Regeling vervallen per 01-06-2015

MANDAATREGELING OMGEVINGSDIENST RIVIERENLAND

Geldend van 01-06-2015 t/m 31-05-2015

Intitulé

MANDAATREGELING OMGEVINGSDIENST RIVIERENLAND

Burgemeester en wethouders van de gemeente Neder-Betuwe;

gelet op de bepalingen van afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 156, 165, 168, 171 en 178 van de Gemeentewet en artikel 2 van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Rivierenland; overwegende dat,

- met vaststelling van de Gemeenschappelijke Regeling is besloten tot het oprichten van de Omgevingsdienst Rivierenland (ODR);

- om de VTH-taken uit te kunnen voeren, moeten de directeur ODR en zijn medewerkers bevoegd en slagvaardig kunnen besluiten en/of handelen;

- is voldaan aan het bepaalde in artikel 10:4, lid 1 van de Awb (vereiste instemming gemandateerde) door middel van ondertekening van de Dienstverleningsovereenkomst en de overige met de directeur ODR gemaakte afspraken; besluiten: mandaat te verlenen aan de directeur van de Omgevingsdienst Rivierenland ten aanzien van de aangekruiste bevoegdheden genoemd in het bijgevoegde mandaatregister.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen;

b. ondermandaat: het verlenen van mandaat door de gemandateerde aan een ander;

c. volmacht: de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

d. machtiging: de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan handelingen te verrichten, geen besluiten en/of privaatrechtelijke rechtshandelingen zijnde;

e. mandaatgever: het bestuursorgaan dat aan een bij functie in het mandaatregister genoemde functionaris de bevoegdheid geeft om in naam van het bestuursorgaan besluiten te nemen;

f. gemandateerde: de functionaris, die van de mandaatgever de bevoegdheid heeft gekregen om in naam van de mandaatgever besluiten te nemen;

g. plaatsvervanger: de daartoe aangewezen persoon;

h. mandaatregister: een overzicht van door de mandaatgever aan gemandateerde opgedragen bevoegdheden

 

Artikel 2a Taken

1. Het mandaat geldt voor de aan de ODR opgedragen taken.

2. Bij een gecombineerde aanvraag omgevingsvergunning waarbij ‘milieu’ de hoofdactiviteit is, geldt het mandaat ook voor de overige activiteiten binnen de gecombineerde aanvraag.

 

Artikel 2b Mandaat, plaatsvervanging en ondermandaat

1. De directeur kan ter uitoefening van een aan hem gemandateerde bevoegdheid schriftelijk rechtstreeks ondermandaat verlenen aan medewerkers, met uitzondering van de daartoe in het mandaatregister aangegeven bevoegdheden.

2. Bij diens afwezigheid is de directeur van de omgevingsdienst Rivierenland bevoegd om voor de uitoefening van dat mandaat een vervanger aan te wijzen.

 

Artikel 3 Algemene regels, uitzonderingen

1. Het mandaat omvat naast het nemen en ondertekenen van besluiten, tevens het verrichten van alle voorbereidings‐ en uitvoeringshandelingen die bij de uitoefening van de bevoegdheid behoren, alsmede het verdagen van een beslissing.

2. Indien zich één of meer van de in dit lid omschreven situaties voordoet, dan besluit de mandaatgever zelf:

a. als het bepaalde in artikel 10:3 Awb van toepassing is;

b. het besluit een afwijking zou inhouden van het bestaande beleid, richtlijnen, voorschriften, of een advies als bedoeld in afdeling 3.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

c. het besluit overschrijding van budgetten, kredieten of onvoorziene uitgaven kan inhouden;

d. de mandaatgever vooraf te kennen heeft gegeven zelf te willen beslissen;

e. afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht is toegepast en daarbij zienswijzen zijn ingediend.

3. Indien redelijkerwijs te verwachten is dat een beslissing omstreden is en om een eigen afweging door het bestuursorgaan vraagt, is voorafgaande kennisgeving aan het bestuursorgaan vereist.

 

Artikel 4 Besluit na bezwaar

Het besluit op een ingediend bezwaarschrift wordt uitsluitend genomen door het ter zake bevoegd bestuursorgaan.

Artikel 5 Verslaglegging en informatieverstrekking

1. De gemandateerde draagt zorg voor een deugdelijke verslaglegging, bekendmaking en archivering van de door hem in mandaat genomen besluiten;

2. In het mandaatregister is opgenomen bij welke bevoegdheden het ter zake bevoegd bestuursorgaan moet worden geïnformeerd.

 

Artikel 6 Ondertekeningswijze bij mandaat en ondermandaat

Bij de uitoefening van een mandaat  worden uitgaande stukken als volgt ondertekend: Burgemeester en wethouders van de gemeente Neder-Betuwe,

Namens hen,

[functie gemandateerde] Omgevingsdienst Rivierenland

[handtekening] gevolgd door [naam]

Bij de uitoefening van een ondermandaat :

Namens burgemeester en wethouders van de gemeente Neder-Betuwe

[functie gemandateerde] Omgevingsdienst Rivierenland,

Voor deze,

[handtekening]

[naam][functie]

 

Artikel 7 Schakelbepaling volmachten en machtigingen

1. Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover van toepassing en in verband met de activiteiten waarvoor mandaat wordt verleend, met mandaat gelijk gesteld,

a. de verlening van volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, en

b. de machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

2. Deze mandaatregeling is van overeenkomstige toepassing indien een bestuursorgaan aan een functionaris, werkzaam onder zijn verantwoordelijkheid, volmacht verleent tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, of machtiging verleent tot het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

 

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking de dag na de openbare bekendmaking van dit besluit.

Artikel 9 Citeerwijze

Deze regeling kan worden aangehaald als: "Mandaatregeling Omgevingsdienst Rivierenland".

Ondertekening

Opheusden, 9 juli 2013
burgemeester en wethouders van Neder-Betuwe,
de secretaris a.i.,   de burgemeester,
drs. M.G.J. Nijhuis-Quanjel ir. C.W. Veerhoek

Bijlage Bijlagen

mandaatregister ODR