepassing van het besluit tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 9 Inwerkingtreding

De Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Molenwaard 2018 treden in werking op 1 januari 2018.

Artikel 10 Overgangsbepaling

De Nadere Regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Molenwaard 2017 worden per 1 januari 2017 ingetrokken. Ten behoeve van meldingen en aanvragen die zijn gedaan in het kader van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Molenwaard 2016 en waarover op 31 december 2017 nog geen besluit is genomen, zijn de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Molenwaard 2017 van toepassing.

Artikel 11 Citeerartikel

Dit besluit kan worden aangehaald als: Nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2018.

Ondertekening

Vastgesteld door burgemeester en wethouders op 9 januari 2018.

Secretaris,

B.J. Nootenboom CMC

Burgemeester,

D.R. van der Borg

Bijlage 1 Lijst van gebruikte afkortingen

Pgb Persoonsgebonden budget

Pgb-plan Persoonsgebonden budgetplan

Zin Zorg in natura

ZZP’er Zelfstandige zonder personeel

HO Huishoudelijke Ondersteuning

HO+ Huishoudelijke Ondersteuning inclusief ondersteuning bij regievoering

CVV Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (ook wel MolenHopper genoemd)

CAK Centraal Administratie Kantoor

Wmo Wet maatschappelijke ondersteuning

CAO Collectieve arbeidsovereenkomst

VVT Verpleeg- en verzorgingshuizen en Thuiszorg

GGZ Geestelijke Gezondheidszorg

HKZ Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector (HKZ stelt kwaliteits-

En veiligheidsnormen op voor ruim 30 branches in Zorg en Welzijn.

VOG Verklaring Omtrent Gedrag

CBS Centraal Bureau voor de Statistiek

Wlz Wet langdurige zorg

ADL Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (eten, zich wassen, naar het toilet gaan en het voeren van een huishouden)

CIZ Centrum Indicatiestelling Zorg (organisatie die o.a. aanvragen beoordeelt

voor voorzieningen uit de Wet langdurige zorg (Wlz))

UWV Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen belast is met de uitvoering van alle werknemersverzekeringen(o.a. WW, WAO, WIA en de Ziektewet.)

Zvw Zorgverzekeringswet

IVA Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten

VPT Volledig Pakket Thuis. Het VPT omvat welzijn, zorg, maaltijden, huishoudelijke verzorging, wasverzorging (bed en linnengoed) en 24-uurs zorgopvolging

CRvB Centrale Raad van Beroep De Centrale Raad van Beroep is een van de drie hoogste bestuursrechters die Nederland kent. De Centrale Raad van Beroep oordeelt in hoger beroep over geschillen op het terrein van de sociale verzekeringen, de sociale voorzieningen en ambtenarenzaken.