Regeling vervallen per 01-01-2018

Nadere regels Jeugdhulp, gemeente Neder-Betuwe 2015

Geldend van 01-01-2015 t/m 31-12-2017

Intitulé

Nadere regels Jeugdhulp, gemeente Neder-Betuwe 2015

Het college van burgemeester en wethouders van Neder-Betuwe

gelet op de Jeugdwet, het Besluit jeugdwet en de verordening Jeugdhulp gemeente Neder-Betuwe 2015

besluit:

vast te stellen:

de nadere regels Jeugdhulp, gemeente Neder-Betuwe2015

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze nadere regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanbieder: de rechtspersoon die bedrijfsmatig jeugdhulp verleent of doet verlenen onder verantwoordelijkheid van het college;

  • b.

    Aanvrager: de jeugdige of de ouders;

  • c.

    Dienstverlening: hulp die een persoon, instantie of onderneming biedt aan de jeugdige.

  • d.

    Individuele voorziening: op de jeugdige of zijn ouders toegesneden voorziening.

  • e.

    Ouder: gezaghebbende ouder, adoptiefouder, stiefouder of een ander die een jeugdige als behorend tot zijn gezin verzorgt en opvoedt, niet zijnde een pleegouder.

  • f.

    Overige voorziening: aanbod van diensten of activiteiten die voor een ieder toegankelijk zijn, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften of persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers;

  • g.

    Persoonsgebonden budget (pgb): budget als bedoeld in artikel 8.1.1 van de Jeugdwet.

  • h.

    Sociaal netwerk: personen uit de huiselijke kring of andere personen met wie de jeugdige een sociale relatie onderhoudt;

  • i.

    Tarief of kostprijs: het bedrag dat de gemeente aan een aanbieder moet betalen voor de verstrekking van een voorziening in natura.

  • j.

    Zzp’er :een ondernemer die geen personeel in dienst heeft, waarbij voor de vaststelling of er sprake is van een ondernemer de volgende criteria gelden:

    • zelfstandigheid bij de inrichting van de eigen werkzaamheden en het uitvoeren daarvan;

    • het voor eigen rekening en risico verrichten van werkzaamheden;

    • het gericht zijn op en het perspectief hebben van het maken van winst;

    • bekendmaking van het ondernemerschap;

    • het streven naar meerdere opdrachtgevers.

Hoofdstuk 1. Procedure en hoogte van het pgb

Artikel 2. Pgb voor dienstverlening

  • 1. De hoogte van een pgb :

    • a.

      Is gebaseerd op een door de aanvrager opgesteld plan over hoe het pgb zal worden besteed;

    • b.

      is toereikend om effectieve en kwalitatief goede zorg in te kopen; en

    • c.

      bedraagt ten hoogste de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate individuele voorziening in natura.

  • 2. De hoogte van een pgb is opgebouwd uit verschillende kostencomponenten, zoals salaris, vervanging tijdens vakantie, verzekeringen en reiskosten.

  • 3. De hoogte van een pgb wordt bepaald op basis van de dienstverlening die anders als zorg in natura zou zijn geleverd. Hierin onderscheidt het college de volgende onderverdeling:

    • a.

      Als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een aanbieder betreft het tarief per uur of per resultaat maximaal 100% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde aanbieder die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt;

    • b.

      Als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een zzp’er betreft het tarief per uur of per resultaat, maximaal 85% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde instelling die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt;

    • c.

      Als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een persoon uit het sociaal netwerk dan bedraagt het tarief:

      • -

        Voor kortdurend verblijf: € 30,- per etmaal;

      • -

        Voor overige diensten: 50% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde instelling die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt tot een maximum van € 20,- per uur.

Artikel 3. Vrij besteedbaar bedrag

In het pgb is een vrij besteedbaar bedrag opgenomen van 2% van het totale pgb op jaarbasis, met een minimum van € 50,- en een maximum van € 500,-.

Artikel 4. Persoonlijk plan bij pgb aanvraag

  • 1. De aanvrager van een pgb heeft de verplichting een pgb- plan in te dienen bij de aanvraag. Het pgb-plan wordt in het onderzoeksdossier gevoegd en gebruikt bij de beoordeling of de cliënt in aanmerking komt voor een pgb.

  • 2. De aanvrager geeft - al dan niet tezamen met het sociaal netwerk - in het pgb-plan tenminste de volgende onderdelen aan:

    • Wat de motivatie is om een aanvraag voor een pgb in te dienen;

    • Hoe men de aan een pgb verbonden taken op verantwoorde wijze uit gaat voeren;

    • Welke ondersteuning men zou willen inkopen met het budget;

    • het gewenste resultaat van het verzoek om het pgb;

    • Hoe de kwaliteit van de ondersteuning is gewaarborgd;

    • Hoe eventuele meerkosten van de ondersteuning worden bekostigd.

Artikel 5. Toetsing motivatie eis, bekwaamheid en kwaliteit

Een pgb wordt verstrekt, indien voldaan is aan alle onderstaande voorwaarden:

  • a.

    Motivatie-eis: de aanvrager stelt zich gemotiveerd op het standpunt dat zij de individuele voorziening die wordt geleverd door een aanbieder, niet passend acht.

Hiertoe dient men een pgb-plan in bij de gemeente. Tevens wordt gewaarborgd dat het de beslissing van de aanvrager zelf is om een pgb aan te vragenen dat de aanvrager zich voldoende heeft georiënteerd op de voorzieningen in natura .

  • b.

    Bekwaamheid: de aanvrager is naar het oordeel van het college op eigen kracht, dan wel met hulp uit het sociaal netwerk, een curator, bewindvoerder, mentor of gemachtigde, in staat de aan een persoonsgebonden budget verbonden taken op verantwoorde wijze uit te voeren.

  • c.

    Kwaliteit: naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de jeugdhulp die tot de individuele voorziening behoort en die de aanvrager middels het budget wenst te ontvangen, van goede kwaliteit is (veilig, doeltreffend en cliëntgericht).

  • d.

    Een pgb wordt ook verstrekt voor voorzieningen die vanwege hun aard niet in natura worden aangeboden.

Artikel 6. Overwegende bezwaren

Verstrekking in de vorm van een pgb vindt niet plaats indien:

  • a.

    het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben met het beheren van een pgb;

  • b.

    het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager geen verantwoording kan of zal afleggen over de besteding van het pgb;

  • c.

    reeds eerder op grond van de wet een pgb is verstrekt en deze vanwege gebleken misbruik of onverantwoord gebruik is ingetrokken of teruggevorderd;

Artikel 7. Verantwoording pgb

  • 1. De verantwoording van het pgb door de aanvrager aan het college vindt steekproefsgewijs plaats. De steekproef heeft minimaal een omvang van 20% van ofwel de verstrekte pgb’s aan de aanvrager tot dan of na afloop van enig kalenderjaar.

  • 2. Het verantwoorden van geleverde uren hulp, geschiedt door het overleggen van een overzicht van deze geleverde uren alsmede hierop van toepassing zijnde overschrijvingsbewijzen. Deze worden getoetst aan het persoonlijk plan dat ten grondslag ligt aan de toekenning van de dienstverlening.

Artikel 8 Overige voorwaarden betreffende betaalde inzet sociaal netwerk

De aanvrager van een pgb kan, naast de in artikel 2, derde lid sub c genoemde voorwaarde betreffende het tarief, de jeugdhulp onder de volgende voorwaarden ontvangen van een persoon die behoort tot het sociaal netwerk:

  • a.

    deze persoon heeft aangegeven dat de zorg aan de belanghebbende niet tot overbelasting leidt;

  • b.

    de aanvrager de meerwaarde aantoont van de inzet;

  • c.

    dat tussenpersonen of belangenbehartigers niet uit dit pgb mogen worden betaald.

Hoofdstuk 2: Indeling in individuele en overige voorzieningen

Artikel 9. Vormen van jeugdhulp

  • 1. De volgende overige voorzieningen als bedoeld in artikel 2 lid 1 van de Verordening Jeugdhulp gemeente Neder-betuwe 2015 zijn beschikbaar:

    • -

      Trajecten Patch

    • -

      Lichte ambulante opvoedhulp zoals die door de Kernpunten, de partners en/of vrijwilligers wordt gegeven

    • -

      Casemanagement bij multiproblem-huishoudens door de Kernpunten

    • -

      Jeugdgezondheidszorg uniform- en maatwerkdeel

    • -

      Jongerencoaching en participatiebevordering, zoals uitgevoerd door het jongerenwerk

    • -

      Schoolmaatschappelijk werk

    • -

      Voorlichting, cursussen en trainingen.

  • 2. De volgende individuele voorzieningen als bedoeld in artikel 2 lid 2 van de Verordening Jeugdhulp gemeente Neder-Betuwe2015 zijn beschikbaar:

    • -

      Generalistische basis-ggz voor jeugdigen;

    • -

      Extramurale begeleiding;

    • -

      Vervoer gerelateerd aan dagbesteding;

    • -

      Behandeling Jeugd (L)VG;

    • -

      Kortdurend verblijf;

    • -

      Intramuraal (L)VG ZZP 1 t/m 3;

    • -

      Gespecialiseerde Jeugd GGZ ambulant;

    • -

      Ondersteuning bij ernstig enkelvoudige dyslexie (EED);

    • -

      Open verblijf 24 uur residentieel JGGZ;

    • -

      Gesloten psychiatrisch (BOPZ)

    • -

      Crisis 24 uur residentieel JGGZ;

    • -

      Drang trajecten SAVE;

    • -

      Jeugdbescherming;

    • -

      Jeugdreclassering;

    • -

      Spoedeisende zorg;

    • -

      Spoedhulp;

    • -

      Ambulante Jeugd en Opvoedhulp (J&O);

    • -

      Verblijf deeltijd residenteel J&O

    • -

      Verblijf pleegzorg

    • -

      Gezinshuizen

    • -

      Gesloten jeugdzorg (JeugdzorgPlus)

    • -

      Open verblijf 24 uur residentieel terreinvoorzieningen J&O

    • -

      (L)VB jongeren ZZP4 en 5/OBC’s en MFC

    • -

      Crisis 24 uur residentieel (bedden) (L)VG en J&O

    • -

      Academische JGGz

    • -

      Alle zorg die valt onder het Landelijk Transitiearrangement Jeugd 2015

  • 3. De individuele voorzieningen als bedoeld in het vorige lid zijn nader uitgewerkt in de bijlage, behorend bij dit besluit.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 2015

  • 2. Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels Jeugdhulp gemeente Neder-Betuwe 2015.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van9 december 2014.
De burgemeester, De secretaris,
Ir. C.W. Veerhoek drs. M.G.J. Nijhuis-Quanjel

Bijlage

Bijlage bij nadere regels Jeugdhulp